Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Boxmeer

AANGEPASTE Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) Gemeente Boxmeer 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieBoxmeer
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingAANGEPASTE Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) Gemeente Boxmeer 2021
CiteertitelAANGEPASTE Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) Gemeente Boxmeer 2021
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerpTonk

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 35 van de Participatiewet

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

23-06-2021versoepeling Tonk regeling

08-06-2021

gmb-2021-191992

Z/21/731767 – D/21/1031064

Tekst van de regeling

Intitulé

AANGEPASTE Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) Gemeente Boxmeer 2021

Besluit college d.d. 8 juni 2021

Ondertekend document

Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxmeer houdende AANGEPASTE regels over het vergoeden van woonkosten en overige vaste lasten voor huishoudens met een inkomensterugval in verband met de coronacrisis

 

Het college van burgemeester en wethouders gemeente Boxmeer,

 

gelet op titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht en artikel 35 van de Participatiewet,

 

gezien de Kamerbrief, d.d. 9 december 2020, van de minister van Economische Zaken en Klimaat e.a. inzake ‘Aanpassingen in het economische steun- en herstelpakket als gevolg van de ontwikkeling in de bestrijding van het coronavirus’;

 

overwegende dat het wenselijk is om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden huishoudens in aanmerking komen voor een tegemoetkoming Tijdelijke ondersteuning noodzakelijk kosten (TONK) en hiervoor aparte, tijdelijke, aangepaste beleidsregels vast te stellen;

 

Besluit tot vaststelling van de:

 

AANGEPASTE Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) Gemeente Boxmeer 2021

 

 

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

  • 1.

    In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

  • a.

    de wet: Participatiewet;

  • b.

    college: college van burgemeester en wethouders van de Gemeente Boxmeer;

  • c.

    inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële terugval in het inkomen als gevolg van de maatregelen in verband met de coronacrisis (Covid19);

  • d.

    tegemoetkoming TONK: een tijdelijke vorm van bijzondere bijstand waarvoor het college beleidsregels heeft opgesteld ter voorziening in noodzakelijke woonkosten en overige vaste lasten.

  • e.

    bijstandsnorm: de bijstand als bedoeld in artikel 21 van de wet;

  • f.

    aanvrager: een inwoner uit de gemeente Boxmeer die de tegemoetkoming TONK aanvraagt;

  • g.

    samenwonende: degene die duurzaam een gezamenlijke huishouding voert met een ander;

  • h.

    huurwoning: door aanvrager bewoonde zelfstandige woning of woonwagen waarvan deze zelf de huurder is;

  • i.

    eigen woning: door aanvrager bewoonde zelfstandige woning, woonschip of woonwagen, waarvan deze eigenaar of mede-eigenaar is;

  • 2.

    Tenzij anders aangegeven worden begrippen in deze beleidsregels gebruikt in dezelfde betekenis als in de wet.

  • 3.

    De ‘Beleidsregels bijzondere bijstand en Minimabeleid – Algemene bepalingen Gemeente Boxmeer‘ zijn niet van toepassing op de tegemoetkoming TONK.

 

Artikel 2 Doelgroep TONK

  • 1.

    Een tegemoetkoming TONK is bedoeld voor de aanvrager die:

door de huidige omstandigheden als gevolg van de coronacrisis te maken heeft met een onvoorzienbare en onvermijdelijke inkomensterugval; en,

daardoor noodzakelijke woonkosten en overige vaste lasten voor de huurwoning of eigen woning niet meer kan voldoen uit het inkomen en/of beschikbare geldmiddelen; en,

waarvoor andere regelingen niet of onvoldoende soelaas bieden om de woonkosten te kunnen betalen.

 

 

Artikel 3 Noodzakelijke woonkosten

  • 1.

    De tegemoetkoming TONK heeft betrekking op de voor de aanvrager bestaande noodzakelijke woonkosten:

  • a.

    in het geval van een zelfstandige huurwoning: de kale huur en servicekosten minus de ontvangen huurtoeslag;

  • b.

    in het geval van een eigen woning: de verschuldigde hypotheekrente en de bijdrage Vereniging van Eigenaren (VvE);

  • 2.

