Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Omnibuzz

Besluit van het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Omnibuzz houdende regels omtrent nadere regels met betrekking tot de inrichting en werkwijze van de uitvoeringsorganisatie (Organisatiestatuut gemeenschappelijke regeling Omnibuzz)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOmnibuzz
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBesluit van het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Omnibuzz houdende regels omtrent nadere regels met betrekking tot de inrichting en werkwijze van de uitvoeringsorganisatie (Organisatiestatuut gemeenschappelijke regeling Omnibuzz)
CiteertitelOrganisatiestatuut gemeenschappelijke regeling Omnibuzz
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

https://lokaleregelgeving.overheid.nl/CVDR651510/1

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-06-2021nieuwe regeling

18-01-2017

bgr-2021-535

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van het dagelijks bestuur van het openbaar lichaam Omnibuzz houdende regels omtrent nadere regels met betrekking tot de inrichting en werkwijze van de uitvoeringsorganisatie (Organisatiestatuut gemeenschappelijke regeling Omnibuzz)

Het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omnibuzz;

 

gelet op het bepaalde in artikel 11, lid 1e van de gemeenschappelijke regeling Omnibuzz;

 

gezien het voorstel van de directeur

 

 

Besluit:

 

vast te stellen het “Organisatiestatuut van de Gemeenschappelijke regeling Omnibuzz”,

 

inhoudende nadere regels met betrekking tot de inrichting en werkwijze van de uitvoeringsorganisatie;

 

Hoofdstuk 1 Begripsbepalingen

Artikel 1 Begrippen

  • 1.

    Regeling: de gemeenschappelijke regeling Omnibuzz.

  • 2.

    Bestuursorganen: het algemeen bestuur, het dagelijks bestuur en de voorzitter.

  • 3.

    Algemeen Bestuur: het algemeen bestuur als bedoeld in artikel 5 van de regeling.

  • 4.

    Dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur als bedoeld in artikel 9 van de regeling.

  • 5.

    Voorzitter: de voorzitter van het algemeen en dagelijks bestuur als bedoeld in artikel 13 van de regeling.

  • 6.

    Directeur: de directeur als bedoeld in artikel 14 van de regeling.

  • 7.

    Organisatie: de uitvoeringsorganisatie van het openbaar lichaam Omnibuzz.

Hoofdstuk 2 Hoofdkenmerken en sturing uitvoeringsorganisatie

Artikel 2 Hoofdkenmerken van de organisatie

  • 1.

    De organisatie werkt onder bestuurlijke verantwoordelijkheid van het dagelijks bestuur.

  • 2.

    De structuur van de organisatie bestaat uit drie lagen:

    • a.

      Directie

    • b.

      Afdelingen

    • c.

      Teams

  • 3.

    De organisatie staat onder algehele leiding van de directeur. Taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de directeur worden vastgelegd in het directiestatuut, dat conform artikel 14 lid 3 van de gemeenschappelijke regeling wordt vastgesteld door het dagelijks bestuur.

  • 4.

    De structuur van de organisatie kent afdelingen, met één of meerdere teams. Een afdeling staat onder leiding van een manager. De aard en omvang van de afdelingen alsmede de taken, verantwoordlijkheden en bevoegdheden van de managers worden vastgelegd in het Organisatieplan, hetgeen conform artikel 15 lid 1 van de gemeenschappelijke regeling wordt vastgesteld door het dagelijks bestuur.

  • 5.

    De effecten van het organisatieplan worden jaarlijks geëvalueerd en het plan zo nodig bijgesteld. De directeur ziet hierop toe.

Artikel 3 Algemene bepalingen voor de sturing van de organisatie

  • 1.

    De organisatie functioneert binnen al haar geledingen als een eenheid.

  • 2.

    De organisatie kenmerkt zich door de volgende principes:

    • Kwaliteit en klantgerichtheid staan voorop bij alle inrichtingsvraagstukken;

    • Professionaliteit: Omnibuzz organiseert haar uitvoeringsorganisatie op een professionele manier;

    • Doelmatige inrichting;

    • Omnibuzz is een dynamische organisatie gericht op groei en ontwikkeling;

    • De organisatie wordt ingericht op basis van de principes van good governance.

  • 3.

    De volgende algemene organisatieprincipes worden in de werkuitvoering gehanteerd:

    • Eenheid van beleid en bedrijfsvoering;

    • Centrale sturing;

    • Een integraal begrotings- en verantwoordingsproces;

    • Resultaatgerichtheid;

    • Integraal werken, proactief inspelen op ontwikkelingen en samenwerken.

Hoofdstuk 3 Taken en functies van de onderdelen van de uitvoeringsorganisatie

Artikel 4 Directie

  • 1.

    De directie wordt gevormd door een directeur.

  • 2.

    De taken, bevoegdheden en vervanging van de directeur worden conform artikel 14, lid 3 en 4 vastgelegd in een directiestatuut.

  • 3.

    Het mandateren van bestuursbevoegdheden aan de directeur wordt geregeld in de mandaatregeling.

Artikel 5 Managementteam

  • 1.

    Ter bewaking van de eenheid in de uitvoering van de aan Omnibuzz opgedragen taken voeren de directeur en de managers regelmatig gezamenlijk overleg. Dit overleg wordt aangeduid met de benaming managementteam.

  • 2.

    De directeur is voorzitter van dit overleg.

  • 3.

    Indien de agenda daar aanleiding toe geeft kunnen aanvullend genodigden worden toegelaten tot de vergaderingen van het managementteam.

  • 4.

