Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Den Helder

Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder, houdende regels over het vrijlaten van inkomsten uit arbeid. (Beleidsregel Vrijlating van inkomsten Participatiewet, IOAW en IOAZ Den Helder 2021)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDen Helder
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder, houdende regels over het vrijlaten van inkomsten uit arbeid. (Beleidsregel Vrijlating van inkomsten Participatiewet, IOAW en IOAZ Den Helder 2021)
CiteertitelBeleidsregel Vrijlating inkomsten Participatiewet, IOAW en IOAZ Den Helder 2021
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 31, tweede lid, van de Participatiewet
  2. artikel 8, tweede lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
  3. artikel 8, vijfde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
  4. artikel 8, zevende lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers
  5. artikel 8, derde lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
  6. artikel 8, negende lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
  7. artikel 8, 11e lid, van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-07-2021nieuwe regeling

15-06-2021

gmb-2021-201867

2021-008265

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder, houdende regels over het vrijlaten van inkomsten uit arbeid. (Beleidsregel Vrijlating van inkomsten Participatiewet, IOAW en IOAZ Den Helder 2021)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder;

gelet op artikel 31, tweede lid onder n, r en y van de Participatiewet,

gelet op de artikel 8, tweede, vijfde en zevende lid van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)

gelet op de artikelen artikel 8, derde, negende en elfde lid van de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)

b e s l u i t :

  • 1.

    De Beleidsregel Vrijlating inkomsten in te trekken.

  • 2.

    Vast te stellen de Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder houdende Vrijlating van inkomsten Participatiewet, IOAW en IOAZ Den Helder 2021.

 

Beleidsregel Vrijlating inkomsten Participatiewet, IOAW en IOAZ Den Helder 2021

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de IOAW, IOAZ, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet.

  • 2.

    College: college van burgemeester en wethouders van de gemeente Den Helder

  • 3.

    Inkomstenvrijlating regulier: de inkomstenvrijlating als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdeel n van de Participatiewet, artikel 8, tweede lid van de IOAW en artikel 8, derde lid van de IOAZ.

  • 4.

    Inkomstenvrijlating alleenstaande ouder: de inkomstenvrijlating als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdeel r van de Participatiewet, artikel 8, vijfde lid van de IOAW en artikel 8, negende lid van de IOAZ.

  • 5.

    Inkomstenvrijlating medische urenbeperking: de inkomstenvrijlating als bedoeld in artikel 31, tweede lid, onderdeel y van de Participatiewet, artikel 8, zevende lid van de IOAW en artikel 8, elfde lid van de IOAZ.

Artikel 2 Voorwaarden inkomstenvrijlating regulier en alleenstaande ouder

  • 1.

    Een belanghebbende komt in aanmerking voor een inkomstenvrijlating regulier en/of een inkomstenvrijlating alleenstaande ouder indien voldaan wordt aan de volgende voorwaarden:

    • a.

      Ten tijde van de aanvraag dient de belanghebbende een uitkering ingevolge de Participatiewet, IOAW of IOAZ te ontvangen.

    • b.

      Er dient een arbeidsovereenkomst aanwezig te zijn;

    • c.

      Er moet sprake zijn van het aanvaarden van (nieuw) werk. Een urenuitbreiding van minimaal drie uur per week van een bestaand dienstverband wordt eveneens gezien als nieuw werk. De vrijlating geldt dan voor alle inkomsten uit arbeid en niet slechts voor de nieuw gegenereerde inkomsten. De omvang van het dienstverband is geen criterium;

    • d.

      Uit houding en gedrag van de belanghebbende dient te blijken dat deze-binnen zijn mogelijkheden-verdere uitbreiding van het aantal arbeidsuren nastreeft, dan wel zich inspant arbeid te behouden in die gevallen dat dit niet gevergd kan worden;

    • e.

      De werkzaamheden komen voort uit een aangeboden voorziening of op eigen initiatief.

  • 2.

    Wanneer een dienstverband al aanwezig was voor het ontstaan van het recht op bijstand is er sprake van behoud van arbeid. In dergelijke gevallen is de vrijlating niet van toepassing.

