Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Son en Breugel

Beleidsregels Speel- en beweegvoorzieningen

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieSon en Breugel
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Speel- en beweegvoorzieningen
Citeertitel
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

N.v.t.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-09-2021Nieuwe regeling

17-03-2020

gmb-2021-313940

20.1941

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Speel- en beweegvoorzieningen

 

Gemeente Son en Breugel, 2020

 

Aanleiding

Bewegen is een dagelijkse levensbehoefte voor mensen – dat geldt al helemaal voor opgroeiende

kinderen. Voldoende bewegen heeft gezondheidsvoordelen, zorgt ervoor dat mensen beter in hun

vel zitten en stimuleert de creatieve- en motorische vaardigheden bij kinderen. De gemeente Son

en Breugel stimuleert (jonge) inwoners om voldoende te bewegen door de openbare ruimte hier op

in te richten1.

 

Een van de manieren waarop kinderen en jongeren hun dagelijkse beweging krijgen is door buiten

te spelen of buiten te sporten. Dit gebeurt voornamelijk in de speel- en beweegvoorzieningen in de

wijken. De gemeente is verantwoordelijk voor het onderhouden en keuren van bestaande

speelvoorzieningen. Deze aanpak was de afgelopen jaren beleidsarm. De behoeftes van inwoners

ten aanzien van speel- en beweegvoorzieningen blijken door de jaren heen echter te veranderen.

De samenstelling van een woonwijk verandert en behoeftes van de bewoners veranderen mee. De

gemeente wil hier goed op in kunnen spelen. Om dit te kunnen doen zijn duidelijke

procesafspraken en uitgangspunten nodig, die aangeven hoe de gemeente met deze vraagstukken

omgaat. Deze beleidsregels bieden hiervoor het kader.

 

Inleiding – het belang van spelen en bewegen

Buitenspelen en voldoende bewegen heeft een positieve invloed op de ontwikkeling van kinderen,

de gezondheid en het leefklimaat in de buurt. Speel- en beweegvoorzieningen dragen bij aan het

behalen van de dagelijkse beweegnorm. Door verschillende materialen, toestellen en ondergronden

ontwikkelen kinderen bovendien hun creativiteit en motorische vaardigheden2. Buiten spelen en

sporten is bovenal ook een sociale activiteit. Het stimuleert ontmoeting en samenwerken.

Kinderen tussen de 1-11 jaar in Son en Breugel spelen meerdere keren per week buiten. Voor

kleinere kinderen is het van belang dat een speelvoorziening dichtbij huis is, zodat zij er (zelf)

naartoe kunnen gaan. Van de 12-18 jarigen uit Son en Breugel haalt maarliefst 70% de

beweegnorm niet3. Positief is dat deze leeftijdsgroep wel relatief vaak lid is van een

sportvereniging. Desondanks is het ook voor deze doelgroep belangrijk om in de openbare ruimte

gestimuleerd te worden te bewegen. Jongeren geven zelf aan dat zij graag willen kunnen sporten

in de openbare ruimte4.

 

Door de jaren heen is in Son en Breugel een divers aanbod van speel- en beweegvoorzieningen

ontstaan. Onder speelvoorzieningen verstaan we speeltoestellen, speeltuinen en speelaanleidingen

(zoals natuurlijke objecten, hinkelbanen). Met beweegvoorzieningen duiden we trapveldjes,

multigoals en pannakooien aan.

De gemeente is verantwoordelijk voor het aanleggen, inrichten, keuren en onderhouden van speel-

en beweegvoorzieningen. De gemeente draagt zorg voor een goede spreiding en bereikbaarheid

van de voorzieningen. De richtlijnen van de VNG (Handboek gemeentelijk speeltuinenbeleid)

worden hierbij gevolgd. Speeltoestellen moeten bovendien voldoen aan de geldende kwaliteits- en

veiligheidseisen. Alle speelvoorzieningen in de gemeente worden hier jaarlijks op gekeurd. Waar

nodig vindt onderhoud of vervanging plaats.

 

In Son en Breugel zijn op dit moment ruim 30 speel- en beweegvoorzieningen. Dit betekent dat

voor iedere jonge inwoner in de eigen buurt een speel- of beweegvoorziening beschikbaar is. De

behoeftes ten aanzien van de inrichting van deze voorzieningen kan in de loop van de jaren

veranderen. Jonge kinderen groeien op, en in bepaalde wijken komen meer jonge gezinnen wonen

dan enkele jaren geleden. Dit vraagt van de gemeente en inwoners een meer proactieve aanpak.

 

Doelstelling

Het is belangrijk dat speel- en beweegvoorzieningen aansluiten bij de behoefte van de bewoners

van een wijk. Wanneer de samenstelling van wijken verandert, kunnen ook de behoeftes ten

aanzien van spelen en bewegen veranderen. Inwoners en jeugdigen komen bij de gemeente met

ideeën of verzoeken voor speel- en beweegvoorzieningen in hun wijk. Er is behoefte aan een

afwegingskader om deze verzoeken op gelijke manier en in samenhang met andere ontwikkelingen

te behandelen. Deze beleidsregels bieden dit kader. Hierin is geborgd dat de inwoners zelf ook

inspraak hebben in het proces.

 

Uitgangspunten

De beleidsregels voor speel- en beweegvoorzieningen in Son en Breugel zijn gebaseerd op de

volgende vijf uitgangspunten:

 

Spreiding

Alle kinderen en jongeren moeten de mogelijkheid hebben om in de buitenruimte te spelen

en te bewegen. Het werkt drempelverlagend als hier dichtbij huis mogelijkheden voor zijn.