    Met inachtneming van de verantwoordelijkheden en bevoegdheden van de directeur heeft het managementteam de verantwoordelijkheid voor:

    • a.

      een goede afstemming intern en met de deelnemende partijen in de gemeenschappelijke regeling Omnibuzz;

    • b.

      het realiseren van het beleid, de producten en diensten met de inzet van de daartoe beschikbare middelen;

    • c.

      de ontwikkeling en vormgeving van het middelenbeleid (personeel, informatievoorziening, juridische zaken, organisatie, financiën, automatisering, communicatie en huisvesting);

    • d.

      het gevraagd en ongevraagd adviseren van de directeur.

Artikel 6 Afdelingen

  • 1.

    De dagelijkse leiding van een afdeling berust bij een manager.

  • 2.

    De samenstelling, inrichting en taken van een afdeling worden vastgelegd in het organisatieplan.

  • 3.

    De managers zijn verantwoordelijk voor het bereiken van de doelstellingen en de uitvoering van de taken, zoals vastgelegd in het jaarplan van hun afdeling.

  • 4.

    De managers zijn mede verantwoordelijk voor de resultaten van de organisatie; hiertoe dragen zij actief zorg voor strategievorming en voor de afstemming van alle noodzakelijke aangelegenheden in het managementteam.

  • 5.

    De managers voeren de jaarlijks jaarplangesprekken met de tot hun afdeling behorende medewerkers over de in het kader van het jaarplan te realiseren doelen.

  • 6.

    De managers dragen zorg voor de organisatie van het afdelingsoverleg binnen hun afdeling.

  • 4.

    De managers leggen voor de uitvoering van hun taken verantwoording af aan de directeur. Daartoe worden regelmatig voortgangs- en functioneringsgesprekken gevoerd. Van deze gesprekken wordt verslag gemaakt.

  • 7.

    De vervanging van managers bij afwezigheid wordt geregeld in het directiestatuut.

Artikel 7 Teams

  • 1.

    Binnen een afdeling kunnen één of meerdere teams gevormd worden. Een team bestaat uit meerdere functies met een gelijke of samenhangende taak.

  • 2.

    Binnen een team kan de functie van teamleider voorkomen. Deze plant de werkzaamheden en ondersteunt de overige leden van het team. De teamleider is geen hiërarchisch leidinggevende; hij stuurt teamgericht aan en informeert de manager omtrent zijn bevindingen.

  • 3.

    Teamleden worden geacht hun taken zo zelfstandig mogelijk uit te voeren. In voorkomende gevallen kunnen zij terugvallen op hun teamleider als vraagbaak. Teamleden stemmen hun werkzaamheden op eigen initiatief af met hun collega- teamleden. Functionele contacten met medewerkers van andere teams/afdelingen onderhouden zij zelfstandig.

Artikel 8 De Controlfunctie

  • 1.

    De controlfunctie wordt conform het organisatieplan belegd bij die manager die tevens verantwoordelijk is voor bedrijfseconomische aangelegenheden.

  • 2.

    De controlfunctie is verantwoordelijk voor de inrichting van een adequate planning- en controlcyclus.

  • 3.

    De controlfunctie rapporteert inzake financiële rechtmatigheid en doelmatigheid aan de directeur, het managementteam en het dagelijks bestuur, in deze volgorde.

  • 4.

    De functies van directeur en de controlfunctie zijn niet verenigbaar.

  • 5.

    De controlfunctie is bevoegd om bij medewerkers alle inlichtingen in te winnen die voor het uitvoeren van zijn taak noodzakelijk zijn.

  • 6.

    De controlfunctie is verantwoordelijk voor het jaarlijks opstellen en uitvoeren van audit- of interne controle plan. Indien noodzakelijk kunnen onderdelen hiervan uitgevoerde worden door onafhankelijke externe deskundigen.

Hoofdstuk 4 Medezeggenschap

Artikel 9 Medezeggenschap

  • 1.

    De gemeenschappelijke regeling Omnibuzz is conform artikel 15 lid 4 van de gemeenschappelijke regeling aangesloten bij de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling voor de sector gemeenten. Hieruit volgt dat de verplichting ontstaat voor het instellen van een ondernemingsraad vanaf het moment dat de organisatie 35 of meer personeelsleden telt.

  • 2.

    De directeur draagt zorg voor het inwinnen van de gevoelens en zienswijzen van medewerkers bij alle zaken die hun belang direct of indirect raken. Hiervan doet hij mededeling aan het dagelijks bestuur.

  • 3.

    De directeur is bestuurder in de zin van de Wet op de ondernemingsraden.

Hoofdstuk 5 Slotbepalingen

Artikel 10 Onvoorziene Gevallen

In alle gevallen waarin dit organisatiestatuut niet voorziet beslist het dagelijks bestuur. Voor zover nodig kan het dagelijks bestuur aanvullende regels stellen.

Artikel 11 Citeertitel

Dit statuut kan worden aangehaald als: “Organisatiestatuut gemeenschappelijke regeling Omnibuzz”.

Artikel 12 Bekendmaking en inwerkingtreding

  • 1.

    Dit statuut wordt bekendgemaakt conform de bepalingen uit de algemene wet bestuursrecht.

  • 2.

    Dit statuut treedt in werking door vaststelling door het dagelijks bestuur van de gemeenschappelijke regeling Omnibuzz.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van het dagelijks bestuur d.d. 18 januari 2017.

De voorzitter,

Drs. A.J.M. Kamphuis

De directeur,

mr. G.M.F. Vreuls