Artikel 2 Overige bepalingen inkomstenvrijlating regulier en alleenstaande ouder

  • 1.

    De inkomstenvrijlating kan één keer per bijstandsperiode worden toegepast.

  • Onder dezelfde bijstandsperiode wordt aangemerkt:

    • a.

      De periode waarin een uitkering aaneengesloten of na een onderbreking, die korter is dan 30 dagen, wordt voortgezet;

    • b.

      De situatie waarin de uitkering wordt hersteld, na onderbreking wegens verblijf in detentie, verblijf in het buitenland of verblijf in een inrichting, ongeacht de duur van deze onderbreking;

  • 2.

    Indien een nieuwe bijstandsperiode aanvangt binnen zes maanden na de ingangsdatum van de eerdere inkomstenvrijlating, ontstaat geen nieuw recht op inkomstenvrijlating.

Artikel 3 Inkomstenvrijlating regulier

  • 1.

    In de situatie van gehuwden/samenwonenden, bestaat voor ieder gezinslid afzonderlijk recht op inkomstenvrijlating.

  • 2.

    Het recht op inkomstenvrijlating wordt op aanvraag vastgesteld.

  • 3.

    De inkomstenvrijlating gaat in op de eerste dag van de maand waarin de aanvraag is ontvangen, tenzij:

    • a.

      belanghebbende lopende de maand is begonnen met werken en/of;

    • b.

      belanghebbende zelf verzoekt om een andere ingangsdatum en deze datum niet langer dan zes maanden voor de aanvraagdatum ligt.

Artikel 4 Inkomstenvrijlating alleenstaande ouder

  • 1.

    De inkomstenvrijlating alleenstaande ouder wordt toegepast na het verstrijken van de maximale periode van de inkomstenvrijlating regulier.

  • 2.

    Het recht op inkomstenvrijlating alleenstaande ouder wordt ambtshalve vastgesteld.

Artikel 5 Inkomstenvrijlating medische urenbeperking

  • 1.

    De inkomstenvrijlating medische urenbeperking wordt toegepast als vastgesteld is dat belanghebbende medisch urenbeperkt is en geen aanspraak (meer) kan maken op de inkomstenvrijlating regulier en de inkomstenvrijlating alleenstaande ouder.

  • 2.

    In de situatie van gehuwden/samenwonenden, bestaat voor ieder gezinslid waarvan is vastgesteld dat hij/zij medisch urenbeperkt is, afzonderlijk recht op inkomstenvrijlating.

  • 3.

    Indien eerder vastgesteld is dat een belanghebbende medisch urenbeperkt is, kan het recht op inkomstenvrijlating, aansluitend op de inkomstenvrijlating regulier en inkomstenvrijlating alleenstaande ouder, ambtshalve vastgesteld worden.

  • 4.

    Indien nog niet eerder is vastgesteld dat een belanghebbende medisch urenbeperkt is, wordt het recht op inkomstenvrijlating op aanvraag vastgesteld.

Artikel 6 Uitsluiting

Geen recht op inkomstenvrijlating bestaat als de belanghebbende:

  • a.

    Inkomsten uit arbeid verzwegen heeft;

  • b.

    Inkomsten uit illegale werkzaamheden heeft;

  • c.

    Inkomsten uit zwart werk heeft;

  • d.

    Totale inkomsten heeft die meer bedragen dan de toepasselijke bijstandsnorm of grondslag.

Artikel 7 Slotbepalingen

  • 1.

    Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel Vrijlating inkomsten Participatiewet, IOAW en IOAZ Den Helder 2021.

  • 2.

    Met de inwerkingtreding van deze beleidsregel wordt de Beleidsregel Vrijlating inkomsten ingetrokken met ingang van de inwerkingtreding van dit besluit.

  • 3.

    Na zijn bekendmaking treedt dit besluit in werking per 1 juli 2021.

 

Aldus besloten in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 15 juni 2021.

J.A (Jan) de Boer MSc.

Burgemeester

R.M. (Robert) Reus

Secretaris