Organisatie | Drechtsteden |
---|---|
Organisatietype | Regionaal samenwerkingsorgaan |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten Drechtsteden |
Citeertitel | Beleidsregels tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten Drechtsteden |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
16-06-2021 | 01-01-2021 | 01-11-2021 | nieuwe regeling | 07-06-2021 |
het gewenst is om aparte, tijdelijke beleidsregels vast te stellen omtrent de Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK), zodat kan worden aangegeven in welke situaties en onder welke voorwaarden een inwoner in aanmerking kan komen voor een tegemoetkoming Tijdelijke ondersteuning noodzakelijk kosten (TONK);
vast te stellen, de navolgende Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten Drechtsteden
In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
b. GR Drechtsteden: Gemeenschappelijke Regeling “Openbaar Lichaam Drechtsteden”;
c. Drechtstedenbestuur: dagelijks bestuur van de GR Drechtsteden;
d. inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële terugval in het inkomen als gevolg van de coronacrisis;
e. wettelijk sociaal minimum (WSM): de op de leef- en woonsituatie van toepassing zijnde bijstandsnorm, vastgesteld overeenkomstig de bepalingen in hoofdstuk 3 van de wet, met dien verstande dat in het geval dat op de belanghebbende de kostendelersnorm van toepassing is of zou zijn, de bijstandsnorm wordt gehanteerd die van toepassing zou zijn als er geen sprake was van de kostendelersnorm.
f. peilmaand: de eerste maand van de periode waarvoor de tegemoetkoming wordt aangevraagd en, indien dit inkomen nog niet beschikbaar is, het inkomen van de maand voorafgaand (het meest recente inkomen).
Artikel 3 Voorwaarden tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten
Het Drechtstedenbestuur kan een tegemoetkoming TONK verstrekken aan de aanvrager die te maken heeft met een inkomensterugval, waardoor de betaling van noodzakelijke kosten niet mogelijk is uit de beschikbare geldmiddelen. Uitsluitend de beschikbare geldmiddelen boven een bedrag van € 62.680 voor een gezin of € 31.340 voor een alleenstaande worden in aanmerking genomen.
Artikel 4 Noodzakelijke kosten
De noodzakelijke kosten waarvoor de tegemoetkoming TONK kan worden verstrekt zijn:
De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via het daarvoor beschikbaar gestelde aanvraagformulier op de website van de Sociale Dienst Drechtsteden. In afwijking van deze digitale aanvraag is een schriftelijke aanvraag mogelijk indien naar het oordeel van het Drechtstedenbestuur bijzondere omstandigheden in het individuele geval hiertoe aanleiding geven.
Artikel 6 Terugwerkende kracht
Een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021.
Artikel 10 Maximale hoogte tegemoetkoming
Voor het bepalen van de hoogte van de toe te kennen tegemoetkoming TONK wordt een inkomensgrens gehanteerd van 170% van het WSM. Het deel van het inkomen hoger dan 170% van het WSM telt voor 30% mee in de berekening van de toe te kennen tegemoetkoming TONK, tot de vastgestelde maximaal toe te kennen tegemoetkoming TONK.
Artikel 12 Afzien opleggen verhuisverplichting
Het Drechtstedenbestuur legt aan de aanvrager, die op basis van deze beleidsregel in aanmerking komt voor de tegemoetkoming TONK, geen verhuisverplichting op.
Als de aanvrager niet of onvoldoende in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het Drechtstedenbestuur afwijken van de beleidsregels, indien zeer dringende redenen hiertoe noodzaken. Het Drechtstedenbestuur kan in een dergelijk geval, gelet op alle individuele omstandigheden, beoordelen dat de aanvrager alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK of een hogere tegemoetkoming toekennen.
Aldus besloten in de vergadering van het Drechtstedenbestuur van 7 juni 2021,
N. van Mourik MPA, mr. A.W. Kolff
secretaris, voorzitter
De TONK is een tijdelijke ondersteuningsregeling op basis van het bestaande instrument Bijzondere Bijstand. De focus van de TONK ligt op de woonlasten. Onderhavige beleidsregels zijn gebaseerd op artikel 35 van de participatiewet. Het wettelijk kader voor de bijzondere bijstand is van overeenkomstige toepassing voor de TONK.
Met de TONK wordt beoogd huishoudens te ondersteunen bij het voldoen van de woonlasten, wanneer er sprake is van een inkomensterugval als gevolg van de coronamaatregelen. Daarbij geldt dat de aanvrager eerst een beroep moet doen op voorliggende voorzieningen.
Met de beleidsregels wordt aangegeven op grond van welke overwegingen huishoudens aanspraak kunnen maken op een tegemoetkoming. Hierbij speelt mee dat de toekenningspraktijk onder het regime van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) valt. Het is dan ook om juridische redenen van belang om regels en voorwaarden met betrekking tot het toekennen vast te leggen.
