Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gorinchem

Aanwijzingsbesluit tijdelijk cameratoezicht Buiten de Waterpoort Gorinchem 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGorinchem
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAanwijzingsbesluit tijdelijk cameratoezicht Buiten de Waterpoort Gorinchem 2021
Citeertitel
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 151c van de Gemeentewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-09-2021Aanwijzingsbesluit tijdelijk cameratoezicht Buiten de Waterpoort Gorinchem 2021

13-07-2021

gmb-2021-297014

Tekst van de regeling

Intitulé

Aanwijzingsbesluit tijdelijk cameratoezicht Buiten de Waterpoort Gorinchem 2021

DE BURGEMEESTER VAN DE GEMEENTE GORINCHEM;

 

Overwegende dat:

 

  • op de locatie Buiten de Waterpoort behoefte is aan extra veiligheidsmaatregelen om bezoekers van het gebied te beschermen;

  • sprake is van een vrees voor het ontstaan van verstoring van de openbare orde en veiligheid in het gebied dat wordt aangewezen als cameratoezichtgebied;

  • de burgemeester overeenkomstig artikel 151c Gemeentewet en artikel 2:77 van de Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Gorinchem (hierna de APV) kan besluiten tot plaatsing van camera’s ten behoeve van het toezicht op een openbare plaats in het kader van de handhaving van de openbare orde;

  • het belang van handhaving van de openbare orde in dit specifieke gebied zwaarder weegt dan het individuele belang van bewoners en ondernemers bij de bescherming van de persoonlijke levenssfeer;

  • andere, minder ingrijpende, maatregelen onvoldoende effect hadden, waardoor het cameratoezicht subsidiair is;

  • cameratoezicht bijdraagt aan effectieve handhaving van de openbare orde en een preventieve werking heeft op het voorkomen van overlast en criminaliteit;

  • de ervaren sociale onveiligheid de inzet van dit relatief zware instrument rechtvaardigt;

  • de omvang van het aan te wijzen cameragebied proportioneel is in relatie tot het beoogde doel;

  • de inzet van de camera’s proportioneel en subsidiair is en daarmee noodzakelijk;

  • de camera’s voor de duur van één jaar worden geplaatst en daarna worden verwijderd, tenzij uit een evaluatie blijkt dat de camera’s langer noodzakelijk zijn;

  • via borden wordt aangegeven dat er cameratoezicht is;

  • het cameratoezicht is besproken met de officier van justitie en de teamchef van de politie in het ‘driehoeksoverleg’;

  • het cameratoezicht voldoet aan artikel 151c Gemeentewet;

 

Gelet op artikel 2:77 van de APV en artikel 151c van de Gemeentewet;

 

BESLUIT VAST TE STELLEN:

 

Aanwijzingsbesluit tijdelijk cameratoezicht Buiten de Waterpoort Gorinchem 2021

Artikel 1

Het gebied Buiten de Waterpoort in Gorinchem – zie bijgevoegde plattegrond – is aangewezen als gebied waar cameratoezicht plaatsvindt als bedoeld in artikel 2:77 van de APV.

 

Artikel 2

Dit besluit treedt in werking op 2 september 2021 en vervalt op 1 september 2022.

 

Artikel 3

De camerabeelden vallen onder de Wet politiegegevens, worden 28 dagen bewaard en kunnen na incidenten uitsluitend door de politie worden bekeken.

 

Artikel 4

Dit besluit wordt aangeduid als Aanwijzingsbesluit tijdelijk cameratoezicht Buiten de Waterpoort Gorinchem 2021.

 

Aldus vastgesteld op 13 juli 2021 te Gorinchem,

De burgemeester van de gemeente Gorinchem

Drs. R.W.J. Melissant-Briene

 

 

 

 

Toelichting bij het Aanwijzingsbesluit tijdelijk cameratoezicht Buiten de Waterpoort gemeente Gorinchem 2021

 

Gorinchem, 19 mei 2021

 

Inleiding

De burgemeester van de gemeente Gorinchem heeft besloten op de locatie Buiten de Waterpoort tijdelijk gemeentelijk cameratoezicht voor de handhaving van de openbare orde in te voeren. Het aanwijzingsbesluit bevat de belangrijkste overwegingen, maar die zijn uiteraard zeer beknopt. In het document dat u nu leest wordt een nadere toelichting op specifieke onderdelen van dat besluit gegeven. Het doel van dit document is de gemeenteraad en bewoners en eventueel andere belangstellenden actief en transparant te informeren over het besluit om gemeentelijk cameratoezicht op de locatie Buiten de Waterpoort in te zetten.

