Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Artikel 1:1 Definities
In dit beleid wordt verstaan onder:
- 1.
Vaste standplaats: het innemen van een vaste standplaats op een of meer vaste tijdstippen per week.
- 2.
Tijdelijke standplaats: het innemen van een tijdelijke standplaats op een aantal dagen van het jaar.
- 3.
Onder een standplaats wordt niet verstaan:
- a.
een vaste plaats op een jaarmarkt of (waren) markt als bedoeld in artikel 160, eerste lid, aanhef en onder g, van de Gemeentewet;
- b.
een vaste plaats op een evenement als bedoeld in artikel 2:24 van de Algemene plaatselijke verordening Oldenzaal 2020
Artikel 1:2 Beslistermijn
- 1.
Het college beslist op een aanvraag voor een standplaatsvergunning binnen acht weken na de datum van ontvangst van de aanvraag.
- 2.
Het college kan de termijn maximaal met acht (8) weken verlengen.
Artikel 1:3 Voorschriften en beperkingen
- 1.
Aan een standplaatsvergunning kunnen voorschriften en beperkingen worden verbonden. Deze voorschriften en beperkingen strekken slechts tot het beschermen van het belang of de belangen in verband waarmee de standplaatsvergunning is vereist.
- 2.
Degene aan wie een standplaatsvergunning is verleend, is verplicht de daaraan verbonden voorschriften en beperkingen na te komen.
Artikel 1:4 Persoonlijk karakter van standplaatsvergunning
De standplaatsvergunning wordt verleend aan een natuurlijkpersoon of rechtspersoon. En is alleen overdraagbaar onder de omstandigheden, genoemd in artikel 4.1 van dit beleid.
Artikel 1:5 Intrekken of wijzigen van de standplaatsvergunning
De standplaatsvergunning kan worden ingetrokken of gewijzigd als:
- a.
voor het krijgen van de vergunning onjuiste of onvolledige gegevens zijn verstrekt;
- b.
op basis van een verandering van de omstandigheden of inzichten opgetreden na het verlenen van de vergunning, intrekken of wijzigen noodzakelijk is vanwege het belang of de belangen ter bescherming waarvan de vergunning is vereist;
- c.
de aan de vergunning verbonden voorschriften en beperkingen niet zijn of worden nagekomen;
- d.
van de vergunning geen gebruik wordt gemaakt binnen of gedurende een daarin gestelde termijn of bij het ontbreken van een gestelde termijn, binnen een redelijke termijn;
- e.
gebleken is dat een ander dan de vergunninghouder of de aangewezen persoon de standplaats in gebruik heeft genomen;
- f.
Niet of niet tijdig de verschuldigde precario zijn betaald, die worden geheven voor gebruik van gemeentegrond of;
- g.
Artikel 1:6 Termijnen
- 1.
Een vaste standplaatsvergunning wordt voor een termijn van maximaal vijf jaar verleend.
- 2.
Een tijdelijke standplaatsvergunning wordt verleend voor maximaal twaalf aaneengesloten dagen per jaar.
Artikel 1:7 Weigeringsgronden
- 1.
De standplaatsvergunning kan worden geweigerd in het belang van:
- a.
- b.
- c.
- d.
de bescherming van het milieu.
- 2.
Het college weigert de standplaatsvergunning wegens strijd met een geldend bestemmingsplan, beheers verordening, exploitatieplan of voorbereidingsbesluit.
- 3.
De standplaatsvergunning kan ook worden geweigerd als:
- a.
de standplaats hetzij op zichzelf, hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand; of
- b.
een kwantitatieve of territoriale beperking als gevolg van bijzondere omstandigheden in de gemeente of in een deel van de gemeente noodzakelijk is in verband met een dwingende reden van algemeen belang.
- c.
als de exploitant of de leidinggevende in enig opzicht van slecht levensgedrag is.
Hoofdstuk 3 Locaties standplaatsen
Artikel 3:1 Locaties en tijden
- 1.
Het innemen van een standplaats kan op:
- a.
- b.
- c.
Winkelcentrum Zuid Berghuizen;
- d.
- e.
- f.
- g.
Kloosterstraat / Oostwal (Bisschopsplein);
- h.
Parkeerterrein Molkenboer;
- i.
- 2.
Een standplaatsvergunning kan worden verleend voor maandag tot en met zondag tussen 06.00 uur en 22.00 uur.
- 3.
Er mogen geen standplaatsen worden ingenomen op de (waren) markten.
Artikel 3:2 Maximumstelsel
- 1.
Het maximaal aantal standplaatsen op een locatie is drie (3) standplaatsen per dag.
- 2.
Er kunnen zeven (7) dagen per week standplaatsen worden ingenomen op een locatie.
- 3.
Bij bijzondere omstandigheden kan van het maximumstelsel worden afgeweken, met het in acht nemen van de brancheverdeling. Bijvoorbeeld standplaatsen voor medisch onderzoek of tijdelijke standplaatsen.
Artikel 3:3 Branchebeperkingen
Op een locatie wordt maximaal een (1) standplaatsvergunning voor een zelfde branche verleend.
Artikel 3:4 Tijdelijk wijzigen locatie standplaats
Als door het uitvoeren van (weg) werkzaamheden of door het houden van evenementen het noodzakelijk is om tijdelijk de locatie van de standplaats te wijzigen, kan het college een andere (tijdelijke) locatie aanwijzen.
Artikel 3:5 Standplaatsen op particulier terrein
- 1.
Voor het innemen van een standplaatsen op particulier terrein moet een standplaatsvergunning worden aangevraagd.
- 2.
De locatie moet openbaar toegankelijk zijn.
- 3.
De eigenaar van het terrein moet schriftelijke toestemming geven.
- 4.
De bepalingen uit dit beleid zijn van toepassing op standplaatsen op particulier terrein.
Hoofdstuk 6 Overgangs- en slotbepalingen
Artikel 6:1 Overgangsbepaling
Besluiten, genomen voor het vaststellen van dit beleid, die golden op het moment van het inwerkingtreden van dit beleid en waarvoor dit beleid volgens besluiten kent, gelden als besluiten genomen volgens dit beleid.
Artikel 6:2 Evaluatie
Het standplaatsenbeleid Oldenzaal 2021 wordt elk jaar geëvalueerd. Als het nodig is kan het beleid tussentijds aangepast worden.
Artikel 6:3 Hardheidsclausule
In gevallen waarin het standplaatsenbeleid Oldenzaal 2021 niet voorziet, beslist het college van burgemeester en wethouders. Op basis van artikel 4:84 Awb kan het college gemotiveerd afwijken van dit beleid.
Artikel 6:4 Ter inzage
Het standplaatsenbeleid Oldenzaal 2021 is van 24 februari 2021 tot 6 april 2021 ter inzage gelegd.
Artikel 6:6 Inwerkingtreding
Het standplaatsenbeleid Oldenzaal 2021 treedt in werking op de dag na bekendmaking van dit beleid.
Artikel 6:7 Citeertitel
Dit beleid wordt aangehaald als: Standplaatsenbeleid Oldenzaal 2021