Organisatie | Schagen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester, de gemeentesecretaris, de concernmanagers, de teamleiders, de heffingsambtenaar en de invorderingsambtenaar van de gemeente Schagen houdende regels omtrent mandaat (Mandaatregeling gemeente Schagen 2021) |
Citeertitel | Mandaatregeling gemeente Schagen 2021 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is tevens vastgesteld door de de burgemeester, de gemeentesecretaris, de concernmanagers, de teamleiders, de heffingsambtenaar en de invorderingsambtenaar.
Deze regeling vervangt de Mandaatregeling van de gemeente Schagen 2019.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
18-02-2021 | nieuwe regeling | 02-02-2021 | 21.406714 |
Besluit van het college van burgemeester en wethouders, de burgemeester, de gemeentesecretaris, de concernmanagers, de teamleiders, de heffingsambtenaar en de invorderingsambtenaar, als bedoeld in artikel 231, tweede lid, aanhef en de onderdelen b en c Gemeentewet, ieder voor zover het hun of zijn bevoegdheden betreft (Mandaatregeling gemeente Schagen 2021);
gelet op de Gemeentewet en op afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;
In bijlage 3 zijn gevallen opgenomen waarin met deze regeling mandaat wordt verleend aan derden, die niet onder verantwoordelijkheid van het college werkzaam zijn.
Bij afwezigheid of verhindering van de gemeentesecretaris, een concernmanager, een teamleider of medewerker worden, voor de duur van de afwezigheid of verhindering, diens bevoegdheden uitgeoefend door diens plaatsvervanger, behoudens de bevoegdheid tot het verlenen, wijzigen of intrekken van een ondermandaat.
Artikel 7 Ondertekeningsmandaat
Ondertekeningsmandaat wordt verleend aan de individuele leden van het college, voor zover het hun portefeuille betreft.
Deze regeling is vastgesteld door het college, de burgemeester, de gemeentesecretaris, de concernmanagers, de teamleiders, de heffingsambtenaar en de invorderingsambtenaar, voor zover het hun of zijn bevoegdheden betreft, op 2 februari 2021, onder gelijktijdige intrekking van de ‘Mandaatregeling van de gemeente Schagen 2019’.
Vastgesteld op 2 februari 2021
College van burgemeester en wethouders van de gemeente Schagen,
M. van Kampen
Burgemeester
N. Swellengrebel
gemeentesecretaris
de burgemeester van de gemeente Schagen,
de gemeentesecretaris van de gemeente Schagen,
Concernmanager Processen en Middelen
Concernmanager Strategie en Beleid
Concernmanager Organisatie- & Leiderschapsontwikkeling
Teamleider Informatie en Advies
Teamleider Publieke dienstverlening
Teamleider Financiën
Teamleider Openbare ruimte
Teamleider Serviceteam
Teamleider Ruimtelijke projecten
Teamleider Ontwikkeling en Ondersteuning
Teamleider P&O Plus
Teamleider Veiligheid Plus
Teamleider Bouwzaken en procedures
Teamleider Ruimtelijke ontwikkeling
Teamleider Sociale ontwikkeling
Teamleider Ondersteuning en Wijkteam West
Teamleider Kwaliteit en Wijkteam Zuid
Teamleider Wijjkteams Noord en Oost
de heffingsambtenaar van de gemeente Schagen
de invorderingsambtenaar van de gemeente Schagen
Bevoegdheden die ingevolge artikel 2 lid 1 van deze regeling niet voor mandaat in aanmerking komen.
PUBLIEKRECHTEIJKE BEVOEGDHEDEN
BIJZONDERE PUBLIEKRECHTELIJKE BEVOEGDHEDEN VAN DE BURGEMEESTER OP GROND VAN DE GEMEENTEWET
PRIVAATRECHTELIJKE BEVOEGDHEDEN
ARBEIDSRECHTELIJKE AANGELEGENHEDEN
Het (besluiten tot het) aangaan en wijzigen van arbeidsovereenkomsten met, het ontslaan van – daaronder begrepen beëindiging, opzegging en ontbinding van arbeidsovereenkomsten - de gemeentesecretaris, alsmede de uitoefening van de bevoegdheden ten aanzien van het vervullen van nevenfuncties door de gemeentesecretaris.