 

Management samenvatting 

De burgemeester heeft een aanwijzingsbesluit opgesteld voor tijdelijk cameratoezicht Buiten de Waterpoort. Het cameratoezicht heeft een heldere wettelijke grondslag en is transparant. Het cameratoezicht is proportioneel (de problemen rechtvaardigen inzet van een zwaar middel als camera’s) en subsidiair (andere, lichtere, maatregelen hebben niet tot de gewenste verbetering geleid). Alles overziend komt de burgemeester tot de slotsom dat het cameratoezicht noodzakelijk is. Om de privacy van betrokkenen maximaal te beschermen worden verscheidene maatregelen getroffen. De camera’s worden voor de relatief korte tijd van een jaar ingezet; daarna worden ze in principe weer verwijderd. Er worden flexibele camera’s ingezet in plaats van de reguliere “vaste” camera’s. Er wordt een Data Protection Impact Assessment opgesteld.

 

Wettelijk kader

Gemeentelijk cameratoezicht is altijd een inbreuk op de persoonlijke levenssfeer van iedereen die in beeld komt. Dat is alleen toegestaan als onder andere aan de Nederlandse Grondwet, het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, de Algemene verordening gegevensbescherming en de Wet politiegegevens wordt voldaan. Daarnaast zijn er richtlijnen en beleidsregels voor cameratoezicht gepubliceerd door de Autoriteit Persoonsgegevens en de European Data Protection Board. Uit al die wetten, jurisprudentie en richtlijnen blijkt wat tenminste nodig is voor een rechtmatige inbreuk op het grondrecht op bescherming van de persoonlijke levenssfeer. De voorwaarden zijn als volgt:

 

  • 1.

    een wettelijke grondslag;

  • 2.

    transparant/kenbaar;

  • 3.

    proportioneel;

  • 4.

    subsidiair; en

  • 5.

    noodzakelijk

 

De wettelijke grondslag voor gemeentelijke camera’s ter handhaving van de openbare orde is art. 151c van de Gemeentewet. Ook is de gemeente voornemens actief en transparant over de camera’s te communiceren. Dat betekent dat de drie andere eisen doorslaggevend zijn voor de vraag of het cameratoezicht Buiten de Waterpoort rechtmatig is.

 

Noodzakelijkheid

Cameratoezicht mag alleen worden ingezet als het noodzakelijk is. De gemeente Gorinchem vindt cameratoezicht een relatief zwaar middel. Dit middel mag alleen worden ingezet bij ernstige problemen en alleen als lichtere middelen onvoldoende resultaat opleveren. Met andere woorden: het cameratoezicht moet proportioneel en subsidiair zijn. Cameratoezicht is ook altijd een sluitstuk in een integrale veiligheidsaanpak die bestaat uit een optimale mix van communicatie, preventie, toezicht en handhaving. Het is onmogelijk vooraf aan te tonen dat de camera’s een geschikt middel zijn om het doel te bereiken. Dat kan alleen achteraf worden vastgesteld. Daarom wordt hieronder vooral aandacht besteed aan de proportionaliteit en subsidiariteit van de inzet van cameratoezicht.

 

Proportionaliteit

Er zijn signalen uit verschillende bronnen die laten zien dat er wel degelijk problemen zijn. Uit het passantenonderzoek dat in mei 2020 is uitgevoerd door de gemeente blijkt dat veel mensen zich onveilig voelen in het gebied en dat er signalen zijn dat er verdovende middelen worden verhandeld. Er is volgens een deel van de passanten een vervelende sfeer op de parkeerplaats ter hoogte van de sportschool. Er wordt lachgas gebruikt, harde muziek gedraaid en er rijden “jonge jongens” hard met gehuurde auto’s, motoren, scooters en quads. Deze jongens worden intimiderend gevonden, vooral in de late middag en vroege avond. Sommige ouders waarschuwen hun kinderen dat ze in het donker niet in hun eentje langs groepen die zich op de locatie Buiten de Waterpoort bevinden, mogen lopen. Er is ook een vriendin van één van de passanten belaagd toen zij haar auto geparkeerd had en naar huis liep. Er zijn nog meer signalen via andere kanalen binnengekomen, zoals de politie, wijkcoördinator en via gemeentelijke kanalen (Bron: Passantenonderzoek Buiten de Waterpoort – Team Veiligheid en Toezicht, 11 mei 2020).

Ook krijgt de burgemeester uit de gemeenteraad regelmatig signalen dat er behoefte is aan cameratoezicht op deze plek om de ervaren veiligheid te vergroten. De politie heeft weinig incidenten geregistreerd ten aanzien van de locatie Buiten de Waterpoort, maar politiecijfers zijn niet de beste informatiebron voor de veiligheidssituatie, vooral niet als het gaat om het gevoel van veiligheid, overlast en geweld. Die zaken worden namelijk niet of nauwelijks gemeld bij de politie. Dat de politie geen incidenten registreert wil dus niet automatisch zeggen dat geen incidenten plaatsvinden of plaatsvonden. Daarom is er voor de gemeente op dit moment aanleiding om de signalen uit andere informatiebronnen zwaarder te laten wegen.

