Organisatie | Bergen (L) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening rekenkamercommissie gemeente Bergen (L) 2021 |
Citeertitel | Verordening rekenkamercommissie gemeente Bergen (L) 2021 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 81oa van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-07-2021 | nieuwe regeling | 13-07-2021 |
Artikel 1. Taak van de rekenkamercommissie
De rekenkamercommissie onderzoekt de doelmatigheid, de doeltreffendheid en de rechtmatigheid van het door het gemeentebestuur van Bergen (L) gevoerde bestuur, alsmede van gemeenschappelijke regelingen en van instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd.
De griffier van de gemeenteraad van Bergen (L) is ambtelijk secretaris van de rekenkamercommissie. Bij afwezigheid wordt de griffier vervangen door de assistent griffier.
Artikel 4. Eed of verklaring en belofte
Alvorens hun functie te kunnen uitoefenen, leggen de leden van de rekenkamercommissie in handen van de voorzitter van de raad de eed of de verklaring en belofte, als opgenomen in artikel 81g van de Gemeentewet af, met dien verstande, dat voor “rekenkamer” wordt gelezen “rekenkamercommissie”.
Artikel 6. Openbaar maken nevenfuncties
Voor de leden van de rekenkamercommissie is artikel 12 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.
Artikel 7. Verboden handelingen
Voor de leden van de rekenkamercommissie is artikel 15, eerste en tweede lid, van de Gemeentewet, van overeenkomstige toepassing.
Artikel 8. Opheffing van de rekenkamercommissie
De raad kan besluiten tot opheffing van de rekenkamercommissie. Bij het opheffingsbesluit bepaalt de raad op welke wijze hij invulling zal geven aan de wettelijke verplichtingen inzake een rekenkamer(functie).
Artikel 9. Besluitvorming in de rekenkamercommissie
In vergaderingen van de rekenkamercommissie wordt besloten bij meerderheid van stemmen, waarbij ieder lid één stem heeft.
Artikel 10. Onderzoeksopdracht
De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen van een onderzoek, in aanvulling op het onderzoeksprogramma. De rekenkamer bericht de raad binnen een maand in hoeverre aan dat verzoek wordt voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.
Artikel 11. Uitvoering van het onderzoek en rapportage
De rekenkamercommissie is bevoegd van alle leden van het gemeentebestuur en van alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen voor zover zij dat ter vervulling van haar taak nodig acht. De leden van het gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de gevraagde inlichtingen binnen de door de rekenkamercommissie gestelde termijn te verstrekken.
De rekenkamercommissie is bevoegd alle documenten die berusten bij besturen en/of directies van gemeenschappelijk regelingen en instellingen waarvan de activiteiten geheel of in belangrijke mate door de gemeente worden bekostigd, te onderzoeken voor zover zij dat ter vervulling van haar taak nodig acht.
De rekenkamercommissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet openbaarheid van bestuur kan de rekenkamercommissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of gedeelten daarvan als geheim aanmerken. De leden van de rekenkamercommissie en degenen die ten behoeve van de rekenkamercommissie werkzaam zijn, zijn verplicht tot geheimhouding van al wat hen in hun hoedanigheid als lid, respectievelijk medewerker ter kennis is gekomen.
De rekenkamercommissie stelt betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken bedraagt, hun zienswijze op het feitenonderzoek aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van onderzoek is of is geweest. De rekenkamercommissie bepaalt wie verder als betrokkenen worden aangemerkt.
De rekenkamercommissie stelt de betrokken bestuursorganen en – indien van toepassing – de betrokken instellingen in de gelegenheid om binnen een door haar te stellen termijn die ten minste twee weken en ten hoogste vier weken bedraagt, hun zienswijze op het onderzoek en de (concept)nota aan de rekenkamercommissie kenbaar te maken.
Artikel 12. Inhuur externe deskundigen en onderzoeksmedewerkers
Extene deskundigen en onderzoeksmedewerkers kunnen, indien de rekenkamercommissie hen daartoe de bevoegdheid toekent, alle informatie verzamelen die de rekenkamercommissie in het belang van het onderzoek nodig acht. Zij hebben een geheimhoudingsplicht met betrekking tot die informatie en zijn alleen verantwoording verschuldigd aan de rekenkamercommissie.
Ten laste van de bestuurskosten worden in rekening gebracht:
Ten laste van de onderzoekskosten worden in rekening gebracht:
de vergoeding aan de leden van de rekenkamercommissie voor door hen verricht of begeleid onderzoek (54,20 euro per uur, prijspeil 1 januari 2021), jaarlijks te verhogen met het door het Centraal Bureau voor de Statistiek over het voorafgaande jaar berekende inflatiepercentage) en de kosten van eventuele externe deskundigen, onderzoeksbureaus en onderzoeksmedewerkers;
Artikel 14. Vergoeding voor leden rekenkamercommissie
De leden van de rekenkamercommissie ontvangen een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen overeenkomstig het presentiegeld voor commissieleden, genoemd in de jaarlijkse circulaire van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (klasse 2), voortvloeiende uit het Rechtspositiebesluit decentrale politieke ambtsdragers.