Organisatie | Nieuwegein |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling uitvoering van bouw- of sloopwerkzaamheden Nieuwegein 2021 (Regeling BLVC Nieuwegein 2021) |
Citeertitel | Regeling BLVC Nieuwegein 2021 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp |
De aanhef van deze regeling is gewijzigd.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-05-2024 | aanhef, artikel 1, 2, 3, 5, 6, toelichting | 14-05-2024 | |||
01-01-2024 | 25-05-2024 | artikel 1, bijlage 1, toelichting | 31-10-2023 | ||
21-09-2021 | 01-01-2024 | nieuwe regeling | 07-09-2021 |
In deze regeling wordt verstaan onder:
BLVC-plan: een plan waarin aspecten ten aanzien van bereikbaarheid, leefbaarheid, veiligheid en communicatie ten behoeve van inwoners is beschreven, met name hoe het bouwproject uitgevoerd gaat worden, de fasering en bereikbaarheid, welke vormen van overlast (geluid, trillingen, licht, verkeer etc.) te verwachten zijn en welke maatregelen genomen worden om deze overlast zoveel mogelijk te voorkomen dan wel te beperken. Ook een beschrijving van communicatie met de nabijgelegen omgeving van het bouwproject behoort tot dit plan;
Bouw-/sloopveiligheidsplan: een plan waarin de maatregelen zijn beschreven die de veiligheid voor de omgeving moeten waarborgen. Een Bouwveiligheidsplan als bedoeld in artikel 7.8 van het Besluit Bouwwerken Leefomgeving of het sloopveiligheidsplan is bedoeld in artikel 7.13 van het Besluit Bouwwerken Leefomgeving;
Artikel 4 Afwijken van het BLVC-plan
Afwijken van een goedgekeurd BLVC-plan is niet toegestaan, tenzij daarvoor een schriftelijke ontheffing wordt verleend door het college, waarbij in ieder geval sprake moet zijn van maatregelen die leiden tot een gelijkwaardig beschermingsniveau.
Indien een activiteit als bedoeld in artikel 2 eerste lid wordt uitgevoerd in strijd met het BLVC-plan en tevens geen ontheffing voor het afwijken van het BLVC-plan is verleend, kan het college de activiteit stilleggen tot het moment dat de activiteit conform het BLVC-plan of de goedgekeurde afwijking als bedoeld in artikel 4 uitgevoerd kan worden.
De verplichting om een BLVC-plan in te dienen als bedoeld in artikel 3 eerste lid, is ook van toepassing op bouw- en/of sloopwerkzaamheden waarvoor reeds een omgevingsvergunning is aangevraagd voorafgaand aan de inwerkingtreding van deze regeling, doch nog niet is verleend op het moment dat deze regeling in werking treedt.
Aldus vastgesteld in de collegevergadering van 7 september 2021.
Ellie Liebregts
de secretaris
Frans Backhuijs
de burgemeester
Een BLVC-plan bestaat tenminste uit de volgende onderdelen:
Naam en contactgegevens van diegene die het treffen van de maatregelen coördineert
Omschrijving van de relevante omgeving en betrokken partijen o.a. t.b.v. formuleren van doelgroepen voor bouwcommunicatie)
Bij deze analyse wordt in kaart gebracht welke negatieve effecten er zijn te verwachten ten aanzien van bereikbaarheid, leefbaarheid en veiligheid van bewoners, woningen, voorzieningen en bedrijven.
Beschrijving van de maatregelen die de leefbaarheid op peil moeten houden
F. Bouw- en sloopveiligheid (het veiligheidsplan)
Een ingevulde maatregelenmatrix en verwijzing naar documenten
Maatregelenmatrix en verwijzing naar documenten
Bij grote bouw- en sloopprojecten is de kans op een grote belasting op de omgeving groot. Dit kan zowel gelden voor personen als voor bouwwerken. Zo kan er sprake zijn van veel bouwverkeer en worden de werkzaamheden niet altijd uitsluitend uitgevoerd op het perceel waar de bouw of sloop plaatsvindt. Dit kan leiden tot een grote belasting op de omgeving rondom het bouwterrein.
Vormen van belasting zijn: geluid, trillingen, stof en puin, schade aan omliggende panden, verminderde bereikbaarheid etc. In de regeling BLVC Nieuwegein 2021 is vastgelegd dat initiatiefnemers middels een BLVC-plan inzicht geven in de vormen van overlast die ten gevolge van de bouw- en sloopwerkzaamheden kunnen voorkomen. Uit het BLVC-plan moet blijken dat de bereikbaarheid, leefbaarheid en veiligheid van weggebruikers en omwonenden wordt gewaarborgd in relatie tot de uitvoeringswijze en hoe dit naar weggebruikers en omwonenden wordt gecommuniceerd. Met de eerste wijziging van deze regeling in 2024 vallen werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden en het plaatsen van objecten in de openbare ruimte ook onder de werking van de BLVC-regeling.
Door het verplicht stellen van BLVC-plan (en onderliggende plannen) wordt bereikt dat maatregelen voor de bereikbaarheid, leefbaarheid, (bouw) veiligheid en communicatie al vroeg in de planvorming ter sprake komen en daardoor integraal deel uitmaken van het project.
Dit artikel bevat een aantal definities om de begrippen uit deze regeling te verduidelijken. Hierin wordt onder andere verduidelijkt dat het BLVC-plan breder is qua inhoud dan een bouw-/sloopveiligheidsplan op grond van het Besluit Bouwwerken Leefomgeving.
