Organisatie | Fryslân |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Besluit van Gedeputeerde Staten van de provincie Fryslân van 20 april 2021, met kenmerk 01875057 houdende regels omtrent het openstellingsbesluit op grond van de Regeling POP 3 subsidies provincie Fryslân voor paragraaf 2.6 niet-productieve investeringen water voorjaar 2021 (Openstellingsbesluit niet-productieve investeringen water KRW-klimaat voorjaar 2021) |
Citeertitel | Openstellingsbesluit niet-productieve investeringen water KRW-klimaat voorjaar 2021 |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
07-05-2021 | nieuwe regeling | 06-04-2021 |
In aanvulling op de definities in artikel 1.1 van de Regeling POP 3 subsidies provincie Fryslân wordt in dit besluit verstaan onder:
klimaatdoelen: verminderen van kwetsbaarheid van het watersysteem voor de gevolgen van zeespiegelstijging en voor extreme weersomstandigheden die als gevolg van klimaatverandering ontstaan. Dit laatste gaat zowel om situaties met extreme droogte als om situatie met wateroverlast. Deze doelen worden voor Fryslân beschreven in het waterhuishoudingsplan van de provincie Fryslân (het Vierde Waterhuishoudingsplan, te vinden op: www.fryslan.frl/whp4);
KRW-nota’s: de nota waarin de provincie Fryslân de doelen en (op hoofdlijnen) de maatregelen samenvat voor de Kaderrichtlijn Water, voor de periode 2016-2021 (Notitie KRW in Fryslân 2016-2021, 16 december 2015), en de KRW-beslisnota 2016-2021 d.d. 29 september 2015 van het Wetterskip Fryslân, beide te vinden op www.fryslan.frl/pop3;
KRW-opgavenkaart POP3 2021: kaart met daarop aangegeven de locaties, wateren en gemalen waarvoor KRW-opgaven gelden. De functies van de watergangen op deze kaart zijn ingetekend via hartlijnen door het waterlichaam: deze lijnen zelf zeggen dus niets over daadwerkelijke breedte ter plaatse, vorm, nevengeulen, meanders e.d. De kaart is te vinden op www.fryslan.frl/pop3;
waterhuishoudingsplan: het regionale waterplan bedoeld in artikel 4.4. Waterwet, waarin de provincie de hoofdlijnen van het in Fryslân te voeren waterbeleid vastlegt, voor de periode 2015-2021. Dit beleid is gericht op de bescherming tegen overstromingen en wateroverlast en de inrichting van watersystemen met voldoende en schoon water. Het Vierde Waterhuishoudingsplan, door Provinciale Staten van Fryslân vastgesteld op 20 april 2016, is te vinden op www.fryslan.frl/whp4.
Artikel 3 Doelgroep en aanvraag
Een subsidieaanvraag wordt ingediend bij Gedeputeerde Staten via het SNN door middel van een daarvoor ontwikkeld webportal dat bereikbaar is via www.snn.nl/pop3.
Artikel 4 Subsidiabele activiteiten
Subsidie kan worden verstrekt voor niet-productieve investeringen voor één of meerdere van de volgende KRW-maatregelen:
aanleg of inrichting van gronden in KRW-meren of -plassen met een maximale breedte van 20 meter (gemiddeld) of aanleg of inrichting van gronden die in verbinding (komen te) staan met de boezem, zodanig dat vissen het gebied in en uit kunnen komen in de paaiperiodes van de meeste vissoorten, waarbij in de zomerperiode een deel van de gronden permanent onder water staat met een waterdiepte tot 0,7 meter diep (gemiddeld), inclusief de daarbij behorende werkzaamheden (ook enting planten) en aanleg of benodigde aanpassing van kunstwerken;
Subsidie kan worden verstrekt voor niet-productieve investeringen voor de volgende Klimaatmaatregelen:
Maatregelen, die bijdragen aan het conserveren van water in of op de bodem en aan een hogere grondwaterstand en/of maatregelen die leiden tot het vasthouden of bergen van water, inclusief de daarbij behorende werkzaamheden en aanleg of benodigde aanpassing van kunstwerken, met uitzondering van drainage.
