Organisatie | Midden-Drenthe |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) |
Citeertitel | Beleidsregels tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten gemeente Midden-Drenthe |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 35 van de Participatiewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-07-2021 | 01-01-2021 | 01-10-2021 | Nieuwe regeling | 06-07-2021 |
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
inkomensterugval; een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële terugval in het gezinsinkomen als gevolg van de coronacrisis, waarbij in de berekening het gezinsinkomen op peildatum 1 januari 2021 dan wel de datum van de aanvraag, wordt afgezet tegen de hoogte van het gezinsinkomen op peildatum 1 januari 2020;
Artikel 2 Noodzakelijke kosten
Onder Noodzakelijke kosten wordt in deze regeling verstaan de volgende voor de inwoner noodzakelijke algemene kosten van bestaan met betrekking tot de woning waar hij zijn hoofdverblijf heeft:
Artikel 4 Afbakeningsbepalingen
De ‘Beleidsregels bijzondere bijstand gemeente Midden-Drenthe’ zijn niet van toepassing op de aanvragen TONK.
Artikel 5 Bevoegdheden en voorwaarden TONK
Het college kan een tegemoetkoming TONK verstrekken aan de inwoner die:
over geldmiddelen kan beschikken tot een bedrag lager dan de vermogensgrens zoals geldt voor de huurtoeslag (in 2021 € 31.340,00 voor een alleenstaande dan wel € 62.680,00 voor gehuwden/samenwonenden), waarbij de wijze van berekening van het vermogen voor de toepassing van de huurtoeslagwet volgens artikel 7 lid 3 van de Awir geldt en waarbij het vermogen in de door de belanghebbende bewoonde eigen woning of onderneming buiten beschouwing wordt gelaten, en
Artikel 8 Terugwerkende kracht
Een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021.
Artikel 12 Afzien opleggen verhuisverplichting
Het college legt aan de aanvrager die op basis van deze beleidsregel in aanmerking komt voor de tegemoetkoming TONK, geen verhuisverplichting op.
Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het college, gelet op alle omstandigheden waaronder een terugval in inkomen van de aanvrager als gevolg van de coronacrisis, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.
De TONK is een tijdelijke tegemoetkoming in noodzakelijke kosten. Deze tegemoetkoming is voor huishoudens die te maken hebben met een inkomensterugval en daardoor de noodzakelijke kosten niet meer kunnen betalen uit het inkomen. Het gaat hierbij om een vergoeding voor daadwerkelijke noodzakelijke kosten, niet om een inkomensondersteunende regeling. De tijdelijke noodmaatregel TONK geldt van 1 januari 2021 tot en met 30 september 2021.
In deze periode wordt een ruimere toegang tot het instrument van de bijzondere bijstand geboden. Op grond van de Participatiewet kan door de gemeente in individuele gevallen bijzondere bijstand verstrekt worden als het door bijzondere omstandigheden niet meer mogelijk is om de noodzakelijke kosten te betalen (artikel 35 lid 1 Participatiewet). Gemeenten hebben daarbij eigen beleidsvrijheid. Er worden voor de tegemoetkoming TONK géén nadere centrale regels vastgesteld. Het is aan gemeenten om in voorkomende individuele gevallen, ruimhartiger om te gaan met draagkracht dan de gemeentelijke richtlijnen in “niet coronatijd” voorschrijven. Aangezien de TONK is gegoten in de vorm van bijzondere bijstand, blijft de systematiek van de bijstand gelden. Dit betekent dat voldaan moet worden aan de algemene regels voor bijzondere bijstandsverlening, en dat alleen sprake is van een verruiming ten opzichte van de Participatiewet en de [reguliere beleidsregels bijzondere bijstand] daar waar dit expliciet volgt uit deze beleidsregels. Dat de systematiek van de Participatiewet geldt, impliceert ook dat gehuwden slechts een gezamenlijk recht op een tegemoetkoming TONK hebben.
