Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
's-Hertogenbosch

Beleidsregels Eerste Hulp bij Geldzaken en Schulddienstverlening Gemeente ‘s-Hertogenbosch 2021

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
Organisatie's-Hertogenbosch
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregels Eerste Hulp bij Geldzaken en Schulddienstverlening Gemeente ‘s-Hertogenbosch 2021
CiteertitelBeleidsregels Eerste Hulp bij Geldzaken en Schulddienstverlening gemeente 's-Hertogenbosch 2021
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmaatschappelijke zorg en welzijn
Eigen onderwerp
Externe bijlageToelichting Beleidsregels Eerste Hulp Geldzaken

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Wet gemeentelijke schuldhulpverlening

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

09-02-202101-01-2021Nieuwe regeling

09-02-2021

gmb-2021-42759

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregels Eerste Hulp bij Geldzaken en Schulddienstverlening Gemeente ‘s-Hertogenbosch 2021

Het college van burgemeester en wethouders van ’s-Hertogenbosch,

In zijn vergadering van 9 februari 2021,

Gezien het voorstel met reg.nr. 10332305,

gelet op de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening (Wgs);

gelet op het raadsbesluit armoede en schulden (Aanvalsplan Den Bosch Schuldenvrij 2018-2021, vastgesteld door de gemeenteraad van ’s-Hertogenbosch op 12 december 2017) en gelet op de Verordening beslistermijn schuldhulpverlening ‘s-Hertogenbosch 2021 (reg nr. 10332349);

besluit

  • 1.

    Vast te stellen de navolgende beleidsregels Eerste Hulp bij Geldzaken en Schulddienstverlening gemeente ’s-Hertogenbosch 2021 en met terugwerkende kracht met ingang van 1 januari 2021 in werking te laten treden.

  • 2.

    De huidige beleidsregels Eerste Hulp bij Geldzaken en Schulddiensterverlening gemeente ‘s-Hertogenbosch 2019 in te trekken met ingang van 1 januari 2021 (met terugwerkende kracht).

 

 

 

Artikel 1. Begripsbepalingen

 

  • 1.

    In deze regeling wordt verstaan onder:

    • a.

      college: college van burgemeester en wethouders van de gemeente ‘s-Hertogenbosch;

    • b.

      inwoner: diegene die woonachtig is, met een geldige verblijfstatus, in de gemeente ‘s-Hertogenbosch of een van de contractgemeente en ook als zodanig staat ingeschreven in de basisregistratie personen;

    • c.

      verzoeker: inwoner die zich tot het college heeft gewend bij Eerste hulp bij Geldzaken voor sociaaljuridische ondersteuning en Schulddienstverlening;

    • d.

      belanghebbende; degene wiens belang rechtstreeks bij een besluit is betrokken;

    • e.

      Eerste Hulp bij Geldzaken: EHBG biedt een persoonlijke en vrij toegankelijke dienstverlening voor inwoners met (dreigende) financiële en/of sociaal/juridische vragen en problemen. EHBG vormt de toegang voor Schulddienstverlening;

    • f.

      Schulddienstverlening: samenhangend integraal aanbod van verschillende diensten ter voorkoming van schulden en/of het beheersbaar maken of oplossen van een schuldensituatie;

    • g.

      schuldregeling: verzamelnaam voor de diensten gericht op de bemiddeling tussen schuldenaar en schuldeisers om een regeling voor de totale schuldenlast te bewerkstelligen;

    • h.

      plan van aanpak: het individuele plan wat na de intake en analyse fase wordt opgesteld en waarin wederzijdse afspraken en aangeboden dienstverlening wordt beschreven;

    • i.

      Wgs: de Wet gemeentelijke schuldhulpverlening;

    • j.

      WSNP: Wet schuldsanering natuurlijke personen;

    • k.

      PW: de Participatiewet;

    • l.

      NVVK: de Nederlandse Vereniging voor Volkskrediet, de Verenging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren;

    • m.

      Recofa: landelijk overlegorgaan van rechter-commissarissen in Faillissementen;

    • n.

      contractgemeente: gemeente uit de regio waarmee een overeenkomst Schulddienstverlening is gesloten.

