Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oldambt

Nadere regels standplaatsen gemeente Oldambt 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOldambt
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNadere regels standplaatsen gemeente Oldambt 2021
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpstandplaatsen
Externe bijlageNadere regels standplaatsen Oldambt 2021

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR636877/1

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

16-09-2021nadere regels

17-08-2021

gmb-2021-315505

Tekst van de regeling

Intitulé

Nadere regels standplaatsen gemeente Oldambt 2021

 

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oldambt;

 

gelet op 5:18, tweede lid Algemene Plaatselijke Verordening Oldambt 2020;

 

gelet op de wens om nadere regels te stellen over standplaatsen;

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de ‘Nadere regels standplaatsen gemeente Oldambt 2021’

 

1. Inleiding en doel

 

De gemeente Oldambt heeft nog geen nadere regels opgesteld ten aanzien van toewijzing van locaties van standplaatsen binnen de gemeente. Wel is er een marktverordening voor de standplaatsen op een tweetal weekmarkten (Winschoten-Scheemda). De nadere regels moeten een basis geven voor het reguleren van de standplaatsen. Voor het innemen van een standplaats is een vergunning nodig.

Op grond van artikel 5:18 lid 1 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Oldambt (APV) is het verboden om zonder vergunning van het college een standplaats in te nemen of te hebben. Door het opstellen van nadere regels wordt dit artikel van de APV nader uitgewerkt en wordt een “wildgroei” aan standplaatsen voorkomen. Door het opstellen van de nadere regels voor standplaatsen wordt het aantal en de locaties van standplaatsen in de gemeente Oldambt gereguleerd. Met deze nadere regels wordt vastgelegd hoe sinds jaar en dag in de praktijk met standplaatsen wordt omgegaan. In eventuele bezwaar- en beroepsprocedures staat de gemeente hiermee sterker.

Niet op elke plaats is het wenselijk om een standplaatsvergunning te verlenen. Daarom worden er in de nadere regels plaatsen aangewezen waar een vaste standplaats kan worden ingenomen. Per locatie is aangegeven hoeveel vaste standplaatsen er per dag/dagdeel ingenomen kunnen worden. Hierdoor wordt het voor de aanvrager van een vaste standplaatsvergunning duidelijk welke locaties beschikbaar zijn. Voor de gemeente ontstaat een helder toetsingskader.

2. Wettelijke grondslag

 

Deze nadere regels vinden hun grondslag in artikel 5:18 van de APV. Het betreffen regels om uitvoering te geven aan dat artikel.

3. Juridisch kader

 

De Algemene Plaatselijke Verordening zoals deze op 6 februari 2020 in werking is getreden.

Artikel 1:8 Weigeringsgronden

  • 1.

    Een vergunning of ontheffing kan in ieder geval worden geweigerd in het belang van:

  • a.

    de openbare orde;

  • b.

    de openbare veiligheid;

  • c.

    de volksgezondheid;

  • d.

    de bescherming van het milieu.

  • 2.

    Een vergunning of ontheffing kan ook worden geweigerd als de aanvraag daarvoor minder dan vier weken voor de beoogde datum van de beoogde activiteit is ingediend en daardoor een behoorlijke behandeling van de aanvraag niet mogelijk is.

  • 3.

    Voor bepaalde, door het bestuursorgaan aan te wijzen, vergunningen of ontheffingen kan de in het tweede lid genoemde termijn worden verlengd tot ten hoogste twaalf weken.

Artikel 5:15 Ventverbod

  • 1.

    Het is verboden te venten op door het college aangewezen openbare plaatsen, dagen of uren.

  • 2.

    Behoudens het bepaalde in het eerste lid is het verboden te venten op zondagen voor 13.00 en na 22.00 uur en maandag t/m zaterdag tussen 08:00 en na 22:00 uur.

  • 3.

    Het college kan ontheffing verlenen van het verbod in het eerste en het tweede lid.

  • 4.

    Op de ontheffing is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

  • 5.

