Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Katwijk houdende regels omtrent toezicht en handhaving

1.1 Inleiding

Steeds meer en steeds vaker treedt de overheid terug om inwoners en bedrijven de ruimte te geven hun eigen keuzes te maken en wensen te realiseren. Deregulering, het verlagen van administratieve lasten en het steeds weer streven naar het aanbieden van overheidsdiensten die zijn afgestemd op de behoefte van de afnemer zijn aansprekende gevolgen van deze maatschappelijke ontwikkeling. Ook op het gebied van wonen, bouwen en milieu hebben deze ontwikkelingen de afgelopen jaren geleid tot grote veranderingen in regelgeving en de manier van werken. De komende jaren zetten deze ontwikkelingen door. De gemeente Katwijk geeft vorm aan deze ontwikkelingen met een vergunningen, toezicht en handhavingsbeleidsplan (VTH-beleidsplan) en voorliggend uitvoeringsprogramma voor toezicht en handhaving.

1.2 Doel van het uitvoeringsplan

Op grond van de wet en het Besluit omgevingsrecht (Bor), is de gemeente verplicht om ieder jaar een uitvoeringsprogramma op te stellen. Hierin moet het VTH-beleidsplan worden uitgewerkt en worden aangegeven welke van de vastgestelde activiteiten door ons het komende jaar worden uitgevoerd, daarbij rekening houdend met de door ons gestelde doelen. Om de integraliteit te bevorderen heeft de gemeente er voor gekozen om ook de taken in het kader van de APV, de DHW en bijzondere wetten in het VTH-beleidsplan en dus ook in het uitvoeringsprogramma mee te nemen.

Dit is het Uitvoeringsprogramma toezicht en handhaving voor het jaar 2021. In dit uitvoeringsplan is vastgelegd welke activiteiten in het kader van toezicht en handhaving op het gebied van de Wabo, DHW en APV wij uitvoeren. Het uitvoeringsprogramma vloeit voor uit het VTH-beleidsplan 2019-2023 en dient de daarin opgenomen beleidsdoelstellingen.

1.3 Relevante ontwikkelingen

In het VTH-beleidsplan zijn een aantal ontwikkelingen besproken. Onderstaand gaan wij in op wat deze ontwikkelingen betekenen voor 2021.

1.3.1 Wet VTH

Met dit uitvoeringsprogramma geeft de gemeente uitvoering aan een vereiste uit de Wet VTH. In de kwaliteitsverordening VTH, wordt de kwaliteit ten aanzien van kritieke massa (capaciteit, vlieguren en opleidingen) geborgd.

1.3.2 Omgevingswet

De inwerkingtreding van de Omgevingswet is uitgesteld naar 1 januari 2022. 2021 is daarmee het laatste jaar van voorbereiding. Gelet hierop start de gemeente in 2021 met het creëren van een centraal aanleverpunt voor initiatieven. Na het aanleveren wordt het initiatief als eerste beoordeeld op de "intake tafel". Op de intake tafel worden (complexere) initiatieven integraal beoordeeld of deze vanuit beleid mogelijk en/of gewenst zijn. Hiermee wordt eventuele stapeling van beleid in een vroegtijdig stadium gesignaleerd en kan richting worden gegeven aan de te maken keuzes. Als de behandeling een positieve beoordeling tot gevolg heeft zal het initiatief doorgezet worden naar de omgevingstafel, waar deze inhoudelijker zal worden beoordeeld en kader worden gevormd. Aan de omgevingstafel nemen de gemeente, ontwikkelaars en Dunavie deel.

Tot 2029 hebben gemeente de tijd om de Omgevingswet volledig en integraal in te voeren. In de periode tot 2029 kan gebruik worden gemaakt van een overgangsregeling om uiteindelijk geheel ‘Omgevingswet-proof’ te zijn.