  • 2.

    Daar waar in deze beleidsregels wordt gesproken over Schulddienstverlening heeft dit een gelijke betekenis als het begrip schuldhulpverlening zoals geformuleerd in de Wgs.

  • 3.

    Alle begrippen die in deze beleidsregels worden gebruikt en die niet nader worden omschreven hebben dezelfde betekenis als in de Wgs, de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de NVVK-gedragscode.

 

Artikel 2. Doelgroep

Alle inwoners van 18 jaar en ouder met een hoofdverblijf in de gemeente ’s-Hertogenbosch of een samenwerkende contractgemeente komen in aanmerking voor Schulddienstverlening.

 

Artikel 3. De procedure melding, aanvraag en intake

  • 1.

    Inwoners van de gemeente ‘s-Hertogenbosch kunnen zich voor ondersteuning bij (dreigende) financiële en/of sociaal/juridische vragen en problemen melden bij de Eerste Hulp bij Geldzaken (EHBG). Op dit moment is sprake van een melding.

  • 2.

    Er is sprake van een aanvraag Schulddienstverlening na het eerste gesprek waarin de schriftelijke of mondelinge hulpvraag van de inwoner is vastgesteld. Dat kan een gesprek zijn bij Eerste Hulp Bij Geldzaken of een gesprek naar aanleiding van een signaal vroegsignalering.

  • 3.

    Nadat de hulpvraag is vastgesteld wordt een intakegesprek ingepland bij team Intake en Stabilisatie. Dit intakegesprek vindt plaats binnen vier weken na constatering van de hulpvraag.

  • 4.

    Na het eerste gesprek waarin de hulpvraag is vastgesteld (= aanvraag), wordt de beschikking tot schuldhulpverlening of de afwijzing ervan, binnen een termijn van acht weken, gegeven. Bij de beschikking wordt een Plan van aanpak gevoegd.

  • 5.

    Een verzoeker moet zich kunnen legitimeren met een geldig legitimatiebewijs. Als geldig legitimatiebewijs gelden de documenten genoemd in artikel 1 van de Wet op de Identificatieplicht.

  • 6.

    Bij gehuwden in gemeenschap van goederen of geregistreerde partners kan een aanvraag Schulddienstverlening alleen gezamenlijk door beide partners worden gedaan. Bij gehuwden op huwelijkse voorwaarden en/of een beperkte gemeenschap, of samenwonenden moeten beide partners een aanvraag apart indienen als zij beiden in aanmerking willen komen.

 

Artikel 4. Aanbod Schulddienstverlening

  • 1.

    Het college biedt aan verzoeker Schulddienstverlening, indien het college dit noodzakelijk acht, en bepaalt de vorm waarin de Schulddienstverlening wordt aangeboden.

  • 2.

    De vorm van het aanbod Schulddienstverlening is individueel maatwerk. Het aanbod is gebaseerd op de analyse van de hulpvraag, de schulden en de onderliggende problematiek en is van meerdere factoren afhankelijk en kan per situatie verschillen.

  • De factoren die een rol kunnen spelen zijn:

    • a.

      Aard, zwaarte en/of omvang van de schulden;

    • b.

      Sprake van een crisissituatie;

    • c.

      Psychosociale situatie verzoeker;

    • d.

      Houding, gedrag (motivatie) en vaardigheden van verzoeker;

    • e.

      De totale financiële situatie (huidige en verwachtingen in de toekomst);

    • f.

      Een eventueel eerder gebruik van Schulddienstverlening.

  • 3.

    Het aanbod van de gemeente kan bestaan uit:

    • a.

      Vroegsignalering en preventie;

    • b.

      Crisisinterventie;

    • c.

      Informatie en advies bij het zelfstandig oplossen van de schulden;

    • d.

      Stabilisatie: begeleiding bij het in evenwicht brengen van inkomen en uitgaven en inzicht krijgen in de financiële situatie;

    • e.

      Herfinanciering;

    • f.