De inlichtingenplicht geldt voor de TONK onverkort (artikel 17 Participatiewet). Dat betekent dat de aanvrager elke wijziging die van invloed is of kan zijn op het recht op of de hoogte van de tegemoetkoming moet doorgeven. Het is belangrijk om hier helder over te communiceren bij de aanvraag, omdat het vaak zal gaan om mensen die geen bijstand ontvangen en dus niet bekend zijn met de regels.
Als achteraf blijkt dat op basis van onjuiste informatie ten onrechte of tot een te hoog bedrag bijstand is verstrekt, dan gaat het college over tot terugvordering.
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 2 Noodzakelijke kosten
Onder noodzakelijke kosten worden alleen verstaan:
De tegemoetkoming TONK voorziet alleen in deze kosten voor zover het gaat om een door de aanvrager bewoonde woning. Het gaat dan om de woning waar belanghebbende hoofdverblijf heeft. De tegemoetkoming TONK voorziet niet in de kosten van een tweede woning of een zakelijk pand.
Met betrekking tot de kosten van huur van de woning gaat het niet om de kale huur maar om de all-in prijs. Dit betekent dat eventuele servicekosten in aanmerking kunnen komen voor een tegemoetkoming. Hiervoor kiest het college in verband met een eenvoudige uitvoering van de TONK.
Het kan ook nodig zijn om andere kosten te vergoeden. Daarin voorziet de TONK niet. Een aanvraag zal op basis van de reguliere bijzondere bijstand moeten worden gedaan.
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Toepassingsbereik reguliere beleidsregels bijzondere bijstand
In verband met de tegemoetkoming TONK is het nodig om af te wijken van de huidige Beleidsregels bijzondere bijstand. Daarom is bepaald dat de Beleidsregels bijzondere bijstand Midden-Drenthe niet van toepassing zijn bij een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK
Artikel 5 Bevoegdheid en voorwaarden TONK
De tegemoetkoming TONK is gebaseerd op artikel 35 Participatiewet. Dit betekent dat een belanghebbende moet behoren tot de kring van rechthebbenden. Zo moeten de kosten zijn verbonden aan Nederland en de belanghebbende moet een Nederlander zijn of een daaraan gelijkgestelde vreemdeling (artikel 11 Participatiewet). Ook mag een belanghebbende niet zijn uitgesloten van het recht op bijstand (artikel 13 Participatiewet).
Een huishouden heeft recht op een TONK-uitkering indien:
1. het inkomensverlies in de periode van de coronacrisis minimaal 25 % bedraagt,
2. het aandeel van de woonlasten minimaal 30 % van het (lagere) inkomen bedraagt, en
3. het geldmiddelen niet meer bedraagt dan het bedrag van de vermogensgrens zoals vastgesteld ten behoeve van de huurtoeslag.
Artikel 6 Hoogte TONK-tegemoetkoming
De hoogte van de TONK bedraagt dan maximaal €1000,00 voor de gehele looptijd van de TONK-regeling. Voor de uitvoering is dan (naast de overige eisen op basis van de Participatiewet) de volgende informatie nodig:
De hoogte van de TONK is dan het bedrag van de noodzakelijke kosten minus 30% van het huidige inkomen.
Er bestaat geen recht op een tegemoetkoming TONK wanneer een beroep kan worden gedaan op een voorliggende voorziening (artikel 15 Participatiewet). De Wet op de huurtoeslag is aan te merken als een passende en toereikende voorliggende voorziening voor de kosten van een huurwoning (zie ECLI:NL:CRVB:2019:4119). Voor de kosten van een eigen woning geldt dit niet (zie ECLI:NL:CRVB:2014:2171). Hierna volgt een schema in welke gevallen de Wet op de huurtoeslag is aan te merken als een passende en toereikende voorliggende voorziening voor de kosten van een huurwoning en wanneer niet.
