Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Wierden

Beleidsregel Indieningsvereisten ruimtelijke plannen voor zonneparken gemeente Wierden

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieWierden
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel Indieningsvereisten ruimtelijke plannen voor zonneparken gemeente Wierden
Citeertitelbeleidsregel indieningsvereisten zonneparken gemeente Wierden
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artikel 2.8, eerste lid, van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

05-02-2021nieuw beleid

26-01-2021

gmb-2021-27905

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel Indieningsvereisten ruimtelijke plannen voor zonneparken gemeente Wierden

 

Inleiding

Op 15 december 2020 heeft de gemeenteraad van Wierden het “Afwegingskader grootschalige duurzame energieopwekking in Wierden 2020” vastgesteld. Om plannen ten behoeve van zonneparken goed te kunnen toetsen aan de voorwaarden uit dit Afwegingskader, is deze beleidsregel met indieningsvereisten opgesteld. Deze beleidsregel vormt voor ruimtelijke plannen voor zonneparken een verbijzondering van de indieningsvereisten voor ruimtelijke plannen zoals deze in 2010 door het college zijn vastgesteld. Deze indieningsvereisten zijn een aanvulling op de indieningsvereisten conform de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en moeten worden gezien als beleid op toepassing van artikel 4:5 van de Algemene wet bestuursrecht om plannen op een zorgvuldige wijze te kunnen toetsen aan het genoemde afwegingskader.

 

Artikel 1 Begripsomschrijvingen

In deze beleidsregels wordt verstaan onder:

a. Project: bouwwerk(en, werk(en) of werkzaamheden en gebruik van gronden die op grond van het geldende bestemmingsplan niet zijn toegestaan en waarvoor een afwijking van het bestemmingsplan wordt gevraagd;

b. Afwijking van het bestemmingsplan: afwijking van het geldende bestemmingsplan zoals bedoeld in artikel 2.12, eerste lid, onder a, onder 3° van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht;

c. De gemeente: de gemeente Wierden;

d. De gemeenteraad: de gemeenteraad van Wierden;

e. Het college: het college van burgemeester en wethouders van Wierden.

 

Artikel 2 Procedure

1. Een aanvraag omgevingsvergunning voor het afwijken van het bestemmingsplan ten behoeve van een zonnepark wordt bij voorkeur voorafgegaan door een principeverzoek, zodat het project volledig en op zorgvuldige wijze kan worden getoetst aan het geldende “Afwegingskader grootschalige duurzame energieopwekking 2020”.

2. Wanneer de fase van principeverzoek wordt overgeslagen zijn de vereisten met betrekking tot de in te dienen gegevens bij het principeverzoek (artikel 3) onverkort van toepassing bij de fase van het indienen van een aanvraag (artikel 4).

 

Artikel 3 Gegevens principeverzoek

1. Een aanvrager verstrekt bij een principeverzoek om een afwijking van een bestemmingsplan ten behoeve van een zonnepark de volgende gegevens en stukken:

a. Aanvraagformulier principeverzoek RO-zonnepark;

b. Bewijs van (toekomstige) beschikking over de grond (eigendom, huur of anderszins);

c. Een beschrijving van de huidige situatie: aard, grootte, ligging (geïllustreerd door een situatietekening op schaal, voorzien van kadastraal nummer en noordpijl);

d. Een beschrijving van het project en een verantwoording van de gemaakte keuzes;

e. Motivering van de locatiekeuze voor het project;

f. De wijze waarop het project landschappelijk wordt ingepast;

g. Een communicatieplan, waarin in ieder geval wordt beschreven:

- Hoe invulling wordt gegeven aan de startbijeenkomst, waarvoor omwonenden , andere belangstellende(n) en de gemeente worden uitgenodigd en waarin informatie wordt gegeven over het plan. Tevens wordt omgeschreven op welke wijze omwonenden kunnen meepraten over de verdere invulling van het plan;

- De motivering binnen welke straal rondom het park omwonenden zijn uitgenodigd. Daarbij wordt in eder geval aandacht besteed aan de afstand tot en het zicht op het zonnepark;

- De wijze van communiceren over de financiële participatiemogelijkheden binnen het project:

a. Hoe de omgeving wordt geïnformeerd over de mogelijkheden van participatie;

b. Hoe de omgeving wordt betrokken bij de keuzemogelijkheid van participatie;

- De wijze van het terugkoppelen naar omwonenden en andere belangstellenden van wat er gedaan is met ingebrachte ideeën en zienswijzen op het conceptplan;

- De wijze van het informeren van omwonenden en andere belangstellenden over eventuele wijzigingen van het plan;

- De wijze waarop via een projectwebsite alle relevante informatie en vormen van participatie te vinden is gedurende het gehele proces (ontwerp, zichtlijnen, etcetera);

- De wijze van communiceren met belanghebbenden die niet digitaal onderlegd zijn;

- De wijze waarop alle omwonenden (op een gelijke manier) zijn benaderd, ook die niet in onze gemeente woonachtig zijn.