      Schuldregeling: het opstellen van een regeling voor het aflossen van de schuld (volledig of tegen finale kwijting) samen met begeleiding en toezicht tijdens de looptijd van de regeling;

    • g.

      Budgetbeheer;

    • h.

      Duurzame financiële dienstverlening (DFD): langdurige stabilisatie samen met budgetbeheer als er door omstandigheden nog geen zicht is op een schuldregeling;

    • i.

      Verklaring ex art 285 Faillissementswet (Fw) voor toepassing van de WSNP;

    • j.

      Beschermingsbewind;

    • k.

      Nazorg: het hebben van een of meerdere contactmomenten met een natuurlijk persoon na afloop van een traject Schulddienstverlening.

  • 4.

    De bovengemelde diensten worden aangeboden en uitgevoerd conform de gedragscode, richtlijnen en modulen van de branchevereniging voor schuldhulpverlening en sociaal bankieren (NVVK).

  • 5.

    Het college kan nadere voorwaarden stellen om te komen tot het aanbod Schulddienstverlening via het plan van aanpak of de schuldregelingsovereenkomst.

 

Artikel 5. Verplichtingen

  • 1.

    Om de Schulddienstverlening te doen slagen, is medewerking en de inzet van de verzoeker noodzakelijk gedurende de hele looptijd van het traject. Bij geen of onvoldoende medewerking kan de aanvraag Schulddienstverlening buiten behandeling gesteld worden, afgewezen of voortijdig worden beëindigd. De medewerking bestaat onder andere uit:

    • a.

      Het tijdig nakomen van afspraken en opgelegde voorwaarden;

    • b.

      Geen nieuwe schulden maken;

    • c.

      Ontvangen (extra) bedragen inzetten voor de schulden;

    • d.

      Meewerken aan het tot stand komen van het plan van aanpak of een overeenkomst in het kader van de Schulddienstverlening zoals budgetbeheer en/ of schuldregeling;

    • e.

      Meewerken aan de verplichting tot begeleiding door een ketenpartner (hulpverleningsinstelling) als dit is opgelegd.

  • 2.

    De verzoeker is verplicht om direct en uit eigen beweging dan wel op verzoek van de gemeente alle gegevens en omstandigheden door te geven waarvan hem duidelijk moet zijn dat deze van invloed kunnen zijn op de Schulddienstverlening.

  • 3.

    De verzoeker is verplicht om zich maximaal in te spannen om het inkomen te verhogen, dan wel de lasten te verminderen. Te denken valt hierbij aan:

    • a.

      Meewerken aan re-integratie, inburgering;

    • b.

      Werk te vinden of meer uren te gaan werken. Dit geldt ook, voor zover van toepassing, voor de partner;

    • c.

      Meerderjarige kinderen leveren een financiële bijdrage aan de huishouding;

    • d.

      Autobezit te verkopen, in te ruilen voor een goedkoper exemplaar of de waarde te vergoeden aan de schuldeisers indien het bezit niet noodzakelijk is. Hiervoor wordt gehandeld volgens het VTLB-rapport van de Recofa;

    • e.

      Overige acties om de financiële ruimte te vergroten.

  • 4.

    Bij het niet (of niet volledig) nakomen van de verplichtingen kan het college besluiten om een sanctie op te leggen van een uitsluiting van een schulddienstverleningstraject bij de gemeente van 6 maanden tot 1 jaar bij voortijdige beëindiging van de intakefase, stabilisatiefase, budgetbeheer of DFD. Bij voortijdige beëindiging van een schuldregeling vanwege het niet nakomen van de verplichtingen kan het college een sanctie opleggen van uitsluiting van een schuldregeling van 1 tot 3 jaar.

 

Artikel 6. Weigeren en beëindigen Schulddienstverlening

  • 1.

    De toegang tot Eerste Hulp bij Geldzaken (EHBG) en Schulddienstverlening kan geweigerd en/of beëindigd worden als verzoeker zich ten opzichte van de medewerkers, belast met werkzaamheden die voortkomen uit EHBG en/of schulddienstverleningstraject, (ernstig) misdraagt.

  • 2.

