Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Geertruidenberg

Wegsleepverordening Geertruidenberg 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGeertruidenberg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingWegsleepverordening Geertruidenberg 2021
CiteertitelWegsleepverordening Geertruidenberg 2021
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerpVerkeer I organisatie en beleid

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 149 van de Gemeentewet
  2. artikel 173, tweede lid, van de Wegenverkeerswet 1994
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

15-07-2021vervangende regeling

01-07-2021

gmb-2021-227360

Tekst van de regeling

Intitulé

Wegsleepverordening Geertruidenberg 2021

Nr.

 

De raad van de gemeente Geertruidenberg;

 

gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Geertruidenberg d.d. 16 maart 2021;

 

gelet op het bepaalde in artikel 149 van de Gemeentewet, artikel 173, tweede lid van de Wegenverkeerswet 1994 en het Besluit wegslepen van voertuigen;

 

overwegende dat het wenselijk is om in voorkomende gevallen op de weg staande voertuigen (inclusief fietsen, bromfietsen en andere voertuigen) te kunnen verwijderen, over te brengen en in bewaring te stellen;

 

besluit vast te stellen de volgende verordening:

 

Wegsleepverordening Geertruidenberg 2021

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze verordening wordt verstaan onder:

a. RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

b. wet: de Wegenverkeerswet 1994;

c. besluit: het Besluit wegslepen van voertuigen;

d. voertuig: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1 van het RVV 1990;

e. motorrijtuig: wat hieronder wordt verstaan in artikel 1, eerste lid, onder c, van de wet;

f. het college: het college van burgemeester en wethouders;

g. GVW: Gross Vehicle Weight;

h. loze rit: een rit waarbij wordt geconstateerd dat bij het ter plaatse komen danwel voordat met de verwijderingswerkzaamheden wordt gestart het voertuig is, danwel op dat moment wordt of is verwijderd;

i. berger: degene die belast is met de verwijdering van het voertuig;

j. etmaal/dag: een periode van 24 uur, welke begint op het moment van in bewaring nemen van een voertuig.

 

Artikel 2 Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten

Als wegen en weggedeelten, bedoeld in artikel 170, eerste lid, onder c, van de wet worden alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente aangewezen voor zover ze behoren tot een van de in artikel 2 van het besluit bedoelde soorten van wegen en weggedeelten.

 

Artikel 3 Plaats bewaring voertuigen en openingstijden

1. Als plaats van bewaring van voertuigen wordt aangewezen:

a. Ten behoeve van motorrijtuigen en andere voertuigen, met uitzondering van het onder b genoemde: het terrein gelegen aan Keizersveer 1, 4941 TA te Raamsdonksveer;

b. Ten behoeve van fietsen, bromfietsen en andersoortige voortuigen: het terrein van de gemeente Geertruidenberg, gelegen aan de Julianalaan 103a, 4941 JC te Raamsdonksveer.

2. De openingstijden van de in het eerste lid bedoelde bewaarplaats(en) worden door het college vastgesteld.

 

Artikel 4 Kosten overbrengen en bewaren voertuigen

1. De kosten voor werkzaamheden met betrekking tot voertuigen c.q. motorrijtuigen <3.500 kg (personen- en bestelwagen) bedragen:

a. Loos uitrijden: € 75,00 ex. BTW.

Deze kosten zijn voor rekening van de gemeente Geertruidenberg.

Hiervan is sprake wanneer het bergingsbedrijf opdracht krijgt tot het wegslepen van een voertuig, doch geen bergingswerkzaamheden worden verricht.

 

b. Onvolledige berging: € 75,00 ex. BTW.

Deze kosten zijn voor rekening van de bestuurder/eigenaar. Hiervan is sprake wanneer het bergingsvoertuig op de plaats van de berging is gearriveerd voordat de bestuurder/eigenaar van het weg te slepen voertuig ter plaatse is verschenen en met de bergingswerkzaamheden reeds is begonnen. De bergingswerkzaamheden eindigen op het moment dat de bemanning van het bergingsvoertuig heeft plaatsgenomen om het opgetakelde voertuig over te brengen naar de stallingslocatie.

