| Organisatie | Apeldoorn |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Subsidieregeling Uitstapprogramma Prostituees Noord- en Oost-Gelderland |
| Citeertitel | Subsidieregeling Uitstapprogramma Prostituees regio Noord- en Oost-Gelderland |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 27-10-2021 | nieuwe regeling | 12-10-2021 | 2272 |
Onverminderd het bepaalde in de artikelen 4:25, tweede lid, en 4:35 van de Awb en artikel 9 van de Asv kan de subsidie worden geweigerd als:
Aldus vastgesteld op 12 oktober 2021.
Het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn,
de secretaris,
T.J.H.M. Berben
de burgemeester,
A.J.M. Heerts
De 22 gemeenten in Noord- en Oost-Gelderland (NOG) geven al een aantal jaar gezamenlijk vorm aan het programma uitstaptrajecten vrijwillige prostituees.
In 2016 is gestart met het ontwikkelen van een uitstapprogramma voor prostituees vanaf 24 jaar in de gemeente Apeldoorn. Dit naar aanleiding van schriftelijke vragen van de ChristenUnie en de PvdA in 2015 over het ontbreken van uitstapbegeleiding voor deze doelgroep. Het Veiligheidshuis van de Veiligheidsregio Noord- en Oost-Gelderland heeft in de jaren 2016 en 2017 opdracht gegeven aan een externe partij, Rebelz om een uitstapprogramma te ontwikkelen en deelnemers te begeleiden. Het programma is in eerste instantie ontwikkeld voor de gemeente Apeldoorn en vervolgens breder uitgerold over Noord- en Oost-Gelderland.
Er wordt inmiddels met het uitstapprogramma gewerkt. Er zijn werkafspraken gemaakt met andere partners zoals het Prostitutie Controle Team van de politie, diverse hulpverleningsinstanties en de gemeentelijke dienstverlening, die tezamen de zorgketen vormen die nodig is om een sekswerker te begeleiden naar een andere werk- en/of woonsituatie. Deze keten wordt aangeduid als “het uitstapprogramma”.
Met ingang van 2021 heeft de Rijksoverheid de incidentele subsidieregelingen uitstapprogramma prostituees, bekend onder de naam RUPS I, II en III omgezet in een structurele regeling Decentrale Uitkering Uitstapprogramma Prostituees (DUUP). Het doel van deze regeling is ondersteuning te bieden aan sekswerkers die uit de sector willen stappen.
De gemeente Apeldoorn beheert het uitvoeringsbudget en zorgt voor de subsidieregeling op basis waarvan de beschikbare middelen kunnen worden verdeeld.
Eind december 2021 loopt het huidige contract met de uitvoerende organisatie van rechtswege af. Bovendien is er meer capaciteit nodig om het gehele werkgebied Noord- en Oost-Gelderland te bestrijken. Daarvoor is deze regeling vastgesteld.
Kerndoel is het bieden van ondersteuning aan prostituees die uit de sector willen stappen. Hieronder verstaan we alle activiteiten die nodig zijn om dit te organiseren. Hierbij denken we aan casemanagement in de vorm van veldwerk en begeleiding van sekswerkers die willen uitstappen. Activiteiten gericht op het beter laten aansluiten van bestaand aanbod op de specifieke omstandigheden van de prostituees. Specifiek tijdelijk aanbod op het gebied van werk/inkomsten, zorg en toeleiding naar reguliere huisvesting daar waar het reguliere aanbod te weinig aansluit op de specifieke omstandigheden en kenmerken van de doelgroep.
Het programma richt zich op prostituees die woonachtig zijn in de regio Noord Oost Gelderland. Prostituees werkzaam in de regio Noord Oost Gelderland maar elders woonachtig worden toe geleid naar hulpverlening in de eigen regio.
Een uitstapprogramma bestaat uit drie fasen, te weten 1) een contact- en oriëntatiefase, 2) een uitvoeringsfase en 3) een nazorgfase:
In de contactfase wordt door de uitvoerders van het uitstapprogramma contact gezocht met sekswerkers en uitleg gegeven over mogelijkheden om uit te stappen. De prostituee wordt tijd geboden om geleidelijk aan afstand te nemen van de prostitutie voordat hij/zij helemaal uitstapt.
Tijdens deze fase wordt de betrokken prostituee, ondersteund door de casemanager, geholpen met daadwerkelijk uitstappen naar ander werk en eventueel ook huisvesting en zorg. In deze fase worden ook activiteiten uitgevoerd om ervoor te zorgen dat bestaand aanbod beter aangesloten kan worden op de specifieke omstandigheden van de uitstappende prostituee.
In deze fase is de prostituee uitgestapt maar wordt deze om terugval te voorkomen nog enige tijd door de casemanager begeleid, zij het minder intensief dan tijdens de uitvoeringsfase.
Het uitstapprogramma is uitsluitend bedoeld voor vrijwillige prostituees die legaal in Nederland verblijven. Sekswerkers die illegaal in Nederland verblijven worden vanuit de oriëntatiefase toe geleid naar de route voor een legaal verblijf in Nederland. Mocht blijken dat er sprake is van gedwongen prostitutie dan wordt de zorg coördinator jeugdprostitutie en/of de zorg coördinator mensenhandel ingeschakeld. Omdat het hier veelal om een grijs gebied gaat is afstemming en samenwerking tussen de verschillende zorgcoördinatoren noodzakelijk.
De uitvoerend professional dient te beschikken over een relevante hbo-opleiding.
In dit artikel is vastgelegd welke kosten subsidiabel zijn.
Verder is in het tweede lid vastgelegd dat de begroting reëel en sluitend moet zijn en moet bestaan uit de kosten die noodzakelijk zijn om de activiteit uit te voeren. Dit om te voorkomen dat er teveel ‘lucht’ in de begroting zit.
In artikel 9 van de Algemene subsidieverordening gemeente Apeldoorn zijn de algemene weigeringsgronden opgenomen. In aanvulling hierop bevat dit artikel nog enkele specifieke voor deze regeling geldende weigeringsgronden. Zo mag er bijvoorbeeld niet al met de activiteit begonnen zijn, voordat de aanvraag om subsidie is ontvangen.
Artikel 9 Verplichtingen van de subsidieontvanger
Het eerste lid, onder a, vereist dat alle subsidieontvangers de opgedane kennis en ervaringen delen met de gemeenten uit Noord- en Oost-Gelderland en deelnemen aan de landelijke bijeenkomsten kennisdeling voor centrumgemeenten. Het beschikbaar stellen van opgedane kennis en ervaringen kan aan de hand van bijvoorbeeld hand-outs, werkplannen en of presentaties tijdens netwerkbijeenkomsten.
Het eerste lid, onder b, vereist dat de activiteiten worden uitgevoerd in de periode van 1 januari 2022 tot en met 31 december 2025. De verleende subsidie moet betrekking hebben op die gehele periode.
Omdat er een subsidie wordt verleend voor vier jaar is in het eerste lid, onder c, bepaald dat de subsidieontvanger twee maal per jaar een rapportage indient over de voortgang van de activiteiten.
Artikel 10 Bevoorschotting en betaling
Dit artikel bepaalt dat de subsidie 100% wordt bevoorschot en in termijnen wordt uitbetaald. . Afspraken over bevoorschotting en betalingstermijnen worden vastgelegd in de beschikking.