    De toegang tot Schulddienstverlening kan door het college worden geweigerd indien:

    • a.

      verzoeker niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt zoals neergelegd in Artikel 6 en 7 van de Wgs en/of van de verplichtingen zoals genoemd in artikel 5

    • b.

      verzoeker op grond van artikel 5 een uitsluitingstermijn heeft gekregen;

    • c.

      verzoeker niet beschikt over een verblijfstatus.

  • 3.

    Het college kan overgaan tot beëindiging van de Schulddienstverlening als er sprake is van een van onderstaande situaties:

    • a.

      Het schulddienstverleningstraject succesvol is afgerond;

    • b.

      De belanghebbende niet langer voldoet aan de voorwaarden van artikel 2;

    • c.

      De belanghebbende zijn beschikbare aflossingscapaciteit niet wil gebruiken voor de aflossing van schulden;

    • d.

      De belanghebbende niet of in onvoldoende mate zijn verplichtingen nakomt zoals neergelegd in artikel 6 en 7 van de Wgs, artikel 5 van deze beleidsregels en het plan van aanpak. Er zal niet eerder tot beëindiging worden overgegaan dan nadat belanghebbende een redelijke hersteltermijn is geboden om alsnog aan zijn verplichtingen te voldoen;

    • e.

      Als belanghebbende niet instemt met het individuele plan van aanpak;

    • f.

      Op basis van verkeerde en onjuiste informatie – zo later is gebleken – Schulddienstverlening aan betrokkene is toegekend, terwijl indien dit ten tijde van de besluitvorming bekend was geweest bij het college, een andere beslissing zou zijn genomen;

    • g.

      De inkomens, woon of leefsituatie van belanghebbende dermate onzeker is geworden, dat Schulddienstverlening niet meer mogelijk is;

    • h.

      Belanghebbende niet in staat is om zijn financiën of schulden zelf te regelen dan wel in staat is de financiën of schulden zelfstandig te beheren en geen ondersteunde hulp (budgetbeheer) accepteert;

    • i.

      De geboden Schulddienstverlening, gelet op de persoonlijke omstandigheden van de belanghebbende, niet (langer) passend is.

    • j.

      Op verzoek van de belanghebbende zelf.

 

Artikel 7. Middelen en Inkomen

Voor de Schulddienstverlening worden middelen van belanghebbende in aanmerking genomen. Tot de middelen worden alle vermogens – en inkomensbestanddelen gerekend waarover de aanvrager beschikt of redelijkerwijs kan beschikken. Voor de beoordeling of en in hoeverre middelen bij de uitvoering van Schulddienstverlening in aanmerking worden genomen, wordt aangesloten bij de werkgroep Rekenmethode Vrij te laten bedrag (VTLB) van de Recofa.

 

Artikel 8. Nazorg

Bij beëindiging van de Schulddienstverlening beoordeelt het college in welke vorm nazorg wordt aangeboden ter voorkoming van nieuwe schulden.

 

Artikel 9. Hardheidsclausule en onvoorziene omstandigheden

  • 1.

    Het college kan in zeer bijzondere gevallen gemotiveerd afwijken van de bepalingen in deze beleidsregels, indien onverkorte toepassing daarvan aanleiding geeft of zou leiden tot disproportionele onredelijkheid of onbillijkheid.

  • 2.

    In gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het college.

 

Artikel 10. Aanduiding en inwerkingtreding

  • 1.

    Deze Beleidsregels treden met terugwerkende kracht in werking op 1 januari 2021, onder gelijktijdige intrekking van de Beleidsregels Eerste Hulp bij Geldzaken en Schulddienstverlening gemeente ’s-Hertogenbosch 2019.

  • 2.

    Deze beleidsregels worden aangehaald als: Beleidsregels Eerste hulp bij Geldzaken en Schulddienstverlening ‘s-Hertogenbosch 2021.

 

Aldus op 9 februari 2021 vastgesteld door burgemeester en wethouders van de Gemeente ’s-Hertogenbosch.

De secretaris,

Drs. B. van der Ploeg

De burgemeester,

Drs. J.M.L.N. Mikkers