| Organisatie | Gemert-Bakel |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Laarbeek houdende regels omtrent het plaatsen van reclame, informatie en andere boodschappen in de openbare ruimte (Reclame in de openbare ruimte gemeente Laarbeek 2021) |
| Citeertitel | Reclame in de openbare ruimte gemeente Laarbeek 2021 |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
| Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt het Reclamebeleid 2003.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 03-07-2021 | nieuwe regeling | 22-06-2021 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Laarbeek;
gelezen het voorstel van 22 juni 2021;
het gewenst is om beleidsregels vast te stellen om het aangezicht van de openbare ruimte enerzijds te beschermen en anderzijds op een verantwoorde wijze te reguleren;
gelet op de artikelen 4:81, eerste lid, 4:83 en 1:3, vierde lid, van de Algemene wet bestuursrecht;
artikel 2:10, derde lid van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Laarbeek 2020;
Reclame-uitingen beïnvloeden het beeld van de openbare ruimte.
Het college van burgemeester en wethouders is zich bewust van de (economische) belangen van de reclamemaker, maar hecht ook waarde aan de uitstraling van de omgeving. Dit reclamebeleid levert een bijdrage aan een goede balans tussen ruimtelijke kwaliteit, leefbaarheid en economie in onze gemeente.
Het huidige reclamebeleid is uit 2003. De aan het ‘Reclamebeleid 2003’ ten grondslag liggende wet- en regelgeving als ook bepaalde inzichten over reclame in de openbare ruimte zijn in de loop der jaren gewijzigd.
Het plaatsen van reclame, informatie en andere boodschappen in de openbare ruimte wordt op basis van diverse motieven toegestaan. Ondernemers hebben belang bij zichtbaarheid in de openbare ruimte. We hechten er waarde aan om kenbaarheid te geven aan de in Laarbeek gehouden evenementen.
Een prettige openbare ruimte zonder een overdaad aan reclame is van belang voor zowel bewoners, bezoekers als ondernemers in onze gemeente. De gemeente is in de meeste gevallen juridisch eigenaar van de openbare ruimte en voert de regie op de ruimtelijke kwaliteit en het gebruik van onze openbare ruimte.
Dit reclamebeleid is bedoeld om het aangezicht van de openbare ruimte enerzijds te beschermen en anderzijds op een verantwoorde wijze te reguleren. We willen wildgroei van reclame tegengaan en streven naar een optimale ruimtelijke kwaliteit.
Reclame-uitingen vergunning plichtig gesteld in de Wabo vallen niet onder dit beleid.
Een reclame-uiting mag geen overlast (fysiek en visueel) veroorzaken voor de omgeving en derden, mag het verkeer niet in gevaar brengen en er moet een rechtstreeks verband zijn met de uiting en de locatie.
Reclame moet in de schaal en sfeer van de omgeving passen, ermee in evenwicht zijn. De reclame-uiting moet daarnaast esthetisch aanvaardbaar zijn. Bij voorkeur geeft het reclameobject een toegevoegde waarde aan de openbare ruimte.
Als uitgangspunt wordt genomen dat een reclame-uiting altijd rechtstreeks verband moet hebben met de activiteiten die in het pand of op het perceel plaatsvinden. Reclame-uitingen van ondernemingen geplaatst op locaties anders dan op het adres waarop het bedrijf is gevestigd hebben geen rechtstreeks verband en zijn niet toegestaan.
Hiervan wordt een aantal reclame-uitingen uitgezonderd, namelijk:
De verkeersveiligheid mag niet in geding zijn door een reclame-uiting. Er is bijvoorbeeld sprake van een verkeersonveilige situatie als de zichtbaarheid van verkeerslichten of -borden en andere aanduidingen wordt belemmerd en als de reclame-uiting een belemmering vormt voor de omgeving, doorgaand verkeer en hulpverlenende diensten.
De criteria met betrekking tot verkeersveiligheid zijn niet uitputtend geformuleerd, omdat niet alle verkeersonveilige situaties op voorhand te voorzien zijn. Op deze manier blijft het mogelijk om per geval te beoordelen of de verkeersveiligheid in het geding is.