Bevoegdheden die ingevolge artikel 2 lid 2 van deze regeling niet voor ondermandaat in aanmerking komen.
Bevoegdheden die ingevolge artikel 3 van deze regeling door het bestuursorgaan zijn gemandateerd aan derden, die niet onder verantwoordelijkheid van het college werkzaam zijn.
I BESTUUR EN/OF DIRECTEUR VAN DE OMGEVINGSDIENST NOORD-HOLLAND NOORD
Op grond van afspraken, gemaakt tussen gemeente Schagen en de Omgevingsdienst NHN, en vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst, worden door de Omgevingsdienst NHN taken uitgevoerd ten behoeve van gemeente Schagen.
In de Dienstverleningsovereenkomst Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland-Noord (DVO RUD NHN) d.d. 15 mei 2014 en in de daaropvolgende overeenkomsten die deze DVO vervangen zijn de taken en bevoegdheden opgenomen, die worden uitgevoerd overeenkomstig het verleende mandaat.
II HULPOFFICIER VAN JUSTITIE MET BETREKKING TOT DE BEVOEGDHEDEN VAN DE BURGEMEESTER OP GROND VAN ARTIKEL 3 I.V.M. DE ARTIKELEN 2 EN 9 VAN DE WET TIJDELIJK HUISVERBOD
III GECERTIFICEERDE INSTELLING DE JEUGD- EN GEZINSBESCHERMERS TE HAARLEM
Op grond van hoofdstuk 6 van de Jeugdwet in rechte verzoeken tot machtiging (met spoed) tot uithuisplaatsing van een jeugdige in een accommodatie voor gesloten jeugdhulp in vrijwillig kader aan de rechtbank, dan wel een verzoek tot voorwaardelijke machtiging of verlenging van de machtiging.
IV DIRECTEUR GGD HOLLANDS NOORDEN
In spoedeisende gevallen een passende tijdelijke voorziening te treffen voor crisishulp en opvang van de jeugdige en volwassene ter uitvoering van het Meldpunt Veilig thuis (AMHK) onder de voorwaarde dat gebruik wordt gemaakt van de door de gemeente gecontracteerde organisaties (Besluit College van B&W d.d. 25 november 2014).
V DIRECTEUR GGD HOLLANDS NOORDEN
Het nemen van besluiten op grond van de artikelen 1.46, lid 1, 1.47, lid 2 en 3, 1.47a, lid 1, 1,61, lid 1, 1,65, lid en 1.66, lid 1 van de Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen of de bij of krachtens deze wet vastgestelde (nadere) regels. (Besluit College van B&W d.d. 20 april 2015).
VI COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN DE GEMEENTE DEN HELDER
Het voeren van rechtsgedingen, bezwaarprocedures of administratief beroepsprocedures die betrekking hebben op de onder 1 genoemde besluiten. Rechtsgedingen omvat ook het instellen van een kort geding, de voeging in strafzaken, de instelling van beroep, het verzoek tot schorsing van een aangevochten beslissing of het aanvragen van een voorlopige voorziening.
VII DIRECTEUR VAN DE OMGEVINGSDIENST NOORD-HOLLAND NOORD
Aan de directeur van de Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord is met ingang van 1 januari 2014 mandaat verleend voor het archiefbeheer conform het bepaalde in artikel 3 van
de Archiefwet 1995 voor de uitvoering van de overeenkomst tussen de gemeente Schagen en de Regionale Uitvoeringsdienst Noord-Holland Noord inzake het beheer van de archiefbescheiden die betrekking hebben op de taken die voortkomen uit het aan het directeur van de RUD verleende mandaat en daaraan verbonden dienstverleningsovereenkomst. Per 1 maart 2019 is de naam gewijzigd in Omgevingsdienst Noord-Holland Noord.