    Voor het bepalen van de voor aanvrager bestaande woonkosten wordt als peilmaand januari 2021 gehanteerd.

  • 3.

    Het bedrag aan woonkosten en overige vaste lasten waarmee rekening wordt gehouden is maximaal € 1.000 per maand.

  • 4.

    Huishoudens worden altijd geacht, ook bij een laag inkomen (bijstandsniveau),

  • 5.

    zelf € 240,- per maand te betalen aan hun noodzakelijke woonkosten.

  • 6.

    De volgende woonkosten worden als niet noodzakelijke kosten voor TONK aangemerkt:

  • a.

    onderhuur en kamerhuur;

  • b.

    aflossingen op de hypotheek;

  • c.

    woonkosten van bedrijfswoningen.

 

 

Artikel 3a - Noodzakelijke overige vaste lasten

  • 1.

    Onder noodzakelijke woonkosten worden ook de overige vaste lasten gerekend zoals:

  • a.

    gas en elektra;

  • b.

    verzekeringen;

  • c.

    belastingen, waaronder WOZ belasting;

  • d.

    andere voorkomende doorlopende vaste lasten.

  • 2.

    De tegemoetkoming TONK ziet alleen toe op privé vaste lasten en is niet mogelijk voor vaste lasten van de onderneming.

  • 3.

    Voor het bepalen van de voor aanvrager bestaande overige vaste lasten wordt als peilmaand januari 2021 gehanteerd.

  • 4.

    Het maximale in aanmerking te nemen bedrag aan overige vaste lasten is € 240,- per maand met toepassing van artikel 3 lid 3.

 

 

Artikel 4 Voorliggende voorzieningen

  • 1.

    Bij toekenning TONK wordt de verkregen huurtoeslag gezien als voorliggende voorziening en in mindering gebracht op de kale huur en servicekosten.

  • 2.

    Het aanspreken van eigen vermogen gaat voor recht op bijstand. Alle vrij te maken middelen gelden als voorliggende voorziening voor zowel huurders als eigenaren.

 

 

Artikel 5 Recht op TONK

  • 1.

    Voor het recht op tegemoetkoming TONK toetst het college de aanvraag aan de wet en de beleidsregels TONK ter beoordeling of men aan de voorwaarden voldoet.

  • 2.

    Er moet sprake zijn van een onvoorzienbare en onvermijdelijke inkomensterugval als bedoeld in artikel 1 sub c in het inkomen op peildatum 1 januari 2021 ten opzichte van het inkomen op peildatum 1 januari 2020.

  • 3.

    Voor een tegemoetkoming TONK geldt dat aanvrager op de peildatum 1 januari 2021:

  • a.

    zijn of haar hoofdverblijf heeft in de gemeente Boxmeer, en

  • b.

    van de door hem of haar bewoonde woning huurder is, waarbij het gaat om de huur van een zelfstandige woning, dan wel van de zelfstandige woning eigenaar of mede-eigenaar is, en

  • c.

    ouder is dan 18 jaar en jonger is dan de pensioengerechtigde leeftijd.

  • 4.

    Verder geldt als voorwaarde dat de aanvrager ook op de aanvraagdatum voor een tegemoetkoming TONK in de onder lid 3 sub b bedoelde woning woont.

  • 5.

    De tegemoetkoming TONK wordt maximaal verstrekt over de maanden dat aanvrager in de onder lid 3 sub b bedoelde woning woont.

  • 6.

    Aanvrager gebruik heeft gemaakt van het door het college ter beschikking gestelde aanvraagformulier.

  • 7.

    Aanvrager verklaart met het indienen van de aanvraag dat de substantiële terugval in inkomen het gevolg is van de maatregelen in verband met de coronacrisis en overlegt desgevraagd de bewijsstukken.

  • 8.

    Er wordt geen bijstand (tegemoetkoming TONK) verstrekt voor schulden.

 

 

Artikel 6 In aanmerking te nemen inkomen

  • 1.

