Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
De Fryske Marren

Controleprotocol jaarrekening

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDe Fryske Marren
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingControleprotocol jaarrekening
CiteertitelControleprotocol jaarrekening
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De beoogde datum inwerkingtreding is 1 januari 2020.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/De%20Fryske%20Marren/368573/CVDR368573_1.html
  2. https://decentrale.regelgeving.overheid.nl/cvdr/xhtmloutput/Historie/De%20Fryske%20Marren/606454/CVDR606454_1.html
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

24-12-2020nieuwe regeling

16-12-2020

gmb-2020-345081

Z.593773

Tekst van de regeling

Intitulé

Controleprotocol jaarrekening

De raad van de gemeente De Fryske Marren;

 

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 10 november 2020;

 

gelet op de Controleverordeningen van de gemeente De Fryske Marren;

 

b e s l u i t :

 

vast te stellen het volgende:

 

“Controleprotocol jaarrekening”.

1. Inleiding

De gemeenteraad heeft aan Deloitte de opdracht verstrekt de accountantscontrole als bedoeld in artikel 213 Gemeentewet (GW) voor de gemeente De Fryske Marren uit te voeren. Ter voorbereiding en ondersteuning van de uitvoering van de accountantscontrole moet de gemeenteraad echter nog een aantal zaken nader regelen, wat op hoofdlijnen in dit controleprotocol plaatsvindt.

 

Object van controle is de jaarrekening 2020 (inclusief bijlage specifieke uitkeringen) en daarmede tevens het financiële beheer over het jaar zoals uitgeoefend door of namens het college van burgemeester en wethouders van de gemeente De Fryske Marren.

1.1 Doelstelling

Dit controleprotocol heeft als doel nadere aanwijzingen te geven aan de accountant over de reikwijdte van de accountantscontrole, de daarvoor geldende normstellingen en de daarbij verder te hanteren goedkeurings- en rapporteringstoleranties voor de controle van de jaarrekening 2020 van de gemeente De Fryske Marren.

1.2 Wettelijk kader

Artikel 213 van de gemeentewet schrijft voor, dat de gemeenteraad één of meer accountants aanwijzen, als bedoeld in artikel 393 eerste lid Boek 2 Burgerlijk Wetboek voor de controle van de in artikel 197 GW bedoelde jaarrekening en het daarbij verstrekken van een controleverklaring en het uitbrengen van een verslag van bevindingen.

In het kader van de opdrachtverstrekking aan de accountant kan de gemeenteraad nadere aanwijzingen geven voor de te hanteren goedkeurings- en rapporteringstoleranties. Tevens zal in de opdrachtverstrekking duidelijk aangegeven moeten worden welke wet- en regelgeving in het kader van het financiële beheer onderwerp van rechtmatigheidscontrole zal zijn.

 

De gemeenteraad heeft de verordeningen op grond van artikel 213 GW voor de controle op het financiële beheer en op de inrichting van de financiële organisatie van de gemeente De Fryske Marren vastgesteld op 17 december 2014 (Controleverordening).

Met dit controleprotocol stelt de gemeenteraad nadere aanwijzingen vast die specifiek van toepassing zijn voor het controlejaar 2020.

2. Algemene uitgangspunten voor de controle (getrouwheid én rechtmatigheid)

Zoals in artikel 213 GW is voorgeschreven, zal de controle door de accountant gericht zijn op het afgeven van een oordeel over:

  • de getrouwe weergave van de in de jaarrekening gepresenteerde baten en lasten en de activa en passiva;

  • het rechtmatig tot stand komen van de baten en lasten en balansmutaties in overeenstemming met de begroting en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen, waaronder gemeentelijke verordeningen;

  • de inrichting van het financiële beheer en de financiële organisatie gericht op de vraag of deze een getrouwe en rechtmatige verantwoording mogelijk maken;

  • het in overeenstemming zijn van de door het college opgestelde jaarrekening met de bij of krachtens algemene maatregel van bestuur te stellen regels bedoeld in artikel 186 Gemeentewet (lees: Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV));

  • de verenigbaarheid van het jaarverslag met de jaarrekening.

 

Bij de controle zullen de nadere regels die bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden gesteld op grond van artikel 213, lid 6 GW evenals de controle- en overige standaarden (NBA) bepalend zijn voor de uit te voeren werkzaamheden.

Onder rechtmatigheid wordt begrepen de definitie volgens het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (BADO), dat de in de jaarrekening verantwoorde lasten, baten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen, dat wil zeggen “in overeenstemming zijn met de begroting en met de van toepassing zijnde wettelijke regelingen, waaronder gemeentelijke verordeningen”.

3. Te hanteren goedkeurings- en rapporteringstoleranties

De accountant accepteert in de controle bepaalde toleranties en richt de controle daarop in. De accountant controleert niet ieder document of iedere financiële handeling, maar richt de controle zodanig in, dat voldoende zekerheid wordt verkregen over het getrouwe beeld van de jaarrekening en de rechtmatigheid van de verantwoorde baten en lasten en balansmutaties en financiële beheershandelingen met een belang groter dan de vastgestelde goedkeuringstolerantie . De accountant richt de controle in op het ontdekken van belangrijke fouten en baseert zich daarbij op risicoanalyse, vastgestelde toleranties en statische deelwaarnemingen en extrapolaties.

