Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Castricum

Beleidsregel vrijlaten tegemoetkoming gedupeerden toeslagenaffaire Castricum 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieCastricum
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel vrijlaten tegemoetkoming gedupeerden toeslagenaffaire Castricum 2021
CiteertitelBeleidsregel vrijlaten tegemoetkoming gedupeerden toeslagenaffaire Castricum 2021
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht
  2. artikel 7 van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-09-202101-01-2021Nieuwe regeling

24-08-2021

gmb-2021-295597

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel vrijlaten tegemoetkoming gedupeerden toeslagenaffaire Castricum 2021

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Castricum;

 

overwegende dat:

  • -

    de staatssecretaris van Sociale Zaken heeft bepaald dat de hardheidstegemoetkoming die de gedupeerden van de toeslagenaffaire van de Belastingdienst ontvangen buiten de vermogenstoets van de Participatiewet valt;

  • -

    het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden de zgn. Catshuisregeling niet tot het inkomen en vermogen van de gedupeerden van de toeslagenaffaire wordt gerekend;

  • -

    het daarom wenselijk is voor dit doel aparte, tijdelijke, beleidsregels vast te stellen.

gelet op:

  • -

    artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht;

  • -

    artikel 7, onderdeel p, van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ;

besluit:

 

vast te stellen de navolgende beleidsregel:

 

Beleidsregel vrijlaten tegemoetkoming gedupeerden toeslagenaffaire Castricum 2021

Artikel 1 Begrippen

Alle begrippen die in deze beleidsregel worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW), Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), de Verordening sociaal domein gemeente Castricum 2017 en de Beleidsregels sociaal domein gemeente Castricum 2017.

Artikel 2 Vrijlaten tegemoetkoming gedupeerden toeslagenaffaire

  • 1.

    De tegemoetkoming die gedupeerden van de toeslagenaffaire hebben ontvangen op grond van artikel 49 van de Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen en die op grond van artikel 7, aanhef en onderdeel p, van de Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ worden vrijgelaten, wordt niet gerekend tot het inkomen en vermogen van de belanghebbende bij de uitvoering van de Verordening sociaal domein gemeente Castricum 2017 en de Beleidsregels sociaal domein gemeente Castricum 2017 in het jaar waarin deze tegemoetkoming is ontvangen.

  • 2.

    De vrijstelling voor vermogen geldt ook voor de jaren 2022 tot en met 2025 voor zover de tegemoetkoming voor gedupeerden van de toeslagenaffaire nog niet is besteed door de belanghebbende, gedupeerde c.q. aanvrager van bijzondere bijstand of een minimaregeling.

  • 3.

    Het aankopen van beleggingsproducten en crypto’s wordt als een besteding aangemerkt.

  • 4.

    Alle inkomsten verkregen uit de tegemoetkoming die gedupeerden van de toeslagaffaire hebben ontvangen worden wel beschouwd als middelen bij de uitvoering van de Verordening sociaal domein Castricum 2017 en de Beleidsregels sociaal domein Castricum 2017.

Artikel 3 Inwerkingtreding

Deze beleidsregel treedt in werking met ingang van de dag na bekendmaking en werkt terug tot 1 januari 2021.

 

Aldus besloten door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Castricum op 24 augustus 2021.

De heer G.A.Suanet

Gemeentesecretaris

QC De heer drs. A.Mans

Burgemeester

Toelichting

 

Deze beleidsregel geldt alleen voor de gedupeerden van de toeslagenaffaire die een tegemoetkoming van circa 30.000 euro hebben ontvangen van de Belastingdienst. Deze tegemoetkoming valt niet onder het begrip “inkomen” en “vermogen” bij de uitvoering van de bijzondere bijstand. Zolang dit bedrag, of het restant daarvan, op een rekening courant of spaarrekening staat, telt het niet mee als “vermogen”. Het deel van deze tegemoetkoming dat niet is uitgegeven, wordt ook in de jaren tot en met 2025 niet tot het vermogen gerekend.

Eventuele inkomsten die uit deze tegemoetkoming worden ontvangen, vallen wel onder het begrip “inkomen” en “vermogen” bij de uitvoering van de bijzondere bijstand, Individuele Inkomenstoeslag en Studietoeslag.

De hardheidstegemoetkoming van circa 30.000 euro wordt door de Belastingdienst uitgekeerd op grond van artikelen 49 lid 1; 49a; 49b en 49c Algemene wet inkomensafhankelijke regelingen. Door de vrijstelling past de gemeente artikel 7 lid 1 sub p uit de regeling Participatiewet, IOAW, IOAZ op dezelfde manier toe bij de uitvoering van de bijzondere bijstand, Individuele Inkomenstoeslag en Studietoeslag.

Eventuele andere tegemoetkomingen of correctiebetalingen een gedupeerde heeft ontvangen van de Belastingdienst worden wel aangemerkt als inkomens- en vermogensbestanddelen.