Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Rijssen-Holten

Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rijssen-Holten houdende regels omtrent de Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) 2021(Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Rijssen-Holten 2021)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieRijssen-Holten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rijssen-Holten houdende regels omtrent de Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) 2021(Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Rijssen-Holten 2021)
CiteertitelBeleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Rijssen-Holten 2021
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 35 van de Participatiewet
  2. titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

13-05-202101-01-202101-08-2021nieuwe regeling

06-05-2021

gmb-2021-148872

D2021078002

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Rijssen-Holten houdende regels omtrent de Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) 2021(Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Rijssen-Holten 2021)

Burgemeester en Wethouders van de gemeente Rijssen-Holten,

gelet op:

- titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;

- artikel 35 Participatiewet;

overwegende dat:

- het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden een burger in aanmerking kan komen voor een tegemoetkoming Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten (TONK);

- het daarom wenselijk is voor dit doel aparte, tijdelijke, beleidsregels vast te stellen;

besluiten vast te stellen:

Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) gemeente Rijssen-Holten

Artikel 1. Begripsbepalingen

Deze regeling verstaat onder:

  • a.

    a.Wet: Participatiewet;

  • b.

    College: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente

  • Rijssen-Holten;

  • c.

    Inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële terugval in het

  • inkomen als gevolg van de coronacrisis.

Artikel 2. Doelgroep TONK

Een tegemoetkoming TONK is bedoeld voor de inwoner van de gemeente Rijssen-Holten:

  • die door de huidige omstandigheden als gevolg van de coronacrisis te maken heeft met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in zijn of haar inkomen;

  • die daardoor noodzakelijke kosten zoals woonlasten niet meer kan voldoen, en

  • waarvoor andere regelingen niet of onvoldoende soelaas bieden.

Artikel 3. Voorwaarden tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten

  • 1.

    Het college kan een tegemoetkoming TONK verstrekken aan de aanvrager die te maken heeft met een inkomensterugval, waardoor de betaling van noodzakelijke kosten niet mogelijk is uit de beschikbare geldmiddelen, waarbij uitsluitend de beschikbare geldmiddelen boven een bedrag van € 11.295 voor een alleenstaande en € 22.590 voor een alleenstaande ouder of gehuwden, in aanmerking wordt genomen.

  • 2.

    Er kan volstaan worden met een verklaring van de aanvrager dat de substantiële terugval in inkomen het gevolg is van de maatregelen in verband met het coronavirus (Covid-19);

  • 3.

    De ‘Beleidsregels bijzondere bijstand gemeente Rijssen-Holten 2020’ zijn niet van toepassing op de aanvragen TONK.

Artikel 4. Noodzakelijke kosten

De tegemoetkoming TONK kan betrekking hebben op de volgende voor de aanvrager noodzakelijke

algemene kosten van bestaan:

a. kosten van huur voor de woning;

b. kosten van de hypotheek(rente) voor de woning;

c. kosten van elektriciteit, gas en water voor de woning.

Artikel 5. Aanvraag

  • 1.

    De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal ingediend via het aanvraagformulier op www.rijssen-Holten.nl

  • 2.

    Aanvrager overlegt bij de aanvraag:

    • a.

      de bewijzen van het inkomen van de maand waarover maximaal met terugwerkende kracht tegemoetkoming voor kan worden aangevraagd en de maand waarin de aanvraag gedaan wordt;

    • b.

      de bewijzen van de beschikbare geldmiddelen van de maand waarover maximaal met terugwerkende kracht tegemoetkoming voor kan worden aangevraagd en de maand waarin de aanvraag gedaan wordt;

    • c.

      de bewijzen van de noodzakelijke kosten van de maand waarover maximaal met terugwerkende kracht tegemoetkoming voor kan worden aangevraagd en de maand waarin de aanvraag gedaan wordt;

  • 3.

    Een aanvraag tegemoetkoming TONK kan worden ingediend tot 1augustus 2021.