 

Artikel 4 Gegevens aanvraag

1. Onverminderd de artikelen 2.7 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en 1.2 e.v. van de Regeling omgevingsrecht verstrekt de aanvrager bij de aanvraag om een afwijking van een bestemmingsplan ten behoeve van een zonnepark, de volgende gegevens en stukken:

a. Een beschrijving van de huidige situatie: aard, grootte, ligging (geïllustreerd door een situatietekening op schaal, voorzien van kadastraal nummer en noordpijl);

b. Een beschrijving van het project en een verantwoording van de gemaakte keuzes;

c. Motivering van de locatiekeuze voor het project;

d. De uitkomsten van de met toepassing van artikel 3:2 van de Algemene wet bestuursrecht verrichte onderzoeken;

e. Een ruimtelijke onderbouwing van het project, inhoudende een beschrijving van de ruimtelijke (waaronder mede verstaan stedenbouwkundige en landschappelijke) gevolgen die het project op de omgeving zal hebben: inrichting van het project, ruimtelijke c.q. landschappelijke inpassing, verkeersontsluiting (een en ander geïllustreerd door middel van een inrichtingsschets);

f. Een toetsing aan vigerend ruimtelijk beleid van:

- Het rijk;

- De provincie Overijssel;

- De gemeente;

g. Een onderzoek naar de ruimtelijk relevante milieueffecten van het project, waarbij tenminste wordt ingegaan op de aspecten van geluid, bodem, luchtkwaliteit, water en flora en fauna (natuur);

h. Een overzicht van mogelijke belemmeringen voor het project, waarbij minimaal aandacht wordt besteed aan:

- Kabels- en leidingentracés;

- Privaatrechtelijke belemmeringen;

i. Een onderzoek naar de externe veiligheid;

j. Een onderzoek naar de archeologische, cultuurhistorische en landschappelijke waarden;

k. Een weergave van de retroperspectieve aspecten in het plangebied;

l. Een weergave van de economische uitvoerbaarheid;

m. De uitkomsten van de in artikelen 6.28 van het Besluit omgevingsrecht j° 3.1.1 van het Besluit ruimtelijke ordening bedoelde overleg;

n. Een participatieplan, waarin in ieder geval wordt beschreven op welke wijze aan de financiële participatie invulling wordt gegeven;

o. Een verantwoordingsdocument van de wijze van communiceren volgens het eerder ingediende communicatieplan, waarin in ieder geval wordt beschreven:

- Een verslag van de startbijeenkomst (inclusief het aantal aanwezigen) en eventuele andere bijeenkomsten/gesprekken met omwonenden en andere belangstellenden. Dit verslag is van te voren met alle betrokkenen gedeeld;

- Een weergave van de ingebrachte ideeën en zienswijzen en wat daarmee gedaan is;

- De wijze waarop de gekozen vorm van participatie wordt gedeeld met omwonenden om te komen tot een optimale invulling hiervan;

p. Een concept van een met de gemeente te sluiten anterieure overeenkomst waarin in ieder geval is geregeld:

- het planschaderisico;

- de afdracht aan een gebiedsfonds ter compensatie van de ruimtelijke impact van het project op de omgeving;

- de uitvoering van het participatieplan.

2. De in het eerste lid bedoelde gegevens en stukken behoeven niet te worden verstrekt indien:

a. De aanvrager de gegevens of stukken reeds aan het college heeft verstrekt of het college reeds over de gegevens of stukken beschikt;

b. De verstrekking van die gegevens of stukken naar het oordeel van het college niet nodig is voor het nemen van een beslissing op de aanvraag.

3. De gegevens en stukken moeten in zodanige vorm worden aangeleverd dat een effectieve beoordeling mogelijk is. De aanvrager draagt er zorg voor dat de samenhang tussen de verschillende gegevens blijkt uit de aangeleverde gegevens en stukken.

4. De bij de aanvraag behorende stukken worden door de aanvrager gekenmerkt als behorende bij de aanvraag.

5. De in het eerste lid bedoelde afwijking van het bestemmingsplan dient conform het bepaalde in de artikelen 1.2.1 en 1.2.6 van het Besluit ruimtelijke ordening en de Regeling standaarden ruimtelijke ordening digitaal aan de gemeente te worden aangeleverd. Dit geldt tenminste voor het ontwerp- en het definitieve vast te stellen project en/of besluit.

6. De in het eerste lid onder g, i en j bedoelde onderzoeken dienen door een ter zake deskundige instantie op verantwoorde wijze te worden opgesteld.

 

Artikel 5 Ontvankelijkheid

Indien de aanvrager niet tijdig de volledige gegevens en stukken heeft overlegd die noodzakelijk zijn voor de beoordeling van de aanvraag, kan het college besluiten de aanvraag niet in behandeling te nemen, maar alleen nadat de aanvrager de gelegenheid heeft gehad binnen een door het college gestelde termijn de aanvraag aan te vullen.

 

Artikel 6 Kosten

Alle kosten die verband houden met de totstandkoming van het project komen voor rekening van de aanvrager.

 

Artikel 7 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als “Indieningsvereisten ruimtelijke plannen voor zonneparken gemeente Wierden”.

 

Artikel 8 Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking met ingang van de achtste dag volgend op die van bekendmaking.

 

 

 

 

 

 

Wierden, 26 januari 2021

 

Burgemeester en wethouders van Wierden,

de secretaris, de burgemeester,

 

Rita van Breugel ` Doret Tigchelaar