Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Putten

Beleidsregels aanwijzing belastingplichtige in een keuzesituatie

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatiePutten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels aanwijzing belastingplichtige in een keuzesituatie
CiteertitelBeleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in de gemeente Putten
Vastgesteld doorgemandateerde functionaris
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerpEigendom, openbare werken, producten, diensten, verrichtingen, belastingen

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Onbekend

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

17-03-1998Consolidatie

17-03-1998

Onbekend

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels aanwijzing belastingplichtige in een keuzesituatie

Het hoofd van de hoofdafdeling Financiën, aangewezen als gemeenteambtenaar bedoeld in artikel 231, tweede lid, onderdeel b, van de Gemeentewet;

 

gelet op het bepaalde in:

  • artikel 1 van de Verordening onroerende-zaakbelastingen;

  • artikel 2 van de Verordening hondenbelasting;

  • artikel 4 van de Verordening reinigingsheffingen;

  • artikel 2 van de Verordening rioolrechten;

  • artikel 1 van de Verordening forensenbelasting;

besluit:

vast te stellen de volgende: Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in de gemeente Putten.

Algemeen

In sommige gevallen brengen de wettelijke regels met zich dat meer personen belastingplichtig kunnen zijn voor één belastingobject (onroerende zaak, perceel, hond).

In de gevallen waarin dat voor komt mag de gemeente de aanslag ten name van één van de belastingplichtigen stellen. In deze gevallen hanteert de gemeente Putten een voorkeursvolgorde bij de aanwijzing van de belastingplichtige die de aanslag op zijn of haar naam krijgt.

Deze voorkeursvolgorde is gebaseerd op veronderstelde betaalcapaciteit en doelmatigheid c.q. doeltreffende heffing en invordering en wordt toegepast voor zover de gegevens voorhanden of te achterhalen zijn.

 

De in voorkeursvolgorde neergelegde criteria bevatten geen limitatieve opsomming. Zijn moeten worden beschouwd als richtlijnen voor de meest voorkomende gevallen.

 

Voorkeursvolgorde

  • 1.

    Degene, die schriftelijk aangeeft, dat hij/zij als hoofdbewoner dient te worden aangemerkt;

  • 2.

    bij het ontbreken van de onder 1 genoemde verklaring:

    • a.

      bij echtparen met of zonder inwonende kinderen: de man;

    • b.

      bij samenwoning van man en vrouw, met of zonder inwonende kinderen: de man;

    • c.

      in alle andere dan de onder 2a en 2b genoemde gevallen: de langstwonende op het adres.

 

Putten, 17 maart 1998.

 

Hoofd van de hoofdafdeling Financiën,

J. Westhuis