    Het in aanmerking te nemen inkomen bestaat uit het inkomen van de aanvrager en diens eventuele partner. Onder inkomen wordt in ieder geval verstaan:

  • a.

    inkomen uit arbeid in loondienst;

  • b.

    inkomen uit een uitkering (waaronder Tozo);

  • c.

    inkomen uit verhuur/onderhuur van woonruimte;

  • d.

    inkomen uit partner- en/of kinderalimentatie;

  • e.

    inkomen uit onderneming.

  • 2.

    Wanneer aanvrager in de peilmaand januari 2021 kinder- of partneralimentatie betaalde, wordt het inkomen verminderd met het bedrag daarvan.

  • 3.

    Voor de bepaling van het in aanmerking te nemen inkomen uit onderneming wordt aangesloten bij de rekenmethode die door het college bij de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo) wordt gehanteerd.

 

 

Artikel 7 In aanmerking te nemen vermogen

  • 1.

    In aanmerking te nemen vermogen zijn de geldmiddelen die men bezit en waarover de aanvrager en eventuele partner redelijkerwijs kan/kunnen beschikken.

  • 2.

    Onder beschikbare geldmiddelen wordt in ieder geval verstaan:

  • a.

    contant geld;

  • b.

    alle middelen waar men redelijkerwijs over kan beschikken zoals:

  • tegoeden op betaal- en spaarrekeningen in binnen- en buitenland;

  • opeisbaar uitgeleend geld;

  • geld in de vorm van cryptovaluta (zoals o.a. bitcoins), en

  • te verzilveren beleggingen en effecten (zoals beleggingsrekeningen, obligaties, aandelenportefeuilles, opties, effecten in depot, deposito’s, indextrackers, belegging in goud, enz.);

  • het vrij te maken pensioen dat is/wordt opgebouwd in de zogenaamde 3e pijler.

  • 3.

    Er wordt een vermogensgrens gehanteerd van € 31.340,-.

  • 4.

    De aanvrager wordt geacht een toereikende financiële draagkracht te hebben, wanneer het beschikbare privévermogen op 31 december 2020 meer dan € 31.340,- bedroeg.

 

 

Artikel 8 Draagkracht in het inkomen

  • 1.

    De financiële draagkracht in het inkomen van de aanvrager wordt bepaald aan de hand van de netto inkomsten, inclusief vakantietoeslag, in peilmaand januari 2021.

  • 2.

    Voor de toepassing van de AANGEPASTE beleidsregels TONK wordt voor het bepalen van het sociaal minimum uitgegaan van twee bijstandsnormen, het betreft:

  • a.

    de bijstandsnorm voor een alleenstaande tussen 21 jaar en de pensioengerechtigde leeftijd, of

  • b.

    de bijstandsnorm voor een echtpaar/samenwonenden tussen 21 jaar en de pensioengerechtigde leeftijd.

  • 3.

    Bij een inkomen tot 115% van de geldende bijstandsnorm is er geen draagkracht van toepassing.

  • 4.

    Bij een inkomen van 115% tot 150% van de geldende bijstandsnorm is de

  • 5.

    draagkracht 35% over het deel van het inkomen hoger dan 115% en lager dan 150%.

  • 6.

    Bij een inkomen boven de 150% van de geldende bijstandsnorm is de draagkracht

  • 7.

    100% over het deel van het inkomen hoger dan 150%.

  • 8.

    Draagkracht uit inkomen wordt direct verrekend met de tegemoetkoming TONK.

 

 

Artikel 9 Verstrekking tegemoetkoming TONK

  • 1.

    De tegemoetkoming wordt verstrekt als blijkt dat de financiële draagkracht niet toereikend is voor het betalen van de noodzakelijke woonlasten en overige vaste lasten.

  • 2.

    De tegemoetkoming geldt voor maximaal de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021.

  • 3.

    De tegemoetkoming TONK bedraagt maximaal € 1.000,- per maand.

  • 4.

    Over de periode 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021, wordt in het kader van de TONK maximaal € 6.000,- per huishouden verstrekt.