 

c. Volledige berging: € 175,00 ex. BTW.

Deze kosten zijn voor rekening van de bestuurder/eigenaar.

Hiervan is sprake vanaf het moment dat de bemanning van het bergingsvoertuig plaats neemt in het bergingsvoertuig om het getakelde voertuig over te brengen naar het bewaarterrein. De volledige berging eindigt op het moment dat het voertuig is losgekoppeld of gelost is op het bewaarterrein.

 

d. Stallingskosten voor de volgende etmalen of een gedeelte daarvan: € 7,50 ex. BTW.

Deze kosten zijn voor rekening van de bestuurder/eigenaar.

 

2. De kosten van werkzaamheden met betrekking tot een groot voertuig c.q. motorrijtuig > 3.500 kg (w.o. bus en vrachtwagen) bedragen:

 

a. Loos uitrijden: € 125,00 ex. BTW.

Deze kosten zijn voor rekening van de gemeente Geertruidenberg.

Hiervan is sprake wanneer het bergingsbedrijf opdracht krijgt tot het wegslepen van een voertuig, doch geen bergingswerkzaamheden worden verricht.

 

b. Onvolledige berging indien niet compleet transport klaar: € 295,00 ex. BTW.

Deze kosten zijn voor rekening van de bestuurder/eigenaar. Hiervan is sprake wanneer het bergingsvoertuig op de plaats van de berging is gearriveerd voordat de bestuurder/eigenaar van het weg te slepen voertuig ter plaatse is verschenen en met de bergingswerkzaamheden reeds is begonnen. De bergingswerkzaamheden eindigen op het moment dat de bemanning van het bergingsvoertuig heeft plaatsgenomen om het opgetakelde voertuig over te brengen naar de stallingslocatie.

 

c. Volledige berging: € 450,00 ex. BTW.

Deze kosten zijn voor rekening van de bestuurder/eigenaar.

Hiervan is sprake vanaf het moment dat de bemanning van het bergingsvoertuig plaats neemt in het bergingsvoertuig om het getakelde voertuig over te brengen naar het bewaarterrein. De volledige berging eindigt op het moment dat het voertuig is losgekoppeld of gelost is op het bewaarterrein.

 

d. Stallingskosten voor de volgende etmalen of een gedeelte daarvan: € 25,00 ex. BTW.

Deze kosten zijn voor rekening van de bestuurder/eigenaar.

 

3. De kosten van het overbrengen van een fiets, bromfiets en andersoortig voertuig bedragen:

a. Basistarief/voorrijtarief/tarief loze rit €25,00 ex. BTW

b. Standaardbedrag overbrengen naar bewaarplaats € 25,00 ex. BTW

c. Stallingskosten voor de volgende etmalen of voor een gedeelte daarvan: € 2,50 ex. BTW

Deze kosten zijn voor rekening van de bestuurder/eigenaar.

 

4. Het retourneren van een voertuig buiten kantoortijden, welke is gestald op het bewaarterrein, geldt een toeslag van: € 100,00 ex. BTW.

 

5. De maximale tijd dat een voertuig in bewaring gesteld kan worden is 13 weken. Daarna is het college bevoegd het voertuig te (laten) verkopen aan derden, om niet in eigendom over te dragen of te laten vernietigen. Uit de opbrengsten worden de kosten voor berging en bewaring betaald. Een eventueel overschot dat na verkoop van het voertuig resteert komt ten goede van de eigenaar en indien deze niet te achterhalen is, aan de gemeente Geertruidenberg. Wanneer het zich laat aanzien dat de kosten van een en ander hoger zullen zijn dan de waarde van het voertuig, kan dit ook binnen de termijn van 3 maanden, doch niet binnen 2 weken nadat een kopie van het proces verbaal aan de eigenaar/houder is verzonden mits deze bekend en/of te bereiken is.