VIII DE ALGEMEEN COMMANDANT BEVOLKINGSZORG
In geval van een crisissituatie als bedoeld in de artikelen 4 en 5 van de Wet veiligheidsregio’s heeft de Algemeen Commandant Bevolkingszorg mandaat:
om rechtshandelingen naar burgerlijk recht te verrichten, zoals het sluiten van overeenkomsten tot (ver)koop, (ver)huur, bruikleen van (on)roerende goederen, alsmede het sluiten van overeenkomsten van opdracht of van aanneming van werk tot een bedrag van maximaal € 25.000, -, exclusief BTW, per incident;
om informatie te verschaffen en de informatievoorziening af te stemmen als bedoeld in artikel 7, de leden 1 tot en met 3, van de Wet veiligheidsregio's, met uitzondering van informatie over Slachtoffers, Identiteit, Oorzaak en Scenario's (SIOS); per crisissituatie ter grootte van een Gecoördineerde Regionale Incidentenbestrijding Procedure (GRIP) 0 en hoger.
Het mandaat wordt verleend met de instructies dat de Algemeen Commandant Bevolkingszorg:
de bevoegdheid als bedoeld onder 2 mag ondermandateren aan: het Hoofd Communicatie (v/h Kwartiermaker Crisiscommunicatie) en de Voorlichter van Dienst Commando Plaats Incident dan wel de communicatieadviseurs van de Regionale Pool Communicatie of de medewerkers van het team Ontwikkeling en Ondersteuning, taakveld Communicatie;
IX DE ALGEMEEN COMMANDANT GENEESKUNDIGE HULPVERLENING IN DE REGIO
De Algemeen Commandant Geneeskundige Hulpverleningsorganisatie in de Regio heeft mandaat om aanwijzingen te geven als bedoeld in artikel 6 van de Wet veiligheidsregio's, indien dit naar zijn oordeel noodzakelijk is uit een oogpunt van openbare orde.
Het mandaat wordt verleend met de instructie dat:
De Mandaatregeling van de gemeente Schagen 2021 vervangt de Mandaatregeling van de gemeente Schagen 2019. Aanleiding voor de wijziging is ingegeven door de reorganisatie van het strategisch management van de organisatie en de daarmee gewijzigde organisatiestructuur en bevoegdheidsverdeling. Daarnaast is de regeling geactualiseerd met het oog op de inwerkingtreding van de Wet normalisering rechtspositie ambtenaren in 2020. Tevens zijn er technische en redactionele aanpassingen doorgevoerd. Omdat het al met al een forse aanpassing van de mandaatregeling uit 2019 betreft is er voor gekozen om die mandaatregeling in te trekken en te vervangen door de regeling 2021.
Onder mandaat wordt verstaan: de bevoegdheid namens een bestuursorgaan een besluit te nemen.
Mandaat moet worden onderscheiden van delegatie en attributie. Bij mandaat gaat het om het opdragen van een bevoegdheid en niet om het overdragen daarvan. zoals bij delegatie. De mandaatgever kan er dan ook voor kiezen om in een voorkomend geval zelf het besluit nemen. Dit kan met name het geval zijn bij ‘politiek gevoelige’ besluiten van het college. Bij dit soort besluiten is afstemming gewenst. Het vereist van de gemandateerde een zodanige politieke sensitiviteit, dat er in voorkomende gevallen voor zal worden gekozen het voorgenomen besluit voor te leggen aan het bestuursorgaan. Daartoe kan de kwestie worden besproken in het stafoverleg met de portefeuillehouder. De portefeuillehouder kan dan beslissen of er in mandaat kan worden besloten of dat het moet worden geagendeerd voor het college. Het is aan te bevelen om hierover werkafspraken te maken.
In overeenstemming met vaste jurisprudentie van de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State is er in 2019 gekozen voor een systematiek waarbij de omvang van het mandaat ondubbelzinnig vaststaat. Deze systematiek wijzigt niet in de nieuwe mandaatregeling. Het algemeen ondermandaat voor medewerkers blijft eveneens gehandhaafd.
