Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Oldebroek

Besluit van burgemeester en wethouders van Oldebroek tot vaststelling van het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOldebroek
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBesluit van burgemeester en wethouders van Oldebroek tot vaststelling van het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2021
CiteertitelBesluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2021
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpalgemeen
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Uitvoeringsbesluit Wmo 2015
  2. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Oldebroek/21274/CVDR21274_8.html
  3. Wet maatschappelijke ondersteuning 2015
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

07-08-202101-06-2021Artikel 15

29-06-2021

gmb-2021-267341

1062974
03-06-202101-06-202107-08-2021Nieuwe regeling

25-05-2021

gmb-2021-170514

1061832

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van burgemeester en wethouders van Oldebroek tot vaststelling van het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2021

Burgemeester en wethouders van Oldebroek;

gelet op het bepaalde in de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015, het Uitvoeringsbesluit Wmo 2015 en artikel 24, lid 2 van de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2018

besluiten

 

de volgende nadere regeling vast te stellen:

 

Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2021

 

HOOFDSTUK 1 Begrippen

Artikel 1. Begripsbepalingen

In dit Besluit en de daarop gebaseerde nadere regelgeving wordt verstaan onder:

  • a.

    Verordening: de Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2018.

HOOFDSTUK 2 Prijzen voor te leveren diensten

Artikel 2a. Kostprijzen voor te leveren diensten (zorg in natura)

Met in achtneming van het bepaalde in artikel 16 van de verordening gelden onderstaande kostprijzen voor de levering van een dienst door een derde als bedoeld in artikel 2.6.4 van de wet.

  • a.

    Begeleiding individueel regulier een bedrag van € 60,71 per uur;

  • b.

    Begeleiding individueel specialistisch een bedrag van € 67,75 per uur;

  • c.

    Begeleiding individueel waakvlam een bedrag van € 60,71 per uur;

  • d.

    Begeleiding individueel specialistisch no show een bedrag van € 33,90 per uur;

  • e.

    Begeleiding groep regulier een bedrag van € 8,63 per uur;

  • f.

    Begeleiding groep arbeidsmatig een bedrag van € 11,15 per uur;

  • g.

    Logeeropvang all-in tot een bedrag van € 235,51 per etmaal;

  • h.

    Logeeropvang alleen verblijf tot een bedrag van € 166,45 per etmaal;

  • i.

    Hulp bij het huishouden een bedrag van € 29,42 per uur;

  • j.

    Vervoer regulier BGG t/m 9km (heen- en terugreis) een bedrag van € 12,62 per retour;

  • k.

    Vervoer regulier BGG 10 t/m 25km (heen- en terugreis) een bedrag van € 26,24 per retour;

  • l.

    Vervoer rolstoel BGG t/m 9km (heen- en terugreis rolstoel) een bedrag van € 20,74 per retour;

  • m.

    Vervoer rolstoel BGG 10 t/m 25km (heen- en terugreis rolstoel) een bedrag van € 33,06 per retour.

Alle hiergenoemde bedragen zijn inclusief BTW.

Artikel 2b. Tarieven voor te leveren diensten (zorg in natura) 2021

Met in achtneming van het bepaalde in artikel 16 van de verordening gelden de onderstaande tarieven voor de levering van een dienst door een derde als bedoeld in artikel 2.6.4 van de wet.

  • a.

    Begeleiding individueel regulier een bedrag van € 61,20 per uur;

  • b.

    Begeleiding individueel specialistisch een bedrag van € 67,80 per uur;

  • c.

    Begeleiding individueel waakvlam een bedrag van € 61,20 per uur;

  • d.

    Begeleiding individueel specialistisch no show een bedrag van € 34,20 per uur;

  • e.

    Begeleiding groep regulier een bedrag van € 9,00 per uur;

  • f.

    Begeleiding groep arbeidsmatig een bedrag van € 11,40 per uur;

  • g.

    Logeeropvang all-in tot een bedrag van € 235,51 per etmaal;

  • h.

    Logeeropvang alleen verblijf tot een bedrag van € 166,40 per etmaal;

  • i.

    Hulp bij het huishouden een bedrag van € 30,-- per uur;

  • j.

    Vervoer regulier BGG t/m 9km (heen- en terugreis) een bedrag van € 12,62 per retour;

  • k.