    Het verbod in het eerste lid is niet van toepassing op:

  • a.

    situaties waarin wordt voorzien door artikel 5 van de Wegenverkeerswet 1994;

  • b.

    het venten met gedrukte of geschreven stukken waarin gedachten en gevoelens worden geopenbaard.

Artikel 5:17 Begripsbepaling

  • 1.

    In deze afdeling wordt onder standplaats verstaan het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel.

  • 2.

    Onder standplaats wordt niet verstaan:

  • a.

    Een vaste standplaats op een jaarmarkt of markt als bedoeld in artikel 160, eerste lid, aanhef en onder h, van de Gemeentewet;

  • b.

    Een vaste plaats op een evenement als bedoeld in artikel 2:24.

Artikel 5:18 Standplaatsvergunning en weigeringsgronden

  • 1.

    Het is verboden zonder vergunning van het college een standplaats in te nemen of te hebben.

  • 2.

    Het college is bevoegd om in het kader van de bescherming van de belangen genoemd in artikel 1:8 nadere regels te stellen.

  • 3.

    Het college weigert de vergunning wegens strijd met een geldend bestemmingsplan of voorbereidingsbesluit.

  • 4.

    Onverminderd het bepaalde in artikel 1:8 kan de vergunning worden geweigerd als:

  • a.

    de standplaats hetzij op zichzelf hetzij in verband met de omgeving niet voldoet aan redelijke eisen van welstand; of

  • b.

    een beperking in aantal (kwantitatief) of in plaats (territoriaal) als gevolg van bijzondere omstandigheden in de gemeente of in een deel van de gemeente noodzakelijk is in verband met een dwingende reden van algemeen belang.

  • 5.

    Op de vergunning is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve fictieve beschikking bij niet tijdig beslissen) niet van toepassing.

Artikel 5:19 Toestemming rechthebbende

Het is de rechthebbende op een perceel verboden toe te staan dat daarop zonder vergunning van het college standplaats wordt of is ingenomen.

Artikel 5:20 Afbakeningsbepalingen

  • 1.

    Artikel 5:18, eerste lid is niet van toepassing op situaties waarin wordt voorzien door de Wet milieubeheer, de Wet beheer rijkswaterstaatwerken of het Provinciaal wegenreglement.

  • 2.

    De weigeringsgrond van artikel 5:18, vierde lid, onder a is niet van toepassing op bouwwerken.

Naast de APV zijn er ook een aantal andere bepalingen uit wet- en regelgeving van toepassing op standplaatsen. Gedacht kan worden aan het volgende:

Privaatrechtelijke regelingen

Indien de gemeente eigenaar van de grond is, kan zij een vergoeding voor het gebruik van de grond bedingen.

Grondwet

Artikel 7 van de Grondwet (vrijheid van meningsuiting) brengt met zich mee, dat voor het aanbieden van gedrukte stukken geen vergunning kan worden geëist. Als dit echter gebeurt vanaf een standplaats, is voor het innemen van de standplaats wel een vergunning vereist.

Wet ruimtelijke ordening

De aanvraag voor een standplaatsvergunning moet getoetst worden aan het bestemmingsplan. De aangewezen locaties zullen worden opgenomen in bestemmingsplannen dan wel het Omgevingsplan.

Winkeltijdenwet

De Winkeltijdenwet is van overeenkomstige toepassing voor een standplaatsvergunning en regelt in artikel 2 het volgende:

  • 1.

    Het is verboden een winkel voor het publiek geopend te hebben:

  • a.

    op zondag;

  • b.

    op Nieuwjaarsdag, op Goede vrijdag na 19 uur, op Tweede Paasdag, op Hemelvaartsdag, op Tweede Pinksterdag, op 24 december na 19 uur, op Eerste Kerstdag en Tweede Kerstdag en op 4 mei na 19 uur;

  • c.

    op werkdagen voor 6 uur en na 22 uur.

  • 2.

