Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oldebroek

Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten Oldebroek 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOldebroek
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten Oldebroek 2021
CiteertitelBeleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Oldebroek 2021
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 4:81, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

03-08-202101-07-202130-09-2021Nieuwe regeling

29-06-2021

gmb-2021-258109

1058343

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten Oldebroek 2021

Artikel 1 Begripsbepalingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    wet: Participatiewet;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Oldebroek;

  • c.

    inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële terugval in het inkomen als gevolg van de coronacrisis;

  • d.

    voorliggende voorziening: een voorziening zoals bedoeld in artikel 15 lid 1 van de wet;

  • e.

    peilmaand: maand waarvan het inkomen bepalend is voor de vaststelling van de draagkracht;

  • f.

    aanvrager: de persoon die de aanvraag indient en diens eventuele partner conform artikel 3 van de wet.

Artikel 2 Doelgroep TONK

Een tegemoetkoming TONK is bedoeld voor de aanvrager:

  • a.

    die als gevolg van de coronacrisis te maken heeft met een inkomensterugval, en;

  • b.

    die daardoor noodzakelijke particuliere kosten zoals woonlasten niet meer kan voldoen, en

  • c.

    die geen aanspraak kan maken op een voorliggende voorziening of voor wie een voorliggende voorziening niet toereikend is.

Artikel 3 Voorwaarden tegemoetkoming TONK

  • 1.

    Het college kan een tegemoetkoming TONK verstrekken aan de aanvrager die als gevolg van een onvoorziene inkomensterugval vanwege de coronacrisis zijn noodzakelijke particuliere woonlasten niet meer kan voldoen;

  • 2.

    Aanvrager verklaart bij aanvraag dat de inkomensterugval het gevolg is van de maatregelen in verband met het coronavirus (Covid-19);

  • 3.

    De ‘Beleidsregels bijzondere bijstand gemeente Oldebroek 2017‘ zijn niet van toepassing op de aanvragen TONK;

  • 4.

    Aanvrager is een rechthebbende zoals benoemd in artikel 11 van de wet.

Artikel 4 Noodzakelijke kosten

  • 1.

    De tegemoetkoming TONK kan betrekking hebben op de volgende voor de aanvrager noodzakelijke algemene kosten van bestaan:

    • a.

      kosten van (kale) huur van een particuliere woning;

    • b.

      hypotheeklasten van de particuliere woning;

    • c.

      kosten van elektriciteit, gas en water voor de particuliere woning.

  • 2.

    Het college kan besluiten een tegemoetkoming TONK voor de onderdelen a en b zoals genoemd in het eerste lid pas te verstrekken indien aanvrager heeft aangetoond dat (gedeeltelijke) kwijtschelding van huur door verhuurder of uitstel van hypotheek lasten door hypotheekverstrekker is afgewezen.

Artikel 5 Aanvraag

  • 1.

    De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via www.oldebroek.nl/tonk. In afwijking van deze digitale aanvraag is een schriftelijke aanvraag mogelijk indien naar het oordeel van het college bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.

  • 2.

    Aanvrager overlegt bij de volledig ingevulde aanvraag:

    • a.

      de bewijzen van het inkomen van de peilmaand;

    • b.

      de bewijzen van de noodzakelijke kosten van de maanden waarover de tegemoetkoming TONK wordt aangevraagd.

  • 3.

    Een aanvraag tegemoetkoming TONK kan worden ingediend tot en met 30 september 2021.

Artikel 6 Terugwerkende kracht

  • 1.

    De tegemoetkoming TONK kan worden aangevraagd tussen 1 juli 2021 en 30 september 2021. Dit met terugwerkende kracht tot 1 juli 2021.

  • 2.

    De reeds toegekende aanvragen in het tijdvak 1 januari 2021 tot en met 31 juni 2021, worden ambtshalve herberekend op grond van de uitganspunten in deze gewijzigde beleidsregel.

Artikel 7 Duur

De tegemoetkoming wordt verstrekt voor ten hoogste de periode van 1 juli 2021 tot en met 30 september 2021.

Artikel 8 Hoogte tegemoetkoming

  • 1.

    De hoogte van de tegemoetkoming TONK per maand wordt vastgesteld conform onderstaande formule:

    Tegemoetkoming TONK per maand = noodzakelijke algemene kosten van bestaan - draagkracht

    waarbij:

    • -

      de noodzakelijke algemene kosten van bestaan worden bedoeld zoals genoemd in artikel 4, en;

    • -

      draagkracht wordt bedoeld zoals in artikel 10.

  • 2.

    De maximale tegemoetkoming TONK bedraagt € 1000,-- per maand per huishouden.

  • 3.

    De tegemoetkoming TONK wordt om niet verstrekt.

Artikel 9 Inkomen (artikel 32 PW)

  • 1.

    Onder inkomen van de aanvrager wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      inkomen uit arbeid;

    • b.

      inkomen uit een onderneming of zelfstandig beroep;

    • c.

      inkomen uit een uitkering;

    • d.

      inkomen uit verhuur; en

    • e.

      inkomen uit partneralimentatie.