  • 5.

    Eerder ingediende aanvragen worden door het college opnieuw beoordeeld. Waar van toepassing wordt een nieuwe beschikking afgegeven.

  • 6.

    De tegemoetkoming TONK wordt in principe om niet verstrekt en wordt in één keer uitbetaald. Dit geldt ook voor de herbeoordelingen.

  • 7.

    Aan de tegemoetkoming TONK is voor belanghebbende geen verplichting verbonden om zich in te zetten voor het vinden van goedkopere woonruimte.

  • 8.

    Het college behoudt zich de mogelijkheid voor om te besluiten de tegemoetkoming TONK in de vorm van een geldlening toe te kennen. Dit wordt vastgelegd in een overeenkomst.

 

 

Artikel 10 Indienen aanvraag TONK

  • 1.

    Een aanvraag dient digitaal te worden ingediend via de gemeentelijke website met gebruik van DigiD.

  • 2.

    De aanvrager geeft in de aanvraag aan over welke maanden in de periode 1 januari 2021 tot 1 juli 2021 een beroep nodig is op een tegemoetkoming TONK.

  • 3.

    Aanvragen voor de TONK kunnen worden ingediend tot en met 31 juli 2021.

  • 4.

    De aanvrager overlegt bij de aanvraag kopieën van:

  • a.

    een niet verlopen identiteitsbewijs, niet zijnde een rijbewijs;

  • b.

    het meest recente afschrift van de lopende privé-bankrekening waarop de TONK moet worden overgemaakt;

  • c.

    een specificatie van de verschuldigde woonkosten met betrekking tot januari 2021;

  • d.

    in geval van een huurwoning: de huurovereenkomst en betalingsbewijs van kale huur en servicekosten over januari 2021;

  • e.

    in geval van een eigen woning: jaaroverzicht 2020 hypotheekverstrekker waaruit de verschuldigde hypotheekrente blijkt en een betalingsbewijs van de bijdrage Vereniging van Eigenaren (VvE) over januari 2021;

  • f.

    eventuele andere bewijsstukken van overige vaste lasten waarvoor een aanvraag wordt gedaan.

  • 5.

    Indien een aanvrager op grond van bijzondere omstandigheden onvoldoende geholpen is in het kader van de aangepaste beleidsregels TONK, kan deze met betrekking tot woonkosten een beroep worden gedaan op de hardheidsclausule conform artikel 12.

  • 6.

    Een aanvraag wordt in behandeling genomen als het aanvraagformulier volledig is ingevuld, ondertekend en de gevraagde gegevens zijn bijgevoegd.

 

 

Artikel 11 Terugwerkende kracht en duur

  • 1.

    Een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021.

  • 2.

    Een tegemoetkoming TONK wordt verstrekt voor ten hoogste de periode van 1 januari tot en met 30 juni 2021.

  • 3.

    Met de inwerkingtreding van de AANGEPASTE beleidsregels TONK gaat het college alle eerder ingediende aanvragen (vanaf 1 januari 2021) opnieuw beoordelen.

 

 

Artikel 12 Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het college, gelet op alle omstandigheden waaronder een terugval in inkomen van de aanvrager als gevolg van de coronacrisis, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, indien zeer dringende redenen hiertoe noodzaken (artikel 16 van de wet).

 

 

Artikel 13 Citeertitel, ingangsdatum en intrekking

  • 1.

    Deze beleidsregels worden aangehaald als ‘AANGEPASTE Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) Gemeente Boxmeer 2021’.

  • 2.

    De regeling treedt met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2021.

  • 3.

    De door het College op 16 maart 2021 vastgestelde ‘Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK) gemeente Boxmeer 2021, worden ingetrokken.

 

 

 

Aldus vastgesteld op 8 juni 2021.