Alle reclames waarin sprake is van de toepassing van licht dienen te voldoen aan de algemene richtlijn betreffende lichthinder, deel 4 Reclameverlichting van de Nederlandse Stichting Voor Verlichtingskunde (NSVV) (www.nsvv.nl) en het aanvullende onderzoek t.a.v. lichtreclame-installaties zoals dat is uitgevoerd door de Vakgroep Lichtreclame van UNETO-VNI (http://lichtreclame.uneto-vni.nl/).
Reclame-uitingen veroorzaken geen geluidshinder.
2.1.5 Voldoen aan eisen van welstand
Reclame-uitingen moeten que afmeting en uitstraling passen in de omgeving en bij het gebouw waar het geplaatst is.
De gemeente handelt bij reclame in de buitenruimte vanuit een publiekrechtelijke verantwoordelijkheid (wegbeheerder/vergunningverlener), maar heeft als grondeigenaar ook een privaatrechtelijke positie. Bepalingen over reclame in de openbare ruimte vinden we in de ‘Algemene Plaatselijke Verordening van de gemeente Laarbeek 2020’ (hierna: APV). Wanneer de APV wordt vervangen door een nieuwe(re) versie, dient hierboven de meest recente versie te worden gelezen.
In onze APV is ‘handelsreclame’ omschreven als: “iedere openbare aanprijzing van goederen of diensten, waarmee kennelijk beoogd wordt een commercieel belang te dienen”.
Onder dit beleid valt niet alleen ‘handelsreclame’ maar ook reclame in de openbare ruimte voor in Laarbeek gehouden evenementen.
In de APV (artikel 2:10) is opgenomen dat het verboden is de weg of een weggedeelte anders te gebruiken dan overeenkomstig de publieke functie daarvan, als dat gebruik:
Van een belemmering voor de bruikbaarheid van de weg is in ieder geval sprake wanneer niet ten minste een vrije doorgang van 1,50 strekkende meter wordt gelaten op voetpaden en van 4 strekkende meter op de rijbaan voor fietsers of gemotoriseerd verkeer.
Wanneer een reclame-uiting de doorgang niet belemmert en voldoet aan de redelijke eisen van welstand (hieronder wordt onder andere verstaan dat het past in de omgeving) is het niet verboden.
In het derde lid van artikel 2:10 van de APV is opgenomen dat het college, in het belang van de openbare orde of de woon- en leefomgeving, nadere regels kan stellen voor terrassen, uitstallingen en reclameborden.
Omdat we onder reclameborden ook bijvoorbeeld beachflags en een polyester ijshoorn verstaan gebruiken we in deze regels de meeromvattende term: reclame-uiting in plaats van reclamebord.
Dit reclamebeleid heeft betrekking op reclame voor Laarbeekse activiteiten/evenementen en handelsreclame in de openbare ruimte.
4.1 Reclamevormen die niet onder dit reclamebeleid vallen
De volgende reclamevormen vallen niet onder de reikwijdte van dit reclamebeleid:
Reclame-uitingen die, betrekking hebben op een beroep of bedrijf dat wordt uitgeoefend in een bepaald pand en met inachtneming van de bepalingen uit de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en conform de criteria uit de “Herziene welstandsnota gemeente Laarbeek”, op of aan het betreffende pand zijn aangebracht.
Reclame op abri’s en plattegrondkasten
De abri’s in Laarbeek zijn eigendom van de gemeente Laarbeek. Onderhoud van deze abri’s wordt kosteloos uitgevoerd door een bedrijf. Dat bedrijf heeft het recht om reclame te voeren in de reclamevitrines in de abri’s door middel van posters.
De plattegrondkasten worden door een bedrijf geplaatst en onderhouden. In ruil voor reclame-uitingen rondom de plattegrond van Laarbeek en op de achterzijde van de plattegrondkasten.
4.2 Reclame vormen die wel onder dit reclamebeleid vallen
Hieronder zijn nadere regels beschreven voor de hierboven genoemde reclame-uitingen.
