Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Delft

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Delft houdende regels omtrent de helingaanpak van handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen (Beleidsregels heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDelft
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel van de burgemeester van de gemeente Delft houdende regels omtrent de helingaanpak van handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen (Beleidsregels heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen)
CiteertitelBeleidsregels heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen
Vastgesteld doorburgemeester
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 174 van de Gemeentewet
  2. artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht
  3. artikel 2, tweede lid, van het Uitvoeringsbesluit ex artikel 437, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht
  4. artikel 437bis, eerste lid, van het Wetboek van Strafrecht
  5. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/Delft/185002/CVDR185002_18.html
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

29-04-2021nieuwe regeling

09-04-2021

gmb-2021-131409

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel van de burgemeester van de gemeente Delft houdende regels omtrent de helingaanpak van handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen (Beleidsregels heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen)

 

1 Inleiding

 

Straatroven, woninginbraken en overvallen hebben een grote impact op slachtoffers en vormen een gevaar voor de openbare orde en het woon- en leefklimaat. De gestolen goederen worden vaak doorverkocht. Heling is dus veelal het gevolg van een high-impact-crime. Daarom is er alle belang bij om het doorverkopen van gestolen goederen zo moeilijk mogelijk te maken.

 

Iedere ondernemer kan het beroep van ‘handelaar’ uitoefenen. 1 Handelaren horen ook bij een stad als Delft. Een deel van de branche is echter kwetsbaar voor het faciliteren van criminaliteit. Handelaren dragen hiermee een grote verantwoordelijkheid.

 

Daarom heeft de gemeente Delft voor deze handelaren, als aanvulling op landelijke wet- en regelgeving2 , een aantal regels opgenomen in de Algemene Plaatselijke Verordening voor Delft (hierna: APV Delft). 3

 

Het niet voldoen aan deze regels levert, vooral bij herhaling, de aanmerkelijke kans op dat er heling plaatsvindt en vormt daarmee een inbreuk op de openbare orde op. Op basis van genoemde wet- en regelgeving is daarom beleidsregels opgesteld.

 

Indien een handelaar de regels niet nakomt, kan de burgemeester dan ook ter bescherming van de openbare orde bestuurlijke maatregelen nemen. Een maatregel kan zijn dat de burgemeester op basis van artikel 174 van de Gemeentewet het pand van waaruit de overtreding plaatsvindt, sluit.

 

De doelstelling van deze beleidsregels is drieledig:

  • I.

    het creëren van duidelijkheid voor handelaren en registercontroleurs ten aanzien van bestuurlijke maatregelen die kunnen worden genomen bij het niet naleven van de van toepassing zijnde wet- en regelgeving;

  • II.

    bestuurlijke maatregelen die aansluiten op de bevoegdheden van de burgemeester ter bescherming van de openbare orde en veiligheid en het woon- en leefklimaat;

  • III.

    bestuurlijke maatregelen die rekening houden met de eisen van proportionaliteit en subsidiariteit.

In deze beleidsregels wordt aan de hand van het handhavingsarrangement in hoofdstuk 2 uiteengezet hoe de burgemeester onder andere omgaat met haar sluitingsbevoegdheid.

2 Handhavingsarrangement

 

In onderstaand schema wordt per soort overtreding aangegeven op welke wijze hiermee wordt omgegaan.

Overtreding

Eerste maatregel

Tweede maatregel

Derde maatregel

Niet correct bijhouden doorlopend en door burgemeester gewaarmerkt in en/of verkoopregister (waaronder

identificatieplicht)

Waarschuwing

Waarschuwing

Sluiting vier weken

Niet (tijdig) voldoen aan de meld-, wijzigings- of afmeldplicht ex 2:57 onder a APV Delft

Waarschuwing

Waarschuwing

Sluiting vier weken

Nalaten melding te doen indien redelijkerwijs kan worden vermoed dat het goed van diefstal afkomstig is