Burgemeester en wethouders van Boxmeer,

de loco-secretaris, de burgemeester,

A.J.M. Reintjes K.W.T. van Soest

TOELICHTING

 

Ondanks de verschillende steunmaatregelen die reeds door het kabinet zijn genomen in verband met de coronacrisis, dreigen er mensen tussen wal en schip te vallen. De regeling Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) biedt een tegemoetkoming voor noodzakelijke woonkosten aan inwoners die door de coronacrisis te maken krijgen met een onvoorzienbare terugval in inkomen en hierdoor noodzakelijke kosten, zoals huur of hypotheekrente niet meer kunnen betalen.

Deze huishoudens kunnen geen of onvoldoende aanspraak maken op bestaande sociale zekerheid, vallen terug in inkomen en komen vanwege de partnertoets of het uren-criterium niet aanmerking voor de Tijdelijke overbruggingsregeling zelfstandig ondernemers (Tozo).

 

Inwoners waarvoor de tegemoetkoming TONK is bedoeld zijn in de meeste gevallen minder op de hoogte van regelingen via de gemeente. Zij zijn weinig tot niet bekend met de regels zoals die gelden binnen de Participatiewet (Pw) en van toepassing zijn bij een aanvraag tegemoetkoming TONK. Zo is er sprake van een inlichtingenverplichting (artikel 17 Pw) en een bestedingsverplichting (artikel 55 Pw) en moet men kosten kunnen aantonen. Het niet voldoen aan verplichtingen kan gevolgen hebben voor het recht op de tegemoetkoming en in het uiterste geval kan de bijstand worden teruggevorderd. Met publicatie en voorlichting richting inwoners over de TONK wordt dit zo goed als mogelijk ondervangen.

 

Al snel bleek het aantal aanvragen landelijk ver achter te blijven bij de verwachtingen. Dit is ook het beeld in Boxmeer en de regio. De regering bedankt gemeenten voor de inzet maar geeft in mei 2021 tegelijkertijd als opdracht mee om TONK meer onder de aandacht te brengen en ruimhartig(er) in te zetten.

 

Nieuwe koers: TONK breder kijken

Het College gaat breder kijken om te voorkomen dat inwoners tussen wal en schip vallen.

Daarom komen ook de privé vaste lasten in aanmerking voor TONK en wordt de drempel zo laag mogelijk gelegd. Door persoonlijk contact te leggen met de aanvrager wordt duidelijk waar de problemen zich voordoen in de persoonlijke situatie en wordt gericht maatwerk geboden. De kernvraag aan de inwoner is:

‘Hebt u door de coronamaatregelen een inkomstenterugval en komt u daardoor in de problemen met de betaling van uw (privé) vaste lasten?’ Meld u en vraag TONK aan!

 

Artikel 1 Begripsbepalingen

Dit artikel spreekt voor zich.

 

Artikel 2 Doelgroep TONK

Dit artikel spreekt voor zich.

 

Artikel 3 Noodzakelijke woonkosten

Als noodzakelijke woonkosten worden aangemerkt: de huur van zelfstandige woonruimte en eventuele servicekosten en de hypotheekrente en eventuele bijdrage Vereniging van Eigenaren (VvE). De TONK voorziet niet een tegemoetkoming voor onderhuur en kamerhuur, aflossingen op de hypotheek. Woonkosten van bedrijfswoningen vallen buiten de beleidsregels TONK. Bij woninghuur wordt de ontvangen huurtoeslag in mindering gebracht op de kale huur en servicekosten. Bij eigen woningen gaat het om niet te vermijden kosten zoals de hypotheekrente en/of bijdrage Vereniging van Eigenaren (VvE).

Zowel voor huurders als woningeigenaren geldt dat de kosten, vallend onder artikel 3 en artikel 3a tezamen, in aanmerking komen voor de regeling en de tegemoetkoming maximaal € 1.000,- per maand bedraagt.

Voor alle huishoudens geldt dat woonkosten tot € 240,- per maand voor eigen rekening komen en daarmee rekening wordt gehouden bij toekenning van de TONK.

 

Artikel 3a Noodzakelijke overige vaste lasten

In de aangepaste beleidsregels is dit artikel opgenomen zodat de tegemoetkoming TONK ook geldt voor de benoemde overige vaste privélasten. Dus niet die voor het bedrijf of het zelfstandig beroep. Hiermee wil het college bevorderen dat inwoners, die het betreft, eerder in aanmerking komen en de tegemoetkoming TONK aanvragen.

