Artikel 1. Begripsbepalingen
In dit statuut wordt verstaan onder:
- a.
Liquiditeitsrisico: De risico’s van mogelijke wijzigingen in de liquiditeitsplanning en meerjaren investeringsplanning waardoor financiële resultaten kunnen afwijken van de verwachting;
- b.
Liquiditeitsplanning: Een prognose van de inkomende en uitgaande geldstromen;
- c.
Renterisico: Het gevaar van ongewenste veranderingen van de (financiële) resultaten van de gemeenschappelijke regeling door rentewijzigingen;
- d.
Renterisiconorm: Een bedrag ter grootte van een percentage van de totale vaste schuld bij aanvang van het jaar. Het percentage wordt bij ministeriële regeling vastgesteld;
- e.
Rentevisie: Toekomstverwachting over de renteontwikkeling;
- f.
Treasury: Alle activiteiten die zich richten op het sturen en het beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële stromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s.
Artikel 2. Treasurybeleid
Naast de doelstellingen artikel 11 van de financiële verordening zijn onderstaande richtlijnen van belang.
- 1.
Servicepunt71 beperkt haar liquiditeitsrisico’s door haar Treasuryactiviteiten te baseren op een korte termijn liquiditeitsplanning voor de komende 12 maanden, welke in elk geval half jaarlijks wordt geactualiseerd en een lange termijn liquiditeitsplanning voor de komende 4 jaar, welke halfjaarlijks wordt geactualiseerd.
- 2.
Servicepunt71 streeft er naar om het gebruik van chartaal geld binnen de organisatie te minimaliseren en bevordert het gebruik van pinbetalingen. Er wordt terughoudend omgegaan met het ter beschikking stellen van creditcards binnen de organisatie.
- 3.
Servicepunt71 maakt geen gebruik van complexe financiële producten zoals derivaten.
Artikel 3. Treasury-organisatie
- 1.
De directeur wijst de treasurer van Servicepunt 71 of de daartoe aangewezen vervanger(s) aan.
- 2.
De treasurer adviseert de directeur op het gebied van de treasury en is belast met de feitelijke uitvoering van het treasurybeleid in overeenstemming met de besluiten van de gemeenschappelijke regeling en de gemeenten.
- 3.
De budgethouders zijn verantwoordelijk voor de tijdige aanlevering, via de financieel adviseurs van Servicepunt71, aan de treasurer van alle voor de feitelijke uitvoering van het treasurybeleid benodigde relevante informatie.
- 4.
Om eventueel de uitvoering van het treasurybeleid te bevorderen en bestuurlijk te borgen is er op gemeentelijke niveau een Treasury Comité. Dit Comité kent in beginsel de volgende samenstelling:
- a.
de portefeuillehouder treasury of de verantwoordelijke binnen de organisatie met Treasury in portefeuille;
- b.
de strategisch financieel adviseur;
- c.
de beleidsregisseur treasury (optioneel);
- d.
- e.
de plaatsvervangend treasurer (SP71).
Indien daar behoefte aan is kunnen er interne medewerkers of externe adviseurs bij het overleg betrokken worden. Het Treasury Comité komt in beginsel jaarlijks bijeen op initiatief van de treasurer en in elk geval bij een dreigende overschrijding van de renterisiconorm, bij een overschrijding van de kasgeldlimiet voor het derde opeenvolgende kwartaal of andere risicovolle ontwikkelingen op het gebied van de treasury.
Artikel 4. Informatievoorziening
- 1.
De paragraaf Financiering wordt jaarlijks in de begroting en jaarstukken opgenomen.
- a.
Hierin wordt gerapporteerd over de uitvoering van het Treasurybeleid en over de algemene ontwikkelingen welke van belang zijn voor de beoordeling van dit beleid. Hiertoe behoren in elk geval de laatste renteontwikkelingen. Dit betreft bij de begroting de verwachte renteontwikkelingen (geactualiseerde rentevisie) in de toekomst. Bij de jaarrekening de gerealiseerde renteontwikkelingen in het verleden.
- b.
Hiernaast wordt ook nog gerapporteerd over kasgeldlimiet, aantrekking financieringsmiddelen en renterisiconorm - conform geldende uitgangspunten renterisicobeheer met daarin een verwijzing naar eventuele risico’s.
- 2.
De paragraaf wordt door de Treasurer opgesteld en wordt in concept aangeboden aan de beleidsregisseurs. Vanuit de rol van concern control wordt de directeur hierover geadviseerd.
Artikel 5. Betalingsverkeer
De directeur is belast met de uitvoering van het betalingsverkeer het Servicepunt71.
Artikel 6. Inwerkingtreding en citeertitel
- 1.
Dit statuut treedt na bekendmaking in werking, werkt terug tot 1 januari 2021 en vervangt het statuut van 20 december 2012.
- 2.
Dit statuut wordt aangehaald als “Treasurystatuut Servicepunt71”.