De speel- en beweegvoorzieningen in de openbare ruimte van Son en Breugel zijn op dit

moment breed verspreid. Hierbij zijn de richtlijnen van de VNG gevolgd5. De kwantiteit (het

aantal) van de huidige speel- en beweegvoorzieningen lijkt op orde en blijft gehandhaafd.

 

Duurzaamheid

Speel- en beweegvoorzieningen moeten duurzaam zijn. Dit omvat zowel de productie van de

materialen van eventuele toestellen, de mate waarin de materialen een lange levensduur

hebben, het onderhoudsarm zijn en de herbruikbaarheid. Hiervoor sluiten we aan bij het

manifest verantwoord inkopen. We vragen aanbieders hoe ze gaan voldoen aan de

gemeentelijke ambities op het gebied van duurzaamheid. Een speel- en beweegvoorziening

wordt ingericht voor de langere termijn. Verschillende ontwikkelingen in de wijk worden

meegenomen bij het inrichten en aanleggen van dergelijke voorzieningen.

 

Inclusief

Iedereen kan meedoen. Dat geldt ook voor kinderen in Son en Breugel die willen

buitenspelen. Bij de (her)inrichting van (nieuwe) speeltuinen worden daarom de

mogelijkheden voor aangepaste speeltoestellen meegenomen. Hierbij is de behoefte van

jeugdigen in de directe (woon)omgeving leidend. Inclusief betekent ook dat jeugdigen van

verschillende leeftijden in dezelfde speel- of beweegvoorziening samen kunnen komen.

 

Ontmoeting

Spelen en bewegen is gezond, maar het is vooral ook een leuke, sociale aangelegenheid.

Ouders van kleine kinderen ontmoeten elkaar in de speeltuin. Kinderen maken samen

creatieve verhalen tijdens het spelen. Jongeren spreken met elkaar af op het trapveldje. De

manier waarop de voorzieningen worden ingericht stimuleert ontmoeting. Daarnaast zijn er

voldoende mogelijkheden om in de beschikbare buitenruimte sportieve activiteiten te

organiseren.

 

Burgerparticipatie

De belangrijkste gebruikers van de speel- en beweegvoorzieningen zijn uiteraard de inwoners

zelf. Zij weten waar behoefte aan is en denken mee over de mogelijkheden. Bij onderhoud,

herinrichting of nieuwe aanleg worden de omwonenden in de wijk altijd betrokken.

 

Beleidsregels

De genoemde uitgangspunten concretiseren we in beleidsregels. Deze beleidsregels hanteert de

gemeente om verzoeken van inwoners te behandelen. Ook als op andere wijze sprake is van

benodigde herinrichting of aanleg van voorzieningen worden deze uitgangspunten gevolgd.

  • De spreiding van speel- en beweegvoorzieningen in Son en Breugel voldoet aan de richtlijnen van de VNG6 ;

  • Het huidige aantal speel- en beweegvoorzieningen wordt in beginsel niet uitgebreid. Het aanleggen van nieuwe speel- of beweegvoorzieningen gaat in principe samen met het opheffen van een voorziening elders in het dorp;

  • Bij (her)inrichting of onderhoud van speel- en beweegvoorzieningen worden de (verwachte) bevolkingsontwikkeling in de wijk meegenomen;

  • Bij (her)inrichting of onderhoud van speel- en beweegvoorzieningen wordt expliciet onderzocht of er in de betreffende buurt behoefte is aan aangepaste speeltoestellen voor jeugdigen met een beperking;

  • Materialen en speeltoestellen zijn duurzaam. Bij inkoop van nieuwe materialen en toestellen geldt het manifest verantwoord inkopen. Tevens wordt gelet op het risico van beschadiging (vandalisme);

  • Een speelvoorziening bestaat niet noodzakelijkerwijs uit speeltoestellen. Ook speelaanleidingen, verschillende ondergronden en natuurlijke materialen nodigen uit tot spelen en creativiteit;

  • De speel- en beweegvoorzieningen zijn voor alle leeftijden toegankelijk. Op dezelfde plek wordt zoveel mogelijk het spelen voor jonge kinderen, ontmoeting voor ouders en bewegen (sporten) voor jongeren gecombineerd;

  • De gemeente is verantwoordelijk voor het jaarlijks laten keuren van speeltoestellen en het uitzetten van acties naar aanleiding van de keuring;

  • Inwoners (aanwonenden) hebben een actieve inbreng bij het (her)inrichten van speel- en beweegvoorzieningen in hun buurt. De gemeente betrekt aanwonenden actief bij plannen tot (her)inrichting, zowel als de aanleiding hiertoe een verzoek uit de buurt is als ook wanneer de gemeente zelf constateert dat herinrichting noodzakelijk is;

  • De gemeente staat positief tegenover initiatieven waarbij inwoners zelf verantwoordelijkheid nemen voor het beheer van de speel- en beweegvoorzieningen in hun buurt.


1

Nota Sport en Bewegen, gemeente Son en Breugel.

2

Bron: TNO/Spelen literatuurstudie ‘Belang van buitenspelen’.

3

Bron: GGD Gezondheidsprofiel gemeente Son en Breugel, 2015

4

Bron: Jongerenpeiling + Participatie, in opdracht van gemeente Son en Breugel, 2019,

5

Handboek gemeentelijk speelruimtebeleid – VNG, Ministerie van VROM e.a.

6

Handboek gemeentelijk speelruimtebeleid – VNG, Ministerie van VROM e.a.