 

Artikel 5 Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat

Wanneer gebruik wordt gemaakt van de bevoegdheid, bedoeld in artikel 130, vierde lid , 164, zevende lid , en 174, eerste lid van de wet, zijn artikel 1, 3 en 4 van deze verordening van overeenkomstige toepassing.

 

Artikel 6 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de dag na die van bekendmaking.

 

Artikel 7 Intrekking

Met het in werking treden van deze verordening wordt de Wegsleepverordening Geertruidenberg 2019 ingetrokken.

 

Artikel 8 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Wegsleepverordening Geertruidenberg 2021.

 

 

Aldus vastgesteld in de openbare raadsvergadering van datum.

De raad van de gemeente Geertruidenberg,

de griffier, de voorzitter,

drs. K.M.C. Millenaar-Rammelaere, M. Witte

Toelichting op de Wegsleepverordening 2021

Algemene toelichting

 

De behoefte aan een overzichtelijke en goed toegankelijke openbare ruimte maken een goede wegsleepregeling noodzakelijk.

 

De wettelijke basis voor het wegslepen van voertuigen wordt gegeven in de artikelen 170 tot en met 174 van de Wegenverkeerswet 1994. De bevoegdheid tot het overbrengen en in bewaring stellen van een op de weg staand voertuig moet worden gezien als een bijzondere vorm van een last onder bestuursdwang zoals bedoeld in artikel 125 van de Gemeentewet. Het betreft een bevoegdheid van burgemeester en wethouders.

 

In afdeling 5.3.1 van de Algemene wet bestuursrecht (hierna te noemen Awb) zijn algemene regels gesteld over de toepassing van de last onder bestuursdwang. Deze regels zijn voor een groot deel ook van toepassing op het wegslepen van voertuigen. Ook de rechtsbescherming is geregeld in de Awb: tegen besluiten tot wegslepen van voertuigen staat op grond van de Awb bezwaar en vervolgens beroep open.

 

Het Besluit wegslepen van voertuigen somt de gevallen op waarin mag worden gesleept en voegt nadere administratieve regels toe met betrekking tot registratie van verwijderde voertuigen en het berekenen van de kosten. De gemeenteraad bepaalt in een verordening waar verwijderde voertuigen worden bewaard, welke kosten waarvoor berekend worden en op welke wegen of in welke gebieden de wegsleepregeling van kracht is. De verdere uitwerking hiervan geschiedt door het college van burgemeester en wethouders.

 

Artikelsgewijze toelichting

 

Artikel 1: Begripsomschrijving

In deze bepaling is een aantal begrippen omschreven dat diverse malen in deze verordening terugkomt. De omschrijving van deze begrippen spreekt voor zich. Veelal wordt verwezen naar definities uit bestaande wetgeving.

 

Ad d. Voertuig

 

Het begrip “voertuig”, zoals hier bedoeld is, en omschreven is in artikel 1, onder al van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990 (RVV 1990), is ruim. Hieronder vallen niet alleen motorvoertuigen, maar ook fietsen, bromfietsen, gehandicaptenvoertuigen, elektrisch aangedreven voertuigen met stroomtoevoer middels accu`s voor het verplaatsen van personen en goederen en wagens. Al deze voertuigen vallen derhalve onder de werking van deze wegsleepverordening.

 

Ad e. Motorrijtuig

 

Motorrijtuigen worden in de Wegenverkeerswet 1994 omschreven als “alle voertuigen, bestemd om anders dan langs spoorstaven te worden voortbewogen, uitsluitend of mede door een mechanische kracht, op of aan het voertuig zelf aanwezig danwel door elektrische tractie met stroomtoevoer van elders” (i.c. trolleybussen). Het begrip “motorrijtuig” is apart omschreven, omdat artikel 5 van de wegsleepverordening alleen betrekking heeft op dit soort voertuigen.