    Vervoer regulier BGG 10 t/m 25km (heen- en terugreis) een bedrag van € 26,24 per retour;

  • l.

    Vervoer rolstoel BGG t/m 9km (heen- en terugreis rolstoel) een bedrag van € 20,74 per retour;

  • m.

    Vervoer rolstoel BGG 10 t/m 25km (heen- en terugreis rolstoel) een bedrag van € 33,06 per retour.

Alle hiergenoemde bedragen zijn maximale bedragen inclusief BTW.

HOOFDSTUK 3 Beoordeling persoonsgebonden budget (Pgb)

Artikel 3. Voorwaarden Pgb

  • 1.

    Het college kan een Pgb toekennen indien:

    • a.

      De inwoner een persoonlijk plan heeft opgesteld, waarin onder ander benoemd is:

      • 1.

        Dat individuele ondersteuning nodig is;

      • 2.

        Hoe het Pgb besteed gaat worden;

      • 3.

        Welke resultaten behaald gaan worden met het Pgb.

    • b.

      De inwoner dan wel zijn vertegenwoordiger in staat wordt geacht tot een redelijke waardering van zijn belangen;

    • c.

      De inwoner dan wel zijn vertegenwoordiger gemotiveerd aangeeft dat de door het college gecontracteerde individuele voorziening in natura niet passend is in zijn specifieke situatie.

    • d.

      De voorziening die met het Pgb wordt ingekocht volgens het college van voldoende kwaliteit is.

  • 2.

    De inwoner wordt geacht voldoende in staat te zijn tot een redelijke waardering van zijn belangen, als hij zelfstandig of met behulp van zijn netwerk, dan wel curator, bewindvoerder of gemachtigde:

    • a.

      duidelijk kan maken welke problemen worden ervaren en bij welke ondersteuning hij gebaat zou zijn;

    • b.

      de taken, die aan het Pgb zijn verbonden, op verantwoorde wijze kunnen uitvoeren.

  • 3.

    Naast het bepaalde in de wet en verordening wordt de voorziening die met een Pgb wordt ingekocht geacht van voldoende kwaliteit te zijn als tenminste voldaan wordt aan de volgende eisen:

    • a.

      Voor aanbieders die werken volgens vastgestelde kwaliteitseisen gelden, voor zover relevant voor dienstverlening in de vorm van een Pgb, dezelfde kwaliteitseisen als voor aanbieders van zorg in natura. Daarbij worden in ieder geval de volgende eisen gesteld:

      • 1.

        De aanbieder/hulpverlener moet ingeschreven staan in het beroeps- en of handelsregister of een vergelijkbaar register;

      • 2.

        De aanbieder/hulpverlener moet beschikken over een volledig geïntegreerd kwaliteitssysteem, welke voldoet aan de landelijk eisen, blijkend uit een ISO-certificering of een daarmee vergelijkbaar kwaliteitssysteem;

      • 3.

        De aanbieder/hulpverlener beschikt over een vastgestelde klachtenregeling;

      • 4.

        De aan bieder/hulpverlener heeft de medezeggenschap van cliënten georganiseerd, zoals beschreven in de Wet medezeggenschap cliënten zorginstellingen;

      • 5.

        De hulpverlener moet beschikken over kwalitatief verantwoorde kennis en kunde, passend bij de behoefte en persoonskenmerken van de betreffende cliënt;

      • 6.

        De hulpverlener moet, voor zover dit voor de aard van de dienstverlening is vereist, beschikken over een voor de beroepsgroep relevante registratie;

      • 7.

        De hulpverlener moet beschikken over een actuele Verklaring omtrent Gedrag;

      • 8.

        De aanbieder/hulpverlener draagt zorg voor het naleven van beroeps- en meldcodes;

      • 9.

        Er wordt gewerkt met in achtneming van protocollen en richtlijnen opgesteld door de eigen beroepsgroep;

      • 10.

        De aanbieder/hulpverlener heeft een actieve signaleringsplicht ten aanzien van veranderingen in de (gezondheids-)situatie van de cliënt;

    • b.

      Voor aanbieders die niet werken volgens de hierboven vastgestelde kwaliteitseisen:

      • 1.

        De aanbieder/hulpverlener moet ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel;

      • 2.

