Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
GGD IJsselland

Besluit machtiging en mandatering toezichthouders kinderopvang GGD IJsselland 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGGD IJsselland
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBesluit machtiging en mandatering toezichthouders kinderopvang GGD IJsselland 2021
CiteertitelBesluit machtiging en mandatering toezichthouders kinderopvang GGD IJsselland 2021
Vastgesteld doorgemandateerde functionaris
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt het Besluit mandatering en machtiging toezichthouders kinderopvang GGD IJsselland 2019 voor zover het besluit betrekking heeft op de gemeenten Dalfsen, Hardenberg, Kampen, Ommen, Steenwijkerland, Zwartewaterland en Zwolle.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 1.61 van de Wet kinderopvang
  2. artikel 58r, vijfde lid, van de Wet publieke gezondheid
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

18-09-202101-07-2021nieuwe regeling

09-09-2021

bgr-2021-809

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit machtiging en mandatering toezichthouders kinderopvang GGD IJsselland 2021

De directeur publieke gezondheid van GGD IJsselland,

 

OVERWEGENDE DAT:

 

  • 1.

    de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeente Dalfsen, Hardenberg, Kampen, Ommen, Steenwijkerland, Zwartewaterland en Zwolle elk afzonderlijk de directeur publieke gezondheid van GGD IJsselland in verband met het opnemen van nieuwe bevoegdheden in de Wet publieke gezondheid opnieuw hebben aangewezen als toezichthouder in de zin van artikel 1.61 Wet kinderopvang;

  • 2.

    dat het toezicht door de nieuwe aanwijzing tevens het toezicht omvat op de naleving van de bij of krachtens hoofdstuk Va van de Wet publieke gezondheid gestelde regels in de kinderopvang, gelet op artikel 58r, vijfde lid, van die wet;

  • 3.

    bij de aanwijzing van de directeur publieke gezondheid als toezichthouder de colleges van burgemeester en wethouders de directeur publieke gezondheid toestemming hebben gegeven personen werkzaam bij of voor GGD IJsselland te machtigen onder verantwoordelijkheid van de directeur publieke gezondheid op te treden als toezichthouder in het kader van artikel 1.61 Wet kinderopvang;

  • 4.

    de burgemeester van de gemeente Dalfsen, Hardenberg, Kampen, Ommen, Steenwijkerland, Zwartewaterland en Zwolle elk afzonderlijk de directeur publieke gezondheid van GGD IJssel-land mandaat hebben verleend om de bevelen te geven die nodig zijn voor de beëindiging van een gedraging of activiteit in of vanuit een kindercentrum, indien door die gedraging of activiteit een ernstige vrees voor de onmiddellijke verspreiding van het virus SARS-CoV-2 ontstaat, een en ander binnen de kaders van artikel 58n Wet publieke gezondheid;

  • 5.

    bij de mandatering van de directeur publieke gezondheid om de bevelen te geven de burgemeesters toestemming hebben gegeven personen werkzaam bij of voor GGD IJsselland ondermandaat te geven om namens de directeur publieke gezondheid deze bevelen te geven;

BESLUIT:

Artikel 1  

  • 1.

    De medewerkers van GGD IJsselland die aangesteld zijn in de generieke functie van (Para) medisch medewerker E en werkzaam zijn bij team Toezicht Kinderopvang:

    • -

      te machtigen voor de uitvoering van de toezichthoudende bevoegdheden, bedoeld in de Wet kinderopvang en de bij of krachtens hoofdstuk Va van de Wet publieke gezondheid gestelde regels in de kinderopvang, gelet op artikel 58r, vijfde lid, van die wet;

    • -

      te mandateren voor het geven van een schriftelijk bevel overeenkomstig de bepalingen in artikel 1.65, derde lid, Wet kinderopvang;

    • -

      te mandateren om de bevelen te geven die nodig zijn voor de beëindiging van een gedraging of activiteit in of vanuit een kindercentrum, indien door die gedraging of activiteit een ernstige vrees voor de onmiddellijke verspreiding van het virus SARS-CoV-2 ontstaat, een en ander binnen de kaders van artikel 58n Wet publieke gezondheid.

  • 2.

    De medewerkers die niet in dienst zijn van GGD IJsselland maar tijdelijk werkzaam zijn voor team Toezicht Kinderopvang:

    • -

      te machtigen voor de uitvoering van de toezichthoudende bevoegdheden, bedoeld in de Wet kinderopvang en de bij of krachtens hoofdstuk Va van de Wet publieke gezondheid gestelde regels in de kinderopvang, gelet op artikel 58r, vijfde lid, van die wet;

    • -

      te mandateren voor het geven van een schriftelijk bevel overeenkomstig de bepalingen in artikel 1.65, derde lid, Wet kinderopvang;

    • -

      te mandateren om de bevelen te geven die nodig zijn voor de beëindiging van een gedraging of activiteit in of vanuit een kindercentrum, indien door die gedraging of activiteit een ernstige vrees voor de onmiddellijke verspreiding van het virus SARS-CoV-2 ontstaat, een en ander binnen de kaders van artikel 58n Wet publieke gezondheid.

Artikel 2  

Als voorwaarden aan de uitoefening van het toezicht te verbinden:

  • a.

    de toezichthouders beschikken over een legitimatiebewijs van GGD IJsselland en tonen dit bewijs als hierom wordt gevraagd.

  • b.

    de toezichthouders ondertekenen stukken die zij verzenden als volgt:

    • -

      bij de uitvoering van de toezichthoudende bevoegdheden, bedoeld in de Wet kinderopvang en de bij of krachtens hoofdstuk Va van de Wet publieke gezondheid gestelde regels in de kinderopvang, gelet op artikel 58r, vijfde lid, van die wet: ‘namens het college van burgemeester en wethouders van [naam gemeente]’ gevolgd door de naam van de toezichthouder en de functie ‘toezichthouder Wet kinderopvang’;

    • -

      bij de uitoefening van de bevoegdheid tot het geven van een schriftelijk bevel overeenkomstig de bepalingen in artikel 1.65, derde lid, Wet kinderopvang: ‘namens de directeur publieke gezondheid’ gevolgd door de naam van de toezichthouder en de functie ‘toezichthouder Wet kinderopvang’;

    • -

      bij de uitoefening van de bevoegdheid tot het geven van bevelen die nodig zijn voor de beëindiging van een gedraging of activiteit in of vanuit een kindercentrum, indien door die gedraging of activiteit een ernstige vrees voor de onmiddellijke verspreiding van het virus SARS-CoV-2 ontstaat, een en ander binnen de kaders van artikel 58n Wet publieke gezondheid: ‘namens de burgemeester van [naam gemeente]’gevolgd door de naam van de toezichthouder en de functie ‘toezichthouder Wet kinderopvang’.

Artikel 3  

Het Besluit mandatering en machtiging toezichthouders kinderopvang GGD IJsselland 2019 wordt ingetrokken voor zover het besluit betrekking heeft op de gemeenten Dalfsen, Hardenberg, Kampen, Ommen, Steenwijkerland, Zwartewaterland en Zwolle.

Artikel 4  

Dit besluit treedt de dag na bekendmaking in werking en werkt terug tot en met 1 juli 2021.

Aldus besloten op 9 september 2021,

drs. A.M. (Rianne) van den Berg, directeur publieke gezondheid