Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Noord-Beveland

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Noord-Beveland houdende regels omtrent parkeerbelastingen (Verordening parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2021 gemeente Noord-Beveland)

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieNoord-Beveland
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening van de gemeenteraad van de gemeente Noord-Beveland houdende regels omtrent parkeerbelastingen (Verordening parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2021 gemeente Noord-Beveland)
CiteertitelVerordening parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2021 gemeente Noord-Beveland
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpopenbare orde en veiligheid
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. artikel 149 van de Gemeentewet
  2. artikel 225 van de Gemeentewet
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

03-04-202101-04-2021bijlage 1

01-04-2021

gmb-2021-106394

Z012800F609
31-03-202103-04-2021nieuwe regeling

25-03-2021

gmb-2021-97022

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Noord-Beveland houdende regels omtrent parkeerbelastingen (Verordening parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2021 gemeente Noord-Beveland)

De raad van de gemeente Noord-Beveland;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 23 februari 2021 met nummer [nummer];

gelet op artikel 149 en artikel 225 van de Gemeentewet en de Parkeerverordening gemeente Noord-Beveland;

 

b e s l u i t:

 

vast te stellen de Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Noord-Beveland, houdende regels omtrent de heffing en de invordering van parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2021 gemeente Noord-Beveland,

citeertitel: “Verordening parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2021 gemeente Noord-Beveland”.

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:

 

  • a.

    parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;

  • b.

    RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;

  • c.

    college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Noord-Beveland;

  • d.

    houder: degene die naar de omstandigheden als houder van een motorvoertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 (Stb. 1994, 475) aangehouden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;

  • e.

    parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;

  • f.

    parkeerapparatuurplaats: een parkeerplaats waarvoor parkeerbelasting wordt geheven door middel van parkeerapparatuur;

  • g.

    parkeervergunning: een door het college verleende vergunning, krachtens welke het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen parkeerapparatuurplaatsen;

  • h.

    motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990 met inbegrip van brommobielen, zoals bedoeld in artikel 1 onder ia van het RVV 1990, met uitzondering van voertuigen hoger dan 2,40 meter en zwaarder dan 28.000 kilogram;

  • i.

    kalenderjaar: de periode van 1 januari tot/met 31 december;

  • j.

    kwartaal: kalenderkwartaal;

  • k.

    maand: kalendermaand;

  • l.

    week: een tijdvak van 7 etmalen aanvangende maandag 00.00 uur;

  • m.

    seizoen: de periode van 1 april tot en met 31 oktober;

  • n.

    dag: de periode van 00.00 uur tot 24.00 uur, waarbij een gedeelte van de dag als een hele dag wordt aangemerkt.

  • o.

    centrale computer: computer van het bedrijf waarmee de gemeente Veere een overeenkomst heeft gesloten, bestemd voor de registratie van parkeerbewegingen in het kader van het verlenen van diensten op het gebied van betaald parkeren met gebruik van een telefoon of een ander communicatiemiddel.

Artikel 2 Belastbaar feit

Onder de naam "parkeerbelastingen" worden de volgende belastingen geheven:

 

  • a.

    een belasting ter zake van het parkeren van een motorvoertuig op een bij, dan wel krachtens deze verordening in de daarin aangewezen gevallen door het college te bepalen plaats, tijdstip en wijze;

  • b.

    een belasting ter zake van een van gemeentewege verleende vergunning voor het parkeren van een motorvoertuig op de in die vergunning aangegeven plaats en wijze.

Artikel 3 Belastingplicht

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 2, sub a, wordt geheven van de degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd.

  • 2.

    Als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:

    • a.

      degene die de belasting voldoet, dan wel te kennen geeft of heeft gegeven de belasting te willen voldoen;

    • b.

      zolang geen voldoening van de belasting genoemd in artikel 2, sub a, heeft plaatsgevonden: de houder van het motorvoertuig, met dien verstande dat

      • i.

        als een voor ten hoogste drie maanden aangegane huurovereenkomst wordt overlegd waaruit blijkt wie ten tijde van het parkeren ingevolge deze overeenkomst de huurder van het motorvoertuig was, niet de houder maar de huurder wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd;

      • ii.

        als blijkt dat een ander in het kentekenregister had moeten staan ingeschreven, die ander wordt aangemerkt als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd.

  • 3.

    De belasting bedoeld in artikel 2, sub a, wordt niet geheven van degene die op de voet van het tweede lid, sub b, als degene die het motorvoertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het motorvoertuig heeft gebruik gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.

  • 4.

    De belasting bedoeld in artikel 2, sub b, wordt geheven van degene die de vergunning heeft aangevraagd.