        De hulpverlener moet beschikken over een actuele Verklaring omtrent Gedrag;

      • 3.

        De hulpverlener moet beschikken over een adequate opleiding;

      • 4.

        De hulpverlener moet, voor zover dit voor de aard van de dienstverlening is vereist, beschikken over een voor de beroepsgroep relevante registratie.

  • 4.

    De aanbieder/hulpverlener moet meewerken aan een cliëntervaringsonderzoek en/of de daarvoor benodigde informatie verstrekken.

  • 5.

    In aanvulling op het gestelde in het derde lid kan het college in individuele situaties aanvullende eisen stellen, dan wel ontheffing van een in het derde lid gestelde eis verlenen.

Artikel 4. Voorwaarden Pgb sociale netwerk en overige hulpverleners

  • 1.

    Een Pgb voor hulp vanuit het sociale netwerk en overige hulpverleners is beperkt tot die gevallen waarin:

    • a.

      de ondersteuning de gebruikelijke hulp overstijgt;

    • b.

      structureel van een behoorlijke omvang is.

  • 2.

    Om te bepalen wat gebruikelijke hulp is verwijst het college naar de beleidsregels.

  • 3.

    De inwoner aan wie een Pgb wordt toegekend, kan de ondersteuning betrekken van personen die tot het sociale netwerk behoren, als aan onderstaande voorwaarden wordt voldaan:

    • a.

      de geboden ondersteuning is passend, adequaat en veilig;

    • b.

      de personen uit het sociale netwerk die de hulp gaan verlenen, hebben zich voldoende op de hoogte gesteld van de verantwoordelijkheden die aan het bieden van de ondersteuning verbonden zijn; en

    • c.

      er is bij de personen uit het sociale netwerk die de hulp gaan bieden geen sprake van overbelasting;

    • d.

      de hulpverlener moet op basis van opleiding en/of ervaring in staat zijn de in de individuele situatie vereiste dienstverlening te realiseren;

    • e.

      Als de hulpverlener geen familielid in de 1e of 2e graad is, moet de hulpverlener beschikken over een actuele Verklaring omtrent het Gedrag.

  • 4.

    Kwaliteit is een onderwerp van het gesprek tussen de consulent en de inwoner.

    • a.

      De inwoner is verantwoordelijkheid voor (het bewaken van) de kwaliteit van de ondersteuning die betrokken wordt van personen die tot het sociale netwerk behoren;

    • b.

      De inwoner legt in het persoonlijk plan de kwaliteit van de ondersteuning vast;

    • c.

      In het plan staat hoe de inwoner de ondersteuning wil organiseren, wie deze hulp gaat leveren en -afhankelijk van het type ondersteuning- of deze beschikt over de benodigde kwalificaties;

    • d.

      Het college beoordeelt of de ingekochte hulp: veilig, doeltreffend en cliëntgericht is;

    • e.

      Wanneer de ingekochte hulp niet voldoet aan de kwaliteitseisen kan het college besluiten geen PGB te verstrekken of het PGB te beëindigen en eventueel terug te vorderen.

Artikel 5. Uitsluitingsgronden Pgb

Naast de in de wet en de verordening genoemde uitsluitingsgronden kan een Pgb niet worden gebruikt voor:

  • a.

    Administratie- en/of bemiddelingskosten;

  • b.

    Kosten van coördinatie;

  • c.

    Crisishulp/crisisopvang;

  • d.

    Vrij besteedbaar bedrag/ vrijwilligersvergoeding;

  • e.

    Reiskosten van de zorgverlener;

  • f.

    Feestdagenuitkeringen aan de zorgverlener;

  • g.

    Voorzieningen waarvoor een collectieve voorziening aanwezig is.

Artikel 6. Vervoer

  • 1.

    Het college kan een Pgb voor vervoer van en naar een locatie waar ondersteuning wordt geboden toekennen, als:

    • a.

      De inwoner niet op eigen gelegenheid of met behulp van zijn netwerk naar de locatie kan reizen vanwege een medische noodzaak of een beperking in de zelfredzaamheid; en

    • b.

      De inwoner niet in staat is gebruik te maken van een collectieve vervoersvoorziening.

  • 2.