Het college kan geen tegemoetkoming TONK verstrekken als een inwoner een beroep kan doen op een voorliggende voorziening die gezien haar aard en doel geacht wordt passend en toereikend te zijn. Er kan samenloop zijn met andere regelingen uit het steun- en herstelpakket van het Rijk zoals de Tozo. Een inwoner die Tozo-uitkering ontvangt is niet bij voorbaat uitgesloten voor de tegemoetkoming TONK.
Een vergoeding op basis van de TVL of NOW wordt niet beschouwd als een voorliggende voorziening voor de kosten waarin de tegemoetkoming TONK voorziet.
De hoogte van de tegemoetkoming TONK is ten hoogste gelijk aan de woonkosten. Om de kosten beheersbaar te houden heeft het college nog een uiterste grens bepaald. Dat betekent dat de tegemoetkoming TONK nooit hoger kan zijn dan €1000,00 , ook al zijn de woonkosten hoger.
In dit artikel is neergelegd op welke wijze de aanvraag moet worden ingediend (eerste en tweede lid). Ook is bepaald welke stukken de aanvrager moet verstrekken bij de aanvraag (derde lid). Een aanvraag tegemoetkoming TONK kan worden ingediend uiterlijk op 30 september 2021 (derde lid). Dat is immers de laatste dag van de periode waarop de TONK geldt. Met ingang van 1 oktober 2021 worden deze (tijdelijke) beleidsregels in principe ingetrokken.
Artikel 8 Terugwerkende kracht
Uitgangspunt in de Participatiewet is dat bijstandsverlening met terugwerkende kracht in principe niet is toegestaan (artikel 44, eerste lid, van de wet). In deze beleidsregels wordt hier een beperkte uitzondering op gemaakt. De TONK ziet op de periode 1 januari 2021 tot en met 30 september 2021. Omdat deze beleidsregels nog niet waren vastgesteld op 1 januari 2021, vindt het college het nodig om een aanvraag met terugwerkende kracht te kunnen toekennen.
Wanneer er op 1 januari 2021 nog geen recht op een tegemoetkoming TONK bestaat, dan wordt de aanvraag geacht te zijn ingediend op de eerstvolgende datum waarop wel recht bestaat op een tegemoetkoming TONK. Het geeft de mogelijkheid om de ingangsdatum te verschuiven zonder de aanvraag af te wijzen en de inwoner een nieuwe aanvraag te laten indienen.
De TONK geldt van 1 januari tot 1 oktober 2021. Met de verstrekking van de tegemoetkoming wordt hierbij aangesloten. Het artikel spreekt over ten hoogste omdat vanwege een latere aanvraag of het niet (over de gehele periode) voldoen aan de voorwaarden ervoor kan zorgen dat er voor een kortere duur recht op een tegemoetkoming TONK kan bestaan.
De tegemoetkoming TONK wordt om niet verstrekt. Dit betekent dat belanghebbende de tegemoetkoming niet hoeft terug te betalen.
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 11 Beschikbare geldmiddelen
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 12 Afzien opleggen verhuisplicht
Het college legt geen verhuisverplichting op bij de verstrekking van een tegemoetkoming TONK. Dit past immers niet bij het doel van deze tijdelijke tegemoetkoming in verband met de coronacrisis.
In dit artikel is de betaling van de tegemoetkoming TONK geregeld. De eerste uitbetaling kan in gevallen van verstrekking van de tegemoetkoming TONK met terugwerkende kracht ook de uitbetaling over de perioden omvatten waarop de terugwerkende kracht betrekking heeft.
Dit artikel behoeft geen toelichting.
Artikel 15 Inwerkingtreding en duur beleidsregels
De TONK geldt voorlopig van 1 januari 2021 tot 1 oktober 2021. Hiermee is rekening gehouden bij de inwerkintreding met terugwerkende kracht van deze beleidsregels en de intrekking ervan per 1 oktober 2021. Mocht het kabinet besluiten dat de TONK langer van kracht moet zijn, dan zal het college overgaan tot verlenging van worden de beleidsregels verlengd en wordt dit tijdig kenbaar maken gemaakt.