Subsidieregeling afkoppelen hemelwater en aanleg groene daken

Artikel 1.1 Algemene bepalingen en begripsomschrijving

• 1.

  Tenzij in deze regeling uitdrukkelijk anders wordt vermeld, gelden de voorwaarden en bepalingen in de Algemene subsidieverordening gemeente Stichtse Vecht (Asv).

• 2.

  In deze regeling wordt verstaan onder:

• a.

  afkoppelen: het definitief ongedaan maken van een situatie waarin hemelwater dat op een dakoppervlak van een pand valt via de gemengde of vuilwater riolering wordt afgevoerd naar een rioolzuiveringsinstallatie;

• b.

  APV: Algemene plaatselijke verordening Stichtse Vecht;

• c.

  Awb: Algemene wet bestuursrecht;

• d.

  Asv: Algemene subsidieverordening gemeente Stichtse Vecht;

• e.

  BAG: Basisregistraties Adressen en Gebouwen;

• f.

  bovengrondse infiltratievoorziening: een open voorziening op het maaiveld voor de opvang van hemelwater met het oogmerk om dit in de bodem te brengen door infiltratie;

• g.

  college: college van burgemeester en wethouders;

• h.

  dakoppervlak: de horizontale projectie van een dakoppervlak van een pand;

• i.

  emmertest: met een emmertest kan eenvoudig de waterdoorlatendheid van de bodem worden getest. Hierbij wordt op verschillende plekken in de tuin een gat van 30 centimeter gegraven en gevuld met een emmer water. Loopt het water binnen 15 minuten weg, dan is de bodem geschikt voor infiltratie; duurt het langer dan 15 minuten en korter dan 60 minuten dan infiltreert het redelijk en moet de specifieke situatie en de mogelijkheden besproken worden met de gemeente; duurt het langer dan 60 minuten dan is de bodem niet geschikt voor infiltratie;

• j.

  gemengde riolering: riolering in de openbare ruimte waarin de gecombineerde afvoer van afvalwater en hemelwater plaatsvindt;

• k.

  groen dak: een begroeid dak minstens bestaand uit een wortelwerende-, een drainage-, een substraat en een vegetatielaag met een minimale wateropslag van 20 liter per m2;

• l.

  hemelwaterriool: riolering in de openbare ruimte waarin de afvoer van hemelwater plaatsvindt;

• m.

  infiltratie: het op eigen terrein hemelwater infiltreren van een afgekoppeld dakoppervlak in de bodem door infiltratie via het maaiveld (bodempassage) of door middel van een infiltratievoorziening;

• n.

  infiltratievoorziening: een ondergrondse of bovengrondse infiltratievoorziening waarbij hemelwater opgevangen wordt en in de bodem geïnfiltreerd wordt;

• o.

  ondergrondse infiltratievoorziening: een gesloten voorziening voorzien van een bladvanger in de regenpijp en zandvang in de bodem onder het maaiveld voor de opvang van hemelwater met het oogmerk om dit in de bodem te brengen door infiltratie;

• p.

  oppervlaktewater: openbaar water, bijvoorbeeld een vijver of sloot, waarop hemelwater geloosd kan worden en dat direct grenst aan het perceel waarop het pand staat;

• q.

  pand(en): woning(en), aanbouw(en)- of uitbouw(en), bijgebouw(en) bedrijfspand(en), kantoor (kantoren) of school (scholen) die opgenomen zijn in de BAG en legaal gebouwd zijn;

• r.

  hemelwatersysteem: een systeem dat hemelwater opvangt en binnenshuis gebruikt voor bijvoorbeeld toiletspoeling; een regenton valt niet onder een hemelwatersysteem;

• s.

  vuilwaterriool: riolering in de openbare ruimte waarin de afvoer van afvalwater plaatsvindt;

• t.

  VvE: Vereniging van Eigenaren van woningen of bedrijfsgebouw.

Artikel 1.2 Toepassingsbereik

• 1.

  Afkoppelen: Deze regeling is van toepassing op bestaande panden die gelegen zijn in de gemeente Stichtse Vecht en aangesloten zijn op de gemengde- of vuilwaterriolering;

• 2.

  Aanleg groene daken: Deze regeling is van toepassing op bestaande panden die gelegen zijn in de gemeente Stichtse Vecht.

Artikel 1.3 Subsidiabele activiteiten

Subsidie op grond van deze regeling kan worden verstrekt voor:

• 1.

  het afkoppelen van bestaand dakoppervlak van de gemengde- of vuilwaterriolering, dit kan op de volgende manieren:

• a.

  het hemelwater infiltreren op eigen terrein;

• b.

  het hemelwater afvoeren naar oppervlaktewater;

• c.

  de hemelwaterafvoer aansluiten op het gemeentelijk hemelwaterriool, óf te leiden naar de openbare weg, mits de openbare ruimte is afgekoppeld;

• d.

  hemelwater op te vangen in een hemelwatersysteem.

