Organisatie | Pekela |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten gemeente Pekela 2021 |
Citeertitel | Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten gemeente Pekela 2021 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten gemeente Pekela 2021 |
Geen
artikel 35 van de Participatiewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
13-03-2021 | 01-01-2021 | 26-03-2021 | Nieuwe regeling | 09-03-2021 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Pekela,
- titel 4.3 van de Algemene wet bestuursrecht;
- artikel 35 van de Participatiewet;
- het college het wenselijk vindt om aan te geven in welke situaties en onder welke voorwaarden een inwoner in aanmerking komt voor een tegemoetkoming tijdelijke ondersteuning noodzakelijk kosten;
- het daarom wenselijk is voor dit doel aparte, tijdelijke, beleidsregels vast te stellen;
vast te stellen de navolgende “Beleidsregels Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten gemeente Pekela 2021”.
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
1. Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet en de Algemene wet bestuursrecht.
2. In deze beleidsregels wordt verstaan onder:
a. college: het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Pekela;
c. inkomensterugval: een onvoorzienbare, onvermijdelijke en substantiële terugval van minimaal 30% in inkomen als gevolg van de coronacrisis;
d. TONK: Tijdelijke ondersteuning noodzakelijke kosten;
e. huishouden: huishouding waarbij één of meer natuurlijke personen die op hetzelfde adres wonen en een economisch-consumptieve eenheid vormen;
f. medebewoners: (pleeg)kinderen van 21 jaar en ouder van de aanvrager en zijn eventuele partner die geen studiefinanciering ontvangen en op het adres staan ingeschreven en overige bewoners van 21 jaar en ouder die op het adres van de aanvrager en zijn partner staan ingeschreven.
Een tegemoetkoming TONK is bedoeld voor de aanvrager:
1. die door de huidige omstandigheden als gevolg van de coronacrisis te maken heeft met een onvoorzienbare en onvermijdelijke terugval in het inkomen;
2. die daardoor noodzakelijke kosten zoals woonkosten niet meer kan voldoen, en
3. waarvoor andere regelingen niet of onvoldoende soelaas bieden.
1. Het college verstrekt een tegemoetkoming TONK aan de aanvrager die te maken heeft met een inkomensterugval, peilmaand januari 2020 ten opzichte van peilmaand januari 2021, waardoor de betaling van noodzakelijke kosten niet mogelijk is uit de beschikbare geldmiddelen.
2. Er wordt volstaan met een verklaring van de aanvrager of diens boekhouder dat de substantiële terugval in inkomen het gevolg is van de maatregelen in verband met het coronavirus (Covid-19).
3. Het college verstrekt geen tegemoetkoming indien de aanvrager woonkostentoeslag ontvangt.
4. De Richtlijnen bijzondere bijstand Pekela 2020 is niet van toepassing op de aanvragen TONK.
Artikel 4. Noodzakelijke kosten
1. De tegemoetkoming TONK heeft betrekking op de volgende voor de noodzakelijke algemene kosten van bestaan:
b) kosten van de hypotheek(rente) voor de woning;
c) kosten van elektriciteit, gas en water voor de woning.
2. Het bedrag dat aan woonkosten wordt betrokken bij de TONK is maximaal € 700,- per maand.
3. Het in het tweede lid genoemde bedrag wordt verminderd met een bedrag van € 442,- per maand aan aanvaardbare woonkosten.
1. De aanvraag voor de tegemoetkoming wordt digitaal, schriftelijk of via de mail ingediend door middel van een door het college vastgesteld aanvraagformulier.
2. Aanvrager overlegt bij de aanvraag:
a) de bewijzen van het maandinkomen januari 2020 dan wel het maandinkomen januari 2021;
b) de bewijzen van de beschikbare geldmiddelen op of rond de aanvraagdatum;
c) de bewijzen van de noodzakelijke kosten van de maand januari 2021 tot en met de datum van aanvraag.
3. Een aanvraag tegemoetkoming TONK kan worden ingediend tot 1 augustus 2021.
Artikel 6. Terugwerkende kracht
Een aanvraag voor een tegemoetkoming TONK kan met terugwerkende kracht worden aangevraagd vanaf 1 januari 2021.
Artikel 8. Maximale hoogte tegemoetkoming
1. De tegemoetkoming wordt vastgesteld op basis van de daadwerkelijke gemaakte kosten.
2. De maximale tegemoetkoming op basis van deze beleidsregel bedraagt € 1.500,- per huishouden.
Onder inkomen wordt in ieder geval verstaan:
a. inkomen uit arbeid / eigen onderneming;
Artikel 10. Beschikbare geldmiddelen
1. Beschikbare geldmiddelen zijn liquide middelen waarover de aanvrager beschikt of redelijkerwijs kan beschikken.
2. Het betreft de beschikbare geldmiddelen van de aanvrager en de partner van de aanvrager.
3. Onder beschikbare geldmiddelen wordt verstaan:
b. geld op betaal- en spaarrekeningen;
c. cryptovaluta (zoals bitcoins);
d. de waarde van effecten (hierbij gaat het om beleggingsrekeningen met aandelen, obligaties, en opties en effecten in depot).
