Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Veiligheidsregio Utrecht

Besluit van het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht houdende regels omtrent vertrouwenspersoon (Regeling vertrouwenspersoon VRU)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVeiligheidsregio Utrecht
OrganisatietypeRegionaal samenwerkingsorgaan
Officiële naam regelingBesluit van het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht houdende regels omtrent vertrouwenspersoon (Regeling vertrouwenspersoon VRU)
CiteertitelRegeling vertrouwenspersoon VRU
Vastgesteld doordagelijks bestuur
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Wet gemeenschappelijke regelingen
  2. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Utrecht%20%28Utr%29/617598/CVDR617598_1.html
  3. http://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/XHTMLoutput/Actueel/Veiligheidsregio%20Utrecht/CVDR649765.html
  4. Arbeidsomstandighedenwet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-2021nieuwe regeling

08-03-2021

bgr-2021-369

Tekst van de regeling

Intitulé

Besluit van het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht houdende regels omtrent vertrouwenspersoon (Regeling vertrouwenspersoon VRU)

Het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht,

 

gelet op:

  • -

    de Wet gemeenschappelijke regelingen;

  • -

    de Gemeenschappelijke regeling VRU, in het bijzonder artikel 3.5;

  • -

    de CAR/UWO;

  • -

    de Arbeidsomstandighedenwet;

 

overwegende:

  • -

    dat het dagelijks bestuur d.d. 6 juni 2014 de Regeling vertrouwenspersoon vastgesteld heeft en het besluit genomen heeft deze toe te voegen aan de Uitvoeringsregeling Veiligheidsregio Utrecht (UVRU);

  • -

    dat het dagelijks bestuur d.d. 16 december 2020 de UVRU heeft ingetrokken, inclusief de van toepassing verklaarde, al dan niet vervallen, (gemeentelijke) rechtspositionele regelingen waarnaar verwezen werd in de UVRU;

  • -

    dat het dagelijks bestuur d.d. 16 december 2020, ter vervanging van de UVRU, het Personeelshandboek Veiligheidsregio Utrecht heeft vastgesteld;

  • -

    dat de Regeling vertrouwenspersoon niet opgenomen is in het Personeelshandboek Veiligheidsregio Utrecht;

  • -

    dat dientengevolge de Regeling vertrouwenspersoon met het intrekken van de UVRU ook ingetrokken is;

 

besluit:

vast te stellen de volgende:

 

Regeling vertrouwenspersoon VRU.

Artikel 1. Begripsomschrijving

Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:

  • a.

    de ambtenaar: de ambtenaar met een aanstelling of arbeidsovereenkomst binnen de Veiligheidsregio Utrecht op grond van artikel 1:1 lid 1 sub a van de CAR/UWO;

  • b.

    de werkgever: het dagelijks bestuur van de Veiligheidsregio Utrecht of degene die namens het dagelijks bestuur optreedt;

  • c.

    vertrouwenspersoon: persoon die als aanspreekpunt optreedt voor medewerkers die geconfronteerd worden of zijn met ongewenst gedrag en hen ondersteunt en begeleidt;

  • d.

    ongewenst gedrag: gedrag dat valt binnen de begrippen discriminatie; (seksuele) intimidatie, zoals verwoord in artikel 1, 1a en 2 van de Algemene wet gelijke behandeling; agressie, geweld en pesten, zoals bedoeld in artikel 1 lid 3 sub e van de Arbowet;

  • e.

    klager: de persoon, die werkzaam is of werkzaam is geweest in de organisatie van de Veiligheidsregio Utrecht en een klacht over ongewenst gedrag indient. Behalve de eigen medewerkers kunnen ook uitzendkrachten, detacheringskrachten, stagiaires en andere personen die werkzaamheden verrichten of hebben verricht ten behoeve van deze veiligheidsregio een klacht indienen wegens ongewenst gedrag;

  • f.

    aangeklaagde: een persoon, die werkzaam is of is geweest in de organisatie van de Veiligheidsregio Utrecht en over wiens gedrag geklaagd wordt;

  • g.

    klacht: een door de klager ondertekend en van naam- en adresgegevens voorzien geschrift waarin het jegens hem ongewenste gedrag waarop de klacht betrekking heeft, is omschreven;

  • h.

    vermoeden van misstand: Een op redelijke gronden gebaseerd vermoeden binnen de organisatie van de Veiligheidsregio Utrecht omtrent:

  • -

    een strafbaar feit;

  • -

    een schending van regelgeving of beleidsregels;

  • -

    het misleiden van justitie;

  • -

    een gevaar voor de volksgezondheid, de veiligheid of het milieu;

  • -

    het bewust achterhouden van informatie over deze feiten.

Artikel 2. De vertrouwenspersoon

  • 1.