    Het is voorts verboden op de in het eerste lid bedoelde dagen en tijden in de uitoefening van een bedrijf, anders dan in een winkel, goederen te koop aan te bieden of te verkopen aan en in rechtstreekse aanraking met particulieren.

Uit artikel 3 lid 1 van de Winkeltijdenwet blijkt dat de gemeenteraad bij verordening vrijstelling kan verlenen van de in artikel 2 vervatte verboden. De gemeente Oldambt heeft hier gebruik van gemaakt en afwijkend van de in artikel 2, eerste lid, aanhef en onder a en b, van de Winkeltijdenwet vervatte verboden een algemene vrijstelling verleend. De algemene vrijstelling geldt voor de zondag van 12.00 uur tot 18.00 uur. Voor supermarkten geldt de algemene vrijstelling van 12.00 tot 20.00 uur.

De in het eerste lid genoemde vrijstelling geldt niet op de volgende dagen: Nieuwjaarsdag, Eerste Paasdag, Eerste Pinksterdag, Eerste Kerstdag en op 4 mei na 19.00 uur.

Warenwet

De Warenwet stelt regels met betrekking tot de hoedanigheid en aanduiding van waren. Daarnaast stelt de wet eisen aan de hygiëne en degelijkheid van producten. De Warenwet geldt ook voor het drijven van handel vanaf een standplaats. De Voedsel en Waren Autoriteit handhaaft deze wet.

Wet milieubeheer

In de Wet milieubeheer is een regeling getroffen ten aanzien van inrichtingen die hinder of overlast kunnen veroorzaken voor de omgeving. Deze bepalingen gelden ook voor standplaatshouders.

Bij het bereiden van voedsel, het gebruik van gasflessen en of het lozen van afvalwater moet op grond van het Activiteitenbesluit milieu melding worden gedaan via www.aimonline.nl (minimaal vier weken voor het in gebruik nemen van de standplaats).

De standplaatshouder is verplicht zelf voldoende maatregelen te nemen om zwerfvuil rond de standplaats te voorkomen.

Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo)

In artikel 2.1, lid 1 onder a van de Wabo staat dat het verboden is om zonder omgevingsvergunning een project uit te voeren, voor zover dat geheel of gedeeltelijk bestaat uit het bouwen van een bouwwerk. De Wabo verwoordt het begrip ‘’bouwen’’ als het plaatsen, geheel of gedeeltelijk oprichten, vernieuwen of vergroten. Aan het begrip ‘’bouwwerk’’ moet volgens de afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State dezelfde uitleg gegeven worden als in de Woningwet. Deze uitleg luidt als volgt: “Elke constructie van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal, die op de plaats van bestemming hetzij direct of indirect met de grond verbonden is, hetzij direct of indirect steun vindt in of op de grond, bedoeld om ter plaatse te functioneren”. Wanneer er aan deze uitleg wordt voldaan dan kan er in sommige gevallen een omgevingsvergunning vereist zijn voor een standplaats.

Hiervan is sprake als een standplaats langer dan 30 dagen/dagdelen aaneengesloten of 30 dagen/dagdelen verspreid over 12 aaneengesloten kalendermaanden wordt ingenomen.

Door deze nadere regels is er slechts sprake van een omgevingsvergunning voor een standplaats als de standplaats langer dan 100 dagen/dagdelen verspreid over 12 aaneengesloten kalendermaanden worden ingenomen. Vereiste hierbij is wel dat de standplaats iedere dag opnieuw wordt ingericht en aan het eind van de dag weer wordt verlaten. Indien een standplaats langer dan 30 dagen permanent iedere dag wordt ingenomen met een kraam of wagen of iets dergelijks, oftewel als deze dag en nacht op dezelfde plek blijft staan, is een vergunning vereist voor de activiteit bouw als bedoeld in de Wabo. Er is daarmee geen sprake meer van het innemen van een standplaats.

