Organisatie | Westerveld |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Westerveld houdende regels omtrent de kinderopvang (Beleidsregels Kinderopvang 2020) |
Citeertitel | Beleidsregels Kinderopvang 2020 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | algemeen |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-05-2021 | 01-01-2020 | nieuwe regeling | 10-12-2019 |
Inwoners met één of meer minderjarige kinderen jonger dan twaalf jaar zullen in een aantal situaties gebruik moeten maken van kinderopvang. De kinderopvangtoeslag van de belastingdienst dekt niet de volledige kosten van kinderopvang. Om te voorkomen dat deze kosten een belemmering vormen voor inwoners uit de gemeente Westerveld om te blijven werken of scholing, een re-integratietraject of inburgeringscursus te volgen, zijn deze beleidsregels vastgesteld.
Gelet op het bovenstaande maakt het college als volgt gebruik van artikel 1.13 Wet kinderopvangen (Wko) en artikel 35 Participatiewet.
Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader zijn omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht.
De aanvraag dient te worden ingediend op een daartoe door het college beschikbaar gesteld aanvraagformulier kinderopvang.
Vastgesteld door het college van burgemeester en wethouders
op 10 december 2019.
secretaris, burgemeester,
N.L.J.J. Dusink, H. Jager
Toelichting Beleidsregels Kinderopvang
Deze beleidsregels geven invulling aan de bevoegdheid neergelegd in artikel 1.13 Wet kinderopvang (Wko). Bovendien merken deze beleidsregels de kosten van kinderopvang aan als bijzondere noodzakelijke kosten als bedoeld in artikel 35 Participatiewet voor een specifiek aantal in de beleidsregels omschreven doelgroepouders. De beleidsregels beogen de belemmeringen die de kosten van kinderopvang met zich mee kunnen brengen weg te nemen, teneinde inwoners in staat te stelen een re-integratietraject, inburgeringstraject, scholing of studie te (blijven) volgen en/of te (blijven) werken.
De begrippen inkomen en vermogen staan omschreven in de Participatiewet. Daarin staat omschreven wat daaronder wordt verstaan.
Allereerst is van belang dat alleen belanghebbende die inwoner zijn van een van beide gemeenten een beroep kunnen doen op deze regeling. Hiervoor is aangesloten bij het begrip woonplaats in de Participatiewet.
De inkomens- en vermogensgrenzen in onderdelen a en b zijn specifiek bedoeld voor mensen die geen uitkering van de gemeente Westerveld ontvangen. Ook voor deze begrippen wordt verwezen naar de Participatiewet.
Met de doelgroepouders worden in deze beleidsregels niet alleen de ouders bedoeld waar artikel 1.13 Wko naar verwijst, maar ook inwoners met een uitkering van de gemeente Westerveld die een inburgeringstraject volgen of in aanvulling op hun inkomsten uit arbeid een uitkering van de gemeente Westerveld ontvangen.
Met een afgeronde opleiding of scholing hebben inwoners een betere kans op de arbeidsmarkt, waardoor zij minder snel afhankelijk zullen zijn van een (bijstands)uitkering.
Zie algemene omschrijving onder tweede lid.
Gelet op de specifieke kosten, is een speciaal aanvraagformulier ontwikkeld.
Het is mogelijk om de tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang met terugwerkende kracht toe te kennen. Deze periode is echter beperkt tot de drie maanden die voorafgaan aan de maand waarin de aanvraag is gedaan. Hiermee sluiten de beleidsregels aan op de ingangsdatum die de belastingdienst hanteert in het kader van de kinderopvangtoeslag.
Artikel 5 Voorwaarden tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang
Het college verleent geen tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang die de belastingdienst had kunnen vergoeden, maar dat niet doet omdat de inwoner geen of te laat kinderopvangtoeslag heeft aangevraagd. In feite is dan sprake van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid voor de voorziening in het bestaan.
Wanneer een inwoner niet in aanmerking kan komen voor de kinderopvangtoeslag van de belastingdienst, bestaat ook geen recht op de tegemoetkoming op grond van deze beleidsregels.
Voor kosten die zich niet voordoen, hoeft geen tegemoetkoming te worden verleend.
Dit lid is opgenomen om zoveel mogelijk te voorkomen dat er verschillen ontstaan in aantal uren tussen belastingdienst en college.
De belanghebbende bij wie kinderopvang om sociaal medische redenen noodzakelijk is voor ouder of kind, kan op die grond niet aanmerking komen voor kinderopvangtoeslag van de belastingdienst. Reden waarom het tweede en vierde lid niet van toepassing zijn.
Op uitkeringsgerechtigden van de gemeente Westerveld is reeds de inlichtingenplicht van toepassing op grond van artikel 17 lid 1 Participatiewet 1 . Toch is het ook bij hen, net als bij niet-uitkeringsgerechtigden, zinvol om in een beschikking aan te geven welke informatie van belang is voor het recht op een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang.
De termijn waarbinnen aan de inlichtingenplicht moet zijn voldaan komt overeen met de termijn die het college hanteert bij artikel 17 lid 1 Participatiewet.