• 2.

  het aanleggen van een groen dak;

voor een dakoppervlak kan slechts één van beide subsidies worden verleend.

Artikel 1.4 Aanvrager en aanvraag

• 1.

  Subsidie op grond van deze regeling kan uitsluitend worden aangevraagd door:

• a.

  een meerderjarig natuurlijk persoon voor zover die krachtens het eigendomsrecht eigenaar is van het pand;

• b.

  een VvE;

• c.

  een rechtspersoon voor zover die krachtens het eigendomsrecht eigenaar is van het pand;

• d.

  een gemachtigd persoon door a, b of c.

• 2.

  De subsidieaanvraag:

wordt ingediend op een door het college vastgesteld aanvraagformulier dat volledig is ingevuld en voorzien is van alle bijlagen die op het aanvraagformulier verplicht zijn gesteld.

Artikel 1.5 Subsidieplafond en verdeelregels

• 1.

  Het college stelt jaarlijks voor het daaropvolgende kalenderjaar een subsidieplafond, als bedoeld in artikel 4:22 van de Awb vast en neemt daarbij de gemeentebegroting in acht.

• 2.

  Voor de uitvoering van deze regeling geldt dat:

• a.

  2/3 van het subsidieplafond beschikbaar is voor aanvragers als bedoeld onder artikel 1.4, eerste lid, onder a, b en d;

• b.

  1/3 van het subsidieplafond beschikbaar is voor aanvragers bedoeld onder artikel 1.4, eerste lid, onder c en d;

• c.

  De genoemde verdeling onder a en b geldt tot 1 juli van het betreffende kalenderjaar. Tussen 1 juli en 31 december wordt de genoemde verdeling losgelaten.

Aanvragen worden behandeld op volgorde van binnenkomst. Wanneer de aanvrager krachtens artikel 4:5 van de Awb de gelegenheid heeft gehad de aanvraag aan te vullen, geldt als datum van ontvangst van de aanvraag de datum waarop de aanvraag volledig is ingediend.

Artikel 1.6 Termijn voor beslissing op aanvraag

Het college neemt binnen 8 weken na de ontvangst van de volledige aanvraag een beslissing.

Artikel 1.7 Verplichtingen

• 1.

  De werkzaamheden dienen binnen 4 maanden na de subsidieverlening te zijn voltooid.

• 2.

  De aanvrager is verplicht medewerking te verlenen aan een eventuele controle ter plaatse.

• 3.

  De activiteiten moeten in stand blijven.

Indien achteraf blijkt dat de activiteiten niet in stand zijn gebleven, dan wordt de eigenaar verplicht de afkoppeling op zijn kosten weer te herstellen.

Artikel 1.8 Intrekken subsidieverlening

Als de werkzaamheden niet binnen 4 maanden na de subsidieverlening voltooid zijn, wordt de subsidieverlening ingetrokken.

Artikel 1.9 Subsidievaststelling

• 1.

  De subsidieontvanger dient binnen 4 maanden na subsidieverlening een aanvraag tot subsidievaststelling in.

• 2.

  De aanvraag tot subsidievaststelling wordt ingediend op een door het college vastgesteld vaststellingsformulier. De aanvraag dient volledig te zijn ingevuld en te zijn voorzien van alle informatie en bijlagen zoals aangegeven op het vaststellingsformulier.

• 3.

  Op basis van het formulier als bedoeld in het tweede lid, stelt het college de subsidie met in achtneming van de maximale subsidiabele kosten als bedoeld in artikel 2.2 of artikel 3.2 definitief vast.

• 4.

  Het college neemt binnen 8 weken na ontvangst van een volledige aanvraag voor subsidievaststelling een beslissing.

De betaling van de subsidie vindt plaats binnen 30 dagen na de subsidievaststelling.

Artikel 2.1 Subsidievoorwaarden

• 1.

  Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1.3, onder 1), gelden de volgende voorwaarden:

• a.

  de werkzaamheden zijn nog niet gestart;

• b.

  het afkoppelen leidt niet tot overlast bij naastgelegen percelen;

• c.

  er wordt minimaal 10 m2 aaneengesloten dakoppervlak afgekoppeld van de gemengde- of vuilwaterriolering;

• 2.

  Om in aanmerking te komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onder a), gelden de volgende aanvullende voorwaarden:

• a.