 

Subsidiariteit

Cameratoezicht mag alleen maar worden ingevoerd als er geen andere, lichtere, maatregelen zijn waarmee hetzelfde effect kan worden bereikt. Die zijn er niet volgens de gemeente. Er zijn allerlei pogingen gedaan om de route naar het parkeerterrein op de locatie Buiten de Waterpoort sociaal veiliger te maken door de verlichting, routes en inrichting van het gebied aan te passen. De genomen maatregelen staan in het Projectplan Realisatie Sociaal Veilige Route Buiten de Waterpoort (6 maart 2020, Team Stadsbeheer). De belangrijkste maatregelen zijn:

  • aanpassing en uitbreiding verlichting waardoor voetgangers zich meer gezien voelen;

  • route deels verleggen waardoor de voetganger zich meer gezien voelt;

  • verbreding van de stoep aan de zijde van de vestingmuur;

  • accent leggen op verblijven door inrichting conform een shared space; en

  • gebruik nieuwe en hoogwaardige materialen voor een kwaliteitsimpuls.

 

Deze maatregelen hebben niet geleid tot een afdoende verbetering van de sociale veiligheid, zoals blijkt uit het passantenonderzoek en de signalen die uit het gebied blijven komen.

 

Eindafweging: noodzakelijkheid

De burgemeester komt tot de eindafweging dat het cameratoezicht op de locatie Buiten de Waterpoort proportioneel en subsidiair en dus noodzakelijk is. De politiecijfers wijzen niet in die richting, maar sociale veiligheid gaat over meer dan alleen de hoeveelheid feitelijke en geregistreerde incidenten. Ook niet-geregistreerde incidenten, vervelende situaties, overlast en de beleving van de veiligheid zijn van belang. Als mensen zich niet veilig genoeg op een bepaalde plek voelen, dan heeft dat feitelijke gevolgen. Het beperkt de vrijheid van de mogelijke bezoekers, maar het zorgt er ook voor dat het gebied nog stiller en “enger” gaat aanvoelen. Zo hebben percepties van veiligheid dus concrete effecten op de feitelijke veiligheidssituatie. Ook de dreiging van een verstoring van de openbare orde kan voldoende aanleiding zijn voor een burgemeester om bevoegdheden uit de Gemeentewet in te zetten. De eindafweging op basis van de proportionaliteit en subsidiariteit is dat het cameratoezicht noodzakelijk is voor handhaving van de openbare orde, het voorkomen van strafbare feiten en overlast en het vergroten van het veiligheidsgevoel. Daarom wordt het gebied tijdelijk aangewezen als cameragebied.

 

Maatregelen om de impact op de privacy te beperken

De aantasting van de privacy hangt niet alleen af van de vraag of ergens een camera staat. Minstens zo belangrijk is de vraag hoe lang de beelden worden bewaard, wie de beelden mag raadplegen, hoe de beelden worden opgeslagen en waar de opnames voor mogen worden gebruikt. Camerabeelden van gemeentelijke camera’s vallen onder het regime van de Wet politiegegevens: het zijn dus geen “gewone” persoonsgegevens, maar politiegegevens waar strengere eisen aan worden gesteld. In dat kader heeft de burgemeester besloten het cameratoezicht ook “aan de achterkant” (dus voor wat betreft de verwerking van de camerabeelden) zeer strikt in te perken. Dat blijkt uit een aantal keuzes. Er is een horizonbepaling van een jaar opgenomen voor de plaatsing van de camera’s, er worden flexibele camera’s ingezet in plaats van “vaste” camera’s en de beelden worden niet rechtstreeks bekeken. Om de privacy van betrokkenen maximaal te beschermen wordt een Data Protection Impact Assessment opgesteld. Deze zaken worden hieronder nader toegelicht.

 

Horizonbepaling

Cameratoezicht door gemeenten is altijd een tijdelijke maatregel – zo staat het in art. 151c van de Gemeentewet. De burgemeester wijst een gemeentelijk cameragebied dus altijd voor een bepaalde tijd aan. In de gemeente Gorinchem hebben alle huidige gemeentelijke cameragebieden een problematiek die structureel is door de aard van het gebied. Door de horecavoorzieningen op de Grote Markt is de aard van dat gebied bepaald en zal er eigenlijk altijd overlast worden veroorzaakt en een kans op uitgaansgeweld zijn. Daarom worden deze camera’s al relatief lang gebruikt en zijn de aanwijzingsbesluiten voor meerdere jaren.