Artikel 10 Draagkracht

  • 1.

    De draagkracht van de aanvrager wordt voor de gehele duur van de tegemoetkoming TONK vastgesteld aan de hand van de peilmaand.

  • 2.

    De peilmaand is de maand voorafgaand aan de maand waarvoor de tegemoetkoming TONK wordt aangevraagd.

  • 3.

    In afwijking van lid 2 en 3 kan de draagkracht bij onregelmatige inkomsten worden vastgesteld aan de hand van het gemiddelde inkomen in de drie maanden voorafgaand aan de maand van de aanvraag.

  • 4.

    Van het inkomen boven de geldende bijstandsnorm wordt 50% als draagkracht in aanmerking genomen.

  • 5.

    De kostendelersnorm wordt hierbij buiten beschouwing gelaten.

  • 6.

    Het vermogen van aanvrager wordt bij draagkrachtbepaling vrij gelaten.

Artikel 11 Afzien opleggen verhuisverplichting

Het college legt aan de aanvrager die op basis van deze beleidsregel in aanmerking komt voor de tegemoetkoming TONK, geen verhuisverplichting op.

Artikel 12 Uitbetaling

De uitbetaling van de tegemoetkoming TONK vindt maandelijks plaats.

Artikel 13 Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet of gedeeltelijk in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het college, gelet op alle omstandigheden waaronder een terugval in inkomen van de aanvrager als gevolg van de coronacrisis, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 14 Inwerkingtreding en duur beleidsregels

  • 1.

    De beleidsregels treden de dag na bekendmaking in werking en werken terug tot 1 juli 2021.

  • 2.

    De beleidsregels vervallen op 30 september 2021.

Artikel 15 Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Oldebroek 2021.

 

Aldus vastgesteld op 29 juni 2021,

Het college van burgemeester en wethouders van Oldebroek,

de burgemeester,

de secretaris,

Artikelsgewijze toelichting

Artikel 2 onderdeel b

De tegemoetkoming TONK is bedoeld voor particuliere woonlasten. Voor ondersteuning in de bedrijfslasten moet worden aangesloten bij de bestaande (al dan niet overbruggende) regelingen, zoals het Bbz, Tozo (bedrijfskapitaal), NOW, TVL, etc.

Artikel 2 onderdeel c

De TONK is een noodmaatregel, daarom worden Tozo, TVL en NOW niet als voorliggende voorziening aangemerkt.

Artikel 3

De tegemoetkoming TONK is bedoeld voor inwoners die in hun inkomen getroffen zijn door de coronacrisis en onder normale omstandigheden geen beroep zouden hoeven doen op bijstand. De levensstandaard van deze inwoners is vaak niet afgestemd op bijstandsniveau. De bestaande beleidsregels voor bijzondere bijstand sluiten daarom onvoldoende aan bij de TONK-regeling. De Beleidsregels bijzondere bijstand gemeente Oldebroek 2018 zijn daarom niet van toepassing op de tegemoetkoming TONK.

Artikel 4 lid 1

De tegemoetkoming TONK kan betrekking hebben op de hypotheeklasten. Hiermee bedoelen we de netto-hypotheeklasten:

  • rente;

  • aflossing;

  • verplichte hypotheek gerelateerde verzekeringen zoals overlijdens-, woonlasten- of werkloosheidsverzekering.

We gaan uit van netto hypotheeklasten omdat inwoners bij de Belastingdienst de teruggave i.v.m. hypotheekrenteaftrek maandelijks kunnen laten uitbetalen. De belastingteruggave heeft immers betrekking op de periode waarover TONK wordt verstrekt.

Aflossingen op hypotheek zijn feitelijk geen kosten. Toch nemen we de lasten van hypotheekaflossing mee in de noodzakelijke woonlasten. Dit doen we omdat de TONK is bedoeld voor inwoners die hun vaste verplichtingen niet meer kunnen voldoen vanwege een onvoorziene inkomensterugval. Als aflossing niet wordt meegenomen, dan blijft de inwoner veel lasten hebben die hij mogelijkerwijs niet kan bekostigen, waardoor de inwoner alsnog in grote financiële problemen kan komen. Het zou het doel van de TONK-regeling voorbij schieten om aflossing niet mee te nemen in de vaste woonlasten.

Artikel 6

Om één lijn te trekken in de toegekende bedragen, gaan we de aanvragen uit de eerste periode opnieuw berekenen en ontvangt men een gewijzigde beschikking.

Artikel 8 lid 4

De tegemoetkoming TONK wordt in principe verstrekt in de vorm van om niet en is een onbelaste uitkering. Dit betekent dat de inwoner de tegemoetkoming niet hoeft terug te betalen. Wel kan er sprake zijn van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid. In dat geval kan de TONK in de vorm van een lening worden verstrekt.

Artikel 10

Voor de inkomensgrenzen van het sociaal minimum wordt aangesloten bij de inkomensgrenzen zoals bedoeld in paragraaf 3.2 van de Participatiewet. Er is gekozen om een draagkrachtpercentage van 50%, zodat er ook nog enige ruimte overblijft voor het voldoen van andere lasten dan woonlasten.