4.2.1 Gemeentelijke evenementenborden
Uitsluitend Laarbeekse verenigingen kunnen hun activiteiten/evenementen aankondigen op één of meer van de 10 gemeentelijke aankondigingsborden. Er is ruimte voor zes aankondigingen per bord. Plaatsing is gratis. De borden staan op de volgende locaties:
Op diverse plaatsen in onze gemeente zijn flespalen geplaatst. Op deze flespalen kunnen borden met een poster erop aangebracht worden. Uitsluitend Laarbeekse verenigingen kunnen hun activiteiten/evenementen hierop aankondigen. Als niet Laarbeekse vereniging is het ROC Ter Aa in Helmond hierop een uitzondering. Zij mogen hun jaarlijkse open dag op de flespalen aankondigen. Plaatsing is gratis. Deze borden mogen uitsluitend worden gehangen op de flespalen op de volgende aangewezen plaatsen:
4.2.3 (Kartonnen) sandwich- en driehoeksborden
Uitsluitend Laarbeekse verenigingen kunnen hun activiteiten/evenementen aankondigen op zogenaamde sandwich- en driehoeksborden. Hiermee worden kartonnen borden bedoeld die op de grond rondom een lantaarnpaal worden geplaatst. Als niet Laarbeekse vereniging zijn het ROC Ter Aa in Helmond en het Commanderij College hierop een uitzondering. Zij mogen hun jaarlijkse open dag op deze manier in Laarbeek aankondigen. Van oudsher zijn circussen ook een uitzondering. Zij mogen sandwich- of driehoeksborden plaatsen ter bekendmaking van circusvoorstellingen in de gemeente Laarbeek. Plaatsing is gratis. Deze borden mogen uitsluitend worden geplaatst aan lantaarnpalen op de volgende aangewezen plaatsen:
- Lieshoutseweg, lichtmastnummer 28 - Bakelseweg, lichtmastnummer 5 | |
- Herendijk, lichtmastnummer 106 - Bosscheweg, lichtmastnummer 60 | |
- Dorpsstraat, lichtmastnummer 48 | |
- Veghelsedijk, lichtmastnummer 2 | |
In Laarbeek zijn permanente reclameborden bevestigd aan lichtmasten niet toegestaan. De lichtmasten zijn hiervoor niet geschikt.
4.2.5 Reclame-uitingen bij winkels en ondernemingen
Op de op straat geplaatste reclame-uitingen bij winkels worden meestal tijdelijke reclameacties of dagprijzen van verkoopwaren weergegeven. Bovendien vestigen zij de aandacht op de winkel/onderneming of maken daar reclame voor.
Op grond van de APV moet de vrije doorgang op voetpaden van 1,50 strekkende meter gewaarborgd zijn en moet de reclame-uiting voldoen aan de redelijke eisen van welstand.
De vorm, afmeting en uitstraling van de reclame-uiting moet passen in de omgeving en bij het gebouw waar het geplaatst is.
4.2.6 Reclame-uitingen bij standplaatsen
Per verkoopwagen is 1 reclame-uiting toegestaan. De reclame-uiting moet in de onmiddellijke nabijheid van de standplaats staan. Hiermee wordt bedoeld dat het reclamebord niet verder dan 2 meter van de verkoopwagen mag worden geplaatst. Ook hier geldt dat de vrije doorgang niet belemmerd mag worden door de reclame-uiting. Er moet ten minste een vrije doorgang van 1,50 strekkende meter worden gelaten op voetpaden en 4 strekkende meter op de rijbaan.
4.2.7 Reclame-uitingen op de weekmarkten
Reclame-uitingen op de weekmarkt mogen uitsluitend binnen de grenzen van het marktterrein geplaatst worden. Per marktkraam en verkoopwagen is 1 reclame-uiting toegestaan. Mits er een vrije doorgang van ten minste 1,50 strekkende meter wordt gelaten. Ook hier mag het reclamebord niet verder dan 2 meter van de kraam of verkoopwagen geplaatst worden.
Vanwege de afleiding van weggebruikers is het in Laarbeek niet toegestaan om spandoeken aan of boven de weg te plaatsen.
Van oudsher maakt Laarbeek hierop een uitzondering voor de aankondiging van ‘collecteweek Laarbeek’ en de jaarlijkse collecteweken voor goede doelen zoals de Hartstichting, Brandwondenstichting, Nierstichting, en het Kankerbestrijdingsfonds.
Bouw- en projectborden mogen worden geplaatst met inachtneming van de Wabo. Op basis van artikel 2, onderdeel 20, van Bijlage II van het Besluit omgevingsrecht is voor onder andere een bouwbord, mits geplaatst op of in de onmiddellijke nabijheid van het terrein waarop die activiteit of werkzaamheid wordt uitgevoerd, geen vergunning nodig. Een bouwbord mag tijdelijk, gedurende de periode dat het werk in uitvoering is, aanwezig blijven. Het bouw- of projectbord moet dan wel op of in de onmiddellijke nabijheid van de bouwlocatie geplaatst worden.