Waarschuwing

Last onder dwangsom

Sluiting vier weken

Ingekocht goed korter dan zeven dagen in bewaring houden

Waarschuwing

Last onder dwangsom

Sluiting vier weken

Het verwerven van een goed van een minderjarige

Waarschuwing

Last onder dwangsom

Sluiting drie maanden

Geheel geen aantekening houden van gebruikte/ ongeregelde goederen dan wel door geen doorlopend en door burgemeester gewaarmerkt register te houden

Waarschuwing

Last onder dwangsom

Sluiting drie maanden

Nalaten medewerking te verlenen aan de toezichthouder bij de controle van het doorlopend en door burgemeester gewaarmerkt in- en/ of verkoopregister

Waarschuwing

Waarschuwing

Sluiting drie maanden

Niet-naleven last toezichthouder tot langer onder zich houden van een verdacht goed dan wel een andere aanwijzing uit de last

Waarschuwing

Last onder dwangsom

Sluiting drie maanden

Heling (opzettelijk)

Sluiting drie maanden

Sluiting onbepaalde tijd

Ingeval van verzwarende omstandigheden kunnen bestuurlijke maatregelen worden overgeslagen, of kan een zwaardere bestuurlijke maatregel worden opgelegd.

 

Verzwarende feiten en omstandigheden zijn (niet limitatief):

  • Meerdere overtredingen uit het handhavingsarrangement;

  • Het voorhanden hebben van een goed afkomstig van een misdrijf;

  • Omvang en eventuele gevolgen van de overtreding.

 

2.1 Uitgelicht

2.1.1 Belangenafweging

De burgemeester weegt in haar besluitvorming over het treffen van een bestuurlijke maatregel het belang van de handelaar en overige belanghebbenden af tegen dat van de openbare orde. De openbare orde weegt daarbij zwaar. De openbare orde kan in bepaalde gevallen zijn aangetast zonder dat direct sprake is van een overtreding door de handelaar.

 

Naast de naleving van de geldende wet- en regelgeving kijkt de burgemeester dus ook naar de invloed van de onderneming op haar omgeving. Een handelaar heeft in die zin een zogenaamde ‘risicoaansprakelijkheid’ bijvoorbeeld wanneer de onderneming als (bekende) afzetmarkt dient voor gestolen goederen.

 

Het soort, de hoeveelheid en/of de locatie van de aangetroffen gestolen goederen, net als de frequentie waarmee dit soort goederen wordt aangetroffen spelen hierin voor de mate van aantasting van de openbare orde een belangrijke rol.

 

Daarnaast wordt in de afweging ook meegenomen op welke wijze de handelaar aantoonbaar invulling heeft gegeven aan zijn ‘onderzoeksplicht’ voorafgaande aan de inkoop van goederen. Oftewel welke voorzorgsmaatregelen neemt een handelaar om te voorkomen dat gestolen goederen worden ingekocht. Van de handelaar mag worden verwacht dat deze de handelsmarkt in de betreffende goederen goed kent.

 

Van een handelaar mag tevens worden verwacht dat deze zich bewust is van het feit dat de handel in ongeregelde en gebruikte goederen verantwoordelijkheden met zich mee brengt ten aanzien van het voorkomen van handel in gestolen goederen.

2.1.2 Heling

Van een handelaar wordt verwacht dat hij zich aan de geldende wet- en regelgeving houdt. Van hem wordt derhalve verwacht dat hij heling actief tegengaat. Heling is het gevolg van een high-impact-crime en heeft een grote impact op het woon- en leefklimaat en tast de openbare orde aan. De burgemeester ziet heling als een zeer ernstig incident.

 

Wanneer het aannemelijk is dat een handelaar zich schuldig maakt aan heling, zal de burgemeester dan ook direct overgaan tot een sluiting van drie maanden. Bij recidive sluit de burgemeester de inrichting voor een onbepaalde tijd.