Besluit brandveilig gebruik en basishulpverlening overige plaatsen

De standplaats moet, indien van toepassing, voldoen aan de voorschriften opgenomen in het besluit.

4. Begrippenlijst

 

Branche: De branche-indeling welke is vastgesteld voor de weekmarkten in de gemeente.

Brancheverdeling: De brancheverdeling die door de Centrale Vereniging voor Ambulante Handelaren wordt gehanteerd.

College: Het college van burgemeester en wethouders.

Hemelwater: Water uit neerslag zoals regen, hagel en sneeuw.

Incidentele standplaats: Een standplaats op een locatie die wordt ingenomen gedurende een periode van minimaal 1 dag - maximaal drie maand (bijvoorbeeld: kramen (politieke) partijen/verenigingen, bevolkingsonderzoek, oliebollenkraam, kerstbomenverkoop).

Openbare plaats: Plaats die krachtens bestemming of vast gebruik openstaat voor het publiek. Onder openbare plaats wordt niet begrepen een gebouw of besloten plaats als bedoeld in artikel 6, tweede lid, van de Grondwet.

Oppervlaktewater: Oppervlaktewater is het zichtbare water zoals het water in rivieren, sloten, kanalen, meren enzovoorts.

Particulier eigendom: Gronden die niet in eigendom van de gemeente zijn.

Seizoenstandplaats: Een standplaats op een locatie die wordt ingenomen tijdens het zomerseizoen voor maximaal zes maanden (1 april tot 1 oktober).

Standplaats: Het vanaf een vaste plaats op een openbare en in de openlucht gelegen plaats te koop aanbieden, verkopen of afleveren van goederen dan wel diensten, gebruikmakend van fysieke middelen, zoals een kraam, een wagen of een tafel.

Vaste standplaats: Een standplaats op een locatie die op één of meer dagen per week gedurende een kalenderjaar, wordt ingenomen;

Vaste terrassen: Terrassen die blijven staan na sluitingstijd.

Vergunninghouder: De persoon op wiens naam de vergunning is gesteld.

Verkoopinrichting: Een kraam, een wagen, een tafel of een ander fysiek middel ten behoeve van de verkoop op een standplaats.

5. Nadere regels standplaatsen

5.1 Uitgangspunten

Er dienen heldere nadere regels geformuleerd te worden, waarin het duidelijk wordt waar er binnen de gemeente standplaatsen zijn toegestaan en welke regels er aan een standplaatsvergunning verbonden zijn. Deze nadere regels moeten uitvoerbaar zijn voor zowel standplaatsen op particulier eigendom als voor standplaatsen op gemeentelijk eigendom. Het is gebleken dat veel standplaatsen zich op particulier terrein bevinden. Als bijlage behorende bij deze nadere regels is opgenomen een overzicht (luchtfoto’s) van de locaties van vaste- en seizoenstandplaatsen.

5.2 Standplaatslocaties Vaste Standplaats

  • Bad Nieuweschans Parkeerplaats naast/tegenover Coop # 1 per dag

  • Beerta Vredesplein 2 per dag*

  • Hongerige Wolf Parkeerplaats Dorpshuis 1 per dag

  • Drieborg Parkeerplaats Kroonburg/Schanskerdijk 1 per dag

  • Finsterwolde Parkeerplaats Spar 1 per dag

  • Heiligerlee Parkeerplaats Halteweg/Provincialeweg 1 per dag

  • Midwolda Parkeerplaats PKN kerk 1 per dag

  • Nieuw Statenzijl Parkeerplaats Informatiepunt 2 per dag*

  • Nieuwolda Parkeerplaats tegenover Dorpshuis Trefpunt 1 per dag

  • Parkeerplaats Attent 1 per dag

  • Oostwold Terrein horecabedrijf De Twee Oldambten 1 per dag

  • Scheemda Vredenhovenplein, maandag t/m woensdag 2 per dag*

  • donderdag geen

  • vrijdag tot en met zondag 1 per dag

  • Westerlee Parkeerplaats Dorpshuis de Tille 1 per dag

  • Winschoten Parkeerplaats Spar Amstelstraat 1 per dag

  • Parkeerplaats Plus Jachtlaan # 1 per dag Parkeerplaats Natuurgebied Reiderwolde 1 per dag

  • Burgemeester Schönfeldplein (hoek Venne) uitsterfconstructie

  • Terrein tussen De Klinker en Pets Place 1 per dag

#: Op de kaart zijn twee locaties aangegeven. Op slechts één van de locaties mag een standplaats worden ingenomen.

