| Organisatie | Deventer |
|---|---|
| Organisatietype | Gemeente |
| Officiële naam regeling | Beleidsregel van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Deventer houdende regels omtrent de coulance bij het vaststellen van de in 2020 verleende subsidies |
| Citeertitel | Beleidsregel coulance bij de vaststelling van de in 2020 verleende subsidies |
| Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
| Onderwerp | financiën en economie |
| Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
|---|---|---|---|---|---|
| 10-04-2021 | nieuwe regeling | 30-03-2021 |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Deventer;
Overwegende dat in 2020 het college een afwegingskader heeft vastgesteld voor instellingen;
dat bij de behandeling van de begroting de raad wensen en bedenkingen heeft kunnen inbrengen;
dat als uitvloeisel van het afwegingskader het college coulance wil betrachten bij het nemen van de subsidievaststellingbeschikkingen 2020, vanwege de gevolgen van de coronacrisis voor gesubsidieerde instellingen;
het wenselijk is de te betrachten coulance neer te leggen in een beleidsregel;
gelet op de Algemene subsidieverordening gemeente Deventer en de artikelen 3:4, 4:46, 4:57 en 4:81 van de Algemene wet bestuursrecht;
Beleidsregel coulance bij de vaststelling van de in 2020 verleende subsidies
Bij de subsidievaststelling van de op basis van de Algemene Subsidieverordening (ASV) voor het jaar 2020 verleende budgetsubsidies en structurele projectsubsidies, zal het college coulance betrachten. Deze coulance houdt in, dat de voor 2020 verleende subsidie weliswaar lager wordt vastgesteld, indien blijkens de overgelegde verantwoording de activiteiten of prestaties niet of niet volledig zijn verricht of geleverd en/of de aan de subsidieverlening verbonden verplichtingen niet of niet geheel zijn nageleefd, dit alles als gevolg van de coronacrisis, doch dat daarbij tevens op basis van een afweging van belangen in het concrete geval kan worden besloten de onverschuldigd betaalde subsidie niet of niet volledig terug te vorderen, althans voor zover het weerstandsvermogen van de aanvrager niet groter wordt dan 10% van de jaarlijkse omzet.
Ook bestaat in voorkomende gevallen de mogelijkheid de subsidie lager vast te stellen, op basis van dezelfde gronden als hiervoor vermeld, doch de onverschuldigd betaalde subsidie niet terug te vorderen, maar te verrekenen met een aan de betreffende instelling voor 2021 of ander tijdvak voor dezelfde activiteiten of prestaties te verlenen subsidie, waarbij derhalve de voor 2020 gesubsidieerde activiteiten of prestaties vanwege de coronacrisis worden doorgeschoven naar 2021 of daarna.