2.1.3 Niet voldoen aan voorschriften

Het niet voldoen aan de voorschriften uit afdeling 12 APV Delft en de artikelen 437 en 437bis Sr betekent niet direct dat sprake is van heling. Het betekent wel dat een handelaar nalatig is in zijn plicht om heling actief tegen te gaan. Het (herhaaldelijk) niet naleven van deze voorschriften levert de aanmerkelijke kans op dat er heling plaatsvindt, hetgeen een inbreuk op de openbare orde oplevert.

 

Op het niet voldoen aan deze voorschriften volgt daarom in beginsel een bestuurlijke waarschuwing. De handelaar krijgt daarbij de ruimte om zijn gedrag aan te passen en maatregelen te nemen. Het hangt van de ernst van de overtredingen af hoeveel waarschuwingen er worden gegeven, voor er daadwerkelijk wordt overgegaan tot het opleggen van een bestuurlijke maatregel: een last onder dwangsom.

 

De burgemeester rekent het een handelaar bijvoorbeeld zwaarder aan wanneer hij vermoedens van een strafbaar feit niet meldt, dan wanneer hij zijn in- en/of verkoopregister niet (volledig) heeft bijgehouden. Ook rekent de burgemeester het een handelaar zwaar aan, indien hij een toezichthouder geen medewerking verleent bij het controleren van het in- en/of verkoopregister. Immers, heling kan alleen voorkomen worden als handelaren en toezichthouders daarbij samenwerken.

 

Wordt geen medewerking verleend aan een toezichthouder, volgt een bestuurlijke waarschuwing, waarna bij een tweede constatering een last onder dwangsom volgt en bij een derde constatering een sluiting voor de duur van drie maanden.

 

Hetzelfde geldt voor het onder zich houden van een goed korter dan de vereiste zeven dagen of voor het niet naleven van een last van de toezichthouder om een verdacht goed voor een bepaalde periode onder zich te houden dan wel een andere aanwijzing gegeven bij die last. Een handelaar die zich hier niet aan houdt, geeft toezichthouders onvoldoende ruimte om strafbare feiten te constateren. In deze situaties waarschuwt de burgemeester daarom slechts eenmalig.

2.1.4 Het verwerven van een goed van een minderjarige

Ook minderjarigen (<18 jaar) maken zich schuldig aan misdrijven waarbij goederen worden buitgemaakt en/of verworven. Het verwerven van een goed van een minderjarige rekent de burgemeester dan ook zwaar aan. Jeugdcriminaliteit is zeer kwalijk, een gevaar voor de openbare orde en het woon- en leefklimaat en dit dient zoveel mogelijk voorkomen en bestreden te worden. Indien een goed van een minderjarige wordt verworven, wordt derhalve eenmalig een waarschuwing gegeven, waarna bij een tweede constatering een last onder dwangsom volgt.

2.1.5 Artikel 2:57 onder a APV Delft

Een handelaar moet de burgemeester binnen drie dagen schriftelijk in kennis stellen dat hij het beroep van handelaar uitoefent. Datzelfde geldt ook indien zijn woonadres dan wel het adres van zijn onderneming wijzigt en wanneer hij het beroep van handelaar niet langer uitoefent. Om als handelaar aan deze verplichting te kunnen voldoen is het digitaal opkopers loket (DOL) ingericht die via de website van de gemeente Delft te benaderen valt. Indien een handelaar niet voldoet aan deze verplichting bestaan de eerste twee maatregelen uit een waarschuwing waarna een sluiting volgt van vier weken.

2.1.6 Geldigheidstermijn overtreding

Voor het handhavingsarrangement geldt dat een volgende maatregel wordt genomen wanneer binnen een jaar na een vorige overtreding opnieuw een overtreding plaatsvindt.

 

Een overtreding blijft vijf jaar meetellen. Vindt een overtreding binnen vijf jaar na de vorige overtreding plaats, maar is de vorige keer langer dan een jaar geleden, dan wordt de handhavingsstap (maatregel) herhaald.