 

Ad g. GVW

 

Deze Engelse afkorting is de gangbare aanduiding. Het betreft de massa van het ledig voertuig, vermeerderd met het maximaal toegelaten laadvermogen.

 

Ad h. Loze rit

 

Wanneer sprake is van een loze rit wordt enkel het basistarief/voorrijtarief in rekening gebracht. (Zie ook de toelichting op artikel 4).

 

 

Ad j. Etmaal/dag

 

Een etmaal/dag, zoal hier bedoeld, begint op het moment van in bewaring nemen van een voertuig en eindigt 24 uur later.

 

Artikel 2: Aanwijzing van wegen en weggedeelten waar voertuigen kunnen worden verwijderd, overgebracht en in bewaring gesteld in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten

Zoals hiervoor in het algemene deel van de toelichting is gememoreerd, is de bevoegdheid tot het wegslepen van voertuigen in de wet zelf geregeld. Voor het wegslepen van voertuigen “in het belang van de veiligheid op de weg” of “de vrijheid van het verkeer” hoeven geen wegen en weggedeelten te worden aangewezen (artikel 170, lid 1 WVW 1994). Van deze bevoegdheid kan op alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente gebruik worden gemaakt.

 

In het onderhavige artikel worden de wegen en weggedeelten aangewezen waar voertuigen kunnen worden verwijderd “in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten” (artikel 170 lid 1 onder c., juncto artikel 173 lid 1 onder a.).

 

Voor de categorie andere voertuigen is de ruimste variant opgenomen en zijn alle wegen en weggedeelten binnen de gemeente aangewezen. De beperking daarbinnen is gelegen in artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen. Hierin wordt aangegeven voor welke soorten wegen en weggedeelten de aanwijzing kan gelden.

 

Concreet gaat het dan om:

 

- Parkeerverbod (bord E1);

- Parkeerverbod (onderbroken gele streep);

- Verbod stil te staan (bord E2);

- Verbod stil te staan (doorgetrokken gele streep);

- Parkeergelegenheid (bord E4 – andere dan aangegeven voertuigcategorie);

- Parkeergelegenheid (bord E4 – andere dan aangegeven groep voertuigen);

- Parkeergelegenheid (bord E4 – andere dan aangegeven wijze van ---parkeren);

- Parkeergelegenheid (bord E4 – op andere dan aangegeven dagen of uren);

- Taxistandplaats, tevens parkeerverbod voor andere voertuigen (bord E5);

- Gehandicaptenparkeerplaats (bord E6);

- Parkeergelegenheid bestemd voor het onmiddellijk laden of lossen van goederen, tevens parkeerverbod voor andere voertuigen (bord E7);

- Parkeergelegenheid voor categorie of groep voertuigen zoals op het bord aangegeven, tevens parkeerverbod voor andere voertuigcategorieën (bord E8);

- Parkeergelegenheid alleen bestemd voor vergunninghouders (bord E9);

- Voetpad/voetgangersgebied (bord G7);

- Voetgangersgebied (bord C1, gesloten in beide richtingen voor voertuigen, ruiters en geleiders van rij- of trekdieren of vee).

 

Kortom, een voertuig kan in het belang van het vrijhouden van wegen en weggedeelten slechts worden weggesleept wanneer deze wegen en weggedeelten behoren tot de soorten van wegen en weggedeelten, zoals bedoeld in artikel 2 van het Besluit wegslepen van voertuigen.

