Organisatie | Groningen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit bodycam gemeente Groningen |
Citeertitel | Besluit bodycam gemeente Groningen |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-05-2021 | Nieuwe regeling | 26-04-2021 | 173394-2021 |
Hoofdstuk 2 Protocol voor opname, opslag en bekijken van beelden
In het geval dat opnames zijn gemaakt op terreinen zoals bedoeld onder c van dit artikel dan worden de beelden enkel opgeslagen voor vastlegging van het voorgevallen incident tussen de medewerker en de betrokkene. De gemeente gebruikt de beelden niet als bewijslast voor andere overtredingen die zijn waargenomen door de bodycam. Andere personen (inclusief medewerkers), voor zover zij niets met het incident van doen hebben, worden onherkenbaar gemaakt met blurring.
Bekijken van door de bodycam opgenomen beeldmateriaal
Artikel 9 Bekijken door medewerkers Toezicht en Handhaving Openbare Ruimte
De opnames kunnen alleen worden bekeken met als doel klachtafhandeling en leerervaring als de betrokken medewerkers daar toestemming voor geven. Het bekijken van de beelden mag nooit gevolgen hebben voor de rechtspositie van de betrokken medewerkers. De beelden worden ook niet gebruikt voor het beoordelen van het functioneren van de betrokken medewerkers (werkbegeleidingscyclus).
Artikel 10 Bekijken door anderen
Bekijken beelden door betrokken burger of belangenbehartiger:
Een betrokkene of belangenbehartiger ontvangt nooit tijdens inzage een kopie en het is tevens niet toegestaan om foto’s, geluidsopnames of beeldmateriaal te maken. Bij het bekijken van de beelden van de bodycam mogen aantekeningen worden gemaakt. De betrokkene of diens belangenbehartiger krijgt hier vooraf uitleg over;
Toelichting Doel, Grondslag en Noodzaak
Boa’s en toezichthouders worden in Groningen met regelmaat geconfronteerd met vooral verbaal maar ook fysiek geweld. Onze medewerkers zien dat de samenleving verruwt. Dit zorgt ervoor dat zij zich niet altijd veilig voelen op straat. De bodycam zal worden ingezet om de veiligheid van deze medewerkers te vergroten.
Het doel van het gebruik van de bodycam is meervoudig:
Beelden die met de bodycams zijn gemaakt, waarbij eventuele strafbare feiten zijn gepleegd, kunnen in een opsporingsonderzoek na vordering van de officier van justitie, worden gebruikt.
Een burger (of diens belangenbehartiger) heeft op basis van artikel 15 AVG recht om inzage te vragen van beelden die zijn opgenomen. Het doel van deze inzage kan ter verificatie dienen van hetgeen zich heeft voorgedaan, bijvoorbeeld ter onderbouwing van het indienen van een klacht of schadevergoeding.
Grondslagen Toezichthouders en buitengewoon opsporingsambtenaren
De gemeente heeft toezichthouders en boa’s in dienst. Zij houden toezicht en handhaven op wet- en regelgeving. Dit betreft zowel landelijke als lokale regelgeving. De juridische grondslag voor toezichthouders, en de kaders waarbinnen zij mogen werken, staan beschreven in de Algemene Wet Bestuursrecht. De term toezichthouder is gedefinieerd in artikel 5:11 AWB. Toezichthouders houden enkel toezicht op de wet- en regelgeving waarvoor zij zijn aangewezen.
De gemeente heeft ook boa’s, of handhavers, in dienst. Boa’s ontlenen hun bevoegdheden aan artikel 142 Wetboek van Strafvordering. Zij hebben strafrechtelijke opsporingsbevoegdheid en mogen binnen het domein waarin zij zijn aangesteld strafbare feiten opsporen.
Een toezichthouder kan tevens opsporingsambtenaar zijn.
Toezicht en Handhaving van wet en regelgeving
Boa’s en toezichthouders worden aangewezen om toezicht te houden en te handhaven op aangewezen wet en regelgeving. Bijvoorbeeld de algemene Plaatselijke verordening Groningen en de Drank- en Horecawet. De uitvoering van toezicht en handhaving is een publiek rechtelijke taak, waarover het College beslist.
Grondslag Persoonlijk beschermingsmiddel
Werknemers moeten veilig en gezond kunnen werken. De Arbowet voorziet in het juridisch kader en verplicht werkgevers om Arbobeleid te voeren. De bodycam wordt aan medewerkers ter beschikking gesteld op basis van artikel 3 lid 1 onder b Arbowet. Ondanks alle maatregelen (zowel landelijk als lokaal) om agressie en geweld een halt toe te roepen blijft er een verhoogd risico bij de uitvoering van toezichthoudende en handhavende taken. De bodycam wordt verleent als persoonlijk beschermingsmiddel.
