Organisatie | Eemsdelta |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening Maatschappelijke Bijdrage |
Citeertitel | Verordening Maatschappelijke bijdrage Eemsdelta |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
artikel 8a van de Participatiewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-01-2021 | 01-01-2021 | Nieuwe regeling | 04-01-2021 |
De raad van de gemeente Eemsdelta;
gezien het voorstel van de Stuurgroep Herindeling Eemsdelta d.d. 3 december 2020;
gelet op artikel 8a, eerste lid, onderdeel b, van de Participatiewet;
overwegende dat het van belang is dat bijstandsgerechtigden inspanningen leveren om zo snel mogelijk aan het werk te gaan en anders maatschappelijke activiteiten verrichten die leiden tot activering en stijging op de participatieladder;
Alle begrippen die in deze verordening worden gebruikt en niet nader worden omschreven, hebben dezelfde betekenis als in de Participatiewet, de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW) of de Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijke arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ), de Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de Gemeentewet.
Het College van burgemeester en wethouders kan een plicht tot het verrichten van een maatschappelijke bijdrage naar vermogen opleggen aan een belanghebbende die behoort tot de doelgroep als bedoeld in artikel 2 eerste lid en die niet is vrijgesteld of ontheven van het verrichten van een maatschappelijke bijdrage.
Hoofdstuk 2 Een maatschappelijke bijdrage naar vermogen
Artikel 4. Inhoud van een maatschappelijke bijdrage
Het College van burgemeester en wethouders kan ter nadere uitvoering van deze verordening beleidsregels vaststellen waarin wordt vastgelegd welke aanvullende werkzaamheden het College van burgemeester en wethouders in ieder geval kan aanbieden en de voorwaarden die daarbij gelden voor zover daarover in deze verordening geen nadere bepalingen zijn opgenomen.
Artikel 5. Het opdragen van een maatschappelijke bijdrage
Het College van burgemeester en wethouders draagt geen maatschappelijke bijdrage op als een belanghebbende mantelzorg verricht voor zover het verrichten van mantelzorg naar het oordeel van het College van burgemeester en wethouders redelijkerwijs noodzakelijk is.
Artikel 8. Geen werkzaamheden voorhanden
Als het College van burgemeester en wethouders geen maatschappelijke bijdrage opdraagt omdat geen werkzaamheden voorhanden zijn, beoordeelt het College van burgemeester en wethouders binnen zes maanden, of op dat moment wel werkzaamheden voorhanden zijn die kunnen worden ingezet als maatschappelijke bijdrage.