Deze regeling is van toepassing op het gehele grondgebied van de Gemeente Nieuwegein. In het eerste lid wordt aangegeven welke activiteiten vallen onder de werkingssfeer van deze regeling. In het tweede lid worden werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden onder bepaalde gevallen uitgesloten van de werking van deze regeling. Het gaat om die gevallen waarin de gemeente Nieuwegein de werkzaamheden zelf uitvoert en waarvoor tevens geen omgevingsvergunning nodig is. Deze voorwaarden gelden cumulatief.
Het indienen van het concept BLVC-plan wordt op grond van het eerste lid gekoppeld aan het doen van de melding of het indienen van de aanvraag voor een ontheffing of een omgevingsvergunning. Hoewel dit de formele procedure betreft, wil de Gemeente Nieuwegein ernaar streven om met de initiatiefnemer al in de voorfase met elkaar in overleg te gaan over de verwachte activiteiten en overlast en wat dit voor gevolgen kan hebben voor de omgeving waarmee in de voorfase al met de initiatiefnemer een inschatting kan worden gemaakt voor wat betreft de inhoud van het BLVC-plan.
Op grond van het tweede lid kan de initiatiefnemer aantonen dat er geen sprake zal zijn van overlast. Heeft de initiatiefnemer dat aangetoond, dan kan worden afgezien van de plicht om een BLVC-plan te maken. Ook in geval van calamiteiten waarbij snel gehandeld dient te worden om schade of acuut gevaar te voorkomen dan wel te beperken, kan worden afgezien van het vereiste van een BLVC-plan. Hoewel in geval van calamiteiten kan worden afgezien van het vereiste van een BLVC-plan, dient wel contact te worden gezocht met de Gemeente Nieuwegein en een terugkoppeling te worden gegeven zodra de calamiteit verholpen is.
Het derde lid is ervoor bedoeld dat de activiteit niet eerder mag starten dan dat middels de goedkeuring van het college gegarandeerd kan worden dat de activiteit binnen een acceptabele belasting op de nabije omgeving uitgevoerd kan worden.
Afwijken van het BLVC-plan wordt in beginsel verboden. Er kunnen zich situaties voordoen waarbij andersoortige maatregelen dan de maatregelen die in het BLVC-plan zijn opgenomen een gelijkwaardig beschermingsniveau kunnen creëren voor de nabije omgeving. In de gevallen waarbij een gelijkwaardig beschermingsniveau kan worden gegarandeerd, kan het college een ontheffing verlenen aan de initiatiefnemer om te mogen afwijken van de maatregelen zoals die beschreven zijn in het BLVC-plan. Dit kan zich bijvoorbeeld voordoen bij technische ontwikkelingen. In alle gevallen, BLVC-plannen en afwijkingen daarop, dient voldaan te worden aan de norm van artikel 4:5c APV.
Dit artikel geeft het college de mogelijkheid om de activiteit die uitgevoerd wordt stil te leggen in gevallen waarin in strijd met het goedgekeurde BLVC-plan en artikel 4:5c APV wordt gehandeld en die activiteit leidt tot vormen van overlast die door de in het BLVC-plan opgenomen maatregelen zouden moeten worden voorkomen dan wel gemitigeerd zouden moeten worden. Indien een afwijking van het BLVC-plan wordt goedgekeurd ten tijde van een opgeschorte activiteit, kan de activiteit hervat worden. Het handhaven bij deze overtredingen ligt in het verlengde van artikel 4:5c APV.
De handhavingsbevoegdheid als bedoeld in dit artikel doet niet af aan de bevoegdheid handhavend op te treden op grond van artikel 6:1 en artikel 6:3 van de Algemene plaatselijke verordening en hoofdstuk 5 van de Algemene wet bestuursrecht.
De regeling BLVC 2021 gaat gelden voor gebieden waar al voorafgaand aan de werking van de regeling verscheidene activiteiten plaatsvinden en hebben gevonden. Voor de situatie waarbij met de initiatiefnemer bij anterieure overeenkomst is afgesproken dat een BLVC-plan gemaakt zou worden wordt deze regeling vanaf het moment van inwerkingtreding van toepassing op de rest van de uitvoering van de werkzaamheden volgens het vastgestelde BLVC-plan. De handhaving op basis van deze regeling is daarmee ook van toepassing op deze BLVC-plannen.
Voor bouw- en sloopprojecten waar voorafgaand aan deze regeling geen BLVC-plan is gemaakt, noch is afgesproken om een BLVC-plan op te stellen gelden de regels van deze regeling niet. Dit ontslaat de initiatiefnemer echter niet van zijn verantwoordelijkheid om de overlast als gevolg van de bouw- en/of sloopwerkzaamheden te beperken tot een acceptabel niveau voor de omgeving nabij het bouwterrein.
Met de eerste wijziging van de BLVC-regeling in mei 2024 worden de activiteiten werken, geen bouwwerk zijnde, en werkzaamheden en ook het plaatsen van objecten in de openbare ruimte BLVC-plichtig als er een melding, ontheffing of omgevingsvergunning is vereist voor die activiteiten. Voor zover de melding reeds is gedaan of een ontheffing/omgevingsvergunning is verkregen op het moment dat deze wijziging van de BLVC-regeling in werking treedt, zijn deze activiteiten uitgesloten van de werking van de BLVC-regeling.
indien aannemelijk is dat de dagwaarde vanwege het uitvoeren van bouw- of sloopwerkzaamheden meer bedraagt of de maximale blootstellingsduur in dagen langer duurt dan de waarden, bedoeld in artikel 7.17 en 7.39 van het Besluit Bouwwerken leefomgeving of indien aannemelijk is dat niet wordt voldaan aan de beleidsregels als bedoeld in artikel 7.17, derde lid van het Besluit Bouwwerken Leefomgeving;