Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Nieuwegein houdende regels omtrent de vaststelling van het statuut regelende de taak, samenstelling en werkwijze van de Urgentiebeoordelingscommissie (Statuut urgentiebeoordelingscommissie Nieuwegein)

Artikel 1  

• 1.

  De urgentiebeoordelingscommissie adviseert burgemeester en wethouders over urgenties als bedoeld in de Huisvestingsverordening Regio Utrecht gemeente Nieuwegein ten behoeve van ingeschreven woningzoekenden.

• 2.

  Het in lid 1 bedoeld advies volgt na beoordeling van de inhoud van de urgentierapportage en het daarbij behorende pré-advies.

• 3.

  Bij de advisering over urgenties wordt het standaard zoekprofiel appartement gehanteerd, tenzij er sprake is van een uitzonderlijk geval dat indiceert dat ook de woningtype als zoekprofiel van belang kan zijn.

Artikel 2  

• 1.

  De commissie bestaat uit de volgende leden:

  • a.

    een voorzitter;

  • b.

    een maatschappelijk werkdeskundige;

  • c.

    een volkshuisvestingsdeskundige;

  • d.

    een medisch deskundige.

• 2.

  De in lid 1 genoemde personen worden door burgemeester en wethouders geselecteerd en benoemd uit gegadigden die zich melden na openbare kennisgeving van één of meerdere vacatures.

• 3.

  De leden van de commissie zijn onafhankelijk van de gemeente Nieuwegein, van verhuurders van woningen en van Nieuwegeinse hulpverlenende instellingen en andere organisaties en instellingen die belang hebben bij de verdeling van woonruimte in Nieuwegein.

• 4.

  De leden van de commissie dienen, voor zover zij in de gemeente hun beroep uitoefenen, in verband met die beroepsuitoefening geen binding met woningzoekenden te hebben.

Artikel 3  

De commissie wijst uit haar midden een plaatsvervangend voorzitter aan.

Artikel 4  

Aan de commissie wordt een ambtelijk secretaris toegevoegd.

Artikel 5  

[vervallen]

Artikel 6  

• 1.

  Een commissielid wordt, behoudens het bepaalde in de volgende leden van dit artikel, benoemd voor een periode van vier jaar.

• 2.

  Een commissielid kan tussentijds ontslag nemen.

• 3.

  In een tussentijdse vacature wordt zo spoedig mogelijk voorzien.

• 4.

  Het commissielid, dat ter aanvulling van een anders dan door periodieke aftreding opengevallen plaats is benoemd, wordt voor een periode van 4 jaar aangesteld.

• 5.

  Een commissielid kan eenmaal voor een periode vier jaar worden herbenoemd, tenzij het zesde lid van toepassing is.

• 6.

  Burgemeester en wethouders kunnen in afwijking van het vijfde lid een commissielid meermaals herbenoemen, indien de continuïteit van de commissie in het geding is en het commissielid met herbenoeming instemt.

• 7.

  Een commissielid dat voor het lidmaatschap bedankt blijft lid tot het tijdstip dat in de vacature wordt voorzien.

• 8.

  Indien een commissielid niet meer voldoet aan de vereisten genoemd in artikel 2, derde en vierde lid, wordt het als zodanig door burgemeester en wethouders ontslagen.

• 9.

  Indien er, naar het oordeel van burgemeester en wethouders, sprake is van bijzondere omstandigheden kan worden afgeweken van lid 8.

Artikel 7  

De commissie vergadert in beginsel éénmaal per drie weken en voorts zo dikwijls als door de voorzitter nodig wordt geoordeeld.

Artikel 8  

[vervallen]

Artikel 9  

• 1.

  Van de vergadering wordt door de ambtelijk secretaris een besluitenlijst gemaakt.

• 2.

  De commissie maakt jaarlijks een verslag op van haar werkzaamheden en legt dit voor aan het college van burgemeester en wethouders en aan de gemeenteraad.

Artikel 10  

• 1.

  De commissie beraadslaagt niet en neemt geen besluiten indien de voorzitter of zijn plaatsvervanger en ten minste één commissielid niet aanwezig zijn.

• 2.

  Wanneer het vereiste aantal leden niet is opgekomen, wordt door de voorzitter binnen 24 uur een nieuwe vergadering belegd. Deze vergadering wordt gehouden binnen vijf werkdagen.

Artikel 11  

De leden van de commissie hebben stemrecht.

Artikel 12  

• 1.

  De urgentie-adviezen komen tot stand op basis van meerderheid van de uitgebrachte stemmen.

• 2.

  Bij het staken der stemmen beslist de voorzitter.

• 3.

  Een urgentierapportage met het daarbij behorende pré-advies, bedoeld in artikel 1, tweede lid, wordt onbehandeld, doch voorzien van een motivering teruggezonden, indien de commissie van oordeel is dat het betreffende pré-advies niet in overeenstemming is met de urgentiecriteria.

Artikel 13  

• 1.

  De vergaderingen van de commissie zijn besloten.

• 2.

  De toegezonden urgentierapporten zijn vertrouwelijk en worden na de vergadering aan de ambtelijk secretaris ter vernietiging ter hand gesteld.

• 3.

  In afwijking van lid 2 vernietigen de leden van de commissie de digitaal toegestuurde afschriften van behandelde urgentierapporten direct na de vergadering.

Artikel 14  

[vervallen]

Artikel 15  

[vervallen]

Artikel 16  

Het Statuut regelende taak, samenstelling en werkwijze van de urgentiebeoordelingscommissie wordt ingetrokken.

Artikel 17  

Dit reglement treedt in werking met ingang van de dag na die van de openbare bekendmaking.

Artikel 18  

Dit besluit wordt aangehaald als: Statuut urgentiebeoordelingscommissie Nieuwegein.