Het algemeen ondermandaat van de concernmanagers, teamleiders en medewerker is gebaseerd op en vindt haar grens in de functie(beschrijving) en het takenpakket, zoals afgesproken bij aanstelling en eventueel aangevuld door nadere afspraken.
Wat dit betekent zal worden geïllustreerd aan de hand van de bevoegdheden ten aanzien van arbeidsrechtelijke aangelegenheden.
De gemeentesecretaris heeft op grond van artikel 2 lid 1 algemeen mandaat om alle bevoegdheden van het college en de burgemeester uit te oefenen. Daarmee heeft de gemeentesecretaris dus ook mandaat ten aanzien van de arbeidsrechtelijke bevoegdheden. Op grond van artikel 2 lid 2 hebben concernmanagers en teamleiders algemeen ondermandaat ten aanzien van alle bevoegdheden waarvoor aan de gemeentesecretaris algemeen mandaat is verleend. Hiervoor gelden twee uitzonderingen: de in bijlage 2 genoemde bevoegdheden en de voorwaarde dat het ondermandaat slechts uitgeoefend kan worden voor zover het betrekking heeft op de taken passend binnen de functie van de concernmanager of teamleider.
Binnen het takenpakket van de concernmanager Strategie en Beleid en de concernmanager Processen en Middelen valt niet de uitoefening van de bevoegdheden die de arbeidsrechtelijke positie van de collega-concernmanagers, de teamleiders en de medewerkers betreffen. Daarom hebben zij geen algemeen ondermandaat voor deze bevoegdheden. Zij mogen dus geen arbeidsovereenkomst aangaan, wijzigen of beëindigen met een collega-concernmanager, teamleider of medewerker.
Een uitzondering geldt voor de concernmanager Organisatie- en Leiderschapsontwikkeling, omdat deze concernmanager tot taak heeft om de teamleiders aan te sturen. Daarom heeft deze concernmanager wel het algemeen ondermandaat voor (het besluiten tot) het aangaan, wijzigen of beëindigen van arbeidsovereenkomsten met teamleiders. Omdat deze concernmanager niet tot taak heeft om de medewerkers van de teams aan te sturen heeft hij/zij deze bevoegdheden niet ten aanzien van de medewerkers.
Binnen het takenpakket van de teamleiders valt de uitoefening van de bevoegdheden die de arbeidsrechtelijke positie van de medewerkers binnen hun team betreffen. Daarom hebben zij hiervoor dan ook algemeen ondermandaat.
Indien een medewerker tijdelijk of structureel taken buiten het bereik van diens eigen functie verricht moet bijzonder mandaat worden verleend als bedoeld in artikel 10:5 lid 1 van de wet. Bijvoorbeeld als de medewerker wordt gedetacheerd naar een ander team en daardoor wordt aangestuurd door de teamleider van dat andere team.
Op grond van artikel 5 heeft een plaatsvervanger hetzelfde algemeen (onder)mandaat als de medewerker die hij/zij wegens afwezigheid of verhindering vervangt.
Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen toelichting.
Het bestuursorgaan verleent algemeen mandaat aan de gemeentesecretaris met uitzondering van de in bijlage 1 vermelde bevoegdheden (lid 1).
De gemeentesecretaris verleent algemeen ondermandaat aan de concernmanagers en teamleiders met uitzondering van de in bijlage 2 vermelde bevoegdheden (lid 2).
In de vorige mandaatregeling werd er door de toenmalige afdelingshoofden algemeen ondermandaat verleend aan de medewerkers binnen diens afdeling: de teamleiders en de overige medewerkers. Na de reorganisatie zijn er geen afdelingen en afdelingshoofden meer. De huidige concernmanagers hebben een ander takenpakket dan de voormalige afdelingshoofden. Teamleiders krijgen nu rechtstreeks van de gemeentesecretaris algemeen ondermandaat verleend.
Een teamleider verleent voor de aan hem gemandateerde bevoegdheden algemeen ondermandaat aan medewerkers die binnen zijn team werkzaam zijn (lid 4).