Met de inzet van bodycams wordt gepoogd om incidenten en onrechtmatige gedragingen jegens de medewerkers te voorkomen en hiermee de veiligheid van de medewerkers te garanderen en psychosociale arbeidsbelasting zoveel mogelijk te beperken. De medewerkers van THOR dragen de bodycams tijdens werkzaamheden in het kader van de handhaving van de lokale veiligheid en leefbaarheid, een publiekrechtelijke taak van de gemeente. De medewerker zet de bodycam enkel aan als de situatie op straat daar om vraagt.
Het gebruik van de bodycam leidt tot een inmenging in de persoonlijke levenssfeer en daarmee tot een inbreuk op een grondrecht (artikel 10 Grondwet en artikel 8 EVRM). Eén van de voorwaarden voor de beperking van dit recht, is dat hier een wettelijke grondslag voor moet bestaan.
Bij het maken van beelden met de bodycam en het opslaan en beoordelen van deze beelden is sprake van het verwerken van (bijzondere) persoonsgegevens.
De verwerking van persoonsgegevens is alleen rechtmatig indien er aan een grondslag in artikel 6 van de AVG wordt voldaan. In dit geval wordt er voldaan aan artikel 6 lid 1 sub f AVG:
de verwerking is noodzakelijk voor de behartiging van de gerechtvaardigde belangen van de verwerkingsverantwoordelijke of van een derde, behalve wanneer de belangen of de grondrechten en de fundamentele vrijheden van de betrokkene die tot bescherming van persoonsgegevens nopen, zwaarder wegen dan die belangen, met name wanneer de betrokkene een kind is.
Hoewel dit artikel niet geldt voor de verwerking van gegevens door overheidsinstanties in het kader van de uitoefening van hun taken, is deze uitzondering niet van toepassing in het onderhavige geval. Het uitrusten van de toezichthouders en boa’s wordt gedaan in het kader van ‘goed werkgeverschap’, en wordt derhalve niet gedaan in het kader van de uitoefening van de uitvoering van een overheidstaak. Het gaat er immers om of het gebruik van bodycams noodzakelijk wordt geacht voor het bieden van een veilige werkplek aan de toezichthouders en handhavers in de openbare ruimte. Dit belang weegt zwaarder dan het belang van een persoonlijke levenssfeer zonder inmenging. De wettelijke grondslag voor de inzet van de bodycams is derhalve gelegen in artikel 3 lid 1 onder b en 3 lid 2 van de Arbowet en artikel 2.15 van het Arbobesluit.
Uit evaluatie-momenten moet blijken of het gebruik van bodycams een positieve invloed heeft op het veiligheidsgevoel van de boa’s en of deze een bijdrage kunnen leveren aan het voorkomen dan wel de-escaleren van ongewenst gedrag.
Noodzaak, proportionaliteit en subsidiariteit
Agressie en geweld kunnen ernstige gevolgen hebben voor de medewerker. Geweld kan zowel fysieke als mentale gevolgen hebben voor de medewerker. De fysieke gevolgen kunnen variëren van lichte verwondingen, permanente fysieke gevolgen tot in potentie het overlijden. De gevolgen van verbale vormen van agressie lijken wellicht minder schadelijk, maar komen veel vaker voor. Dit kan leiden tot psychische pijn en andere gezondheidsklachten zoals:
Agressie en geweld zijn volgens de Arbowet een vorm van psychosociale arbeidsbelasting. Werkgevers zijn, zoals beschreven in artikel 2.15 Arbobesluit, verplicht maatregelen vast te stellen en uit te voeren om psychosociale arbeidsbelasting te voorkomen of indien dat niet mogelijk is te beperken.
De bodycams worden pas aangezet wanneer de boa’s en/of toezichthouders in situaties terechtkomen die (dreigen te) escaleren. De beelden zijn voorzien van encryptie en worden opgeslagen op een beveiligde server waardoor ze niet zomaar bekeken kunnen worden. Voor het bekijken van de beelden zijn in dit besluit duidelijke instructies opgenomen, waarin onder meer wordt vermeld dat de beelden slechts na bekendmaking aan het afdelingshoofd door een selecte groep kunnen worden bekeken. De beelden mogen niet verspreid worden via internet of social media. Door de strikte voorwaarden die gesteld worden aan het gebruik van de bodycam, in combinatie met de doelstellingen waarvoor deze worden ingezet, wordt voldaan aan het proportionaliteitsbeginsel
Er is altijd aandacht voor de veiligheid van de medewerkers van THOR. In het bijzonder het afgelopen jaar. Het algemene beeld is dat de samenleving verruwt. Onze medewerkers krijgen steeds vaker met geweld te maken. Dit blijkt onder andere uit intern onderzoek onder medewerkers. Medewerkers worden doorlopend getraind in gesprekstechnieken en vaardigheden om situaties te de-escaleren.
De huidige uitrusting van de toezichthouders en boa’s behelst tot op heden echter geen vergelijkbaar middel dat kan worden ingezet in escalerende situaties om de in de inleiding gestelde doelen te bereiken (zoals geweldsmiddelen).