2.1.7 Tweesporenbeleid

Tegen een overtreding kan zowel op basis van het strafrecht als op basis van het bestuursrecht respectievelijk een sanctie en bestuurlijke maatregel worden getroffen.

Strafrecht is punitief: op een overtreding van een wetsartikel volgt een, door een opsporingsambtenaar op te leggen, straf. Een bestuurlijke maatregel die de burgemeester treft is een reparatoire maatregel, die als doel heeft de aangetaste openbare orde en veiligheid te herstellen, dan wel te voorkomen dat deze (verder) wordt verstoord. Bestuursrecht en strafrecht worden naast elkaar toegepast.

2.1.8. Inwerkingtreding

Deze beleidsregels treden in werking op de eerste dag na de datum van bekendmaking.

3 Citeertitel

 

Deze beleidsregels worden aangehaald als:

‘Beleidsregels heling voor handelaren in ongeregelde en gebruikte goederen’.

Aldus vastgesteld op 9 april 2021

De burgemeester van Delft,

J.M. van Bijsterveldt-Vliegenthart

Bijlage 1: Wettelijk kader

Sluitingsbevoegdheid

 

Artikel 174 Gemeentewet

  • 1.

    De burgemeester is belast met het toezicht op de openbare samenkomsten en vermakelijkheden alsmede op de voor het publiek openstaande gebouwen en daarbij behorende erven.

  • 2.

    De burgemeester is bevoegd bij de uitoefening van het toezicht, bedoeld in het eerste lid, de bevelen te geven die met het oog op de bescherming van veiligheid en gezondheid nodig zijn.

  • 3.

    De burgemeester is belast met de uitvoering van verordeningen voor zover deze betrekking hebben op het in het eerste lid bedoelde toezicht.

Verplichtingen handelaren

 

Artikel 2:56 APV Delft

  • 1.

    De handelaar is verplicht aantekening te houden van alle gebruikte of ongeregelde goederen die hij verkoopt of op andere wijze overdraagt, in een doorlopend en een door of namens de burgemeester gewaarmerkt register en daarin vermeld hij onverwijld:

    • a.

      het volgnummer van de aantekening met betrekking tot het goed;

    • b.

      de datum van verkoop of overdracht van het goed;

    • c.

      een omschrijving van het goed, daaronder begrepen – voor zover dat mogelijk is – soort, merk en nummer van het goed;

    • d.

      de verkoopprijs of andere voorwaarden voor overdracht van het goed;

    • e.

      de naam en het adres van degene die het goed heeft verkregen.

  • 2.

    De burgemeester is bevoegd vrijstelling te verlenen van deze verplichtingen.

Artikel 2:57 APV Delft

De handelaar of een voor hem handelend persoon is verplicht:

  • a.

    de burgemeester binnen drie dagen schriftelijk in kennis te stellen:

    • dat hij het beroep van handelaar uitoefent met vermelding van zijn woonadres en het adres van de bij zijn onderneming behorende vestiging;

    • van een verandering van e onder a, sub 1o, bedoelde adressen;

    • als hij beroep van handelaar niet langer uitoefent;

    • dat hij enig goed kan verkrijgen dat redelijkerwijs van een misdrijf afkomstig is of voor de rechthebbende verloren is gegaan;

  • b.

    de burgemeester op eerste aanvraag zijn administratie of register ter inzage te geven;

  • c.

    aan de hoofdingang van elke vestiging een kenteken te hebben waarop zijn naam en de aard van de Onderneming duidelijk zichtbaar zijn;

  • d.

    een door opkoop verkregen goed gedurende de eerste zeven dagen in bewaring te houden in de staat waarin het goed verkregen is.