 

Voor de volledigheid wordt opgemerkt dat een parkeerovertreding, zoals in deze bepaling bedoeld is, op zich niet zonder meer voldoende is om over te gaan tot het wegslepen en in bewaring stellen van een voertuig. Er dient sprake te zijn van een zogenaamde “wegsleepwaardige situatie”, die het toepassen van de spoedshalve uitvoering van de last tot bestuursdwang noodzakelijk maakt. Dat wil zeggen dat per geval moet worden beoordeeld of de specifieke overtreding het wegslepen en in bewaring stellen van het desbetreffende voertuig ook rechtvaardigt. Indien bij voorbeeld een voertuig midden in de nacht op een laad- en loshaven wordt geparkeerd, terwijl alle winkels en bedrijven dicht zijn, zal het normaal gesproken geen sprake zijn van een wegsleepwaardige situatie en zal niet weggesleept mogen worden. Het voertuig zal doorgaans pas mogen worden weggesleept wanneer de winkels en bedrijven weer open gaan of enige tijd daarvoor.

 

 

Artikel 3: Plaats bewaring voertuigen en openingstijden.

De inhoud van de bepaling spreekt voor zich. In dit artikel worden de locaties aangewezen waar de weggesleepte c.q. verwijderde voertuigen in bewaring worden genomen. Hier is een onderscheid gemaakt in locaties voor de beperkte categorie (fietsen, bromfietsen en dergelijke) en voor de overige (motor)voertuigen.

 

Artikel 4: Kosten overbrengen en bewaren voertuigen.

Volgens artikel 5:25, zesde lid Awb dient het bestuursorgaan de hoogte van de verschuldigde kosten vast te stellen. In de artikelen 13 tot en met 15 van het Besluit wegslepen van voertuigen is geregeld welke soorten van kosten die verbonden zijn aan het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen in rekening kunnen worden gebracht. Het gaat hierbij niet alleen om personele en materiële kosten die direct verband houden met het wegslepen en in bewaring stellen van voertuigen, maar ook om kosten die verbonden zijn aan bekendmaking van beschikkingen, verkoop, eigendomsoverdracht om niet of vernietiging van voertuigen, inclusief de taxatie van deze voertuigen, renteverlies, WA-verzekering en dergelijke. Deze kosten zijn vertaald naar algemeen geldende tarieven. Dit voorkomt dat bij elke wegsleepactie opnieuw een kostenberekening moet worden gemaakt. Artikel 14 van het Besluit wegslepen van voertuigen geeft aan dat de tarieven kunnen worden opgenomen in de gemeentelijke verordening.

 

De kosten van de bestuursdwang dienen bij beschikking te worden vastgesteld. De verschuldigde kosten voor het toepassen van bestuursdwang dienen dan ook te worden aangemerkt als een bestuursrechtelijke geldschuld als bedoeld in titel 4.4 Awb. Het is immers een geldschuld die voortvloeit uit een besluit dat vatbaar is voor bezwaar of beroep. Wat betreft de wijze en tijdstip van betaling van de bestuursrechtelijke geldschuld, en de inning daarvan bevat titel 4.4 Awb een wettelijke regeling. Hiervan kan worden afgeweken bij beschikking danwel wettelijk voorschrift. Hieronder wordt ook de gemeentelijke wegsleepverordening begrepen.

 

De kosten worden in onderstaande situaties als volgt berekend:

Voorrijden en slepen

• Indien het sleepbedrijf is gewaarschuwd en de eigenaar of houder is eerder ter plaatse dan de sleepauto, worden bij de gemeente alleen voorrijkosten in rekening gebracht.

• Indien het sleepbedrijf ter plaatse is, en de eigenaar of houder komt ter plaatse voordat met het wegslepen een aanvang is genomen, worden bij de eigenaar alleen de voorrijkosten in rekening gebracht.

• Indien het sleepbedrijf reeds met de sleepwerkzaamheden een aanvang heeft genomen en de eigenaar of houder komt eerst dan ter plaatse, worden bij de eigenaar boven de voorrijkosten de sleepkosten in rekening gebracht.

• Indien de sleepauto ter plaatse is en de eigenaar of houder weigert de gemaakte voorrijkosten en sleepkosten te voldoen, wordt het voertuig conform de wegsleepregeling overgebracht naar de plaats van bewaring.