    De werkgever draagt gemotiveerd één of meer personen of organisaties voor die als vertrouwenspersoon kunnen optreden c.q. een vertrouwenspersoon beschikbaar stellen.

  • 2.

    De werkgever stelt, na instemming van de ondernemingsraad die een gemotiveerd instemmingsverzoek hebben ontvangen, vertrouwenspersonen aan. Hierbij wordt onderscheid gemaakt tussen interne vertrouwenspersonen en een externe partij die vertrouwenspersonen beschikbaar stelt.

  • 3.

    Iedere medewerker heeft het recht zich tot een vertrouwenspersoon te wenden.

  • 4.

    De vertrouwenspersoon die taken op basis van deze regeling verricht mag om die reden niet worden ontslagen of anderszins in deze positie binnen de Veiligheidsregio Utrecht benadeeld worden.

Artikel 3. Taken vertrouwenspersoon

De vertrouwenspersoon heeft als taken:

  • a.

    de klager op te vangen met klachten over ongewenst gedrag;

  • b.

    door bemiddeling te trachten tot een oplossing van de gesignaleerde problemen te komen indien de klager daarin toestemt;

  • c.

    de klager te ondersteunen, op zijn verzoek, bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie en de begeleiding in het traject dat daarop volgt;

  • d.

    voor zover nodig en gewenst, de klager of aangeklaagde te verwijzen naar gespecialiseerde hulpverleningsinstanties;

  • e.

    het registreren van de aard en de omvang van de klachten;

  • f.

    het gevraagd en ongevraagd adviseren van de werkgever over het beleid inzake ongewenst gedrag;

  • g.

    het signaleren van de behoefte aan voorlichting over ongewenst gedrag;

  • h.

    ondersteuning bij een melding in het kader van de Regeling Melding Vermoeden Misstand;

  • i.

    registratie en rapporteren aan de werkgever over het aantal meldingen op jaarbasis.

Bovenstaande taken of onderwerpen kunnen verdeeld worden over verschillende vertrouwenspersonen.

Artikel 4. Werkwijze en bevoegdheden van de vertrouwenspersoon

  • 1.

    De vertrouwenspersoon onderneemt alleen actie naar aanleiding van een klacht of melding indien de klager daarmee instemt.

  • 2.

    De vertrouwenspersoon is bevoegd informatie in te winnen bij de betrokkenen en/of getuigen (na toestemming van de klager). De vertrouwenspersoon neemt daartoe de grootst mogelijke zorgvuldigheid in acht ter bescherming van de privacy en andere belangen van de betrokkenen.

  • 3.

    De vertrouwenspersoon is verplicht tot geheimhouding van hetgeen in verband met de werkzaamheden in de functie van vertrouwenspersoon ter kennis wordt gebracht.

  • 4.

    De vertrouwenspersoon is gehouden strafrechtelijke feiten te melden.

  • 5.

    In voorkomende gevallen kan de vertrouwenspersoon externe deskundigen raadplegen. In het geval dat hier kosten aan verbonden zijn, dient de werkgever vooraf in te stemmen met een dergelijk consult.

  • 6.

    Personen die met betrekking tot een klacht aangaande seksuele intimidatie, discriminatie, pesterij, agressie en/of geweld of in het kader van een melding in het kader van de Regeling Melding Vermoeden Misstand door de vertrouwenspersoon worden benaderd, zijn verplicht tot geheimhouding en worden hierop gewezen door de vertrouwenspersoon.

  • 7.

    De vertrouwenspersoon kan aan de werkgever signalen afgeven over knelpunten in de uitvoering van het beleid ter voorkoming en bestrijding van ongewenst gedrag en/of schending van de gedragscode.

Artikel 5. Faciliteiten vertrouwenspersonen

  • 1.

    De interne vertrouwenspersoon kan de taken zoals bedoeld in artikel 3 binnen zijn reguliere aanstelling uitoefenen.

  • 2.

    Als er vertrouwelijke gesprekken gevoerd moeten worden, kan de vertrouwenspersoon beschikken over een spreekkamer.

Artikel 6. Onvoorziene gevallen

In gevallen waarin deze regeling niet of niet in redelijkheid voorziet, kan de werkgever een bijzondere voorziening treffen.

Artikel 7. Citeertitel en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze regeling treedt in werking op 1 januari 2021.

  • 2.

    Bekendmaking geschiedt door plaatsing op de website van de VRU.

  • 3.

    Deze regeling wordt aangehaald als: ‘Regeling vertrouwenspersoon VRU’.

 

Aldus vastgesteld door het dagelijks bestuur,

Utrecht, 8 maart 2021,

S.A.M. Dijksma

voorzitter

dr. P.L.J. Bos

secretaris