 

Artikel 4 Voorliggende voorzieningen

Voor het recht op tegemoetkoming TONK dient men eerst een beroep te doen op

voorliggende voorzieningen waarmee men in de kosten kan voorzien, zoals het

aanspreken van eigen vermogen. Dit betekent dat men alles in het werk moet stellen om

eigen vermogen vrij te maken, zoals spaargelden, beleggingen en dergelijke.

Wanneer iemand reeds met de bank afspraken over een hypotheekpauze heeft gemaakt, dan wordt daarmee rekening gehouden bij de toekenning TONK.

 

Belanghebbenden met een huur onder € 752,33 per maand voor een huurwoning of woonwagen komen ook voor een TONK-tegemoetkoming in aanmerking. Voor hen wordt de huurtoeslag niet gezien als een passende en toereikende voorziening. Deze afwijking van de algemene regel is te rechtvaardigen door het bijzondere en tijdelijke karakter van de TONK regeling. Bij de beoordeling van TONK wordt wel rekening gehouden met de ontvangen huurtoeslag.

 

Artikel 5 Recht op TONK

De doelgroep is afgebakend qua leeftijd en omstandigheden. Gelet op het doel van de TONK komen huishoudens vanaf de pensioengerechtigde leeftijd niet in aanmerking. Zij hebben in beginsel aanspraak op AOW en eventueel pensioen. Zo behoren inwoners jonger dan 27 jaar die uit Rijkskas bekostigd onderwijs volgen niet tot de doelgroep TONK. Zij hebben in beginsel recht op het leenstelsel voor Studiefinanciering.

 

Er moet voor het recht op TONK sprake zijn van een onvoorzienbare en onvermijdelijke inkomensterugval als gevolg van de overheidsmaatregelen in verband met de coronacrisis.

 

Het verstrekken van een tegemoetkoming TONK is maatwerk. Het college houdt rekening met de individuele omstandigheden van de aanvrager bij het bepalen van het recht op en de hoogte van de TONK met toepassing van de wet en de beleidsregels. Maatwerk betekent ook dat verder wordt gekeken naar de situatie en omvang van de problemen. Zo kan meer hulp worden aangeboden als dat nodig is zoals bijv. schuldhulpverlening, andere bijzondere bijstand, minimabeleid, re-integratie of doorverwijzen bij psychosociale problemen.

 

Schulden vallen niet onder de wet en vallen derhalve niet onder de AANGEPASTE beleidsregels TONK. Om die reden vallen o.a. hypotheekaflossingen niet onder de TONK.

 

Artikel 6 In aanmerking te nemen inkomen

Voor de hoogte van de tegemoetkoming is inkomen en draagkracht uit inkomen van belang. Met alle genoemde componenten in dit artikel wordt rekening gehouden.

Voor hetgeen wordt verstaan onder inkomen uit onderneming en waarmee rekening wordt gehouden wordt aangesloten bij en verwezen naar de uitvoeringspraktijk Tozo: Inkomensbegrip Tozo (krijgiktozo.nl).

 

Artikel 7 In aanmerking te nemen vermogen

Een aanvrager moet alles in het werk stellen om eerst in de eigen woonkosten te voorzien alvorens een beroep op bijstand te doen. Dit betekent dat alle mogelijkheden om middelen te genereren dienen te worden aangesproken. Dit geldt ook voor opgebouwd pensioen in de 3e pijler, zoals individuele verzekeringen als lijfrenten, koopsommen en levensverzekeringen.

In het algemeen geldt voor het recht op algemene bijstand een vermogensgrens van € 6.295 (voor een alleenstaande) en € 12.590 (voor samenwonenden). Door het uitzonderlijke karakter van de coronacrisis en de beperkende maatregelen die hierbij gelden, is er aanleiding om voor de TONK een aanzienlijke ruimere vermogensgrens te hanteren. Zo kunnen ook mensen die beschikken over enig spaargeld e.d., voor noodzakelijke woonkosten een tegemoetkoming vanuit de TONK krijgen. De vermogensgrens wordt binnen deze beleidsregels gelegd bij de vermogensgrenzen die gelden voor de huurtoeslag (€ 31.340,-). Alleen de vermogensbestanddelen die een meer liquide karakter hebben worden meegeteld.