• Voordat het sleepbedrijf met het wegslepen een aanvang neemt wordt het te slepen voertuig gefotografeerd. Dit dient te worden herhaald bij aflevering op de bewaarplaats. Dit om (onnodige) schadeclaims te voorkomen en/of te kunnen weerleggen.

 

Bewaren

• Indien de eigenaar of houder eerder of gelijktijdig met zijn gesleepte voertuig bij de bewaarplaats aankomt, worden geen bewaarkosten in rekening gebracht.

• Indien het wegsleepbedrijf een gesleept voertuig zonder daarvoor sleep- en/of bewaarkosten in rekening te brengen aan de eigenaar of houder teruggeeft, dan wel volstaat met een gedeeltelijke vordering van gemaakte kosten, wordt daarvan aantekening gemaakt in het bewaringsregister en wordt de reden daarvan vermeld.

• Indien de eigenaar of houder zich bij het wegsleepbedrijf vervoegt en er is sprake van of

a. restitutie van de sleep- en/of bewaarkosten of een gedeelte daarvan of

b. uitbetaling van een batig saldo na verkoop,

wordt daarvan aantekening gemaakt in het bewaringsregister en wordt door het sleepbedrijf de uitbetaling geregeld.

 

Kennisgeving

De vergoeding, die verbonden is aan het verzenden van de kennisgeving van de overtreding en de beschikking inzake de inbewaringstelling, de verkoop, de eigendomsoverdracht om niet of vernietiging van een voertuig, alsmede de in verband daarmee te verrichten taxatie, zullen afzonderlijk worden vastgesteld.

 

Artikel 5: Overbrengen en in bewaring stellen van motorrijtuigen in het geval van gebleken onvoldoende rijgeschiktheid of rijvaardigheid dan wel het ontbreken van een behoorlijk zichtbare kentekenplaat

Naast de in artikel 170, eerste lid WVW 1990 bedoelde gevallen zijn in deze wet nog twee gevallen genoemd, waarin het noodzakelijk kan zijn om een overtuig te laten wegslepen en in bewaring te laten stellen. Achtereenvolgens wordt hier gedoeld op:

- Het niet afgeven van zijn rijbewijs, wanneer dit is ingevorderd, omdat iemand zijn motorrijtuig heeft bestuurd terwijl hij onder invloed was van drogerende stoffen of alcohol en dergelijke (zie artikel 130 en 164 WVW 1994);

 

- De situatie dat een motorrijtuig niet beschikt over een behoorlijk zichtbare kentekenplaat terwijl de eigenaar of houder van dat motorrijtuig niet direct te achterhalen is. Hierbij kan bij voorbeeld worden gedacht aan voertuigwrakken die geen kenteken meer hebben of aan situaties dat er sprake kan zijn van het “knoeien” met kentekens in geval van autodiefstal.

 

Wanneer in dit soort gevallen een voertuig moet worden weggesleept en in bewaring genomen, is er geen sprake van uitoefening van last onder bestuursdwang. Artikel 170, eerst lid WVW 1994, waarin de bevoegdheid van de last onder bestuursdwang is geregeld, is dan ook niet van toepassing verklaard in de genoemde gevallen. In feite gaat het om een vorm van inbeslagname van goederen die ook in het strafrecht voorkomt.

 

Wel heeft de wetgever voor deze gevallen diverse bepalingen uit hoofdstuk X. Bestuursdwang van de WVW 1994 (artikel 170 e.v.) van overeenkomstige toepassing verklaard. Daarom zijn de artikelen over de bewaarplaats(en) van voertuigen en openingstijden (artikel 3), alsmede de kosten van overbrengen en bewaren van voertuigen (artikel 4) voor deze gevallen van overeenkomstige toepassing verklaard.

 

Artikel 6, 7 en 8: Inwerkingtreding en citeertitel

Deze artikelen spreken voor zich.