  • 5.

    Vrijstelling van betaald parkeren wordt verleend voor voertuigen die voorzien zijn van een geldige gehandicaptenparkeerkaart.

Artikel 4 Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak

De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende tarieventabel.

Artikel 5 Ontstaan van de belastingschuld

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 2, sub a, is verschuldigd bij de aanvang van het parkeren, tenzij het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon of ander communicatiemiddel inloggen op de centrale computer.

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 2, sub b, is verschuldigd op het tijdstip waarop de parkeervergunning wordt verleend.

Artikel 6 Wijze van heffing en termijnen van betaling

  • 1.

    De belasting bedoeld in artikel 2, sub a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet worden betaald bij de aanvang van het parkeren. Als voldoening op aangifte wordt aangemerkt het bij aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college gestelde voorschriften.

  • 2.

    De belasting bedoeld in artikel 2, sub b, wordt geheven bij wege van voldoening op aangifte en moet worden betaald op het tijdstip waarop de parkeervergunning wordt verleend.

  • 3.

    Een naheffingsaanslag moet terstond worden betaald.

  • 4.

    In afwijking van het bepaalde in het vorige lid moet de belasting overeenkomstig de aangifte worden betaald binnen een maand na het einde van het parkeren, indien het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van de parkeerapparatuur geschiedt door het via een telefoon of ander communicatiemiddel inloggen op de centrale computer.

Artikel 7 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen

De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting bedoeld in artikel 2, sub a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit conform het bepaalde in de Parkeerverordening gemeente Noord-Beveland.

Artikel 8 Restitutie

Bij tussentijdse opzegging van een onder artikel 2, sub b, bedoelde parkeervergunning wordt geen restitutie verleend over de nog resterende maanden die in het kwartaal respectievelijk het jaar resteren.

Artikel 9 Bevoegdheid tot naheffingsaanslag, wielklem en wegsleepregeling

  • 1.

    Tot zekerheid van betaling van een naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, sub a, kan aan het motorvoertuig ook een wielklem worden aangebracht, waardoor wordt verhinderd dat het motorvoertuig wordt weggereden.

  • 2.

    Het college wijst in alle gevallen de terreinen en weggedeelten aan waar de wielklem wordt toegepast.

  • 3.

    Indien na het aanbrengen van de wielklem 24 uren zijn verstreken kan het motorvoertuig naar een door de in artikel 231, tweede lid, sub b van de Gemeentewet bedoelde gemeenteambtenaar aangewezen plaats worden overgebracht en in bewaring worden gesteld.

Artikel 10 Kosten

  • 4.

    De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, sub a en b, bedragen € 65,30.

  • 5.

    Voor de kosten in het kader van het wegslepen, bewaren en afgeven van een motorvoertuig wordt verwezen naar de geldende Wegsleepverordening van de gemeente Noord-Beveland.

Artikel 11 Kwijtschelding

Bij de invordering van de parkeerbelasting wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 12 Nadere regels door het college

Het college kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.

Artikel 13 Overgangsrecht

De "Verordening parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2019" van 20 december 2018 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid genoemde datum van ingang van de heffing. Zij blijft van toepassing op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 14 Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van bekendmaking.

  • 2.

    De datum van ingang van de heffing is 1 april 2021.

Artikel 15 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als "Verordening parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2021 gemeente Noord-Beveland".

 

Aldus vastgesteld door de raad van de gemeente Noord-Beveland in zijn openbare vergadering van 25 maart 2021.

De griffier,

C.H. Poortvliet

De voorzitter,

drs. G.L. Meeuwisse

Bijlage 1 Tarieventabel

behorende bij de “Verordening parkeerbelastingen Veerse Meergebied II 2021 Noord-Beveland".

 

  • 1.

    Het tarief voor het parkeren bij parkeerapparatuur als bedoeld in artikel 2, sub a, van deze verordening bedraagt op de plaats aangeduid als:

    • Veersedam/Banjaardweg inclusief alle aanliggende parkeerterreinen zoals aangegeven op bijgevoegde plattegrond

  • € 2,40 per uur (van 09.00 uur tot 21.00 uur) of een gedeelte hiervan, met een maximum van € 12,00 per dag. Het tarief voor een dagkaart bedraagt € 12,00. Een dagkaart is geldig tot 09.00 uur volgend op de dag waarop deze is gekocht.

  • 2.

    Het tarief voor een parkeervergunning als bedoeld in artikel 2, sub b, bedraagt voor een vergunning geldend gedurende de periode van 1 april tot en met 31 oktober van enig kalenderjaar voor één kenteken € 100,00. Alle parkeervergunningen staan op kenteken.