 

Artikel 8 Draagkracht in het inkomen

Binnen deze beleidsregels worden twee vormen van huishoudens (sociaal minimum) gehanteerd. Het gaat om afstemming op de bijstandsnorm voor:

- alleenstaanden tussen 21 jaar en de pensioenleeftijd, of

- echtparen/samenwonenden in deze leeftijd.

Voor de berekening van de financiële draagkracht sluit het college aan bij de draagkrachtregels die bij het verstrekken van bijzondere bijstand van toepassing zijn. Door op deze wijze de draagkracht te bepalen komen meer inwoners in aanmerking voor een (gedeeltelijke) tegemoetkoming TONK.

 

Artikel 9 Verstrekking tegemoetkoming TONK

De tegemoetkoming TONK bedraagt maximaal € 1.000,- per maand en geldt voor de periode van 1 januari 2021 tot en met 30 juni 2021. In het kader van de TONK kan maximaal € 6.000,- worden verstrekt per huishouden.

De TONK biedt geen dekkende vergoeding. De tegemoetkoming TONK wordt ‘om niet’ verstrekt en in één keer uitbetaald. Om niet wil zeggen dat men het bedrag niet verschuldigd is aan de gemeente.

Aanvragen die eerder zijn ingediend (onder de ingetrokken beleidsregels vallen) worden opnieuw door het college beoordeeld. Waar van toepassing zal het college een beschikking afgeven met de uitkomst van de herbeoordeling.

 

Artikel 10 Indienen aanvraag

Voor de tegemoetkoming TONK geldt een beperkte aanvraagperiode (tot en met 31 juli 2021). Hiervoor wordt een elektronisch aanvraagformulier beschikbaar gesteld waarvoor aanvragers kunnen inloggen met hun DigiD. Daarbij wordt zo veel mogelijk afgegaan op de inlichtingen die de aanvrager verstrekt. De inwoner geeft bij de aanvraag aan over welke maanden er hulp nodig is bij het betalen van de woonkosten. Die inschatting en verantwoordelijkheid ligt bij de inwoner. Wijzigingen in iemands situatie hebben geen invloed op de hoogte van de TONK.

Er volgt altijd persoonlijk contact, waarbij de mogelijkheid bestaat tot het stellen van vragen. Het kan ook aanleiding zijn om het onderzoek te intensiveren. Dat kan leiden tot het opvragen van nadere gegevens of toepassen van hardheidsclausule. Dit is maatwerk. Van de beslissing op de aanvraag ontvangt de inwoner een beschikking.

 

Als bij de verwerking van een aanvraag de inlichtingen op voorhand vragen oproepen over de juistheid, wordt overgegaan tot aanvullend onderzoek. Het college bepaalt de aanspraak op tegemoetkoming TONK aan de hand van de opgaven van de aanvrager. Het college kan deze opgaven controleren aan de hand van bewijsstukken en inlichtingen waarover het college beschikt in het kader van de uitvoering van de Participatiewet. Ook kan het college de aanvrager om nadere inlichtingen of bewijsstukken vragen (artikel 53a van de Participatiewet).

 

Huishoudens met een woonkostentoeslag krijgen geen toegang tot de TONK. Wel wordt nagegaan of de beleidsregels in het kader van de TONK aanleiding kunnen zijn voor een hogere vergoeding; ook zal bij hen de gevraagde inspanning voor goedkopere woonruimte tijdelijk niet worden gehandhaafd.

 

Artikel 11 Terugwerkende kracht en duur

Dit artikel spreekt voor zich.

 

Artikel 12 Hardheidsclausule

Dit artikel spreekt voor zich.

 

Artikel 13 Citeertitel

Dit artikel spreekt voor zich.