Organisatie | Groningen |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Rectificatie: POP3 Openstellingsbesluit maatregel niet-productieve investeringen water 2021, provincie Groningen |
Citeertitel | POP3 Openstellingsbesluit maatregel niet-productieve investeringen water 2021, provincie Groningen |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR656049/1
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-10-2021 | nieuwe regeling | 21-09-2021 |
[Deze publicatie betreft een rectificatie omdat in de eerdere versie de bijlagen niet zijn opgenomen. De oorspronkelijke publicatie is op 4 oktober 2021 bekendgemaakt, beschikbaar via Provinciaal blad 2021, 8951.]
Gedeputeerde Staten van Groningen maken bekend dat zij op 21 september 2021, nr. 8 afdeling LGW, dossiernummer K15502 het volgende besluit hebben genomen:
Gedeputeerde Staten van de provincie Groningen:
Gelet op artikel 1.3 en hoofdstuk 2, paragraaf 6 van de Regeling POP 3 subsidies provincie Groningen 2014-2022
Vast te stellen hetgeen volgt:
EU-POP3 Openstellingsbesluit niet-productieve investeringen water 2021, provincie Groningen met een subsidieplafond van € 4.243,200,--.
Artikel 4 Subsidiabele activiteit
In aanvulling op artikel 2.6.1 van de Verordening kan subsidie alleen worden verstrekt voor niet-productieve investeringen die bijdragen aan het vasthouden of bergen van water, de (her)inrichting, transformatie of het beheer van het watersysteem voor landbouw-, water-, KRW- en klimaatdoelen, inclusief de daarbij behorende werkzaamheden en kunstwerken in de volgende gebieden:
De begrensde gebieden zijn weergegeven in bijlagen 1, 2 en 3.
Onverminderd artikel 1.8 van de regeling wordt subsidie geheel of gedeeltelijk geweigerd indien de kosten voor begeleiding van de maatregelen, die aan te merken zijn als kosten genoemd in artikel 7, lid 1 onder e en f, meer dan 40% van de berekende totale subsidiabele kosten bedragen.
De aanvragen die voor subsidie in aanmerking komen worden beoordeeld op basis van het geografisch criterium. Projecten komen slechts in aanmerking voor subsidie indien gelegen in het aangewezen geografisch gebied, of noodzakelijk zijn om de maatregelen in het aangewezen geografische gebied mogelijk te maken.
Artikel 9 Bevoorschotting op basis van realisatie (tussentijdse betaling)
In aanvulling op artikel 1.23 van de Regeling kan één keer per kalenderjaar een aanvraag om een deelbetaling worden ingediend.
Groningen, 21 september 2021
Gedeputeerde Staten voornoemd:
F.J. Paas,
voorzitter.
J. Schrikkema,
secretaris.
Met de openstelling van hoofdstuk 2 paragraaf 6 van de Regeling, 'niet-productieve investeringen water’, kunnen partijen subsidie aanvragen om te investeren in het ecologisch- en hydrologisch functioneren van de watersystemen in de Provincie Groningen.
De openstelling is gericht op investeringen in het landelijk gebied die betrekking hebben op de (her)inrichting/transformatie en het beheer van het watersysteem voor landbouw-, water- en klimaatdoelen.
Deze maatregel heeft een groot positief effect op de kwaliteit van bodem en water (effectbeoordeling): het schoner worden van het leefmilieu, een betere waterkwaliteit en minder wateroverlast. Dit heeft op zijn beurt weer indirecte positieve effecten op onder andere landbouw en natuur. Deze maatregel tot een robuuster watersysteem (bufferfunctie), dit is positief in het kader van klimaatadaptie.