Artikel 437, lid 1, Wetboek van Strafrecht

Ingevolge deze bepaling uit het Wetboek van Stafrecht wordt een handelaar in voormelde zin met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie gestraft, die in de uitoefening van zijn beroep of bedrijf:

  • a.

    niet met inachtneming van de bij algemene maatregel van bestuur te stellen regels aantekening houdt van alle gebruikte of ongeregelde goederen die hij heeft verworven dan wel voorhanden heeft,

  • b.

    een gebruikt of ongeregeld goed verwerft van iemand, zonder dat diegene zijn identificerende persoonsgegevens heeft opgegeven of zonder dat hij die gegevens in zijn administratie heeft aangetekend,

  • c.

    nalaat zijn administratie op eerste aanvraag ter inzage te geven aan een ambtenaar als bedoeld in artikel 552 van het Wetboek van Strafvordering,

  • d.

    nalaat een gebruikt of ongeregeld goed dat hij heeft verworven of voorhanden heeft, op eerste vordering van een ambtenaar als bedoeld in onderdeel c, ter bezichtiging af te staan en deze te laten zien waar dit goed in zijn administratie staat ingeschreven,

  • e.

    een goed dat bij hem door of vanwege de politie met een duidelijke schriftelijke omschrijving als door misdrijf aan de rechthebbende is onttrokken of als verloren is aangegeven, verwerft of voorhanden heeft,

  • f.

    aan een hem schriftelijk uitgereikt last van een ambtenaar, zoals bedoeld in onderdeel c, tot het gedurende een daarbij aangegeven tijd, veertien dagen niet te boven gaande, bewaren of in bewaring geven van een goed dat hij voorhanden heeft, of aan een hem bij die last gegeven aanwijzing, geen gevolg geeft, of

  • g.

    nalaat de van hem bij schriftelijke vordering van een ambtenaar, zoals bedoeld in onderdeel c, gevraagde opgaven betreffende door hem verworven of bij hem voorhanden zijnde goederen binnen de termijn, bij de vordering gesteld, naar waarheid te verschaffen.

Artikel 2, lid 2, van het Uitvoeringsbesluit ex artikel 437 Wetboek van Strafrecht

De handelaar, aangewezen in artikel 1 van dit besluit, voldoet aan de verplichting ingevolge artikel 437, eerste lid, onder a, van het Wetboek van Strafrecht tot het aantekening houden van alle gebruikte of ongeregelde goederen die hij heeft verworven of voorhanden heeft indien hij een doorlopend en een door of namens de burgemeester gewaarmerkt register houdt en daarin onverwijld vermeldt:

  • a.

    het volgnummer van de aantekening met betrekking tot het goed;

  • b.

    de datum van verkrijging van het goed;

  • c.

    een omschrijving van het goed, daaronder begrepen - voor zover dat mogelijk is - soort, merk en nummer van het goed;

  • d.

    de koopprijs of andere voorwaarden van verkrijging van het goed;

  • e.

    de naam en het adres van degene van wie het goed is verkregen;

  • f.

    zowel een omschrijving als het nummer van het document bedoeld in het eerste lid waarmee hij de identiteit van de aanbieder heeft vastgesteld, voor zover het de inkoop van koper en koperlegeringen betreft en de koopprijs van dat goed in contant geld wordt uitbetaald.

Artikel 437bis, lid 1, Wetboek van Strafrecht

Met hechtenis van ten hoogste zes maanden of geldboete van de derde categorie wordt gestraft de handelaar die op grond van artikel 437 bij algemene maatregel van bestuur is aangewezen en in de oefening van zijn beroep of bedrijf:

  • a.

    een goed van een minderjarige verwerft, of

  • b.

    een goed van iemand van wie hij weet of redelijkerwijs moet vermoeden dat hij is opgenomen in een strafinrichting, rijksinrichting voor kinderbescherming of krankzinnigengesticht, verwerft.


1

Opkopers en handelaren die handelen in gebruikte en ongeregelde goederen.

2

Artikelen 437 en 437bis Sr.

3

Artikelen 2:55 t/m 2:57 APV Delft.