| Organisatie | Nieuwkoop |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Cameratoezicht in de openbare ruimte |
| Citeertitel | Cameratoezicht in de openbare ruimte Omgeving Handelsweg, Nieuwkoop |
| Vastgesteld door | burgemeester |
| Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
| Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 09-10-2021 | nieuwe regeling | 01-10-2021 | 21.22129 |
Omgeving Handelsweg, Nieuwkoop
De burgemeester van de gemeente Nieuwkoop;
gezien het advies van de teamchef van de politie team Kaag en Braassem en Nieuwkoop en de gebiedsofficier van Justitie;
gelet op artikel 151c van de Gemeentewet juncto artikel 2:77 van de Alpgemene Plaatselijke Verordening Nieuwkoop en artikel 3 van de Politiewet;
Voor de omgeving Handelsweg 12-14 te Nieuwkoop twee camera’s te plaatsen in de openbare ruimte om de openbare orde te handhaven, zoals indicatief aangeduid op de kaart bij dit besluit.
Dit Gemeenteblad is uitgegeven op 8 oktober 2021 en ligt op werkdagen tijdens openingstijden ter inzage op het gemeentehuis, bij het Klant Contact Centrum, Teylersplein 1 in Nieuwveen, telefoonnummer 14 0172.
BIJLAGE 1 | Toelichting bij besluit Cameratoezicht Gemeentewet 151c
Voor het handhaven van de openbare orde kan de burgemeester besluiten cameratoezicht in de openbare ruimte in te voeren. Die bevoegdheid is geregeld in artikel 151c van de Gemeentewet in samenhang met artikel 2:77 van de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Nieuwkoop.
Gemeentelijk cameratoezicht is als sluitstuk van een veiligheidsaanpak een belangrijk instrument om inbreuk op de openbare orde te voorkomen of in te dammen. Cameratoezicht draagt zodoende bij aan de verbetering van het woon- en leefklimaat ter plaatse.
In deze toelichting op het plaatsingsbesluit zal worden ingegaan op het wettelijk kader en voorwaarden voor inzet, de procedure, evaluatie, cameratoezicht en privacy.
Wettelijk kader en voorwaarden voor inzet
In het belang van het handhaven van de openbare orde is op grond van artikel 151c Gemeentewet en artikel 2:77 APV de bevoegdheid aan de burgemeester verleend om het instrument cameratoezicht in te kunnen zetten op openbare plaatsen.
De wet stelt een aantal belangrijke voorwaarden voor de inzet van het instrument:
Ad 1. Handhaving openbare orde
De burgemeester is belast met de handhaving van de openbare orde. Hieronder wordt begrepen een verstoring van enige betekenis van de normale gang van zaken in of aan de desbetreffende openbare ruimte. Dit houdt in dat er sprake moet zijn van een openbaar gebied waarin zich ernstige onveilige situaties, wanordelijkheden of verstoringen van de openbare orde voordoen en waar eerdere maatregelen niet het gewenste effect hebben gehad.
Een recent incident heeft de openbare orde en veiligheid ernstig verstoord. Het woon- en leefklimaat van omwonenden zijn daardoor onevenredig aangetast. Deze en vergelijkbare incidenten kunnen bovendien potentieel een inbreuk op de lichamelijke integriteit van de buurtbewoners opleveren. De gevaarzetting daarvan vraagt om adequate, aanvullende maatregelen. Het is onvoorspelbaar of en waar een dergelijk incident en de daarmee verbonden dreiging leidt tot meerdere daden met een veiligheidsrisico. Een aanval tegen een explosief en / of schieten op een perceel of mensen is moeilijk te beveiligen. Het risico voor de openbare orde is dan onbeheersbaar.
Op basis van deze analyse van de veiligheidssituatie van het aan te wijzen gebied hebben politie, Openbaar Ministerie en gemeente geconcludeerd dat in elk geval voor de periode tot 1 januari 2022 cameratoezicht noodzakelijk is in de openbare ruimte in de omgeving van de Handelsweg 12-14 in Nieuwkoop.
Ad 2. Subsidiariteit en proportionaliteit
Als onderdeel van de noodzakelijkheid ervan moet de inzet van cameratoezicht ook worden getoetst aan de beginselen van subsidiariteit en proportionaliteit. Deze toets heeft plaatsgevonden en hieruit is gebleken dat de inzet van cameratoezicht aan deze eisen voldoet.
Cameratoezicht is een sluitstuk van de veiligheidsaanpak. Duidelijk moet zijn dat minder vergaande maatregelen niet voldoende gebleken zijn om de openbare orde te handhaven. De inzet van camera’s staat dus niet op zichzelf, maar gebeurt altijd in combinatie met andere maatregelen.
Daarnaast mag de inbreuk die cameratoezicht eventueel op de privacy van betrokkenen pleegt niet onevenredig zijn in verhouding tot het te dienen doel, namelijk het handhaven van de openbare orde. Dit houdt in dat bij iedere aanwijzing en plaatsing nauwkeurig zal moeten worden afgewogen of deze hieraan voldoet.