Ten aanzien van de locatie Buiten de Waterpoort wordt bewust voor een kortere aanwijsperiode gekozen. De camera’s worden hier voor een jaar opgehangen en daarna worden ze in principe weer verwijderd. De inschatting is dat de problemen op deze locatie niet structureel, maar incidenteel zijn. De camera’s worden één jaar lang ingezet om de situatie te normaliseren. Is dat doel bereikt, dan kunnen de camera’s weer weg. En mocht na een jaar blijken dat het doel nog niet is bereikt, dan maakt de burgemeester opnieuw een afweging of een verlenging van het cameratoezicht noodzakelijk is. Deze “horizonbepaling” leidt ertoe dat de camera’s niet als vanzelfsprekend zullen blijven hangen en dat maakt de inzet van het zware instrument cameratoezicht proportioneler.

 

Flexibele camera’s zonder rechtstreeks toezicht

Ook “achter de schermen” wordt bij dit cameratoezicht maximaal ingezet op proportionaliteit. Daarom wordt gekozen voor twee mobiele cameraunits in plaats van de reguliere “vaste” camera’s die de gemeente tot nu toe altijd inzet. Dat maakt het veel eenvoudiger de camera’s te plaatsen en ze na verloop van tijd ook weer te verwijderen (en eventueel elders in te zetten). Dit is niet alleen technisch en financieel een aantrekkelijke optie: het zorgt er ook voor dat aan de eis van proportionaliteit wordt voldaan. De inperking van de privacy van voorbijgangers is op deze manier immers een stuk kleiner dan bij de reguliere “vaste” camera’s die vaak jaren blijven staan. Daar komt bij dat de beelden niet rechtstreeks worden bekeken, zoals bij de andere camera’s voor handhaving van de openbare orde wel gebeurt. Ook dit beperkt de inbreuk op de privacy.

 

Data Protection Impact Assessment

Zorgvuldige omgang met camerabeelden en privacybescherming van iedereen die in beeld komt is van groot belang bij cameratoezicht. Daarom heeft de Autoriteit Persoonsgegevens in de richtlijnen op basis van de Algemene verordening gegevensbescherming bepaald dat er voor nieuwe gemeentelijke cameraprojecten altijd een Data Protection Impact Assessment moet worden uitgevoerd. Daarin wordt de verwerking beschreven (dus het camerasysteem zelf, maar ook wat er met de beelden gebeurt). Daaruit blijkt op welke momenten er door welke partij persoonsgegevens (in dit geval dus camerabeelden) worden verwerkt. Vervolgens wordt de grondslag besproken, evenals de afweging van de proportionaliteit en subsidiariteit. Elke camera levert bepaalde risico’s op privacyschending op en daar moeten beschermingsmaatregelen voor worden getroffen. In de DPIA worden eerst de brutorisico’s beschreven (zonder beschermingsmaatregelen) en vervolgens de nettorisico’s die overblijven na het treffen van beschermingsmaatregelen. Voorbeelden van maatregelen zijn een korte bewaartermijn, goed beveiligde opslag van de data met behulp van fysieke maatregelen (achter ‘slot en grendel’), elektronische maatregelen (encryptie en dergelijke) en organisatorische maatregelen (screening van personeel, geheimhoudingsverklaringen, werken met autorisatieniveaus). De DPIA wordt voor advies voorgelegd aan de Functionaris voor de Gegevensbescherming van de gemeente. Onderdeel van de beschermingsmaatregelen is het sluiten van een verwerkersovereenkomst met de partij die in opdracht van de gemeente de camerabeelden bekijkt.

 

Conclusie

Gezien het bovenstaande komt de burgemeester van de gemeente Gorinchem tot de conclusie dat het cameratoezicht op grond van artikel 151c van de Gemeentewet gelezen in samenhang met artikel 2:77 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Gorinchem voor de locatie Buiten de Waterpoort:

  • 1.

    noodzakelijk is;

  • 2.

    dat de inperking van de privacy van personen die in beeld komen zo beperkt mogelijk is gemaakt; en

  • 3.

    dat het cameratoezicht daarom proportioneel is;

  • 4.

    dat het cameratoezicht ook subsidiair is omdat andere maatregelen niet hebben gewerkt.

 

Door het cameratoezicht te realiseren met behulp van flexibele camera’s en door het aanwijzingsbesluit voor de duur van één jaar te nemen (horizonbepaling) en beelden niet rechtstreeks te laten bekijken is voldoende gewaarborgd dat het cameratoezicht ter handhaving van de openbare orde rechtmatig is.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Tekening Buiten de Waterpoort parkeerplaats cameratoezicht