De Klimaatdoelstelling wordt gedefinieerd als de doelstelling om de bestendigheid van het watersysteem tegen de gevolgen van klimaatverandering te vergroten door het beperken van de zoetwatervraag of het beperken of ondervangen van de piekbelasting van het oppervlaktewatersysteem. Het overzicht van de hiertoe uit te voeren maatregelen is opgenomen in de Bestuursovereenkomst Zoetwatermaatregelen IJsselmeergebied 2016-2021. Deze overeenkomst is te downloaden via: https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2015-31819.html;
De bovenwettelijke KRW maatregelen zijn als 'aanvullende maatregelen' opgenomen in hoofdstuk 3 van de maatregelenprogramma's die onderdeel zijn van de Stroomgebiedbeheerplannen (SGBP) Rijn(delta), respectievelijk Eems (periode 2016-2021). Deze SGBP's zijn te raadplegen via: http://www.helpdeskwater.nl/onderwerpen/wetgeving-beleid/kaderrichtlijn-water/2016-2021/
De maatregelen voor het oppervlaktewater zijn ook opgenomen in de factsheets oppervlaktewaterlichamen en/of grondwaterlichamen uit de beheerplannen (c.q. -programma's) van de waterschappen. Deze plannen (c.q. programma's) zijn te downloaden via:
Het Beheerprogramma 2016-2021 van het waterschap Hunze en Aa's; te downloaden via: https://www.hunzeenaas.nl/about/Paginas/Beheerprogramma-2016-2021.aspx
Het Waterbeheerplan 2016–2021 van het Wetterskip Fryslân; te downloaden via https://www.wetterskipfryslan.nl/documenten/bestuur/waterbeheerplan-2016-2021/KRWBeslisnota.pdf
Activiteiten die voldoen aan KRW- of klimaatdoelstellingen die worden uitgevoerd in het Natuurnetwerk Nederland (NNN) hebben de voorkeur. Het NNN betreft de in de Omgevingsvisie 2016-2020 van de provincie Groningen daartoe aangewezen gebieden. De Omgevingsvisie is te downloaden via: https://www.provinciegroningen.nl/beleid/zo-maken-we-beleid/omgevingsvisie-2016-2020/. De begrenzing van het NNN is vastgelegd in de Omgevingsverordening van de provincie Groningen. Deze geconsolideerde en meest actuele versie van de Verordening is te downloaden via: https://groningen.tercera-ro.nl/MapViewer/Default.aspx?id=NLIMRO9920POVgeconsolideerd-GV01
Niet productieve investeringen zijn die investeringen die geen aanmerkelijke stijging van de waarde of rentabiliteit van het landbouw- of bosbouwbedrijf tot gevolg hebben. Het gaat dan bijvoorbeeld om investeringen gericht op verbetering van de waterkwaliteit en -kwantiteit om daarmee een bijdrage te leveren aan doelstellingen zoals beschreven in de Kaderrichtlijn Water en de Nitraatrichtlijn, herstel natuurlijk toestand watersystemen, het duurzaam optimaliseren van de waterhuishouding en om maatregelen gericht op voorkomen en/of beperken van watertekorten, wateroverlast, verzilting en bodemdaling waaronder het vergroten van het watervasthoudend vermogen van landbouwgrond en daarvoor noodzakelijke ict- of technische voorzieningen.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Voorbeelden van maatregelen zijn aanleg- en inrichting van natuurvriendelijk oevers die bijdragen aan doelen KRW en tevens een buffer vormen voor emissies naar oppervlaktewater, herstel watersystemen naar hun natuurlijke toestand, waaronder beekherstel, hermeandering waterlopen, herstellen migratiemogelijkheden, vernatting gronden, aanleg van bufferzone’s langs watergangen, maatregelen die het waterbergend vermogen van gronden en watersystemen vergroten, bijvoorbeeld peilgestuurde drainage, aanleg van helofytenfilters (natuurlijke waterzuiveringsystemen) en waterhuishoudkundige aanpassingen in het watersysteem.
Voor deze openstelling worden geen investeringen ondersteund om aan eisen te voldoen die die direct voortvloeien uit de EU-richtlijnen. Bij de invoering van nieuwe wettelijke eisen voorziet art 17 lid 5 en 6 van Verordening (EU) 1305/2013 overgangstermijnen.
De concrete acties in het kader van deze openstelling vinden plaats binnen de nationale regelgeving en procedures voor de bescherming van milieu en landschap. Dit houdt onder meer in dat subsidie aanvragen worden getoetst op hun bijdrage aan de regionale waterbeheerplannen en moeten voldoen aan alle toepasselijke wetgeving. Dit sluit uit dat er subsidie wordt verstrekt voor maatregelen die overstromingsgevaar zouden doen toenemen. In Nederland zijn alle ingrepen/maatregelen die overstromingsgevaar kunnen doen toenemen, via wetgeving strikt gereguleerd. Indien een subsidieaanvrager niet over de juiste vergunningen beschikt zal het project geen subsidie uitgekeerd krijgen.
