Organisatie | Etten-Leur |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Etten-Leur houdende regels omtrent bijstandsverlening voor zelfstandigen (Heronderzoeksplan 2020 Besluit Bijstandsverlening zelfstandigen 2004) |
Citeertitel | Heronderzoeksplan 2020 Besluit Bijstandsverlening zelfstandigen 2004 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Onbekend
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-01-2021 | nieuwe regeling | 15-12-2020 |
Met ingang van 1 januari 2020 is het Besluit Bijstandsverlening zelfstandigen (Bbz 2004 ) gewijzigd en is de regeling administratieve uitvoeringsvoorschriften Bbz 2004 (Rau) ingetrokken. Hierdoor vervallen de landelijke administratieve voorschriften inzake onderzoeksverplichtingen, onderzoeksfrequenties, beeindigingsonderzoeken en de gemeentelijke administratie. Dit betekent dat gemeenten zelf moeten regelen hoe zij de rechtmatigheid van de uitkeringsverstrekking borgen. De gemeente heeft beleidsruimte voor een eigen werkwijze en eigen administratieve inrichting. Het college blijft wel bevoegd om een heronderzoek in te stellen, als daartoe aanleiding bestaat. De verplichting tot periodieke herbeoordeling van de levensvatbaarheid van het bedrijf of beroep van beginnende zelfstandigen is omgezet naar een gemeentelijke bevoegdheid. Hiertoe heeft de gemeente eigen beleidsruimte voor een eigen werkwijze en eigen administratieve inrichting. Vanwege de diversiteit aan onderzoeken die bij de uitvoering van het Bbz 2004 bestaan, is het wenselijk om dit in een gemeentelijk heronderzoeksplan te regelen.
In dit heronderzoeksplan is vastgelegd hoe de gemeente Etten-Leur met ingang van 1 januari 2020 omgaat met Bbz-heronderzoeken op het gebied van rechtmatigheid, doelmatigheid en debiteurenbeheer.
Dit heronderzoeksplan spitst zich toe op de Bbz-regeling. Een heronderzoek bij Bbz-cliënten richt zich op zowel de rechtmatigheid als de doelmatigheid. Een heronderzoek bij cliënten met algemene bijstand voor levensonderhoud kan inhoudelijk anders vorm gegeven worden dan heronderzoeken bij cliënten met een uitkering in de vorm van bedrijfskapitaal.
Er zijn vier groepen zelfstandigen binnen het Bbz. Deze worden hieronder uitgelegd, met daarbij waar ze recht op hebben volgens het Bbz.
Op grond van artikel 18 Bbz hebben gevestigde zelfstandigen gedurende twaalf maanden recht op algemene bijstand (levensonderhoud). Deze periode kan maximaal 24 maanden worden verlengd als externe omstandigheden van tijdelijke aard de oorzaak van de bijstandbehoevendheid zijn. Op grond van artikel 20 Bbz hebben gevestigde zelfstandigen recht op een bedrijfskapitaal van maximaal € 203.135 [norm per 1 januari 2020].
Op grond van artikel 23 Bbz heeft de startende zelfstandige gedurende 36 maanden recht op algemene bijstand (levensonderhoud). Verlenging is mogelijk als de zelfstandige door medische of sociale redenen niet volledig als zelfstandige kan werken. Op grond van artikel 24 Bbz heeft de startende zelfstandige recht op een bedrijfskapitaal van maximaal. € 37.398 [norm per 1 januari 2020].
Oudere zelfstandigen van 55 jaar en ouder tot AOW-leeftijd met niet-levensvatbaar bedrijf
Op grond van artikel 25 Bbz heeft de oudere zelfstandige van 55 jaar en ouder recht op algemene bijstand (levensonderhoud) mits het inkomen uit zelfstandigheid minimaal bruto € 8.068 [normbedrag op 1 januari 2020] per boekjaar bedraagt:
Op grond van artikel 26 Bbz heeft de oudere zelfstandige recht op een bedrijfskapitaal van maximaal € 10.157 [norm per 1 januari 2020].
Op grond van artikel 27 Bbz heeft de beëindigende zelfstandige recht op algemene bijstand (levensonderhoud) voor een termijn van twaalf maanden, op verzoek van betrokkene is verlenging mogelijk met maximaal 12 maanden. Het verstrekken van bedrijfskapitaal is niet mogelijk voor beëindigende zelfstandigen.
Heronderzoeken en heronderzoekstermijnen
Binnen het Bbz worden vier soorten onderzoeken onderscheiden, te weten:
Deze onderzoeken zijn hieronder nader uitgewerkt, met daarbij de frequentie van het heronderzoek.
Heronderzoeken bij verstrekt bedrijfskapitaal
Heronderzoeken bijstand voor levensonderhoud
Tussentijdse mutatie-onderzoeken
Daarnaast zijn er tussentijdse onderzoeken mogelijk, op basis van mutaties of signalen. Deze signalen zijn vooral:
De frequentie van deze onderzoeken is afhankelijk van het tijdstip waarop het signaal wordt ontvangen. het mutatie-onderzoek start na ontvangst van het signaal.
Bij beëindiging van de uitkering voor levensonderhoud zal er een besluit moeten worden genomen met betrekking tot de wederzijds tussen het Werkplein Hart van West-Brabant en de betrokkene resterende verplichtingen en de afwikkeling daarvan. Dit onderzoek dient zoveel mogelijk binnen drie maanden, doch uiterlijk binnen zes maanden, na de laatste maand waarin betaling van de uitkering heeft plaatsgevonden, te worden verricht. Het beëindigingsonderzoek resulteert in een besluit, met betrekking tot de wederzijds tussen het Werkplein en de belanghebbende resterende verplichtingen en de afwikkeling daarvan.