  Indien gebruik wordt gemaakt van een infiltratievoorziening is een minimale bergingscapaciteit van 20 liter per m2 dakoppervlak vereist;

• b.

  om de waterdoorlatendheid van de bodem te testen, kan gevraagd worden voorafgaand aan het afkoppelen een emmertest uit te voeren. Bewijs hiervan wordt dan met de subsidievaststelling aangeleverd.

• 3.

  Om in aanmerking te komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onder b), gelden de volgende aanvullende voorwaarden:

• a.

  het hemelwater van het afgekoppelde dakoppervlak mag alleen naar oppervlaktewater worden afgevoerd, mits dit niet in strijd met de Waterwet plaatsvindt.

• 4.

  Om in aanmerking te komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1.3, eerste lid, onder d), gelden de volgende aanvullende voorwaarden:

• a.

  Het hemelwatersysteem heeft een minimale bergingscapaciteit van 20 liter per m2 dakoppervlak .

Artikel 2.2 Hoogte subsidie

De subsidie voor het afkoppelen door middel van een bovengrondse of ondergrondse infiltratievoorziening of door middel van afkoppelen in een gebied waar de openbare ruimte al is afgekoppeld of door middel van het lozen op oppervlaktewater bedraagt per m2 afgekoppeld dakoppervlak:

• a.

  Van 10 t/m 100 m2: € 8,- per m2 afgekoppeld dakoppervlak, en;

• b.

  10% burenbonus bovenop het subsidiebedrag als de subsidieaanvraag met 2 of meer direct naast elkaar gelegen panden wordt gedaan, mits de aanvragen binnen 4 weken van elkaar worden ingediend

• c.

  101 t/m 250 m2: € 6,- per m2 afgekoppeld dakoppervlak, doch minimaal € 800,-

• d.

  > 250 m2: € 4,- per m2 doch minimaal € 1.500,- en maximaal € 4.000,-

Artikel 2.3 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25, tweede lid, en artikel 4:35 van de Awb en artikel 13 van de Asv wordt de subsidie geweigerd als:

• a.

  de aanvraag niet voldoet aan één van de in artikel 2.1 genoemde voorwaarden; of

• b.

  naar het oordeel van het college de infiltratie van het afgekoppelde hemelwater op eigen terrein of de afvoer van hemelwater naar oppervlaktewater in die specifieke situatie niet effectief is.

Artikel 3.1 Subsidievoorwaarden

Om in aanmerking te kunnen komen voor subsidie als bedoeld in artikel 1.3, onder 2), gelden de volgende voorwaarden:

• a.

  de werkzaamheden zijn nog niet gestart;

• b.

  het groene dak heeft een minimaal aaneengesloten oppervlakte van 6 m2;

• c.

  het groene dak bestaat minstens uit een wortelwerende-, een drainage-, een substraat- en een vegetatielaag met een minimale wateropslag van 20 liter per m2 dakoppervlak;

• d.

  met het aanbrengen van een groen dak wordt het vasthouden en vertragen van hemelwater in voldoende mate gediend, dit ter beoordeling van het college;

• e.

  de aanvrager beschikt over de benodigde vergunningen.

Artikel 3.2 Hoogte subsidie

De subsidie voor het aanleggen van een groen dak bedraagt:

• a.

  van 6 t/m 100 m2: € 25,= per m2 aangelegd groen dak;

• b.

  10% burenbonus bovenop het subsidiebedrag als de subsidieaanvraag voor 2 of meer direct naast elkaar gelegen panden wordt gedaan, mits de aanvragen binnen 4 weken van elkaar worden ingediend;

• c.

  van 101 t/m 250 m2: € 20,= per m2 aangelegd groen dak, doch minimaal € 2.500,-

• d.

  > 250 m2: € 10,= per m2 aangelegd groen dak, doch minimaal € 5.000 en maximaal € 10.000,-.

Artikel 3.3 Weigeringsgronden

Onverminderd het bepaalde in artikel 4:25, tweede lid, en artikel 4:35 van de Awb en artikel 13 van de Asv wordt de subsidie geweigerd als de aanvraag niet voldoet aan één van de in artikel 3.1 genoemde voorwaarden.

Artikel 4.1 Hardheidsclausule

Voor zover strikte toepassing van deze regeling naar het oordeel van het college leidt tot een niet voorziene en onbillijke situatie, kan het college afwijken van de bepalingen in deze regeling.

Artikel 4.2 Inwerkingtreding en citeertitel

• 1.

  Deze gewijzigde regeling treedt in werking voor nieuwe aanvragen per 1 juli 2021.

• 2.

  De regeling wordt aangehaald als “Regeling afkoppelen en groene daken”.

Artikel 4.3 Intrekken oude verordening

De oude versie van deze verordening vervalt per 1 juli 2021.