Om voor subsidie als bedoeld in artikel 4 in aanmerking te komen wordt voldaan aan de volgende criteria:
In het geval het subsidieplafond zal worden overschreden door een aanvraag waarbij het gevraagde subsidiebedrag hoger is dan het resterende bedrag van het subsidieplafond of indien het subsidiebedrag wordt overschreden door meerdere aanvragen en de onderlinge rangschikking tussen de aanvragen is gelijk, kunnen Gedeputeerde Staten besluiten dat het subsidieplafond wordt verhoogd met het bedrag dat nodig is om het project dat zorgt of de projecten die zorgen voor de overschrijding van het subsidieplafond te subsidiëren.
Onverminderd artikel 1.8 van de regeling wordt subsidie geweigerd indien niet wordt voldaan aan de toetsingscriteria genoemd in artikel 5.
Aldus vastgesteld in de vergadering van Gedeputeerde Staten van Fryslân van 6 april 2021.
Voorzitter drs. A.A.M. Brok
Secretaris R.E. Bouius – Riemersma, MBA MCM
Bijlage 1 Investeringslijst: maatregelen en puntenscore
*De totale score wordt berekend door vermenigvuldiging van het aantal punten per maatregel maal het aantal hele kilometers of hectares dat wordt gerealiseerd per tracé (dus niet over hetzelfde tracé tweemaal de lengte rekenen).
De typen wateren waarvoor subsidie beschikbaar is staan vermeld op de “KRW-Opgavenkaart POP3 2021”, evenals de locaties voor aanleg van vispassages.
Alleen KRW-maatregelen zoals hierboven genoemd en die uitgevoerd worden op locaties aangegeven op de “KRW-Opgavenkaart POP3 2021”, komen voor subsidie in aanmerking.
Artikel 1. Openstelling en subsidieplafond
De maatregel niet-productieve investeringen water KRW is gericht op niet-productieve investeringen in het landelijk gebied die betrekking hebben op de (her)inrichting of transformatie en het beheer van het watersysteem voor landbouw-, water- en klimaatdoelen. Niet-productieve investeringen zijn investeringen die geen aanmerkelijke stijging van de waarde of rentabiliteit van een bedrijf tot gevolg hebben.
Deze openstelling richt zich specifiek op maatregelen die bijdragen aan de realisatie van KRW- en/of klimaatdoelen. Deze doelen zijn voor Fryslân beschreven in het waterhuishoudingsplan van de provincie (Vierde Waterhuishoudingsplan, 20 april 2016 door Provinciale Staten vastgesteld en is te vinden op: www.fryslan.frl/whp4) en KRW-nota’s: de nota waarin de provincie Fryslân de doelen en (op hoofdlijnen) de maatregelen beschrijft voor de Kaderrichtlijn Water, voor de periode 2016-2021 (Notitie KRW in Fryslân 2016-2021, 16 december 2015) en de KRW-beslisnota 2016-2021 d.d. 29 september 2015 van Wetterskip Fryslân; beide nota’s zijn te vinden op www.fryslan.frl/pop3. Inmiddels zijn door de provincie en Wetterskip Fryslân KRW-Nota’s voor de periode 2022-2027 in ontwerp vastgesteld. Ook deze ontwerp-plannen zijn te vinden op www.fryslan.frl/pop3
De investeringen dienen altijd een link te hebben met de landbouw. Daaronder verstaan we investeringen die de landbouw helpen om aan de realisatie van KRW-doelen bij te dragen. Daarbij kan het ook gaan om investeringen waarmee negatieve effecten van de landbouw op de waterkwaliteit tenietgedaan of gecompenseerd worden.
Investeringen in klimaatmaatregelen moeten eenzelfde link met de landbouw hebben: ze leiden tot een robuust watersysteem dat ten goede komt aan de landbouw in het algemeen of de maatregelen compenseren negatieve effecten van een (lokaal) op de landbouw toegesneden waterhuishouding (uit het verleden).
De lijst van maatregelen (subsidiabele activiteiten) zoals genoemd in artikel 4 van dit openstellingsbesluit en bijlage 1 bij dit openstellingsbesluit voldoet aan deze voorwaarden.
Deze openstelling is een nadere invulling van de algemene bepalingen uit de Regeling POP 3 subsidies provincie Fryslân.
Subsidie bestaat uit 50% Europese ELFPO-middelen en 50% uit provinciale middelen tenzij de aanvrager een andere overheid betreft.
