Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Leidschendam-Voorburg

Mandaatbesluit schuldhulpverlening gemeente Leidschendam-Voorburg

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieLeidschendam-Voorburg
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingMandaatbesluit schuldhulpverlening gemeente Leidschendam-Voorburg
CiteertitelMandaatbesluit schuldhulpverlening gemeente Leidschendam-Voorburg
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

03-07-202101-07-2021nieuwe regeling

29-06-2021

gmb-2021-210166

2418

Tekst van de regeling

Intitulé

Mandaatbesluit schuldhulpverlening gemeente Leidschendam-Voorburg

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leidschendam-Voorburg, hierna te noemen ‘college’, heeft, met inachtneming van de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs) en de Faillissementswet (Fw.), op 29 juni 2021 besloten:

om mandaat te verlenen aan PLANgroep BV, Stichting Kredietbank Nederland en Zuidweg & Partners als uitvoerders van schuldhulpverlening;

inzake de hierna genoemde bevoegdheden, voortvloeiend uit de Wgs zoals (niet limitatief opgesomd):

 

 

  • 1.

    om te beslissen op een verzoek van een burger van de gemeente tot toelating tot de schuldhulpverlening (artikel 3 Wgs);

  • 2.

    om te beslissen op een verzoek van een burger van een gemeente tot het aanvragen van een afkoelingsperiode (artikel 5 Wgs);

  • 3.

    om namens het college een verzoekschrift tot toepassing van een afkoelingsperiode te richten aan de daartoe bevoegde rechtbank. (artikel 5 lid 1 Wgs) en het college te vertegenwoordigen bij de zitting waarop de rechtbank zal beslissen op het verzoek;

  • 4.

    om namens het college een verzoekschrift tot tussentijdse beëindiging van de afkoelingsperiode te richten aan de daartoe bevoegde rechtbank en het college te vertegenwoordigen bij de zitting waarin op het verzoek wordt beslist;

  • 5.

    om door middel van het aanbod van eén of meer diensten invulling te geven aan een verzoek om schuldhulpverlening van de betreffende burger;

  • 6.

    om aan de betreffende burger verplichtingen die samenhangen met de goede uitvoering van de aangeboden schuldhulpverlening op te leggen;

  • 7.

    om een verzoek van een burger voor een specifieke dienst te weigeren;

  • 8.

    om de schuldhulpverlening aan de burger te beëindigen indien deze niet voldoet aan de opgelegde voorwaarden en/of de verplichtingen die voortvloeien uit de gemeentelijke beleidsregels;

  • 9.

    om alle handelingen te verrichten die noodzakelijk zijn voor een juiste uitvoering van de schuldhulpverlening van de betrokken burger; alsmede de bevoegdheden voortvloeiend uit de Fw:

  • 10.

    het afgeven van een verklaring ex artikel 285f Fw, ten behoeve van de aanvraag voor de Wet schuldsanering natuurlijke personen;

  • 11.

    het treffen van een buitengerechtelijke schuldregeling zoals vermeld in artikel 288 lid 2 onder b Fw.

 

Het college verklaart met in achtneming van het per 1 januari 2019 gewijzigde artikel 48 lid 1 onder b van de Wet op het consumentenkrediet uitdrukkelijk dat alle werkzaamheden van PLANgroep BV, Stichting Kredietbank Nederland en Zuidweg & Partners in het kader van de schuldbemiddeling in opdracht van en voor rekening van de gemeente plaats vinden.

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

 

beleidsregels: de door het college van de gemeente Leidschendam-Voorburg vastgestelde beleidsregels die de toegang tot de gemeentelijke schuldhulpverlening en de voorwaarden voor voortzetting van schuldhulpverlening regelen;

 

beslissingsmandaat: de bevoegdheid om namens het bevoegde bestuursorgaan een besluit te nemen en te ondertekenen;

 

college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leidschendam-Voorburg;

 

gemandateerde: de directeur van PLANgroep BV, de directeur van Stichting Kredietbank Nederland en de directeur van Zuidweg & Partners;

 

mandaat: de bevoegdheid om in naam van het bevoegde bestuursorgaan besluiten te nemen;

 

ondermandaat: de bevoegdheid om in naam van een gemandateerde besluiten te nemen;

 

overeenkomst: de door de gemeente met PLANgroep BV, Stichting Kredietbank Nederland en Zuidweg & Partners afgesloten overeenkomst tot uitvoering van schuldhulpverlening (waaronder budgetbeheer);

 

verordening: de door de raad van de gemeente Leidschendam-Voorburg vastgestelde verordening inzake schuldhulpverlening.

 

Artikel 2  

  • 1.

    Aan de directeur van PLANgroep BV worden de hierboven genoemde bevoegdheden 1 tot en met 11 gemandateerd, alsmede de ondertekening van de daaruit voortvloeiende stukken. Dit mandaat wordt ingetrokken met ingang van 1 januari 2022.

  • 2.

    Aan de directeur van Stichting Kredietbank Nederland worden de hierboven genoemde bevoegdheden 1 tot en met 11 gemandateerd, alsmede de ondertekening van de daaruit voortvloeiende stukken.

  • 3.

    Aan de directeur van Zuidweg & Partners worden de hierboven genoemde bevoegdheden 1, 6, 8, 9, 10 en 11 gemandateerd, alsmede de ondertekening van de daaruit voortvloeiende stukken. Het mandaat is beperkt tot (ex-)ondernemers, zijnde natuurlijke personen.

 

Artikel 3  

Bij bovenvermelde bevoegdheden handelt de gemandateerde in overeenstemming met de op dat moment van toepassing zijnde wetgeving, verordening en beleidsregels en de van toepassing zijnde overeenkomst.

 

Artikel 4  

Ingeval van uitoefening van een beslissingsmandaat worden uitgaande stukken als volgt ondertekend:

“Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Leidschendam-Voorburg, namens deze,” gevolgd door de functieaanduiding van de gemandateerde dan wel ondergemandateerde, zijn handtekening en naam.

 

Artikel 5  

Gemandateerde is bevoegd om aan functionarissen binnen zijn organisatie voor de genoemde bevoegdheden ondermandaat te verlenen.

 

Artikel 6  

Bij afwezigheid van functionarissen aan wie bij of krachtens dit besluit mandaat is toegekend, worden deze bevoegdheden uitgeoefend door hun plaatsvervanger.

 

Artikel 7  

Dit besluit kan worden aangehaald als “Mandaatbesluit schuldhulpverlening gemeente Leidschendam-Voorburg”.

 

Artikel 8  

Het Mandaatbesluit schuldhulpverlening college Leidschendam-Voorburg, zoals vastgesteld op 4 februari 2020, wordt ingetrokken.

 

Artikel 9  

Dit besluit treedt in werking de dag na die van de bekendmaking en werkt terug tot 1 juli 2021.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 29 juni 2021.

A. van Mazijk, K. Tigelaar

secretaris, burgemeester