 

Voor de jaarlijkse accountantscontrole toe te passen goedkeuringstolerantie bij de controle van de jaarrekening is aansluiting gezocht met de in het BADO voorgeschreven minimumeisen. Deze minimumeisen gelden ook voor de rechtmatigheidscontrole. De minimumeisen zijn:

 

 

Strekking controleverklaring:

Goedkeuringstolerantie

Goedkeurend

Beperking

Oordeelonthouding

Afkeurend

Fouten in de jaar-

rekening (% lasten)

≤ 1%

>1%<3%

-

≥ 3%

Onzekerheden in de controle (% lasten)

≤ 3%

>3%<10%

≥ 10%

-

 

In de voorgaande jaren hanteerden wij een rapporteringstolerantie van 10% van de goedkeuringstolerantie. Deze rapporteringstolerantie is in overleg met de auditcommissie voor de jaarrekening 2020 aangepast naar 5% van de goedkeuringstolerantie.

 

In het kader van “Single information en Single Audit” wordt in een bijlage bij de jaarrekening verantwoording afgelegd over de specifieke uitkeringen. De accountant beoordeelt voor elke specifieke uitkering of er sprake is van risico’s die richtinggevend zijn voor de inrichting van de accountantscontrole. Indien onze gemeente specifieke uitkeringen ontvangen met een omvang van tenminste € 125.000 in het verantwoordingsjaar dan voert de accountant in ieder geval voor elk van die specifieke uitkeringen een deelwaarneming uit.

 

Naast deze kwantitatieve benadering zal de accountant ook een kwalitatieve beoordeling hanteren (professional judgement). De weging van fouten en onzekerheden vindt ook plaats op basis van professional judgement.

 

De definitie van de goedkeuringstolerantie is:

De goedkeuringstolerantie is het bedrag dat de som van fouten in de jaarrekening of onzekerheden in de controle aangeeft, die in een jaarrekening maximaal mogen voorkomen, zonder dat de bruikbaarheid van de jaarrekening voor de oordeelsvorming door de gebruikers kan worden beïnvloed.

 

De goedkeuringstolerantie is bepalend voor de oordeelsvorming, de strekking van de af te geven controleverklaring.

 

Naast de goedkeuringstoleranties wordt de rapporteringtolerantie onderkend. Deze kan als volgt worden gedefinieerd:

De rapporteringtolerantie(s) is een bedrag dat gelijk is aan of lager is dan de bedragen voortvloeiend uit de goedkeuringstolerantie. Bij overschrijding van dit bedrag vindt rapportering plaats in het verslag van bevindingen. Een lagere rapporteringtolerantie leidt in beginsel niet tot aanvullende controlewerkzaamheden, maar wel tot een uitgebreidere rapportage van bevindingen.

 

Voor de controle van de jaarrekening (exclusief bijlage specifieke uitkeringen) zijn de rapportering- en goedkeuringstoleranties aan elkaar gelijk gesteld. Het totaalbedrag aan fouten en het totaalbedrag aan onzekerheden in de jaarrekening wordt berekend op basis van de totale lasten inclusief toevoegingen aan de reserves in de primitieve begroting. Deze goedkeuringstolerantie wordt zo nodig bijstellen aan de hand van de werkelijke lasten volgens de jaarrekening 2020.

 

In het verslag van bevindingen van de accountant wordt per specifieke uitkering gerapporteerd met een rapporteringstolerantie gebaseerd op de lasten van de specifieke uitkering in het verantwoordingsjaar of, bij meerjarige financiële afrekening op basis van prestatieafspraken, gebaseerd op het totale voorschot per specifieke uitkering, in alle gevallen met een ondergrens van te melden bevindingen van:

  • a.

    € 12.500,00 indien de lasten kleiner dan of gelijk aan € 125.000,00 zijn;

  • b.

    5% indien de lasten groter dan € 125.000,00 en kleiner dan of gelijk aan € 1.000.000,00 zijn;

  • c.

    € 125.000,00 indien de lasten groter dan € 1.000.000,00 zijn.

4. Begrip rechtmatigheid en de aanvullend te controleren rechtmatigheidscriteria

Voor een toelichting op het begrip rechtmatigheid in relatie tot de accountantscontrole bij gemeenten en provincies wordt verwezen naar de meest recente versie van de Kadernota rechtmatigheid. De commissie BBV (eerder het platform rechtmatigheid) geeft in de Kadernota de visie over de invulling van het begrip rechtmatigheid in de controleverklaring van decentrale overheden. Dit document is bedoeld voor accountants, provincies, gemeenten en waterschappen en behandelt de belangrijkste vraagstukken uit de praktijk.

 

In het kader van de rechtmatigheidscontrole kunnen 9 rechtmatigheidscriteria worden onderkend:

het begrotingscriterium, het voorwaardencriterium, het misbruik en oneigenlijk gebruikcriterium, het calculatiecriterium, het valuteringcriterium, het adresseringscriterium, het volledigheidscriterium, het aanvaardbaarheidscriterium en het leveringscriterium.