Artikel 4. Subsidiabele activiteiten
De subsidiabele activiteiten dragen bij het focusdoel A2: Behoud en versterking biodiversiteit en omgevingskwaliteit. Het doel van de Kaderrichtlijn water draagt immers direct bij aan een verbeterde omgevingskwaliteit én aan het versterken door de biodiversiteit. De KRW-nota’s geven de KRW-maatregelen weer die bij de besluitvorming van de nota's als meest doelmatig en kosteneffectief zijn beoordeeld. Het betreft bovenwettelijke gebiedsgerichte maatregelen. De lijst van maatregelen die voor subsidie in aanmerking komt, bevat een selectie van KRW-maatregelen uit de KRW-Nota’s. De niet-geselecteerde maatregelen worden op andere wijze gefinancierd.
De effectiviteit van de maatregelen uit de lijst wordt versterkt door de maatregelen uit te voeren op daarvoor geselecteerde locaties. Deze locaties staan vermeld op de KRW-opgavenkaart POP3. Ze zijn op basis van expert judgement vastgesteld. De “KRW-Opgavenkaart POP3 2021” is door het Gedeputeerde Staten vastgesteld (d.d. 6 april 2021).
De subsidiabele activiteiten dragen tevens bij aan focusdoel A1: klimaatadaptatie, het tegengaan en/of verminderen van de effecten van grote watertekorten en – overschotten en toenemende verzilting. Het klimaatbeleid voor Fryslân is beschreven in het Waterhuishoudingsplan van de provincie Fryslân. Het klimaatbeleid bevat een trits aan voorkeursmaatregelen: eerst vasthouden, dan bergen en daarna pas afvoeren. Dit ter voorkoming van wateroverlast en/of -tekorten. Deze trits vormt de basis voor de te subsidiëren klimaatmaatregelen.
Toelichting op art. 4, eerste lid, onder c: “aanleg of inrichting van gronden in KRW-meren of -plassen met een maximale breedte van 20 meter (gemiddeld) of aanleg of inrichting van gronden die in verbinding (komen te) staan met de boezem, zodanig dat vissen het gebied in en uit kunnen komen in de paaiperiodes van de meeste vissoorten, waarbij in de zomerperiode een deel van de gronden permanent onder water staat met een waterdiepte tot 0,7 meter diep (gemiddeld), inclusief de daarbij behorende werkzaamheden (ook enting planten) en aanleg of benodigde aanpassing van kunstwerken”. Hiermee wordt beoogd dat in het KRW-waterlichaam “overige boezemmeren”, luwe ondiepe zone’s ontstaan, door nieuwe inrichting of door aankoppelen van bv zomerpolders of boezemland aan de boezem. Het geschikt maken van bestaande luwe zone’s door herintroductie van vegetatie of maatregelen ter voorkoming van overbegrazing van de watervegetatie kan hier ook aan bijdragen. Het doel is dat waterplanten gaan groeien en paai of opgroeigebieden ontstaan voor vis en andere fauna. In het algemeen is het KRW-waterlichaam overige boezemmeren zo variabel (vele meren en meertjes in Friesland), dat het soort maatregel om het doel te bereiken, zeer divers kan zijn. Dit is ook de reden voor in de tekst genoemde gemiddelde, bij grootte en diepte van de inrichting.
Artikel 5 gaat over noodzakelijke en redelijk te maken kosten, over locaties op KRW-Opgavenkaart POP3 2021 en directe link met landbouw.
Artikel 6. Subsidiabele kosten
De proceskosten voor voorbereiding van een project en voor de begeleiding van de uitvoering van een project zijn onder voorwaarden subsidiabel. De provincie streeft ernaar dat een groot deel van de subsidie besteed wordt aan fysieke maatregelen. Om die reden worden er grenzen gesteld aan het totaal aan proceskosten voor de voorbereiding en de uitvoering van projecten.
Op de site van het SNN zal het openstellingsbesluit worden gepubliceerd, evenals een format voor het projectvoorstel en voor de begroting/financiering.
Onderdeel van de subsidiabele kosten kan zijn de aankoop van grond. In dat geval zijn de voorwaarden van artikel 1.10 van de regeling onverkort van toepassing. Inrichtingsmaatregelen op de (aangekochte) grond vallen onder ‘verbetering’ van de gronden, waarop de voorwaarden voor de aankoop van grond niet van toepassing zijn.
In het geval BTW aantoonbaar niet verrekenbaar of niet compensabel is, dan mag dit meegenomen worden bij de berekening van de hoogte van de subsidiabele kosten.
