Organisatie | Oudewater |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de raad van Oudewater houdende regels voor een parkeerfonds (Verordening Parkeerfonds Oudewater 2021) |
Citeertitel | Verordening Parkeerfonds Oudewater 2021 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Nota Parkeernormen Oudewater 2021 |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-10-2021 | Nieuwe regeling | 14-07-2021 |
Het Parkeerfonds zoals beschreven in de Nota Parkeernormen 2021 of diens rechtsopvolgers van de gemeente Oudewater.
Gebiedsafbakening: De binnenstad waarin het parkeerfonds geldt is omsloten door de Oude Singel, de Laan van Snelrewaard, de Waardsedijk, de Groenekade, de Utrechtsestraatweg, de Zwier Regelinkstraat en de Joh. J. Vierbergenweg.
Uitvoering: Het uitvoeren van onderhavige regelingen voor stortingen in het parkeerfonds en de handhaving daarvan, wordt integraal onderdeel van het verlenen van omgevingsvergunningen. De storting wordt gelijk met de leges geïnd. Bij de handhaving behoeven compenserende parkeerplaatsen op eigen terrein aandacht. Deze parkeerplaatsen mogen na verloop van tijd geen andere bestemming krijgen (waardoor de parkeerdruk in de openbare ruimte toeneemt).
Het aanleggen van nieuwe parkeerplaatsen op een eigen terrein in of direct buiten de binnenstad geeft bovendien geen rechten op aanspraken van bewoners of bedrijven uit voorliggend parkeerfonds.
Artikel 4. Besteding van de gelden
Om significante parkeercapaciteit te bouwen voor gebruikers van de binnenstad zijn volgens het Parkeerbeleid minstens 100 extra parkeerplaatsen nodig. De voorkeur gaat echter al uit naar minstens 200 extra parkeerplaatsen, om daadwerkelijk te komen tot een acceptabele parkeerdruk in de binnenstad van Oudewater.
In het Parkeerbeleid Oudewater 2021 worden 3 mogelijke locaties voor grote parkeeruitbreidingen benoemd. Slechts 1 van deze locaties, de uitbreiding van de parkeercapaciteit van het parkeerterrein naast het stadskantoor langs de Waardsedijk, wordt als reële uitbreidingsmogelijkheid aangemerkt. In de toekomst is hier een mogelijkheid om een gebouwde voorziening te maken in de vorm van een parkeerdek/gebouw. De hoogte van de bijdrage van het parkeerfonds is bepaald aan de hand van de voorziene ontwikkelingen (binnen 10 jaar) die mogelijk resulteren in een bijdrage aan het parkeerfonds verdeeld over de kosten van een gebouwde voorziening.
Indien er in de toekomst betere alternatieven ontstaan t.b.v. de parkeercapaciteit van de binnenstad kan er gekozen worden om deze alternatieven te financieren vanuit het parkeerfonds.
Per niet gerealiseerde fietsparkeerplaats (ofwel stallingsplaats) wordt een bijdrage gevraagd waarmee niet voorziene stallingsplaatsen van de ontwikkeling worden opgevangen en/of de algemene parkeerdruk voor het stallen van de fiets in de binnenstad wordt verbeterd conform de ambities uit het parkeerbeleid.
De kosten voor een gebouwde voorziening op deze locatie bedraagt naar schatting van een minimale variant ongeveer 1.000.000 euro (voor één extra verdieping). De voorziening levert naar verwachting 50 tot 80 (afhankelijk van de grootte) extra parkeerplaatsen per verdieping op. Binnen 10 jaar is de schatting dat er in de binnenstad ontwikkelingen gaan spelen die in aanmerking komen voor een bijdrage aan het parkeerfonds. De potentiële bijdrage voor het aantal parkeerplaatsen voor de komende 5 jaar is op dit moment in te schatten en bedraagt ongeveer 50 parkeerplaatsen. Voor een bedrag van 20.000 euro per parkeerplaats kan daarmee de minimale variant van een parkeerdek gefinancierd worden.
Het streven is om binnen 2 jaar een haalbaarheidsonderzoek te hebben uitgevoerd voor de uitbreiding van circa 100 parkeerplaatsen. Dit kan zowel een onderzoek zijn naar maaiveld parkeren als een parkeerdek op een bestaand parkeerterrein. Na circa 5 jaar is er naar verwachting een significant bedrag in het parkeerfonds waar extra parkeercapaciteit mee gerealiseerd kan worden. Op deze manier wordt bovendien voldaan aan de rechtmatige termijn waarin de gelden besteed moeten worden (zie artikel 6).