De locatie Burgemeester Schönfeldplein(hoek Venne) wordt alleen nog gehanteerd voor de huidige houder van de nu van kracht zijnde standplaatsvergunning (verkoop loempia’s). Op deze locatie geldt een uitsterfconstructie. Deze uitsterfconstructie vloeit voort uit het bestemmingsplan ‘Winschoten-Centrum’. Dit wil zeggen dat nieuwe standplaatshouders niet in aanmerking kunnen komen voor deze locatie. Deze locatie wordt uiteindelijk opgeheven zodra de huidige standplaatshouder geen standplaats meer wenst in te nemen op deze locatie.

Seizoenstandplaats

  • Oostwold Parkeerplaats Noorderringdijk maximaal 2*

  • Midwolda Clingeweg .. (ongenummerd) maximaal 1

  • Midwolda Parkeerplaats Noordrand strand maximaal 2*

*: 2 standplaatsen waarvan 1 per branche.

Incidentele standplaats

  • Winschoten 5 per branche

  • de overige dorpen 1 per branche

  • Winschoten, nabij Pieter Smitbrug. Hier is bij wijze van proef een incidentele standplaats verleend voor de verkoop van ijs en wel voor de periode 15 juni 2021 tot 15 september 2021. Als de ervaringen positief zijn kan voor deze locatie een vaste standplaats worden vergund.

5.3 Tijdstippen ingebruikneming

De standplaatsen mogen op maandag t/m zaterdag ingenomen worden van 08:00 tot 20:00 uur. Voor de zondagen geldt dat de standplaatsen ingenomen mogen worden van 12:00 tot 18:00 uur. Een uur voor openingstijd tot respectievelijk een uur na sluitingstijd mag de standplaats ingericht respectievelijk opgeruimd worden.

Een standplaatsvergunning wordt uitsluitend verleend voor de volgende periodes:

  • 1.

    Vast: maximaal 5 jaar

  • 2.

    Incidenteel: maximaal drie maand

  • 3.

    Seizoen: 1 april tot 1 oktober

5.4 Gebruik standplaats

De vergunninghouder is verplicht:

  • a.

    De omgeving van de standplaats schoon te houden en bij de verkoopinrichting een mand of bak te plaatsen voor het deponeren van afval.

  • b.

    Het terrein waarop de standplaats wordt ingenomen, in dezelfde staat op te leveren als waarin het door de vergunninghouder in gebruik is genomen.

  • c.

    In verband met de veiligheid, (elektriciteits-)kabels/snoeren af te dekken met rubberen matten of iets dergelijks.

  • d.

    Het afvalwater op te vangen in een tank en dergelijke en af te voeren als bedrijfsafvalstof.

  • e.

    Afval afkomstig van de (verkoop)activiteiten op de standplaats in eigen beheer af te voeren als bedrijfsafvalstof.

  • f.

    Alle door of vanwege bevoegde ambtenaren van politie, brandweer en gemeente te geven aanwijzingen stipt en onmiddellijk op te volgen.

5.5 Gebruik ondergrond standplaats

  • a.

    De oppervlakte van een standplaats inclusief verkoopinrichting, overstek, luifel, parasol, tafels, stoelen, uitstallingen en dergelijke bedraagt maximaal 24 m2.

  • b.

    Afhankelijk van de beschikbare ruimte ter plaatse kan, na overleg met de gemeente, de toegestane oppervlakte van de standplaats door de vergunninghouder naar eigen inzicht worden ingevuld.