1.3.3 Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen

De Wet Kwaliteitsborging voor het bouwen beoogt een verbetering van de bouwkwaliteit en de kwaliteitsborging, waarbij de bouwsector (private partijen) zelf expliciet verantwoordelijk is voor de bouwkwaliteit en die verantwoordelijkheid neemt. De inwerkingtreding van de wet wordt nu voorzien samen met die van de Omgevingswet op 1 januari 2022

2.1 Inleiding

Dit uitvoeringsprogramma geeft sturing aan de uitvoering van toezicht en handhaving. In dit hoofdstuk wordt in beeld gebracht welke activiteiten in het kader van toezicht en handhaving worden uitgevoerd en daarmee de werkvoorraad vormen. Daarnaast worden de uitvoeringdoelstellingen uit het VTH-beleidsplan in dit hoofdstuk SMART gemaakt. Voor de buitengewoon opsporingsambtenaren (BOA’s) zijn geen uitvoeringsdoelstellingen in het VTH-beleidsplan opgenomen omdat dit niet verplicht is op grond van de Wet VTH en het Bor. Om de integraliteit te bevorderen is ervoor gekozen om ook de taken van de BOA’s in dit uitvoeringsprogramma op te nemen.

De werkzaamheden zijn onderverdeeld in programmatisch- en thematisch toezicht en handhaving en daarnaast de afhandeling van meldingen, klachten en verzoeken om handhaving en het toezicht dat hiervoor wordt uitgevoerd.

2.2 Capaciteit

De voor de uitvoering van dit uitvoeringsprogramma beschikbare capaciteit is, gelet op de voorhanden zijnde formatieve respectievelijk financiële middelen, een vast uitgangspunt.

In onderstaande tabel is de huidige formatie weergegeven op basis van de beschikbaar gestelde middelen. (1 netto fte = 1400 netto productieve uren).

2.2 Werkvoorraad toezicht (vergunningen)

Urenplanning toezichthouders Omgevingsrecht

Deze verwachting betreft een globale inschatting. Pas als we langer op deze wijze gewerkt hebben zullen we dit beter kunnen inschatten.

Urenplanning handhavingsjuristen

Deze verwachting betreft een globale inschatting. Pas als we langer op deze wijze gewerkt hebben zullen we dit beter kunnen inschatten.

2.3 Uitvoeringsdoelstellingen

In het VTH-beleidsplan zijn ten aanzien van toezicht en handhaving een aantal uitvoeringsdoelstellingen vastgesteld. In onderstaande tabel worden deze SMART gemaakt. Aan het einde van het jaar vindt een evaluatie plaats. Wanneer de evaluatie hier aanleiding voor geeft kunnen de uitvoeringsdoelstellingen worden aangepast.

2.4 Uitvoering Buitengewoon opsporingsambtenaren

2.4.1 Reguliere taken en thema’s.

Het optreden van de buitengewoon opsporingsambtenaren (hierna: BOA’s) heeft als doel de leefbaarheid in de openbare ruimte te bevorderen door het gevoel van veiligheid te verbeteren en veelvoorkomende kleine criminaliteit en leefbaarheid overtredingen te voorkomen.

Veiligheid en leefbaarheid zijn nauw met elkaar verbonden. Het gemeentebestuur wil voorkomen

dat een leefbaarheidsvraagstuk een veiligheidsvraagstuk wordt. Dit doet het gemeentebestuur onder andere door in te zetten op de leefbaarheid in de wijken, bijvoorbeeld door gericht toezicht en

handhaving in de openbare ruimte. De situatie bepaalt het optreden van de BOA’s. De mogelijkheden variëren van preventie (voorkomen, aanspreken, waarschuwen) tot repressie, zoals het opmaken proces verbaal (strafrecht en APV gerelateerd), het aanzeggen van beschikkingen (bekeuring veelvoorkomende kleine verkeersovertredingen) en het opleggen van naheffingsaanslagen (bekeuring betaald parkeren). Minder frequent vindt ook bestuursrechtelijke handhaving plaats naar aanleiding van constateringen van de BOA’s (zoals het opleggen van een kort aanlijnplicht voor een hinderlijke of gevaarlijke hond) en handhavingsbrieven naar aanleiding van controle van vergunningen.

