Organisatie | Groningen |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Verordening van Provinciale Staten van de provincie Groningen houdende regels omtrent de instelling en werkwijze van de vertrouwenscommissie inzake de herbenoeming van de commissaris van de Koning (Verordening op de vertrouwenscommissie herbenoeming cdK provincie Groningen) |
Citeertitel | Verordening op de vertrouwenscommissie herbenoeming cdK provincie Groningen |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening op de Vertrouwenscommissie herbenoeming commissaris van de Koningin 2013.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-07-2021 | nieuwe regeling | 07-07-2021 | K26946 |
Gedeputeerde Staten van Groningen maken bekend dat Provinciale Staten op 7 juli 2021, nr. 4.a, voordracht 2021-055831, afdeling SG, dossiernummer K26946, hebben besloten tot vaststelling van de Verordening op de vertrouwenscommissie herbenoeming cdK provincie Groningen. Het besluit luidt als volgt:
PROVINCIALE STATEN van Groningen:
Gelezen de voordracht van seniorenconvent van 30 juni 2021, 2021-055831, SG;
Gelezen de brief van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 24 juni 2021 waarin deze aangeeft dat per 18 april 2022 herbenoeming van de commissaris van de Koning aan de orde is;
Gelet op het bepaalde in artikel 61a en 145 van de Provinciewet;
Gelet op de procedureregels bij de herbenoeming van een commissaris van de Koning (circulaire Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties d.d. 29 januari 2002, kenmerk bk02/52149).
Er is een commissie genaamd: vertrouwenscommissie inzake de herbenoeming van de commissaris van de Koning in de provincie Groningen.
De commissie is belast met de voorbereiding van een aan¬beveling van Provinciale Staten aan de Minister inzake de herbenoeming van de commissaris van de Koning.
Op voordracht van Gedeputeerde Staten wordt uit hun midden een adviseur aan de commissie toegevoegd. De adviseur is geen lid van de commissie en heeft geen stemrecht. De adviseur kan uitsluitend in geval van een te verwachten langdurige verhindering van meer dan een maand op voordracht van de gedeputeerden door een andere gedeputeerde worden vervangen voor de rest van de procedure.
De commissie vormt zich een oordeel over het functioneren van de commissaris van de Koning. De profielschets voor de commissaris van de Koning vormt daarvoor in beginsel het toetsingskader. Indien de commissie van oordeel is dat een aanvulling of actualisatie op de profielschets opportuun is, dan bespreekt de commissie dit tijdig met de commissaris van de Koning en maakt hierover zo nodig nadere afspraken.
De voorzitter en leden van de commissie hebben volstrekte geheimhoudingsplicht omtrent hetgeen direct of indirect aan hen als lid van de commissie mondeling of schriftelijk ter kennis is gebracht. De geheimhoudingsplicht geldt eveneens voor de secretaris, adviseur(s) en medewerker(s) van de griffie. De voorzitter ziet hierop toe.
Indien en voor zover voor de uitvoering van het bepaalde in artikel 5, lid 2, artikel 6, lid 4 en artikel 7 van deze verordening ingevolge de Provinciewet nog afzonderlijke, c.q. aanvullende besluitvorming van de commissie en/of haar voorzitter, dan wel van Provinciale Staten en/of zijn voorzitter vereist mocht zijn, wordt daartoe onverwijld door het desbetreffende orgaan overgegaan.
De secretaris van de commissie draagt er zorg voor dat alle stukken die de commissie in het kader van haar werkzaamheden zelf heeft opgemaakt, alsmede de overige stukken die op grond van de Archiefwet 1995 of naar het oordeel van de voorzitter van de commissie voor blijvende bewaring in aanmerking komen, op het moment waarop de commissie ingevolge artikel 11 wordt geacht te zijn ontbonden onverwijld op de daartoe aangewezen wijze worden overgebracht naar de provinciale archiefbewaarplaats, waarbij wordt bepaald dat de betreffende archiefbescheiden gedurende 75 jaar van openbaarheid uitgezonderd dienen te blijven. Zulks overeenkomstig het bepaalde in artikel 15 van de Archiefwet 1995 en op grond van de in lid 1, sub a & c van dat artikel genoemde gronden.
Alle stukken die door of vanwege de commissie zijn opgemaakt of aan haar zijn toevertrouwd en niet voor overbrenging in aanmerking komen, worden door de voorzitter en de secretaris in gezamenlijkheid vernietigd, dan wel worden geretourneerd aan degenen die deze stukken hebben verschaft. Van deze vernietiging wordt een verklaring conform artikel 8 van het Archiefbesluit 1995 opgesteld.
De Verordening op de Vertrouwenscommissie herbenoeming commissaris van de Koningin 2013 wordt ingetrokken.