  • c.

    De verkoopinrichting, inclusief overstek, luifel, parasol, uitstallingen en dergelijke op de standplaats mogen niet in de grond verankerd zijn.

  • d.

    Geluidoverlast door aggregaten moet worden voorkomen.

5.6 Verboden

Het is de vergunninghouder niet toegestaan:

  • a.

    Het recht op een standplaats over te dragen.

  • b.

    Van de standplaats gebruik te maken op andere dagen/dagdelen dan in de standplaatsvergunning is bepaald.

  • c.

    Van de standplaats gebruik te maken, nadat hem/haar door de gemeente is mede gedeeld dat de ondergrond van de standplaats dan wel de directe omgeving daarvan voor andere doeleinden moet worden gebruikt.

  • d.

    Andere artikelen te verkopen dan de artikelen waarvoor de standplaats is vergund.

  • e.

    Het afvalwater, afkomstig van de (verkoop)activiteiten op de standplaats in het hemelwater of op het oppervlaktewater te lozen.

  • f.

    Afval afkomstig van de (verkoop)activiteiten op de standplaats achter te laten.

  • g.

    Na beëindiging van de (verkoop)activiteiten de verkoopinrichting op de standplaats te laten staan.

5.7 Geen inname standplaats en andere verkoop

Tijdens een te houden evenement mag geen standplaats op het evenemententerrein worden ingenomen tenzij hierover overeenstemming is bereikt met de organisator van het evenement.

Andere verkoop

De vergunninghouder moet er rekening mee houden dat bij bepaalde dorps- en/of wijkactiviteiten verkoop van kleine etenswaren en drank op of aan de openbare weg kan worden toegestaan. Bovendien kan het winkeliers worden toegestaan goederen direct voor hun winkelpand uit te stallen en te verkopen.

6. Uitzonderingen nadere regels standplaatsen

 

  • a.

    Voor standplaatsen op een evenement geldt dat men zich moet voegen bij de organisator van het evenement. De aanvraag wordt dan in de evenementenvergunning meegenomen.

  • b.

    Standplaatsen bij verzorgingshuizen voor een beperkte periode per dag hebben geen standplaatsvergunning nodig (maximaal 1½ uur).

  • c.

    Nieuwe standplaatsen. Een aanvraag voor een niet aangewezen locatie kan leiden tot het aanwijzen van een nieuwe standplaatslocatie. Hierover beslist het college.

7. Afwijking van de nadere regels standplaatsen

 

Indien toepassing van het bepaalde in deze regels naar de mening van het college tot kennelijke onbillijkheid leidt, dan kunnen zij, al dan niet onder het stellen van voorwaarden, het bepaalde in deze nadere regels buiten beschouwing laten. Het besluit tot de afwijking van het bepaalde in deze nadere regels moet voldoende worden gemotiveerd, waarbij een zorgvuldige belangenafweging plaatsvindt.

8. Vergunningverlening

8.1 Voorwaarden standplaatsenvergunning

De aanvraag voor een vergunning voor het innemen van een standplaats moet bij het college ingediend worden.

  • De aanvrager

  • mag niet jonger zijn dan 18 jaar.

  • ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel.

  • De aanvrager wil goederen of diensten verkopen of promoten.

  • De standplaats staat op een terrein dat voor publiek toegankelijk is.

  • Bij het bereiden van voedsel, het gebruik van gasflessen en of het lozen van afvalwater moet op grond van het Activiteitenbesluit milieu melding worden gedaan via www.aimonline.nl (minimaal vier weken voor het in gebruik nemen van de standplaats).

Voor het aanvragen van een standplaatsvergunning moeten de volgende documenten als bijlage bij het aanvraagformulier worden gevoegd:

  • foto van de verkoopinrichting.

  • kopie van legitimatiebewijs.

  • situatieschets.

  • kopie van de inschrijving bij de Kamer van Koophandel.