    De hoogte van het Pgb voor vervoer is gebaseerd op de goedkoopste adequate vervoersmogelijkheid;

  • 3.

    Indien de hoogte van het Pgb voor vervoer is gebaseerd op het aantal kilometers van en naar de locatie, worden deze kilometers berekend volgens de ANWB-routeplanner.

HOOFDSTUK 4 Hoogte persoonsgebonden budget (Pgb)

Artikel 7. Bedragen voor ondersteuning geleverd door professionele hulpverleners die werken volgens vastgestelde kwaliteitsstandaarden

De omvang van een persoonsgebonden budget wordt bepaald door het werkelijk aantal geïndiceerde uren respectievelijke dagen per week te vermenigvuldigen ten aanzien van:

  • a.

    begeleiding individueel regulier met € 48,96 per uur;

  • b.

    begeleiding individueel specialistisch met € 54,24 per uur;

  • c.

    begeleiding individueel waakvlam met € 48,96 per uur;

  • d.

    begeleiding groep regulier met € 7,20 per uur;

  • e.

    Begeleiding groep arbeidsmatig met € 9,12 per uur;

  • f.

    Logeeropvang all-in met € 188,41 per etmaal;

  • g.

    Logeeropvang alleen verblijf met € 133,12 per etmaal;

  • h.

    Hulp bij het huishouden met € 24,00 per uur.

Alle hier genoemde bedragen zijn maximum tarieven inclusief BTW.

Artikel 8. Bedragen voor ondersteuning geleverd door hulpverleners die niet werken volgens vastgestelde kwaliteitsstandaarden

De omvang van een persoonsgebonden budget wordt bepaald door het werkelijk aantal geïndiceerde uren per week te vermenigvuldigen ten aanzien van:

  • a.

    begeleiding individueel regulier met € 45,90 per uur;

  • b.

    begeleiding individueel specialistisch met € 50,85 per uur;

  • c.

    begeleiding individueel waakvlam met € 50,85 per uur;

  • d.

    Hulp bij het huishouden met € 22,50 per uur.

Alle hier genoemde bedragen zijn maximum tarieven inclusief BTW.

Artikel 9. Bedragen voor ondersteuning geleverd door hulpverleners vanuit het sociale netwerk en overige hulpverleners

Het pgb-tarief voor begeleiding individueel en hulp bij het huishouden voor hulpverleners uit het eigen sociale netwerk en overige hulpverleners uit het sociale netwerk, wordt vastgesteld op het hoogste uur bedrag (gebaseerd op een 36-urige werkweek voor een persoon van 21 jaar en ouder) van het wettelijk minimumloon en minimumvakantiebijslag (https://www.rijksoverheid.nl/onderwerpen/minimumloon/bedragen-minimumloon/bedragen-minimumloon-2021).

De omvang van een persoonsgebonden budget wordt bepaald door het werkelijk aantal geïndiceerde uren per week te vermenigvuldigen ten aanzien van begeleiding individueel en hulp bij het huishouden.

Artikel 10. Bedragen voor maatwerkvoorziening beschermd wonen

De omvang van het persoonsgebonden budget (pgb) voor de maatwerkvoorziening beschermd wonen wordt bepaald op basis van een naar omvang oplopend budget, zoals vermeld in onderstaande tabellen.

  • a.

    zzp exclusief behandeling, exclusief dagbesteding en exclusief vervoer (op basis van 365 dagen)

     

    1GGZC*

    2GGZC*

    3GGZC*

    4GGZC*

    5GGZC*

    6GGZC*

    Pgb niet wonend in wooninitiatief

    € 15.844

    € 27.788

    € 30.798

    € 39.018

    € 42.278

    € 57.724

    Pgb wonend in wooninitiatief

    € 19.895

    € 31.839

    € 34.849

    € 43.069

    € 46.329

    € 61.775

    *vanaf 01-01-2015 wordt deze toekenning niet meer afgegeven bij herindicaties of toekenningen voor nieuwe beschermd wonen-cliënten

    Maximum pgb beschermd wonen incl. 3,15% indexering ten opzichte van 2020

  • b.

    zzp exclusief behandeling, inclusief dagbesteding (op basis van 365 dagen)

     