Dit artikel is gebaseerd op artikel 1 van de Participatiewet. Begrippen die in onderhavige regeling worden gebruikt hebben dezelfde betekening als in de wet. Daarom worden bepaalde begrippen niet opnieuw gedefinieerd. Waar bepaalde begrippen wel nadere definiëring behoeven zijn deze opgenomen in dit artikel.
De TONK staat open voor alle huishoudens in de Drechtsteden die in de periode 1 januari 2021 - 1 oktober 2021 problemen hebben met het betalen van de woonlasten. De problemen worden veroorzaakt door een inkomensterugval ten gevolge van de coronamaatregelen.
Artikel 3 Voorwaarden tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten
Om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming TONK moet de aanvrager, naast een terugval in inkomen als gevolg van coronamaatregelen, ook:
met betrekking tot de maand(en) waarop de aanvraag betrekking heeft, beschikken over een inkomen ontvangen tot maximaal 170% van het WSM. Dat deel van het inkomen dat hoger is dan 170% van het WSM telt voor 30% mee bij het bepalen van de maximaal toe te kennen tegemoetkoming TONK. Zie ook de toelichting bij artikel 10 en 11;
Wat de inkomensterugval betreft kan de indiener van de aanvraag volstaan met het verklaren dat er sprake is van een substantiële terugval in inkomen als gevolg van de coronamaatregelen.
Om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming mag de aanvrager niet ook een woonkostentoeslag ontvangen. Verder mag er geen sprake zijn van een uitsluitingsgrond op grond van de Participatiewet.
Artikel 4 Noodzakelijke kosten
Onder noodzakelijke kosten worden in het kader van deze beleidsregels de woonlasten verstaan. De TONK tegemoetkoming kan worden toegekend voor de kosten van huur en/of hypotheekrente van de woning. De tegemoetkoming wordt vermeerderd met het gemiddelde maandelijkse bedrag van gas- en stroomverbruik op basis van de Nibud Prijzengids.
Een aanvraag tegemoetkoming TONK moet vergezeld gaan van de nodige bewijsstukken waaruit blijkt hoe de inkomenssituatie van de aanvrager is en hoe hoog de kosten van huur of hypotheek zijn die voor de tegemoetkoming TONK in aanmerking komen.
De aanvraag kan betrekking hebben op meerdere maanden of de gehele looptijd van de TONK (1 januari 2021 - 1 oktober 2021) en met terugwerkende kracht worden ingediend.
Artikel 6 Terugwerkende kracht
Een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021. De peilmaand waarop de inkomenssituatie wordt gebaseerd is de eerste maand waarvoor de tegemoetkoming betrekking heeft. Indien het inkomen van deze maand niet beschikbaar is ten tijde van de aanvraag dan kan worden volstaan met het inkomen van de maand voorafgaand.
De tegemoetkoming wordt verstrekt voor ten hoogste de periode van 1 januari tot 1 oktober 2021. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.
Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.
Artikel 9 Beschikbare geldmiddelen
Dit artikel behoeft geen verdere toelichting. Zie ook de toelichting bij artikel 3.
Artikel 10 Maximale hoogte tegemoetkoming
Bij het bepalen van de hoogte van de tegemoetkoming spelen twee factoren een rol: de hoogte van de woonlasten en de hoogte van het inkomen. Voor wat het inkomen betreft wordt een grens van 170% van het WSM gehanteerd om in aanmerking te komen voor een tegemoetkoming tot maximaal € 750 per maand. In het geval dat het inkomen hoger is dan 170% WSM, wordt 30% van het deel van het inkomen boven de 170% afgetrokken van de maximaal toe te kennen tegemoetkoming.
Artikel 11Drempelbedrag en tegemoetkoming
Het drempelbedrag is bepaald op € 750. Aanvragen met huur- of hypotheeklasten lager dan € 750 per maand komen niet in aanmerking voor een tegemoetkoming TONK.
Voor de tegemoetkoming komen alleen de huur- of hypotheeklasten boven € 750 per maand in aanmerking. In aanvulling kan voor de energielasten een tegemoetkoming worden verstrekt ter hoogte van het gemiddelde maandelijkse bedrag van gas- en stroomverbruik op basis van de Nibud Prijzengids 2020/2021.
Artikel 12Afzien opleggen verhuisverplichting
Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.
De uitbetaling van de tegemoetkoming vindt eenmalig plaats. Dit artikel behoeft geen verdere toelichting.
Dit artikel geeft ruimte aan het Drechtstedenbestuur om in bijzondere, schrijnende en onvoorziene gevallen af te wijken van de bepalingen zoals neergelegd in deze beleidsregels. Zo kan worden afgeweken van een bepaling als toepassing hiervan volgens het Drechtstedenbestuur een onredelijke uitkomst heeft voor de aanvrager. Een uitkomst is in ieder geval onredelijk als de doelen van regeling TONK door het toepassen van de regels juist niet worden gehaald. Hierbij wordt ook gekeken naar de mogelijke verstrekkende gevolgen van strikte toepassing van deze beleidsregels, zoals huisuitzetting, energieafsluiting, problematische schulden en consequenties voor minderjarige kinderen.
Artikel 15Citeertitel, inwerkingtreding en duur