Organisatie | Tytsjerksteradiel |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels doorbetaling woonlasten kortdurende detentie |
Citeertitel | Beleidsregels doorbetaling woonlasten kortdurende detentie 2017 gemeente Tytsjerksteradiel |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-07-2017 | nieuwe regeling | 27-06-2017 Gemeenteblad, 01-07-2017 | Z2017-03367 |
De landelijke instroom van gedetineerden over de afgelopen jaren ligt rand de 39.000 in Nederland en de recidive is hoog. Het Ministerie van Veiligheid en Justitie heeft daarom als doel gesteld om de recidive van gedetineerden te verminderen. Om dit doel te bereiken is in 2007 met de VNG een samenwerkingsmodel nazorg volwassen (ex) gedetineerden opgesteld, waarbij gedetineerden bij hun re-integratie warden begeleid op de vijf leefgebieden wonen, werk, identiteitsbewijs, zorg, schulden.
Via bijzondere bijstand hebben verschillende gemeenten afgelopen jaren via bovenwettelijk beleid de woonlasten doorbetaald voor kortdurende gedetineerden. Dit doorbetalingsbeleid is in lijn met de afspraken die door de VNG met het Ministerie van Veiligheid en Justitie zijn gemaakt . 1
In de gemeente Tytsjerksteradiel bestaat oak de mogelijkheid om via bovenwettelijk beleid woonlasten door te betalen. Dit geldt nu voor de doelgroep kortgestrafte gedetineerden ( < 4 maanden, waarvan de kosten van vaste lasten niet uit het aanwezige inkomen of vermogen voldaan kunnen warden.
Op grand van de Participatiewet (voorheen Wet Werk en Bijstand) hebben gedetineerden echter geen recht op bijstand of bijzondere bijstand. Vanwege dit beleidsconflict is er dus sprake van bovenwettelijk beleid, omdat het in strijd was met de aanvullende uitkeringen die de gemeente vanuit het Rijk ontving.
Ten behoeve van het zowel beleidsmatig als financieel beter borgen, en om ten behoeve van de uitvoering van deze regeling het beleid te uniformeren, willen we door middel van een actieve beleidskeuze en het vaststellen van deze beleidsregels het proces optimaliseren.
Beleidsregels doorbetaling woonlasten gedetineerden Algemeen
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
Woonlasten: Hieronder wordt verstaan de verschuldigde huur, de kosten van een opstal-/inboedelverzekering en de vastrechtbedragen van de energielasten. (NB: bij het energiebedrijf kan wegens het niet-bewonen van de woning warden volstaan met het vastrechtbedrag, zodat later geen verrekening met de eindafrekening van de energielasten behoeft plaats te vinden).
Er wordt onderzocht of een belanghebbende over financiële reserves beschikt om zelf in de kosten voor woonlasten te voorzien. Hieronder is ook te verstaan de aanwending van het eigen (bescheiden) vermogen. Van een belanghebbende wordt verwacht dat hij alle relevante gegevens (bijvoorbeeld bankafschriften) aanlevert om dit te kunnen bepalen.
De financiële ondersteuning is alleen van toepassing voor de woonlasten. Een belanghebbende dient zelf afspraken te maken met de nutsbedrijven over het tijdelijk omlaag brengen van de tarieven voor gas, water, en elektriciteit (vastrecht) en eventuele andere lasten.
In de gevallen dat detentieduur moeilijk op voorhand is in te schatten, bijvoorbeeld inbewaringneming of gevangenhouding, wordt ondersteuning verleend voor de duur van maximaal drie maanden. Na die drie maanden, of eerder, wordt beoordeeld of de ondersteuning met maximaal drie maanden wordt voortgezet.
Artikel 6: Overige omstandigheden
Het team veiligheid brengt advies uit over een aanvraag om financiële ondersteuning in het kader van deze regeling. Indien het advies negatief is voor terugkeer naar de woonplek na detentie, bijvoorbeeld in verband met veiligheid of de verstoring van de openbare orde, kan er geen gebruik worden gemaakt van de regeling.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in de beleidsregels, indien strikte toepassing ervan tot onbillijkheden van overwegende aard zou leiden.
Artikel 8: Onvoorziene situaties
In alle gevallen waarin deze beleidsregels niet voorzien beslist het college.