Artikel 6. Kosten van huur en hypotheek(rente) van de woning

  • 1.

    Onder kosten van huur en hypotheek(rente) wordt verstaan:

    • a.

      Voor een huurwoning: de per maand geldende huurprijs als bedoeld in de Wet op de Huurtoeslag

    • b.

      Voor een eigen woning: de voor de woning verschuldigde hypotheekrente en aflossing van die hypotheek.

  • 2.

    Bij het bepalen van de hoogte van de tegemoetkoming wordt uitgegaan van aanvaardbare woonkosten op sociaal minimum. Voor kosten van huur en hypotheek(rente) voor de woning is dit gesteld op € 376 per maand. Kosten boven dit bedrag komen in aanmerking voor een vergoeding, mits aan alle voorwaarden wordt voldaan.

Artikel 7. Kosten van elektriciteit, gas en water voor de woning

  • 1.

    Onder kosten van elektriciteit, gas en water voor de woning wordt verstaan de maandelijkse kosten voor nutsvoorzieningen die door nutsbedrijven geleverd wordt.

  • 2.

    Bij het bepalen van de hoogte van de tegemoetkoming wordt uitgegaan van aanvaardbare woonkosten op sociaal minimum. Voor kosten van elektriciteit, gas en water voor de woning is dit gesteld op € 112 per maand. Kosten boven dit bedrag komen in aanmerking voor een vergoeding, mits aan alle voorwaarden wordt voldaan.

Artikel 8. Draagkracht

  • 1.

    Bij de verlening van een tegemoetkoming TONK wordt rekening gehouden met de draagkracht van de aanvrager.

  • 2.

    Bij de vaststelling van de draagkracht uit vermogen wordt rekening gehouden met het vermogen voor zover dat hoger is dan de voor de aanvragen geldende vermogensgrens als bedoeld in artikel 3, lid 1.

  • 3.

    De draagkracht uit inkomen wordt vastgesteld op 50% van het meerinkomen van de aanvrager en eventuele partner, waarbij geldt:

    • a.

      Onder meerinkomen wordt verstaan het verschil tussen het netto maandinkomen inclusief vakantietoeslag van de aanvrager en de op hem van toepassing zijnde uitkeringsnorm inclusief vakantietoeslag op grond van de Participatiewet.

    • b.

      Indien de vakantietoeslag over het netto inkomen niet bekend is en handmatig berekend moet worden, dient de vakantietoeslag berekend te worden op grond van artikel 11 Regeling Participatiewet, IOAW en IOAZ.

    • c.

      Als het een inkomen uit onderneming betreft dan geldt: bruto omzet – kosten = bruto inkomen – 17% belastingen en premies = netto inkomen.

  • 4.

    Voor een alleenstaande ouder die geen uitkering ontvangt van de gemeente wordt het meerinkomen, zoals bepaald in lid 3 van dit artikel, afgezet tegen de norm van een alleenstaande ouder vermeerderd met de alleenstaande-ouderkop zoals deze door de Belastingdienst wordt uitbetaald. De hoogte van het bedrag alleenstaande-ouderkop is opgenomen in artikel 2, lid 6 van de Wet op het Kindgebonden Budget.

Artikel 9. Terugwerkende kracht

Een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd tot 1 januari 2021.

Artikel 10. Duur

De tegemoetkoming wordt verstrekt voor ten hoogste de periode van 1 januari tot 1 juli 2021.

Artikel 11. Maximale hoogte tegemoetkoming

De maximale tegemoetkoming op basis van deze beleidsregel bedraagt € 1.500 netto per huishouden per maand.

Artikel 12. Inkomen

  • 1.

    Onder inkomen wordt in ieder geval verstaan:

    • a.

      inkomen uit arbeid;

    • b.

      inkomen uit een uitkering;

    • c.

      inkomen uit verhuur; en

    • d.

      inkomen uit partner- en/of kinderalimentatie.