De concernmanager, teamleider en medewerker kunnen het algemeen ondermandaat slechts uitoefenen voor zover het betrekking heeft op de taken passend binnen zijn functie (lid 3 en 5). Bij de bepaling van deze taken wordt uitgegaan van de functie(beschrijving) en het takenpakket, zoals afgesproken bij aanstelling en eventueel aangevuld door nadere afspraken.
Voor medewerkers geldt bovendien dat zij het algemeen ondermandaat slechts kunnen uitoefenen met inachtneming van het bepaalde in artikel 4 (lid 5).
Naast het algemeen mandaat aan de gemeentesecretaris, kunnen de bestuursorganen, waaronder het college of de burgemeester, mandaat verlenen aan derden, die niet onder verantwoordelijkheid van het college werkzaam zijn. In bijlage 3 is opgenomen welke derden dit betreft.
Artikel 4 Financiële besluiten
Financiële besluiten zijn besluiten waarbij uitgaven worden gedaan ten laste van een budget. Met name om financieel-technische redenen is afgezien van integratie van de mandaatregeling met de budgethoudersregeling. Gezien de onderlinge afhankelijkheid is wel gekeken naar de verhouding tussen gemandateerde en budgethouder. De budgethouder beschikt, namens het college, over exploitatie- en investeringsbudgetten. De budgethouder parafeert voor het ten laste of gunste van zijn budgetten brengen van facturen en invorderingsopdrachten.
De gemandateerde is verplicht de budgethouder te consulteren. Het is een voorwaarde om in mandaat te mogen besluiten. Als de budgethouder weigert akkoord te gaan met de uitgaven, moet dat gemotiveerd gebeuren. Als de gemandateerde niet instemt met de weigering, wordt het voorstel voorgelegd aan de teamleider van de gemandateerde, tenzij de teamleider budgethouder is. In dat geval wordt het voorstel voorgelegd aan de concernmanager Processen en Middelen.
Boven € 100.000,- is instemming vereist van de teamleider, tenzij de teamleider budgethouder is. In dat geval wordt het voorstel voorgelegd aan de concernmanager Processen en Middelen.
Bij herhalende uitgaven waarvoor reeds een budget is vastgesteld, kan de teamleider, dan wel concernmanager Processen en Middelen als de teamleider budgethouder is, volstaan met een eenmalige instemming met de uitgaven. In dat geval kan de medewerker (veelal de projectleider) binnen dat project besluiten nemen boven € 100.000,-. De teamleider, dan wel concernmanager Processen en Middelen als de teamleider budgethouder is, beoordeelt of het betreffende project voldoet aan de criteria.
In geval van (Europees) aanbesteden gaan beleid en regels die hiervoor zijn vastgesteld, vóór op de mandaatregeling.
Ingeval van afwezigheid of verhindering van de gemeentesecretaris, een concernmanager, teamleider of medewerker hoeft er geen apart (onder)mandaat te worden verleend voor diens plaatsvervanger. De plaatsvervanger heeft dan hetzelfde (onder)mandaat als degene die hij vervangt, behoudens de bevoegdheid tot het verlenen, wijzigen of intrekken van een ondermandaat.
In deze mandaatregeling wordt naast het bestuursrechtelijk mandaat, ook machtiging en volmacht verleend.
Machtiging wordt verleend voor feitelijke handelingen zonder rechtsgevolg. Het betreft meestal handelingen die niet kunnen worden beschouwd als besluiten op grond van de Algemene wet bestuursrecht.
De burgemeester vertegenwoordigt de gemeente in en buiten rechte (artikel 171 lid 1 Gemeentewet) en kan derhalve namens de rechtspersoon gemeente privaatrechtelijke rechtshandelingen verrichten, zoals het aangaan van een koop-, huur- of vaststellingsovereenkomst. Deze bevoegdheden kan de burgemeester opdragen aan een door deze aan te wijzen persoon (artikel 171 lid 2 Gemeentewet) door middel van een volmacht. In deze regeling zijn de bevoegdheden in de vorm van volmacht gekoppeld aan het (onder)mandaat. Is er (onder)mandaat voor bestuursrechtelijke besluiten, dan is er automatisch ook volmacht voor de privaatrechtelijke rechtshandelingen die hieruit voorvloeien of hiermee samenhangen. Er hoeft dus niet afzonderlijk nog een volmacht te worden verleend.