    1GGZC*

    2GGZC*

    3GGZC

    4GGZC

    5GGZC

    6GGZC

    Pgb wonend in wooninitiatief

    Exclusief vervoer

    € 29.750

    € 41.695

    € 44.704

    € 52.923

    € 56.184

    € 71.630

    Inclusief vervoer

    € 30.927

    € 42.871

    €45.881

    € 54.100

    € 57.361

    € 72.806

    Pgb niet wonend in wooninitiatief

    Exclusief vervoer

    € 25.699

    € 37.644

    € 40.653

    € 48.872

    € 52.134

    € 67.579

    Inclusief vervoer

    € 26.876

    € 38.820

    € 41.830

    € 50.049

    € 53.310

    € 68.756

    *vanaf 01-01-2015 wordt deze toekenning niet meer afgegeven bij herindicaties of toekenningen voor nieuwe beschermd wonen-cliënten

Artikel 11. Bedragen voor woonvoorzieningen, vervoersvoorzieningen of rolstoelvoorzieningen

  • 1.

    Het bedrag voor een persoonsgebonden budget voor een woonvoorziening, vervoersvoorziening of rolstoelvoorziening bedraagt 100% van het bedrag, zoals vermeld in de door het college geaccepteerde offerte, indien nodig verhoogd met een bedrag voor onderhoud, reparatie en verzekering.

  • 2.

    Het bedrag voor de verhuiskostenvergoeding bedraagt maximaal:

    • a.

      voor een éénpersoons huishouden € 3.750,00 en;

    • b.

      voor meerpersoonshuishouden € 5.250,00.

  • 3.

    Maatwerk voor gebruik van (eigen) auto wordt alleen verstrekt indien de gebruikskosten van een (eigen) auto voor de inwoner niet algemeen gebruikelijk zijn.

  • 4.

    De hoogte van een vervoersvergoeding voor het gebruik van een (eigen) auto bedraagt € 0,19 per kilometer (conform belastingsystematiek).

  • 5.

    De totale hoogte van de vervoersvergoeding wordt mede gebaseerd op de omvang van het vervoer;

  • 6.

    De omvang (vervoersbundel) wordt op maat vastgesteld op basis van de aard van de beperking, de vervoersbehoefte en het gebruik van andere vervoersvoorzieningen, met een maximum omvang van 1500 km per jaar.

  • 7.

    De vervoersvergoeding is daarmee maximaal € 285,00 op jaarbasis.

HOOFDSTUK 5 Bijdrage in de kosten

Artikel 12. Eigen betaling algemene- en collectieve voorzieningen

  • 1.

    Met in achtneming van het bepaalde in artikel 13 van de verordening is de cliënt de volgende bijdrage in de kosten verschuldigd voor het gebruik van:

    • a.

      de was- en strijkservice:

      • 1.

        een alleenstaande een bedrag van € 2,50 per gewassen en/of gestreken was;

      • 2.

        voor 2 personen of meer in 1 huishouden wordt het bedrag genoemd onder sub 1 verhoogd met € 3,00 per gewassen en/of gestreken was.

    • b.

      het collectief vraagafhankelijk vervoer geldt een opstaptarief van € 0,99 verhoogd met: een bedrag van € 0,242 per kilometer voor een reisafstand tot maximaal 25 kilometer en voor verder weggelegen puntbestemmingen.

Bovenstaande betekent tegelijkertijd dat de was- en strijkservice en het collectief vervoer worden uitgezonderd van het Wmo-abonnementstarief.

HOOFDSTUK 6 Slotbepalingen

Artikel 13. Indexering

De bedragen genoemd in dit Besluit kunnen jaarlijks worden geïndexeerd.

Artikel 14. Hardheidsclausule

In bijzondere gevallen kan het college ten gunste van de aanvrager afwijken van de bepalingen van dit besluit, indien toepassing van dit besluit tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.

Artikel 15. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2021, zoals vastgesteld op 15 december 2020, wordt ingetrokken.

  • 2.

    Dit besluit treedt de dag na bekendmaking in werking en werkt terug tot 1 juni 2021.

  • 3.

    Dit besluit kan worden aangehaald als: Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oldebroek 2021.

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeesters en wethouders van Oldebroek van 25 mei 2021,

burgemeester

T.H.Haseloop-Amsing

secretaris

P.H.Lensselink.