Handhaving van de openbare orde is het doel van de maatregelen camera’s te plaatsen. Op een minder ingrijpende wijze lukt dat onvoldoende. Met alleen verbeteringen in de inrichting van de openbare ruimte en tijdelijk extra toezicht door surveillanten kan dat beoogde effect niet, althans onvoldoende worden bereikt. Dat maakt de tijdelijke inzet van camera’s in de openbare ruimte noodzakelijk om de openbare orde in die specifieke omgeving maximaal te proberen te borgen.
Ad 3. Beperkte duur en specifiek gebied
In de veiligheidsanalyse van de politie wordt het aan te wijzen gebied beperkt tot de directe omgeving van de woonobjecten aan de Handelsweg in Nieuwkoop, zowel aan de voor- als de achterzijde. Dat betreft een gebied van beperkte omvang.
Op basis van de thans beschikbare informatie volstaat het om de camera’s in te zetten tot voorlopig 1 januari 2022. Daarmee voldoet het plaatsingsbesluit ook aan deze beide randvoorwaarden voor ondersteund cameratoezicht in de openbare ruimte in het belang van de handhaving van de openbare ruimte.
De maatregel om cameratoezicht in de openbare ruimte in te zetten moet worden geëvalueerd, om te beoordelen of cameratoezicht in het desbetreffende gebied nog noodzakelijk is. Om hierbij tot een volledig beeld te komen, worden er voor deze evaluatie adviezen gevraagd bij de politie en het Openbaar Ministerie.
In de evaluatie wordt met name beoordeeld of de beweegredenen voor invoering nog steeds van toepassing zijn of dat er een camera weggehaald of verplaatst dient te worden. Naast die adviezen wordt in de analyse gebruik gemaakt van de waarnemingen door de operators van cameratoezicht en het omgevingsprofiel. Indien uit de evaluatie blijkt dat de inzet van camera’s in het gebied niet langer noodzakelijk is in het belang van de handhaving van de openbare orde trekt de burgemeester het besluit om in dat gebied camera’s in te zetten in.
De inzet van cameratoezicht moet op een duidelijke wijze kenbaar wordt gemaakt aan de inwoners en derden. Deze personen moeten in kennis worden gesteld van het feit dat het mogelijk is dat zij op beelden kunnen voorkomen zodra zij het cameragebied betreden.
Aan de inwoners en derden moet dus in ieder geval aan de randen van het cameragebied kenbaar worden gemaakt dat zij een cameragebied betreden. In de directe omgeving van het voor cameratoezicht aangewezen gebied worden borden geplaatst om het cameratoezicht kenbaar te maken. Evenals camera’s worden ook de borden duidelijk zichtbaar geplaatst.
Daarnaast wordt het plaatsingsbesluit gepubliceerd en door middel van een brief persoonlijk gecommuniceerd met de betrokken bewoners in het aangewezen gebied.
Volgens de wet mogen de beelden maximaal 4 weken worden opgeslagen. De gemeente Nieuwkoop conformeert zich aan die maximale wettelijke termijn en ziet erop toe dat deze termijn in acht wordt genomen.
Wanneer er geen incidenten zijn worden beelden voor 28 dagen opgeslagen. Na 28 dagen vindt automatische overschrijving plaats. Bij een incident kunnen de beelden worden bevroren en kan opslag plaatsvinden voor maximaal een jaar.
De urgentie om voor het aangewezen gebied tijdelijk cameratoezicht in te zetten is besproken in de lokale Driehoek, van burgemeester, politie en openbaar ministerie. Op basis daarvan heeft de burgemeester besloten voor de omgeving van de Handelsweg in Nieuwkoop tijdelijk cameratoezicht in de openbare ruimte in te zetten, tot 1 januari 2022.
In verband met de hoge urgentie is tevens opdracht gegeven het besluit, dat ook openbaar wordt gepubliceerd, per direct uit te voeren.
De burgemeester informeert de gemeenteraad separaat over het plaatsingsbesluit,
Zoals hiervoor aangegeven, is evaluatie een van de voorwaarden van cameratoezicht. Ten minste twee weken vóór het verstrijken van de plaatsingstermijn wordt voor dit concrete besluit die evaluatie uitgevoerd. Door deze termijn kan de burgemeester tijdig een beslissing nemen om het plaatsingsbesluit al dan niet te verlengen.
Bij de evaluatie wordt er onder andere gekeken naar de volgende punten:
De inzet van cameratoezicht kan plaatsvinden op grond van twee verschillende grondslagen, namelijk:
Per 1 juli 2016 mag de burgemeester ( mobiel ) cameratoezicht inzetten om de openbare orde te handhaven. Bij de toepassing van cameratoezicht zal er altijd maatwerk geleverd moeten worden. Zo dienen beschikbare stroomvoorzieningen en de wijze waarop de verbinding met het uitkijkcentrum tot stand kan worden gebracht ter plaatse te worden onderzocht.
