Organisatie | Hattem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Hattem houdende regels omtrent de tijdelijke ondersteuning voor noodzakelijke kosten (Herziene Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Hattem 2021) |
Citeertitel | Herziene Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Hattem 2021 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Beleidsregels Tijdelijke Ondersteuning Noodzakelijke Kosten gemeente Hattem 2021.
De beleidsregels vervallen op 1 juli 2021.
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-05-2021 | 01-01-2021 | nieuwe regeling | 26-04-2021 | 37497 |
Artikel 6 Terugwerkende kracht
De tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021.
De tegemoetkoming wordt verstrekt voor ten hoogste de periode van 1 januari tot en met 30 juni 2021. Over een eventuele verlenging zal tijdig worden gecommuniceerd.
Artikel 11 Afzien opleggen verhuisverplichting
Het college legt aan de aanvrager die op basis van deze beleidsregel in aanmerking komt voor de tegemoetkoming TONK, geen verhuisverplichting op.
Als de aanvrager niet of gedeeltelijk in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het college, gelet op alle omstandigheden waaronder een terugval in inkomen van de aanvrager als gevolg van de coronacrisis, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, indien dringende redenen hiertoe noodzaken.
Aldus vastgesteld op 26 april 2021,
Het college van burgemeester en wethouders van Hattem,
de burgemeester,
de secretaris,
De tegemoetkoming TONK is bedoeld voor particuliere woonlasten. Voor ondersteuning in de bedrijfslasten moet worden aangesloten bij de bestaande (al dan niet overbruggende) regelingen, zoals het Bbz, Tozo (bedrijfskapitaal), NOW, TVL, etc.
De TONK is een noodmaatregel, daarom worden Tozo, TVL en NOW niet als voorliggende voorziening aangemerkt.
De tegemoetkoming TONK is bedoeld voor inwoners die in hun inkomen getroffen zijn door de coronacrisis en onder normale omstandigheden geen beroep zouden hoeven doen op bijstand. De levensstandaard van deze inwoners is vaak niet afgestemd op bijstandsniveau. De bestaande beleidsregels voor bijzondere bijstand sluiten daarom onvoldoende aan bij de TONK-regeling. De beleidsregels Bijzondere Bijstand welke zijn opgenomen in de ‘Beleidsregels Werk&Inkomen 2021‘ zijn daarom niet van toepassing op de tegemoetkoming TONK.
De tegemoetkoming TONK kan betrekking hebben op de hypotheeklasten. Hiermee bedoelen we de netto-hypotheeklasten:
We gaan uit van netto hypotheeklasten omdat inwoners bij de Belastingdienst de teruggave i.v.m. hypotheekrenteaftrek maandelijks kunnen laten uitbetalen. De belastingteruggave heeft immers betrekking op de periode waarover TONK wordt verstrekt.
Aflossingen op hypotheek zijn feitelijk geen kosten. Toch nemen we de lasten van hypotheekaflossing mee in de noodzakelijke woonlasten. Dit doen we omdat de TONK is bedoeld voor inwoners die hun vaste verplichtingen niet meer kunnen voldoen vanwege een onvoorziene inkomensterugval. Als aflossing niet wordt meegenomen, dan blijft de inwoner veel lasten hebben die hij mogelijkerwijs niet kan bekostigen, waardoor de inwoner alsnog in grote financiële problemen kan komen. Het zou het doel van de TONK-regeling voorbij schieten om aflossing niet mee te nemen in de vaste woonlasten.
Er is voor gekozen om een bedrag van € 430,-- per maand in mindering te brengen op de tegemoetkoming TONK. Wij sluiten hierbij aan bij de grenzen van de Wet op de huurtoeslag. We gebruiken hierbij een bedrag van € 430,-- omdat dit het bedrag is dat, wanneer iemand de maximale huurtoeslag zou ontvangen, alsnog voor eigen rekening zou komen van de inwoner. De inwoner wordt dus geacht (ook met een inkomen op het sociaal minimum) in ieder geval € 430,-- van de woonlasten zelf te kunnen bekostigen.
Voor startende ondernemers geldt een afwijkend maximumbedrag, omdat zij geen beroep kunnen doen op verschillende overheidsregelingen zoals de Tozo, NOW, TVL, etc.. Hierdoor heeft deze groep niet altijd een inkomen op het sociaal minimum (wat bijvoorbeeld bij gebruik van Tozo wel het geval is) en is het dus niet reëel om van deze groep te achten dat zij een bedrag van
€ 430,-- zelf kunnen bekostigen. Door een hoger maximumbedrag te hanteren voor deze groep wordt beter aangesloten bij de doelstelling van de TONK-regeling, namelijk inwoners ondersteunen die in hun inkomen zijn geraakt vanwege de coronamaatregelen en hierdoor hun vaste lasten niet kunnen bekostigen.
De tegemoetkoming TONK wordt in principe verstrekt in de vorm van om niet. Dit betekent dat de inwoner de tegemoetkoming niet hoeft terug te betalen. Wel kan er sprake zijn van een tekortschietend besef van verantwoordelijkheid. In dat geval kan de TONK in de vorm van een lening worden verstrekt.
Voor de inkomensgrenzen van het sociaal minimum wordt aangesloten bij de inkomensgrenzen zoals bedoeld in paragraaf 3.2 van de Participatiewet. Er is gekozen om een draagkrachtpercentage van 50, zodat er ook nog enige ruimte overblijft voor het voldoen van andere lasten dan woonlasten.