Voor POP3+ is de mogelijkheid toegevoegd om gebruik te maken van een Standard Cost Option (SCO). Voor deze openstelling is de SCO op basis van artikel 1.9a als kostensoort toegestaan. Dit houdt in dat er over de kosten derden binnen het project, die geen verband houden met de uitvoering van overheidsopdrachten voor werken met een waarde boven het Europese drempelbedrag, een opslag voor personeelskosten berekend mag worden zonder dat hier een administratieve verplichting tegenover staat in de vorm van onderbouwing van het uurtarief, of het bijhouden van een urenregistratie. Deze opslag wordt berekend door de som van de kosten derden binnen het project te vermenigvuldigen met 20%, waarna dat bedrag wordt vermeerderd met een opslag van 15% aan overheadkosten. Bijvoorbeeld:
Totale subsidiabele kosten derden: € 300.000,00
Opslag personeelskosten: 300.000 * 0.2 * 1.15 = € 69.000,00
Subsidiebedrag: (€ 300.000,00 + € 69.000,00) * 100% = € 369.000,00
Er geldt een ondergrens van € 200.000,00 aan subsidiabele kosten voor subsidietoekenning. Projecten waarvoor de subsidiabele kosten van de subsidieaanvraag lager uitvalt dan deze ondergrens, komen niet voor subsidie in aanmerking. Met deze bepaling wil de provincie de ontwikkeling bevorderen van grote, robuuste projecten waarmee in de praktijk meters worden gemaakt.
Artikel 8. Rangschikking en Bijlage 1 Maatregelen en puntenscore
In de openstelling is precies aangegeven welke termijn voor de indiening van aanvragen wordt gehanteerd. De start- en einddatum worden hierbij strikt in acht genomen.
Na sluiting van de indieningstermijn worden alle aanvragen beoordeeld en in een rangorde op een lijst geplaatst. De plaats in de rangorde wordt bepaald door het aantal punten dat aan het project is toegekend. Voor elk project geldt dat een minimumaantal punten dient te worden behaald om voor subsidie in aanmerking te komen. Het doel van deze systematiek is om alle projecten onderling te vergelijken en de beste projecten uit het totaalaanbod te selecteren. Als consequentie hiervan bestaat de mogelijkheid dat, indien binnen een tender het subsidieplafond wordt overschreden, de projecten met de laagste scores geen subsidie ontvangen.
Indien meerdere aanvragen op dezelfde plaats op de prioriteitenlijst worden gerangschikt en, door honorering van deze aanvragen, het subsidieplafond wordt overschreden, worden de aanvragen met dezelfde score als volgt gerangschikt: integrale projecten met zowel KRW- als klimaatmaatregelen gaan voor op andere projecten, en vervolgens gaan KRW-projecten voor op klimaatprojecten.
Pas als deze werkwijze nog steeds aanvragen met dezelfde score oplevert, wordt tot loting overgegaan.
Gedeputeerde Staten kunnen besluiten om het subsidieplafond te verhogen indien het plafond worden overschreden door een aanvraag waarbij het gevraagde subsidiebedrag hoger is dan het resterende bedrag van het subsidieplafond of indien het subsidiebedrag wordt overschreden door meerdere aanvragen en de onderlinge rangschikking tussen de aanvragen is gelijk.
De systematiek staat niet toe dat na sluiting van de indieningstermijn de aanvragen alsnog worden gewijzigd.
Voor de selectie van subsidieaanvragen wordt uitgegaan van effectiviteitsscores voor de maatregelen uit artikel 4, en de uitwerking daarvan volgens bijlage 1.
Afhankelijk van het type maatregel en het type water waarin de maatregelen worden uitgevoerd, zijn scores toegekend voor de mate waarin de maatregelen bijdragen aan de realisatie van de Friese KRW en/of klimaatdoelen. Deze scores zijn vermeld in bijlage 1. De scores zijn vastgesteld op basis van expert judgement.
Een rekenvoorbeeld voor het berekenen van het aantal m3 water dat geborgen kan worden bij extreme neerslagsituaties:
Polder van 500 ha, 2% open water: door maatregel mag waterstand tijdens extremen 50 cm hoger, daardoor 100.000 m² x 0,50 m = 50.000 m3, wat gelijk staat aan 1 punt.