De BOA’s maken jaarlijks een prioritering van hun werkzaamheden. Het BOA-team wordt aangestuurd door het inzetten van uren op reguliere taken en op thema’s/prioriteiten voor het betreffende jaar. Ook dit jaar verwachten de BOA’s veel tijd kwijt ze zijn aan de inzet op COVID maatregelen. Dit zorgt voor een verschuiving voor wat betreft de overige in te zetten uren.

Schematisch is dat als volgt inzichtelijk gemaakt:

Geplande en daadwerkelijke inzet 2020

Als gevolg van corona is de daadwerkelijke inzet in 2020 behoorlijk afwijkend ten opzichte van de geplande inzet. In 2021 wordt ook nog de nodige inzet verwacht op de COVID maatregelen derhalve is de planning voor 2021 als volgt:

*hier zijn de uren die in 2020 zijn ingezet op handhaving COVID-19 aan toegevoegd.

Als gevolg van corona is de daadwerkelijke inzet in 2020 behoorlijk afwijkend ten opzichte van de geplande inzet. In 2021 wordt ook nog de nodige inzet verwacht op de COVID maatregelen derhalve is de planning voor 2021 als volgt:

3.1 Inleiding

In dit hoofdstuk wordt uiteengezet hoe de uitvoering, zoals in het vorige hoofdstuk beschreven, geborgd wordt.

3.2 Borging middelen

In de programmabegroting 2021 is een capaciteit begroot van 4200 uur voor toezicht Omgevingskwaliteit, 6384 uur voor toezicht Omgevingsrecht, 18.592 uur voor toezicht door buitengewoon opsporingsambtenaren en 2128 uur voor handhaving. Dit betreft productieve uren die puur bestemd zijn voor toezicht en handhaving.

3.3 VTH-organisatie

De uitvoering van de toezicht en handhaving vind plaats binnen het cluster vergunningen, toezicht en handhaving. Ambtelijke afstemming vindt wekelijks plaats. Bestuurlijke afstemming vindt plaats in portefeuillehouders overleggen. Er is een strikte scheiding is tussen personen die belast zijn met de voorbereiding van besluiten ten aanzien van aanvragen om een omgevingsvergunning en personen die belast zijn met het toezicht op naleving en het voorbereiden/uitvoeren van bestuurlijke sancties.

3.3.1 Vastgelegde werkwijzen

Alle VTH-werkprocessen zijn door het ontwikkelteam Lean Omgevingswet kritisch tegen het licht gehouden. Alle werkprocessen zijn uitgewerkt. De werkafspraken in deze processen zijn vastgelegd in een dynamisch werkafspraken boek. De processen en werkafspraken zijn gedeeld met en bekend bij alle medewerkers die belast zijn met uitvoering van VTH taken.

3.4 Borging beschikbaarheid samenwerkingspartners

Een goede samenwerking tussen de gemeente en haar partners is van belang. De zorg voor de kwaliteit en de veiligheid van de leefomgeving verbetert als de samenwerkende partners elkaar versterken. Samenwerking levert kwalitatief betere adviezen, gebaseerd op gedeelde informatie en uitgangspunten. De voortgang van een hechtere samenwerking is een belangrijk element in de uitvoering van het toezicht en handhaving van de samenwerkende partners. Voorbeelden hiervan zijn versterking van het signaaltoezicht, de oog- en oorfunctie tussen gemeenten en partners en periodiek contact. Afspraken over doelstellingen en ambities moeten daarom goed worden gedeeld. Niet alleen op bestuurlijk niveau, maar ook op de werkvloer. Belangrijke ketenpartners zijn:

• -

  Omgevingsdienst West-Holland

• -

  Hoogheemraadschap Rijnland

• -

  Politie

• -

  Veiligheidsregio Hollands Midden

3.5 Bereikbaarheid buiten kantooruren

De gemeente heeft geen eigen calamiteitennummer voor beschikbaarheid buiten kantooruren. De politie beschikt over mobiele nummers van medewerkers die eventueel ingezet dienen te worden bij een calamiteit.