Politie en het Openbaar Ministerie hebben de burgemeester geadviseerd voor de omgeving Handelsweg in Nieuwkoop tijdelijk cameratoezicht in te stellen. Hoofddoel voor de inzet van cameratoezicht in de openbare ruimte is om de rust in de publieke ruimte weer te herstellen, na een ernstig incident, een gespannen situatie en dreigende verstoringen van de openbare orde.
Bij inzet van camera’s op grond van artikel 151c Gemeentewet wijst de burgemeester een gebied aan waarbinnen camera’s worden geplaatst. Dat gebied mag niet groter zijn dan strikt noodzakelijk voor de handhaving van de openbare orde.
Verder gelden dezelfde voorwaarden als hierboven genoemd onder het kopje ‘Wettelijk kader en voorwaarden voor inzet.’
Naast inzet op grond van artikel 151c Gemeentewet, kunnen gemeentelijke camera’s kortstondig door de politie worden ingezet op basis van artikel 3 Politiewet ter handhaving van de rechtsorde. Het kan dan gaan om onvoorziene ordeverstoringen of ( de vrees voor ) ordeverstoringen van tijdelijke aard. Cameratoezicht is toegestaan zolang het niet stelselmatig plaatsvindt en ter handhaving van de openbare orde noodzakelijk is ( proportioneel en subsidiair ) en slechts een beperkte inbreuk op de persoonlijke levenssfeer oplevert.
Bij de inzet van cameratoezicht wordt de rechtmatigheid, de proportionaliteit en de subsidiariteit van dit instrument getoetst om te waarborgen dat er geen ongeoorloofde inbreuk op de privacy van betrokkenen kan worden gepleegd. Bij de totstandkoming van wetgeving met betrekking tot cameratoezicht is daar uitgebreid bij stilgestaan.
De gemeente Nieuwkoop past dan ook de genoemde normen toe bij de inzet van dit instrument.
Data Protection Impact Assessment ( DPIA )
Voor grootschalige en /of stelselmatige monitoring van openbaar toegankelijke ruimten met behulp van camera’s moet een Data Protection Impact Assesment / DPIA worden uitgevoerd. Die opdracht is vastgelegd in het Besluit inzake lijst van verwerkingen van persoonsgegevens waarin door de Autoriteit persoonsgegevens is bepaald voor welke persoonsgegevensverwerkingen een gegevensbeschermingseffectbeoordeling oftewel een DPIA verplicht is gesteld. (Staatscourant 2019 nr. 64418 27 november 2019 ). In dit geval is door de politie en de gemeente onderzoek gedaan naar de gevolgen van het cameratoezicht in het betreffende gebied en de bescherming van persoonsgegevens van inwoners en derden en zijn er passende technische en organisatorische maatregelen getroffen om het cameratoezicht conform de AVG te laten plaatsvinden.
Het plaatsingsbesluit wordt genomen voor een beperkt deel van de Handelsweg in Nieuwkoop, ter hoogte van twee woonobjecten, voor de openbare ruimte aan de voor- en achterzijde ervan. De camera’s worden geplaatst tot vooralsnog 1 januari 2022, en daarmee voor een periode van minder dan 3 maanden. Dat maakt dat van een grootschalige en / of stelselmatige monitoring van openbaar toegankelijke ruimte geen sprake is.
Door het plaatsingsbesluit te publiceren, door borden te plaatsen en het versturen van een bewonersbrief worden betrokkenen geïnformeerd over de tijdelijke inzet van dit instrument.
Met de privacy van betrokkenen wordt zeer zorgvuldig omgegaan.
De camera’s worden door / vanuit de politie-organisatie geplaatst. Voor zover camera’s gericht zijn op woonobjecten worden die door het systeem afgeschermd, opdat van de binnenzijde van de woning zonder meer geen beelden geregistreerd kunnen worden.
Alleen de politie kan de beelden uitlezen. Beelden worden niet gedeeld met derden, ook niet met gemeente. De camerabeelden worden uitgelezen door een selecte groep van gespecialiseerde medewerkers binnen de politie-organisatie. Er wordt gewaarborgd dat de camera’s niet in niet-toegestane ruimten ( huiskamers / tuinen) registreren. Voor zover camera’s gericht zijn op woonobjecten worden die door het systeem afgeschermd, opdat van de binnenzijde van de woning zonder meer geen beelden geregistreerd kunnen worden.
Dit gebeurt onder regie van de politie in het uitkijkcentrum, waarvoor toegangsautorisatie vereist is.
Tevens is er een verwerkersovereenkomst gesloten waarin afspraken zijn gemaakt over de bescherming van persoonsgegevens, het nemen van de juiste maatregelen conform de AVG en de wijze van handelen in geval van een datalek. Conform de Gemeentewet worden de camera’s geplaatst en uitgelezen in het belang van de handhaving van de openbare orde. Alleen politiemedewerkers kunnen ten behoeve van opsporingszaken bij de opgeslagen camerabeelden.
Wanneer er geen incidenten zijn worden beelden voor 28 dagen opgeslagen. Na 28 dagen vindt automatische overschrijving plaats. Bij een incident kunnen de beelden worden bevroren en kan opslag plaatsvinden voor maximaal een jaar.