Ten aanzien van de heffings- en invorderingsambtenaren geldt dat het mandaat van toepassing is, wanneer de betreffende werkzaamheden, bijvoorbeeld legesheffing, onderdeel uitmaken van de functie en het takenpakket van de gemandateerde medewerker.
Artikel 7 Ondertekeningsmandaat
Ondertekeningsmandaat wordt verleend aan de portefeuillehouder voor zover het diens portefeuille betreft. In dat geval neemt het college wel zelf het besluit. Dit zal uit het besluit moeten blijken.
Artikel 8 Bekendmaking en evaluatie
De regeling wordt bekendgemaakt in het Gemeenteblad.
Over nieuwe (onder-)mandaatregelingen en aanpassingen daarvan wordt overlegd met de concernmanager Processen en Middelen. Deze wordt in kennis gesteld van besluiten daaromtrent en draagt zorg voor een periodieke evaluatie van de regeling.
Dit artikel spreekt voor zich en behoeft geen toelichting.
Het betreft hier bevoegdheden die ingevolge artikel 2 lid 1 van deze regeling niet voor mandaat in aanmerking komen.
Onder het kopje OVERIG, onder 1, zijn de bevoegdheden opgenomen die op grond van artikel 10:3 van de wet niet voor mandaat in aanmerking komen. Het gaat om de volgende gevallen:
Mandaat wordt niet verleend, indien de aard van de bevoegdheid zich tegen mandaatverlening verzet, dan wel indien een ander wettelijk voorschrift zich tegen mandaatverlening verzet. Het eerste betekent dat het karakter van het besluit met zich brengt dat het bestuur zelf (het college dan wel de burgemeester) moet beslissen. Het gaat om besluiten die niet ambtelijk kunnen worden afgedaan. Per geval zal een afweging gemaakt moeten worden. In geval van twijfel verdient het aanbeveling te kiezen voor bestuurlijke besluitvorming. Ook kan het zijn dat vanuit de wettelijke grondslag, waarop het besluit is gebaseerd, mandaatverlening wordt uitgesloten. Anders dan bij ‘politiek gevoelige’ besluiten, zijn in mandaat genomen besluiten die zich naar hun aard verzetten tegen mandaatverlening, onbevoegd genomen besluiten. Deze zullen door de bestuursrechter in de regel als onrechtmatig worden beoordeeld.
In het kopje OVERIG, onder 2, is bepaald dat mandaat niet wordt verleend indien het besluit een afwijking zou inhouden van het bestaande beleid, vastgestelde richtlijnen en/of voorschriften, tenzij dit uit de regeling voortvloeit. Uitgangspunt is dat beleidsvorming en afwijken van beleid (hardheidsclausule) bij het college blijven, tenzij dit voortvloeit uit de regeling of de systematiek, dan wel wanneer het college hiertoe in een voorkomende situatie heeft besloten. Hieronder valt (dus) niet een (omgevings-)vergunning in afwijking van het bestemmingsplan, dan wel afwijken van de Welstandsnota. In het algemeen betreft mandaat besluiten betreffende beleidsuitvoering, bedrijfsvoering en beheer.
Het betref hier bevoegdheden die ingevolge artikel 2 lid 2 van deze regeling niet voor ondermandaat in aanmerking komen.
Voor het nemen van besluiten over de ambtelijke organisatie, het opleggen van disciplinaire maatregelen en het aangaan van vaststellingsovereenkomsten ten aanzien van arbeidsrechtelijke aangelegenheden wordt geen ondermandaat verleend. Dat betekent dus dat alleen de gemeentesecretaris hiertoe het mandaat heeft.
Het betreft hier bevoegdheden die ingevolge artikel 3 van deze regeling door het bestuursorgaan zijn gemandateerd aan derden, die niet werkzaam zijn onder verantwoordelijkheid van het college.