Binnen dit haalbaarheidsonderzoek zal gefocust worden op de uitwerking van de voorzieningen die we nu voorzien, maar zal ook gekeken worden of er kansrijke alternatieven zijn. Wanneer deze zich niet voordoen wordt ingezet op een uitbreiding van het parkeerterrein van het stadskantoor langs de Waardsedijk.
Per niet gerealiseerde parkeerplaats van de parkeereis bij woonfuncties geldt een bijdrage van € 20.000,- in het parkeerfonds.
Voor het aantal extra bedrijven (in vierkante meter oppervlak, zoals ook de parkeernorm geldt per 100 m2 bruto vloeroppervlak) is geen toekomstbeeld. De voorwaarde is dat ook bedrijven een bijdrage doen per niet gerealiseerde parkeerplaats van de parkeereis. Op deze manier moeten alsnog voldoende gelden worden geïnd om het parkeerdek te kunnen financieren.
Per niet gerealiseerde parkeerplaats van de parkeereis bij bedrijfsfuncties geldt een bijdrage van € 20.000,- in het parkeerfonds.
Het fietsparkeren wordt apart gezien van de oplossing voor het autoparkeren.
Per niet gerealiseerde stallingsplaats voor de fiets bij zowel woon- en bedrijfsfuncties geldt een bijdrage van € 1.500,- in het parkeerfonds.
In het restgebied van Oudewater is het in principe niet mogelijk een bijdrage te leveren aan het parkeerfonds. Onder voorwaarden kan hier op worden afgeweken. Dit kan bijvoorbeeld indien er een gebiedsontwikkeling gepland wordt in het restgebied. Het college van B&W kan dan alsnog ervoor kiezen akkoord te gaan met het leveren van een bijdrage aan het parkeerfonds tegen een nader te bepalen tarief. De besteding van het parkeerfonds blijft te allen tijde voor extra parkeercapaciteit wat op loopafstand is te bereiken van de binnenstad.
Aldus besloten door de raad van de gemeente Oudewater in zijn openbare vergadering, gehouden op 14 juli 2021.
De griffier, De burgemeester,
Mr. A. van der Lugt drs. D.C. de Vries
Toelichting Verordening Parkeerfonds 2021:
Vanwege onder meer de hoge parkeerdruk, het historisch karakter van de binnenstad en het ontbreken van vigerend parkeerbeleid, is een Parkeerbeleid voor de binnenstad van Oudewater opgesteld. Dit parkeerbeleid beschrijft de situatie in de binnenstad met vooral de hoge parkeerdruk en ruimtelijke ambities en met welke parkeermaatregelen de situatie kan worden verbeterd. Vanwege transformaties en uitbreiding van functies is er ook een Nota Parkeernormen opgesteld. Deze nota borgt dat nieuwe ontwikkelingen de parkeereis op eigen terrein opvangen. Het is echter niet overal fysiek mogelijk om de extra parkeereis op eigen terrein op te vangen. Daarom dient voorliggende verordening om ontwikkelingen een doorgang te bieden; voor iedere niet gerealiseerde parkeerplaats volgens de parkeereis wordt een bijdrage gestort in het parkeerfonds.
In 2001 is reeds een Parkeernotitie vastgesteld waarin is beschreven dat de parkeerdruk hoog is, parkeren bij nieuwe ontwikkelingen op eigen terrein moet plaats vinden en is voorgesteld om de huidige parkeerduurbeperking (blauwe zone) in de binnenstad aanzienlijk uit te breiden.
Om het parkeren bij nieuwbouw en transformaties beter te borgen, is vervolgens in 2004 het Parkeerfonds Binnenstad vastgesteld. Bij gebruik van openbare parkeerplaatsen door nieuwbouw of transformatie werd een bijdrage gevraagd voor het parkeerfonds van € 5.000,-. Tegenwoordig kan men voor dit bedrag nauwelijks een parkeerplaats realiseren in de openbare ruimte. Daarom wordt het bedrag met de actualisatie van deze verordening verhoogd naar € 20.000,-.
Met voorliggende verordening wordt het parkeerfonds herzien en moet het financieel toegankelijker zijn om op termijn een significant aantal parkeerplaatsen te realiseren. Deze uitbreiding van parkeerplaatsen zal in de binnenstad of op loopafstand voor gebruikers van de binnenstad liggen. Met de extra parkeercapaciteit wordt de parkeereis van een aantal ontwikkelingen opgevangen en met name de algemene parkeerdruk in de binnenstad verlaagd.
Deze verordening beschrijft hoe een bijdrage wordt gedaan als de parkeereis niet volledig op eigen terrein kan worden opgevangen en waar de geïnde gelden aan worden besteed.