We verstaan hieronder dat een bouw- of projectbord op maximaal 10 meter afstand van de bouwlocatie geplaatst mag worden.
4.2.10 Bouwschuttingen en bouwhekken
Pand/bouw gerelateerde informatie op bouwschutting of hek is alleen toegestaan op locaties waar bouwwerkzaamheden op dat moment plaatsvinden. De reclame-uiting mag maximaal 3 meter boven het maaiveld uitkomen.
Een makelaarsbord is toegestaan tijdens periode van verkoop/verhuur van het onroerend goed. De makelaarsborden zijn niet toegestaan in de openbare ruimte. Ze zijn alleen toegestaan op het perceel of op het pand dat te koop/te huur staat.
4.2.12 Reclame op voer- en vaartuigen
Reclame op voer- en vaartuigen is uitsluitend toegestaan als het voer- en vaartuig primair als vervoermiddel dient. Het is toegestaan op plaatsen waar het vervoermiddel is toegestaan. Het is niet toegestaan als het vervoermiddel wordt geplaatst met als doel reclame te maken (artikel 5:7 APV).
De reclame (van sponsoren) op sportparken moet naar binnen gericht zijn.
Reclame op terrassen is toegestaan binnen de grenzen van het terras op functionele objecten zoals windschermen en parasols. Het moet pand gerelateerd zijn of om producten gaan die in het horecabedrijf worden verkocht.
Voor verkiezingen voor de Tweede Kamer, Eerste Kamer, Provinciale Staten, waterschappen, gemeenteraden en het Europees Parlement is het mogelijk om, op 10 speciaal voor dat doel geplaatste borden, 1 poster per partij aan te brengen. In Mariahout kan 1 poster op elke zijde van het bord worden aangebracht.
De Europese verkiezingen zijn elke 5 jaar, alle andere verkiezingen elke 4 jaar. De borden worden door de gemeente, 4 weken voor de verkiezingen geplaatst in de 4 kernen van Laarbeek. Het gaat om 1 bord (dubbelzijdig) in Mariahout, 2 borden in Lieshout, 3 borden in Aarle-Rixtel en 4 borden in Beek en Donk.
Daarnaast is het bij de gemeenteraadsverkiezingen toegestaan om 4 weken voor de verkiezingen op een aantal plaatsen, niet zijnde de openbare ruimte, binnen de gemeente reclame voor de deelnemende partijen te maken. Ook hier geldt dat door de geplaatste borden de vrije doorgang niet mag worden belemmerd en dat de borden ook op andere wijze geen hinder mogen veroorzaken. De borden/banners moeten uiterlijk 5 dagen na de verkiezingen verwijderd zijn.
Om de kwaliteit van de openbare ruimte te waarborgen is naleving van de regels van belang. Het doel van handhaving is dat de gestelde regels ten aanzien van reclames ook daadwerkelijk worden nageleefd.
Handhaving bestaat uit twee elementen, te weten:
Het houden van toezicht wordt gedaan door de BOA’s en de gemeentelijke toezichthouders.
In geval van overtredingen is het bestuur in de regel gehouden om handhavend op te treden. Dit kan door middel van strafrechtelijk optreden of door het opleggen van een bestuursrechtelijke (herstel)maatregel. Dit betekent dat bij niet naleving van de regels ten aanzien van reclame een proces-verbaal (boete) kan worden opgemaakt en/of een last onder dwangsom/bestuursdwang kan worden opgelegd. Voor welk instrumentarium wordt gekozen, de hoogte van een eventuele dwangsom en de duur van de begunstigingstermijn is afhankelijk van de aard van de overtreding en de omstandigheden van het geval.
Gelet op de Algemene wet bestuursrecht (artikel 4:84) handelt het bestuursorgaan overeenkomstig de beleidsregel, tenzij dat voor een of meer belanghebbenden gevolgen zou hebben die wegens bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen.
Voor reclame-uitingen die zijn geplaatst voordat dit beleid in werking treedt en in strijd zijn met het beleid geldt dat wij niet eerder handhavend optreden dan per september 2021.