In december 2015 hebben de regionale partijen die op het gebied van het waterbeheer in noord Nederland samenwerken (provincies, gemeenten, waterschappen, Rijkswaterstaat) in de afstemmingsnota 'Schoon en gezond water Noord Nederland' (planperiode 2016-2021) aangegeven wat de voortgang van de uitvoering van het waterbeleid is en wat de maatregelen zijn die in de komende planperiode moeten worden uitgevoerd.
Bij de uitvoering van de maatregelen wordt de samenhang met andere beleidsvelden - en de samenwerking met andere partijen - nagestreefd. Bij de inrichting van het NNN, de uitvoering van het Deltaplan Agrarisch Waterbeheer (DAW), het traject 'Droge voeten 2050', het Deltaprogramma Veiligheid en de Richtlijn Overstromingsrisico's, is deze samenhang aanwezig en is samenwerking met andere partijen goed mogelijk.
De integrale inrichting van een aantal waterbergingsgebieden, dat wil zeggen de inrichting waarbij tevens doelstellingen op het gebied van bijvoorbeeld KRW en/of het Natuurnetwerk Nederland (NNN, voorheen EHS) worden gerealiseerd zijn concrete voorbeelden van subsidiabele activiteiten.
Een en ander laat onverlet dat wij eventuele andere maatregelen niet categorisch willen uitsluiten.
Onder artikel 5 lid 1 sub b ‘de niet productieve investeringen hebben een aangetoonde directe link met de landbouw' wordt verstaan dat de investeringen bij gaan dragen aan versterking van de waterhuishouding en zo de negatieve invloed van de landbouw op de waterkwaliteit en de natuur te verminderen. Daarnaast biedt versterking van de waterhuishouding de mogelijkheid om economische ontwikkelingen op het landbouwbedrijf niet te belemmeren.
Voor het doen van een aanvraag moet gebruik gemaakt worden van een door het SNN verstrekt aanvraagformulier. Deze is te vinden op www.snn.nl/pop3. Een aanvraag dient (bij voorkeur digitaal) via het SNN ingediend te worden. Daarbij zijn vaste formats van het projectplan en de begroting verplichte bijlagen.
In het geval BTW aantoonbaar niet verrekenbaar of niet compensabel is, dan mag dit meegenomen worden bij de berekening van de hoogte van de subsidiabele kosten. Voor POP3+ is de mogelijkheid toegevoegd om gebruik te maken van een Standard Cost Option (SCO). Voor deze openstelling is de SCO op basis van artikel 1.9a als kostensoort toegestaan. Dit houdt in dat er over de kosten derden binnen het project, die geen verband houden met de uitvoering van overheidsopdrachten voor werken met een waarde boven het Europese drempelbedrag, een opslag voor personeelskosten berekend mag worden zonder dat hier een administratieve verplichting tegenover staat in de vorm van onderbouwing van het uurtarief, of het bijhouden van een urenregistratie. Deze opslag wordt berekend door de som van de kosten derden binnen het project te vermenigvuldigen met 20%, waarna dat bedrag wordt vermeerderd met een opslag van 15% aan overheadkosten.
Bijvoorbeeld: Totale subsidiabele kosten derden: € 300.000,00. Opslag personeelskosten: 300.000 * 0.2 * 1.15 = € 69.000,00. Subsidiebedrag: (€ 300.000,00 + € 69.000,00) * 100% = € 369.000,00.
De provincie hanteert in dit openstellingsbesluit het geografisch gebiedscriterium. De ten behoeve hiervan geselecteerde gebieden zijn weergegeven in bijlagen 1, 2 en 3. Door gebruik te maken van dit geografisch gebiedscriterium streeft de provincie er naar de provinciale doelstellingen voor klimaat en KRW concreet te laten landen in de aangegeven gebieden.
Projecten dienen grotendeels te worden uitgevoerd in of ten behoeve van de omschreven gebieden. Onderdelen van het project of maatregelen binnen het project hoeven niet noodzakelijkerwijs binnen de omschreven gebieden te worden uitgevoerd, maar dienen wel grotendeels ten goede te komen van het watersysteem in de geselecteerde gebieden.