Artikel 11. Draagkrachtberekening
1. Bij de verlening van TONK wordt rekening gehouden met de draagkracht(ruimte) van het huishouden op basis van inkomen en vermogen.
2. De draagkracht(ruimte) als bedoeld in het eerste lid bedraagt 100% van het in aanmerking te nemen inkomen van de maand januari 2021 boven de toepasselijke bijstandsnorm vermeerderd met het in aanmerking te nemen vermogen.
3. Voor de bepaling van het inkomen als bedoeld in het tweede lid, worden de middelen als bedoeld in artikel 31, tweede lid en artikel 33, vijfde lid, van de wet buiten beschouwing gelaten evenals het inkomen van medebewoners.
4. Voor de bepaling van het vermogen als bedoeld in het tweede lid worden alleen de liquide middelen betrokken en tot de vermogensgrenzen van de huurtoeslag buiten beschouwing gelaten.
5. Het aanwezige meerdere vermogen bovenop deze vermogensgrenzen wordt aangemerkt als draagkrachtruimte.
6. Indien de draagkracht hoger is dan de kosten waarvoor TONK wordt aangevraagd, wordt er geen TONK verstrekt.
7. Als draagkrachtperiode wordt de periode aangemerkt waarop de aanvraag betrekking heeft.
Als de aanvrager niet in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK kan het college, gelet op alle omstandigheden waaronder een terugval in inkomen van de aanvrager als gevolg van de coronacrisis, in het individuele geval beoordelen of de aanvrager in afwijking van de beleidsregels alsnog in aanmerking komt voor een tegemoetkoming TONK, indien zeer dringende redenen hiertoe noodzaken.
Aldus vastgesteld op 9 maart 2021
Het college van burgemeester en wethouders
de heer J. van der Woude
secretaris
de heer J. Kuin
burgemeester
De volgende huishoudens komen voor de TONK in aanmerking:
• Huishoudens die nog wel inkomen uit werk hebben, maar tegelijkertijd met een dusdanige terugval in inkomsten geconfronteerd worden dat zij noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen. Dit kunnen zelfstandigen zijn die veel van hun opdrachten zien verdwijnen, maar ook flexwerkers die plotseling minder worden opgeroepen en ook werkenden die kortdurend vanwege quarantaine inkomsten mislopen.
• Huishoudens die terugvallen op een uitkering en daardoor dusdanig achteruitgaan in inkomsten dat zij noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen. Dit kunnen werkenden zijn, zoals artiesten en sekswerkers, die moeten terugvallen op het sociaal minimum.
• Huishoudens waar een of beide partners geen inkomen uit werk meer heeft en ook geen recht op een uitkering. Daardoor kunnen zij een dusdanige terugval in inkomsten ervaren dat zij noodzakelijke kosten niet meer kunnen voldoen. Zelfstandigen kunnen bijvoorbeeld hun opdrachten ineens zien teruglopen of maken vanwege de partnertoets of het urencriterium geen aanspraak op de Tozo.
Een verklaring van de aanvrager of diens boekhouder is voldoende om te bepalen of een substantiële terugval in inkomen het gevolg is van de maatregelen in verband met het coronavirus (Covid-19). Dit betekent concreet bij de doelgroep van zelfstandigen dat een boekhouder op schrift deze terugval van minimaal 30% mag verklaren. Op basis daarvan kan de TONK aan de hand van het netto-inkomen in de peilmaand januari 2021 worden berekend.
Artikel 4.Noodzakelijke kosten
Omdat de tegemoetkoming TONK net als de bijzondere bijstand verstrekt wordt voor noodzakelijke kosten die ook echt gemaakt zullen worden (of gemaakt zijn) kan de gemeente rekening houden met “aanvaardbare” vaste lasten ter hoogte van € 442, - (afgerond) per maand. Hier wordt aangesloten bij de kortingsgrens uit de Wet op de huurtoeslag (artikel 13, lid 1 onder b Wet op de huurtoeslag). Dan wordt de hoogte van de tegemoetkoming TONK het bedrag dat in deze periode uitkomt boven deze aanvaardbare grens met een maximum van € 700,- (zie rekenmodule).
Artikel 11.Draagkrachtberekening
Voor de bepaling van het vermogen worden alleen liquide middelen betrokken en tot de vermogensgrenzen van de huurtoeslag vrijgelaten. Deze vermogensgrenzen zijn voor 2021:
Vermogen in eigen woning / bedrijf wordt niet meegeteld bij de verlening van de TONK.
Het kan voorkomen, dat de gevolgen van de tijdelijke beleidsregels TONK vanwege bijzondere omstandigheden onevenredig zijn in verhouding tot de met de beleidsregel te dienen doelen. In dat geval kan er op basis van artikel 4:84 Awb toch een tegemoetkoming TONK worden toegekend, al bestaat er op basis van het gemeentelijk beleid geen recht. Dat geldt bijvoorbeeld ook als er een noodzaak bestaat voor bijstandsverlening om zeer dringende redenen.