  • 2.

    Voor het inkomstenbegrip wordt aansluiting gezocht bij de bepalingen over de in aanmerking te nemen middelen van artikelen 32 en 33 Participatiewet. Wettelijke inkomstenvrijlatingen en premies blijven buiten beschouwing, evenals de individuele inkomenstoeslag en de individuele studietoeslag op grond van de Participatiewet.

  • 3.

    Indien binnen de vastgestelde draagkrachtperiode sprake is van een inkomensstijging of daling, of een wijziging in de leefsituatie die leidt tot een andere bijstandsnorm waar het inkomen tegen wordt afgezet, dan wordt de draagkracht per de eerste van de maand waarin de wijziging plaatsvindt gewijzigd, als het een wijziging betreft van 15% of meer.

Artikel 13. Beschikbare geldmiddelen

  • 1.

    Beschikbare geldmiddelen zijn geldmiddelen waarover de aanvrager beschikt of redelijkerwijs kan beschikken.

  • 2.

    Het betreft de beschikbare geldmiddelen van de aanvrager en de eventuele partner van de aanvrager.

  • 3.

    Onder beschikbare geldmiddelen wordt verstaan:

    • a.

      contant geld;

    • b.

      geld op betaal- en spaarrekeningen;

    • c.

      cryptovaluta (zoals bitcoins);

    • d.

      de waarde van effecten (hierbij gaat het om beleggingsrekeningen met aandelen, obligaties, en opties en effecten in depot).

Artikel 14. Afzien opleggen verhuisverplichting

Het college legt aan de aanvrager die op basis van deze beleidsregel in aanmerking komt voor de tegemoetkoming TONK, geen verhuisverplichting op.

Artikel 15. Drempelbedrag

Geen tegemoetkoming TONK wordt verstrekt voor zover de kosten waarvoor de tegemoetkoming wordt gevraagd, een bedrag van € 24 per maand niet te boven gaan.

Artikel 16. Uitbetaling

De uitbetaling vindt maandelijks plaats. Met uitzondering van de eerste uitbetaling na inwerkingtreding van de regeling. Dan wordt de eventuele tegemoetkoming van eerdere maanden, waar aanvrager op basis van terugwerkende kracht tot 1 januari 2021 mogelijk recht op heeft, in één keer uitbetaald. Vervolgens worden de tegemoetkomingen maandelijks uitbetaald.

Artikel 17. Hardheidsclausule

Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het college, gelet op alle omstandigheden waaronder een terugval in inkomen van de aanvrager als gevolg van de coronacrisis, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, indien zeer dringende redenen hiertoe noodzaken.

Artikel 18. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

1. De beleidsregels treden met terugwerkende kracht in werking met ingang van 1 januari 2021.

2. De beleidsregels vervallen op 1 augustus 2021.

Artikel 19. Citeertitel

Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) gemeente Rijssen-Holten.

 

Aldus vastgesteld in de vergadering van het college van burgemeester en wethouders van 6 mei 2021.

A.C. van Eck, A.C. Hofland

Secretaris, burgemeester

Artikelsgewijze toelichting op Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten (TONK) Gemeente Rijssen-Holten

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

 

Artikel 2. Doelgroep TONK

Het aanbod TONK staat open voor alle inwoners van de gemeente Rijssen-Holten. Een tegemoetkoming TONK is bedoeld voor inwoners die als gevolg van de coronacrisis te maken hebben met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in inkomen en hierdoor problemen hebben met het betalen van noodzakelijke kosten, waarbij andere regelingen niet of onvoldoende uitkomst bieden.

Met andere regelingen worden regelingen bedoeld zoals een toeslag van UWV, WW-uitkering of TOZO-uitkering. Komt men niet in aanmerking voor een dergelijke regeling of heeft aanvrager met deze regeling erbij nog te weinig inkomsten om de woonkosten te betalen, dan heeft aanvrager mogelijk recht op een TONK-uitkering.

