Organisatie | Maasgouw |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasgouw houdende regels omtrent de gemeentelijke bijdrage kosten kinderopvang (Deelverordening gemeentelijke bijdrage kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie gemeente Maasgouw) |
Citeertitel | Deelverodening gemeentelijke bijdrage kosten kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie gemeente Maasgouw |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
26-02-2021 | nieuwe regeling | 08-12-2020 |
Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasgouw, gelet op artikel 2 lid 2 van de Algemene Subsidie Verordening gemeente Maasgouw 2017
Deelverordening Sociale Medische Indicatie
Artikel 2 lid 2 van de Algemene subsidieverordening gemeente Maasgouw 2017.
Budgetsubsidie aan in de gemeente gevestigde instellingen voor kinderdagopvang en buitenschoolse opvang opgenomen in het Landelijk Register Kinderopvang en Peuterspeelzalen met volledige rechtsbevoegdheid.
Schriftelijk via het hiervoor bedoelde aanvraagformulier. Aanvragen kunnen gedurende het hele jaar worden ingediend.
Artikel 6. Hoogte en duur van de tegemoetkoming
In afwijking van het gestelde in lid 2 wordt, wanneer er geen passende kinderopvang beschikbaar is tegen een uurtarief zoals bedoeld in lid 2, de hoogte van de tegemoetkoming vastgesteld op basis van van de werkelijke kosten van de kinderopvang die naar het oordeel van het college wel passend is. Passend wil zeggen dat door de adviseurs zoals bedoeld in artikel 3 lid 2 van deze deelverordening onderzocht is of de zorgvraag van de jeugdige en het aanbod van de kinderopvang aansluiten.
Het besluit tot verlening en vaststelling van de tegemoetkoming zal in één besluit opgenomen worden bevat in ieder geval:
Artikel 9. Wijziging of beëindiging van de tegemoetkoming
Het college kan de vastgestelde tegemoetkoming tussentijds wijzigen of beëindigen indien:
Hoofdstuk 3 Overige en slotbepalingen
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen in de deelverordening, indien strikte toepassing ervan zouden leiden tot een ontwikkelingsachterstand bij de jeugdige.
Aldus besloten in de vergadering van 08-12-2020 van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Maasgouw,
De burgemeester
S.H.M. Strous
De secretaris
W.R.J.H. Ploeg
Toelichting Beleidsregel Kinderopvang op grond van sociaal medische indicatie gemeente Maasgouw
In de deelverordening Sociaal medische indicatie zijn de bepalingen met betrekking tot de vaststelling van de noodzaak van kinderopvang en de tegemoetkoming opgenomen.
Bij de tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang op grond van een sociaal medische indicatie (SMI) is een aansluiting gezocht bij de Wet kinderopvang (Wko). Dit houdt in dat de ouders/verzorgers zelf de kinderopvang regelen, hiervoor een contract met een kindercentrum sluit. De gemeente vergoedt de geleverde zorg rechtstreeks aan de kinderopvang.
Bij de bepalingen wat onder kinderopvang wordt verstaan, waar de kinderopvang en de houder van een centrum waar kinderopvang plaatsvindt aan moeten voldoen en de maximale uurprijs is aansluiting gezocht bij de Wko.
Zowel vanuit de situatie van de ouder als vanuit het kind kan er sprake zijn van een sociaal medische indicatie. Door verschillende oorzaken kunnen de ouders niet de mogelijkheid hebben om het kind datgene te bieden wat het kind nodig heeft om zich zo optimaal mogelijk te ontwikkelen. Door plaatsing van het kind op een kinderopvang wordt de thuissituatie tijdelijk ontlast. Ouders krijgen zo de mogelijkheid om hun eigen leven op orde te brengen of om op kracht te komen. Vanuit de ouder kan het gaan om:
Bij Kinderen met een (dreigende) ontwikkelingsachterstand kan de plaatsing in de kinderopvang een stimulans geven tot het verbeteren van de ontwikkeling van het kind. Het kan hierbij gaan om sociaal-emotionele, verstandelijke of lichamelijke ontwikkeling, taalachterstand of aanvulling op de opvoeding thuis.
Voor de vaststelling van de noodzaak tot kinderopvang op sociaal medische gronden gaat het college uit van een advies door een kinder- of jeugdarts of het Sociaal Wijkteam Maasgouw. Hiervoor is gekozen omdat er in dit multidisciplinaire team zowel vertegenwoordiging vanuit jeugd als volwassenzorg zit.
Een gemeentelijke tegemoetkoming op grond van een sociaal-medische indicatie is een vangnetvoorziening. Ouders die op grond van een bepaling in de Wet kinderopvang geen of onvoldoende
aanspraak kunnen maken op een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang, kunnen aanspraak maken op een tegemoetkoming in de kosten van kinderopvang op grond van een sociaal-medische noodzaak. Deze aanspraak is vrij van eigen bijdrage van ouders, hierbij sluiten we aan bij de Jeugdwet waar ook geen eigen bijdrage gevraagd wordt. Zo voorkomen we dat ouders de stap maken naar geïndiceerde (en voor de gemeente duurdere) zorg omdat zij hier geen eigen financiële bijdrage hoeven te doen.
Aanvraag en ingangsdatum van de tegemoetkoming
De tegemoetkoming moet door de ouder/verzorger schriftelijk worden aangevraagd bij het college. Als de noodzaak van kinderopvang op grond van een SMI is vastgesteld kan de aanvraag verder in behandeling worden genomen. De tegemoetkoming wordt alleen verstrekt als er daadwerkelijk kinderopvang plaatsvindt.
Hoogte en duur van de tegemoetkoming
Net als bij de tegemoetkoming op grond van de Wko is de hoogte van de tegemoetkoming voor de kosten van kinderopvang als gevolg van SMI afhankelijk van het aantal uren kinderopvang dat noodzakelijk is en de prijs die voor de kinderopvang betaald moet worden.
Jaarlijks wordt een maximale uurprijsvergoeding door de belastingdienst opgesteld voor de tegemoetkoming in de kinderopvang. Indien er geen kinderopvang beschikbaar is tegen deze maximale uurprijs, dan kan het college afwijken van deze regel.
Er is een beperking aangebracht op het aantal te vergoeden uren kinderopvang per maand. De gemeente vergoedt maximaal 230 uur per maand, zoals vastgesteld door de belastingdienst. Indien de ouder/verzorger kiest voor meer dan 230 uur per maand opvang, dan komt het meerdere voor rekening van de ouder/verzorger.
De duur van de tegemoetkoming wordt op maximaal 12 maanden gesteld.
De termijn waarbinnen het college een besluit moet nemen over een aanvraag bedraagt acht weken. Het feit dat het college een termijn van acht weken heeft om te beslissen over een aanvraag, wil uiteraard niet zeggen dat het college deze termijn ook in alle gevallen moet benutten. Het college streeft er naar de behandelingstermijn van aanvragen zo kort mogelijk te houden en met name aanvragen waar spoed mee geboden is direct af te handelen.
In uitzonderingsgevallen waarin een beslissing binnen acht weken niet mogelijk is maakt het college gebruik van de in artikel 4:4 lid 3 van de Awb neergelegde mogelijkheid om de afhandelingstermijn te verlengen met ten hoogste vier weken. Indien het college gebruik maakt van de verlenging van de afhandelingstermijn wordt de ouder/verzorger hiervan schriftelijk op de hoogte gebracht.