Organisatie | Meierijstad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels toekennen ambtshalve verlagingen van WOZ-beschikkingen 2021 |
Citeertitel | Beleidsregels ambtshalve verlaging Wet WOZ-beschikkingen 2021 |
Vastgesteld door | gemandateerde functionaris |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | ambtshalve verlaging |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
29-05-2021 | nieuwe regeling | 17-05-2021 |
Gelet op het besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Meierijstad van 7 juli 2020: aanwijzingsbesluit heffings- en invorderingsambtenaar 2020;
En gelet op artikel 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht, de artikelen 1, tweede lid, en 29 van de Wet waardering onroerende zaken;
De WOZ-ambtenaar van de gemeente Meierijstad,
Beleidsregels voor het ambtshalve verlagen van de vastgestelde waarde ingevolge de Wet WOZ 2021
Artikel 2 Gevallen waarin ambtshalve vermindering wordt verleend
Ingeval de waarde van een onroerende zaak had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat ten minste 20% met een minimum van € 5.000,-- lager is dan de te hoog vastgestelde waarde van die onroerende zaak, verleent de heffingsambtenaar ambtshalve vermindering voor het verschil tussen beide waarden:
Ingeval de waarde van de onroerende zaak in het waardetijdvak had behoren te zijn vastgesteld op een bedrag dat ten minste de voor die onroerende zaak in artikel 26a van de Wet WOZ van toepassing zijnde marge overschrijdt, verleent de heffingsambtenaar slechts ambtshalve vermindering voor de in dat waardetijdvak voor die onroerende zaak bij beschikking vastgestelde waarde.
Een uitspraak van de Hoge Raad, van een gerechtshof of van een rechtbank, waarin een toepassing van de Wet WOZ besloten ligt die voor de belanghebbende gunstiger is dan de bij de vaststelling van de beschikking gevolgde toepassing, leidt niet tot het ambtshalve verlenen van vermindering van de waarde indien de beschikking onherroepelijk is komen vast te staan voor de dag, waarop de uitspraak door de Hoge Raad, het hof of de rechtbank is gewezen, tenzij het college op dit punt een afwijkende regeling heeft getroffen.
Hetgeen in het eerste lid is bepaald met betrekking tot een uitspraak van de Hoge Raad, van een gerechtshof of van een rechtbank, is in daartoe leidende gevallen van overeenkomstige toepassing op prejudiciële beslissingen van het Hof van Justitie van de Europese Gemeenschappen alsmede op rechterlijke uitspraken van het Hof en andere supranationale colleges.