 

Artikel 3. Voorwaarden tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten

Omdat we de aanvrager van (al dan niet periodieke) bijzondere bijstand, niet direct zijn/haar spaargeld willen laten besteden aan kosten waarvoor in principe bijzondere bijstand voor mogelijk is, hebben we ervoor gekozen om bij de bepaling van de draagkracht uit het vermogen slechts rekening te houden met vermogen boven de voor betrokkene geldende vermogensgrens zoals deze is genoemd in artikel 34, lid 3 PW, vermeerderd met € 5.000 voor een alleenstaande en € 10.000 voor een alleenstaande ouder of gehuwden.. Onder geldmiddelen verstaan we contant geld, geld op de (spaar)rekening van aanvrager en eventuele partner, en de waarde van beleggingen of cryptovaluta, zoals bitcoins. Geld op de (spaar)rekening van eventuele kind(eren) wordt buiten beschouwing gelaten.

Enkel direct beschikbaar privévermogen wordt in dit kader in aanmerking genomen als vermogen. Ondernemers hoeven vermogen uit een onderneming niet mee te tellen. Een tegemoetkoming voor vaste lasten (TVL) of voor loonkosten (NOW) ook niet.

 

Artikel 4. Noodzakelijke kosten

De TONK is primair gericht op noodzakelijke woonkosten. Het gaat dan om de huur of de hypotheek en de kosten van elektriciteit, gas en water voor de woning die door de aanvrager wordt bewoond (hoofdverblijf). Op basis van de reguliere beleidsregels bijzondere bijstand kunnen onder voorwaarden andere noodzakelijke kosten vergoed worden mits de aanvrager hiervoor in aanmerking komt.

 

Artikel 5. Aanvraag

De aanvrager moet bewijzen van inkomen, beschikbare geldmiddelen en noodzakelijke kosten overleggen bij zijn/haar aanvraag, om zo te kunnen beoordelen of aanvrager in aanmerking komt voor TONK en de hoogte van de TONK-uitkering te kunnen bepalen. Dit kan door het overleggen van een kopie van bankafschriften en bij inkomen een specificatie van dat inkomen (loonstrook, uitkeringsspecificatie, inkomsten uit bedrijf etc.).

 

De maand waarover maximaal met terugwerkende kracht tegemoetkoming voor kan worden aangevraagd is de peilmaand. Dat is januari 2021.

 

Lid 3 bepaalt dat een aanvraag tegemoetkoming TONK kan worden ingediend tot 1 augustus 2021. De regeling loopt feitelijk tot en met juni 2021.

 

Artikel 6. Kosten van huur en hypotheek(rente) van de woning

De aanvaardbare kosten op sociaal minimum voor wat betreft huur en hypotheek(rente) van de woning is gesteld op € 376. Dit bedrag is afgeleid van de maximale huurtoeslag die iemand met een laag inkomen (onder sociaal minimum) en een woning net onder de huursubsidiegrens ontvangt. Deze kosten worden geacht voldaan te kunnen worden uit de bijstandsnorm. Kosten boven dit bedrag komen in aanmerking voor een vergoeding, mits aan alle voorwaarden wordt voldaan.

 

Artikel 7. Kosten van elektriciteit, gas en water van de woning

De aanvaardbare kosten op sociaal minimum voor wat betreft elektriciteit, gas en water van de woning is gesteld op € 112. De hoogte van dit bedrag is gelijk aan de norm die het Nibud hanteert voor de maandelijkse kosten voor elektriciteit, gas en water voor een klein huishouden (eenpersoonshuishouden in een flat). Deze kosten worden geacht voldaan te kunnen worden uit de bijstandsnorm. Kosten boven dit bedrag komen in aanmerking voor een vergoeding, mitst aan alle voorwaarden wordt voldaan.

