Organisatie | Veiligheidsregio Gelderland-Zuid |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Algemeen Delegatiebesluit 2013 |
Citeertitel | Algemeen Delegatiebesluit Veiligheidsregio Gelderland-Zuid |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Overzicht van bevoegdheden |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-09-2021 | 01-07-2013 | nieuwe regeling | 26-06-2013 | Besluit AB van de VRGZ d.d.26 juni 2013 |
- Overwegende dat de Gemeentewet, de Wet Veiligheidsregio's, en diverse andere wetten bevoegdheden neerleggen bij het bestuur van de gemeenschappelijke regeling;
- Overwegende dat het, ter bevordering van de doelmatigheid in de besluitvorming, gewenst is om een aantal bevoegdheden te delegeren het Dagelijks Bestuur;
- Overwegende dat het voor de duidelijkheid wenselijk is om in een bijlage bij dit delegatiebesluit duidelijk op te nemen welke bevoegdheden het Algemeen Bestuur aan zichzelf houdt;
- Gelet op het bepaalde in de Algemene wet bestuursrecht, de Wet Gemeenschappelijke Regelingen, de Wet Veiligheidsregio's, het Besluit Veiligheidsregio's, de Gemeentewet en – voor zover van toepassing op gemeenschappelijke regelingen - de gemeentewet zoals deze gold voor inwerkingtreding van de Wet dualisering gemeentebestuur, en de Gemeenschappelijke Regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid:
de navolgende bevoegdheden aan het Dagelijks Bestuur te delegeren:
Artikel 1: Wet veiligheidsregio’s en gemeenschappelijke regeling
De taken en bevoegdheden zoals genoemd in artikel 10 van de Wet veiligheidsregio’s en artikel 5 van de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Gelderland-Zuid inclusief de daarbij behorende werkzaamheden, met uitzondering van de taken en bevoegdheden zoals genoemd in artikel 9 lid 2 van voornoemde gemeenschappelijke regeling en behoudens de overige uitzonderingen zoals genoemd in bijlage 1.
Artikel 2: Algemene Maatregelen van Bestuur
De taken en bevoegdheden zoals genoemd in het Besluit Veiligheidsregio’s, het Besluit informatie inzake rampen en crises, het Besluit risico’s zware ongevallen 1999, het Besluit externe veiligheid inrichtingen, het Besluit externe veiligheid buisleidingen, het Besluit omgevingsrecht, het Vuurwerkbesluit en het Besluit risico’s zware ongevallen 1999 die zijn opgedragen aan het bestuur van de Veiligheidsregio inclusief de daarbij behorende werkzaamheden, behoudens de uitzonderingen zoals genoemd in bijlage 1.
Artikel 3: Overige bevoegdheden algemeen.
de volgende voorwaarden vast te stellen waaronder de bevoegdheden gedelegeerd worden:
1. Het uitoefenen van de gedelegeerde bevoegdheden dient te geschieden binnen de door het Algemeen Bestuur vastgestelde beleidskaders, zoals deze (onder meer) zijn vastgelegd in het beleidsplan en crisisplan, en de overige door het Algemeen Bestuur vastgestelde beleidsuitgangspunten.
2. Het uitoefenen van de gedelegeerde bevoegdheden dient te passen binnen de door het Algemeen Bestuur vastgestelde financiële kaders, zoals deze (onder meer) blijken uit de begroting.
Dit besluit treedt in werking met ingang van 1 juli 2013 en kan worden aangehaald als “Algemeen Delegatiebesluit Veiligheidsregio Gelderland-Zuid”.
Aldus besloten in de openbare vergadering van het Algemeen Bestuur van de Veiligheidsregio Gelderland-Zuid d.d.26 juni 2013.
De voorzitter,
Drs. H.M.F. Bruls
De secretaris,
mr. A.A.J. Verhoeven
Overzicht van bevoegdheden, die het Algemeen Bestuur voor zichzelf houdt.
Toelichting op het Algemeen Delegatiebesluit
Op grond van wet- en regelgeving (o.a. de Wet Veiligheidsregio's en het Besluit Veiligheidsregio's) komt aan "het bestuur van de Veiligheidsregio" de bevoegdheid toe om bepaalde taken uit te oefenen en besluiten te nemen. Ook in de - per 1 januari 2013 geldende - gemeenschappelijke regeling worden bevoegdheden overgedragen aan het bestuur van de veiligheidsregio. Tot op heden was nog geen formeel delegatiebesluit vastgesteld.
Het Algemeen Bestuur (hierna: AB) is het hoogste bestuursorgaan van de veiligheidsregio. Derhalve kan het AB besluiten of zij de aan het bestuur van de veiligheidsregio toekomende bevoegdheden zelf wil uitoefenen, of dat zij (een gedeelte van) deze bevoegdheden delegeert aan het Dagelijks Bestuur (DB).
Een aantal bevoegdheden mogen niet aan het DB worden gedelegeerd, omdat dat in strijd is met de wet. Zo is het niet toegestaan om het vaststellen van jaarrekening en begroting over te dragen aan het DB. In artikel 9, tweede lid, van de gemeenschappelijke regeling staan nog meer bevoegdheden genoemd, die het AB niet kan overdragen aan het DB. Voor de duidelijkheid is onder dit delegatiebesluit een overzicht opgenomen van bevoegdheden, die het AB voor zichzelf houdt.
Door vaststelling van dit delegatiebesluit besluit het AB om een aantal andere bevoegdheden wèl over te dragen aan het Dagelijks Bestuur. De reden daarvoor is eenvoudig: gelet op een doelmatige besluitvorming is het praktisch onmogelijk om al dit soort bevoegdheden als AB zelf uit te oefenen. Daarnaast is het wenselijk dat de bevoegdheden worden uitgeoefend op het bestuurlijk niveau dat daarvoor het meest geschikt is, gelet op de aard en inhoud van die bevoegdheden, die betrekking hebben op de dagelijkse gang van zaken.
Binnen een gemeenschappelijke regeling is het AB het aangewezen bestuursorgaan om de hoofdlijnen van het beleid vast te stellen, bijv. door het vaststellen van een beleidsplan, crisisplan, andere beleidsnotities, alsmede de begroting en jaarrekening.
Het DB functioneert binnen de VRGZ als agendacommissie en is verantwoordelijk voor het Dagelijks Bestuur. Dit betekent dat het DB ervoor moet zorgdragen dat daadwerkelijk uitvoering wordt gegeven aan het beleid dat het AB heeft vastgesteld, en in onvoorziene situaties in staat moet zijn om zelf handelend op te treden. Deze taken oefent het DB uit in samenwerking met de algemeen directeur, waaraan zij een aantal bevoegdheden zal mandateren. In de eerstvolgende vergadering van het Dagelijks Bestuur zal een mandaatbesluit worden vastgesteld, waardoor veel van de geledelegeerde bevoegdheden worden gemandateerd aan de algemeen directeur.
In geval van delegatie van bevoegdheden kan het DB de gedelegeerde bevoegdheden onder eigen verantwoordelijkheid uitoefenen (artikel 10:13 Algemene wet bestuursrecht). Dit betekent echter niet dat het AB geen mogelijkheden heeft om hierop invloed uit te oefenen. Zo heeft het AB desgewenst de mogelijkheid om beleidsregels op te stellen over de wijze waarop het DB uitvoering moet geven aan bepaalde gedelegeerde bevoegdheden. In het delegatiebesluit is verder expliciet vastgelegd dat het DB zich, bij het uitoefenen van de gedelegeerde bevoegdheden, dient te houden aan de overige door het AB vastgelegde beleidskaders en financiële kaders.