8.2 Looptijd van de vergunning

Een vaste standplaats wordt voor een tijd van maximaal vijf jaar vergund. Na afloop van deze bepaalde tijd kan de vergunning verlengd worden.

8.3 Intrekking standplaatsvergunning

Een standplaatsvergunning kan worden ingetrokken:

  • Op eigen verzoek van de standplaatshouder.

  • Als de vergunning onherroepelijk is geworden en als, gedurende een periode van drie maand waarvoor de vergunning van toepassing was anders dan wegens overmacht, geen of nagenoeg geen daadwerkelijk gebruik van de vergunning is gemaakt.

  • Bij overlijden van de standplaatshouder.

8.4 Weigeringsgronden

Een vergunning kan worden geweigerd zoals weergegeven in artikel 5:18 van de geldende Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Oldambt ( zie pagina 4 van deze nadere regels)

8.5 Kosten standplaatsvergunning

Voor het verkrijgen van een standplaatsvergunning zijn leges verschuldigd. Tevens wordt door de gemeente Oldambt belasting geheven voor het gebruik van gemeentegrond (precario).

Bij een standplaats op particulier terrein is toestemming van de eigenaar nodig.

9. Handhaving

 

Op het moment dat er in strijd met deze nadere regels of met een vergunning gehandeld kan het college gebruik maken van haar handhavingsbevoegdheden. Zij kan daarbij gebruik maken van bestuursrechtelijk optreden. Als er sprake is van een standplaats op gemeentelijk terrein kan ook privaatrechtelijk worden opgetreden.

9.1 Bestuursrechtelijk optreden

In artikel 125 van de Gemeentewet is aan het college de bevoegdheid gegeven om handhavend op te treden via de last onder bestuursdwang, last onder dwangsom en de bestuurlijke boete.

In artikel 5.17 Wabo wordt aan het college ook de bevoegdheid gegeven om bestuursrechtelijk op te treden. Zij mogen een besluit tot oplegging van een last onder bestuursdwang of oplegging van een last onder dwangsom gericht op naleving van het bepaalde bij of krachtens de betrokken wet.

Volgens artikel 5:21 Algemene wet bestuursrecht (Awb) wordt onder een last onder bestuursdwang verstaan, een herstelsanctie inhoudende een last tot geheel of gedeeltelijk herstel van de overtreding en de bevoegdheid van het bestuursorgaan om de last door feitelijk handelen ten uitvoer te leggen, indien de last niet of niet tijdig wordt uitgevoerd.

Artikel 5:31 d van de Awb geeft aan dat een last onder dwangsom een sanctie is die inhoudt een verzoek tot beëindiging van een overtreding en een verplichting tot betaling van een geldsom als dit verzoek niet wordt uitgevoerd.

In artikel 5:32 lid 1 van de Awb wordt bepaald dat een bestuursorgaan dat bevoegd is tot het toepassen van een last onder bestuursdwang in plaats daarvan een last onder dwangsom kan opleggen.

Als er een last onder bestuursdwang wordt toegepast dan komen de kosten voor het toepassen van de bestuursdwang voor rekening van de overtreder.

9.2 Hoogte dwangsom

De hoogte van de dwangsom is gebaseerd op de handhavingsstrategie van het door de gemeente vastgestelde handhavingsbeleid (Beleidsplan Handhaving Wabo gemeente Oldambt).

10. Overgangsrecht

 

Deze nadere regels zijn niet van toepassing op standplaatsen die al met schriftelijke toestemming van het college aanwezig zijn. Standplaatsen die vóór het in werking treden van deze nadere regels zonder vergunning dan wel toestemming zijn gerealiseerd, zullen aan de bepalingen van deze nadere regels worden getoetst.

11. Inwerkingtreding

 

 

Deze nadere regels treden in werking op de dag na bekendmaking.

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oldambt d.d. 17 augustus 2021.

De secretaris, De burgemeester,

Berlinda Aukema Cora-Yfke Sikkema