 

Artikel 8. Draagkracht

Omdat we de aanvrager niet direct zijn/haar spaargeld willen laten besteden aan kosten waarvoor in principe bijzondere bijstand voor mogelijk is, hebben we ervoor gekozen om bij de bepaling van de draagkracht uit het vermogen slechts rekening te houden met vermogen boven de voor betrokkene geldende vermogensgrens zoals deze is genoemd in artikel 3, lid 1. Het betreft privévermogen waar men direct over kan beschikken, vermogen van eventuele kinderen en vermogen uit een eventuele onderneming wordt buiten beschouwing gelaten.

 

We houden ook rekening met draagkracht uit inkomen. Als iemand meer verdient dan het sociaal minimum, dan wordt het meerinkomen (evenals de aanvaardbare woonkosten op sociaal minimum en eventueel vermogen boven de vermogensgrens) voor 50% in mindering gebracht van de tegemoetkoming TONK.

Bij inkomen uit een onderneming dient opgemerkt te worden dat de omzet de in die maand gewerkte uren/verkochte producten betreft, ongeacht of deze werkzaamheden ook die maand in rekening zijn gebracht en betaald. Bewijs hoeft hier niet van geleverd te worden, aanvrager moeten zelf (evt. per maand als er verschil is) deze som maken en doorgeven.

 

Artikel 9. Terugwerkende kracht

De tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd tot 1 januari 2021, zijnde de ingangsdatum van de regeling.

 

Artikel 10. Duur

Een aanvrager die in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan deze uitkering in de periode januari 2021 tot en met juni 2021 voor maximaal 6 maanden krijgen. Korter kan, langer niet.

 

Artikel 11. Maximale hoogte tegemoetkoming

We kennen maximaal € 1.500 per huishouden per maand toe op basis van de regeling TONK, grofweg gelijk aan de bijstandsnorm voor een gezin.

 

Artikel 12. Inkomen

Dit artikel bevat een toelichting op wat onder deze regeling onder inkomen wordt verstaan.

 

Artikel 13. Beschikbare geldmiddelen

Dit artikel bevat een toelichting op wat onder deze regeling onder beschikbare geldmiddelen wordt verstaan. Het betreffen geldmiddelen waar een aanvrager direct over kan beschikken. Het betreft privévermogen, vermogen van eventuele kind(eren) en vermogen uit een eventuele onderneming worden buiten beschouwing gelaten.

 

Artikel 14. Afzien opleggen verhuisverplichting

Vanwege de tijdelijke aard van deze beleidsregel geldt er geen verhuisverplichting om in aanmerking te kunnen komen voor een tegemoetkoming TONK.

 

Artikel 15. Drempelbedrag

Door rekening te houden met een drempelbedrag wordt voorkomen dat gemeente voor zeer geringe bedragen (minder dan €25 per maand) een tegemoetkoming TONK moet verstrekken. Als het te verstrekken bedrag lager dan € 25 per maand is wordt de aanvraag afgewezen en wordt er geen tegemoetkoming TONK uitgekeerd.

 

Artikel 16. Uitbetaling

De uitbetaling vindt maandelijks plaats, met uitzondering van de eerste betaling na inwerkingtreding van de regeling. Dit betekent bijvoorbeeld dat aanvrager die in mei 2021 een toekenning tegemoetkoming TONK ontvangt met terugwerkende kracht vanaf januari 2021, een uitbetaling ineens ontvangt over 5 maanden. Als hij/zij ook na mei nog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, dan ontvangt aanvrager deze vervolgens maandelijks.

 

Artikel 17. Hardheidsclausule

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.

 

Artikel 18. Inwerkingtreding en duur beleidsregels

Zoals in artikel 10 is bepaald wordt de tegemoetkoming TONK verstrekt voor ten hoogste de periode van 1 januari tot 1 juli 2021. In lid 2 van dit artikel is bepaald dat de beleidsregels per 1augustus 2021 vervallen.

 

Artikel 19. Citeertitel

Dit artikel behoeft geen nadere toelichting.