 

In het kader van het getrouwheidsonderzoek wordt al aandacht besteed aan de meeste van deze criteria. Voor de oordeelsvorming over de rechtmatigheid van het financiële beheer zal extra aandacht besteed moeten worden aan de volgende rechtmatigheidscriteria:

  • 1.

    het begrotingscriterium;

  • 2.

    het misbruik en oneigenlijk gebruik criterium (M&O-criterium);

  • 3.

    het voorwaardencriterium.

 

Ad 1. Als blijkt dat de gerealiseerde lasten zoals weergegeven in de jaarrekening hoger zijn dan de geraamde bedragen met inbegrip van de laatste begrotingswijziging, is – voor zover het de begrotingsoverschrijdingen betreft - mogelijk sprake van onrechtmatige uitgaven. De financiële beheershandeling die deze begrotingsoverschrijding veroorzaakt, kan namelijk in strijd zijn met het budgetrecht van de gemeenteraden zoals geregeld in de Gemeentewet. Voor de afsluitende oordeelsvorming is van belang in hoeverre de begrotingsoverschrijding past binnen het door de gemeenteraden geformuleerde beleid. Bij hogere lasten dan was begroot, zal bijvoorbeeld worden beoordeeld of deze worden gecompenseerd door aan de lasten gerelateerde hogere inkomsten. Het bepalen van welke begrotingsoverschrijdingen al dan niet verwijtbaar zijn, is voorbehouden aan de raden. Als het voor de accountant niet duidelijk is of begrotingsoverschrijdingen binnen het door de raden vastgestelde beleid passen, bestaat onzekerheid over de rechtmatigheid van deze overschrijdingen. De accountant zal dan eerst trachten meer duidelijkheid te krijgen over de visie van de raden met betrekking tot deze overschrijdingen. Indien de onzekerheid blijft bestaan, zal de accountant de onzekerheid kwantificeren en in zijn oordeel betrekken.

 

Ad 2. Gemeenten zullen een beleid ter voorkoming en bestrijding van misbruik en oneigenlijk gebruik moeten hebben. Het is aan te bevelen dat het college zich in het jaarverslag en/of de toelichting op de verantwoordt over de opzet, de uitvoering en de resultaten van het M&O-beleid. Indien een gemeente geen toereikend M&O-beleid ten aanzien van een regeling voert, is er geen sprake van een verantwoord financieel beheer ten aanzien van die regeling. De accountant weet dan met zekerheid dat er een verhoogd risico ten aanzien van de rechtmatigheid bestaat en dat de met de desbetreffende regeling samenhangende posten in de jaarrekening onzeker is of is voldaan aan de te stellen eisen. Op grond daarvan is de bevinding van de accountant veelal niet te kwantificeren, maar die afhankelijk van de relatieve omvang van de desbetreffende posten wel medebepalend kan zijn voor de strekking van de af te geven verklaring. Ook een gebrekkige uitvoering van het vastgestelde M&O-beleid door de gemeente kan leiden tot een bevinding.

Indien bij een toereikend M&O-beleid dat in voldoende mate is uitgevoerd toch een belangrijke (materiële) onzekerheid – die inherent is aan de regeling –met betrekking tot de rechtmatigheid van de uitgaven of ontvangsten blijft bestaan en deze niet verder kan worden gereduceerd, dient de accountant te beoordelen of deze onzekerheid in de toelichting bij de jaarrekening adequaat wordt weergegeven. De accountant dient te overwegen of hij na zijn oordeel in zijn verklaring een toelichtende paragraaf opneemt waarin hij de gebruikers van de verantwoording nog eens nadrukkelijk op de bestaande onzekerheid wijst. Indien de onzekerheid van materieel belang ten gevolge van de M&O-problematiek niet toereikend in de toelichting op de jaarrekening is uiteengezet, dan heeft de accountant een bedenking tegen de jaarrekening en is een goedkeurend getrouwheidsoordeel niet toegestaan.

 

Ad 3. Besteding en inning van gelden door een gemeente zijn aan bepaalde voorwaarden verbonden waarop door de accountant moet worden getoetst. Deze voorwaarden liggen vast in wetten en regels van hogere overheden en de (eigen) gemeentelijke regelgeving. De gestelde voorwaarden hebben in het algemeen betrekking op:

  • de omschrijving van de doelgroep respectievelijk het project;

  • de heffing- en/of declaratiegrondslag;

  • normbedragen (denk aan hoogte en duur);

  • de bevoegdheden;

  • het voeren van een administratie;

  • het verkrijgen en bewaren van bewijsstukken;

  • aan te houden termijnen besluitvorming, betaling, declaratie e.d.

 

De precieze invulling verschilt per wet respectievelijk regeling respectievelijk verordening.

Voor alle geldstromen dient in het toetsingskader ondubbelzinnig vast te staan welke voorwaarden er op van toepassing zijn.

 

In de bijlagen bij dit protocol treft u dit kader voor de controle aan. Daarbij wordt een overzicht gegeven van de gemeentelijke wet- en regelgeving (bijlage 2).

 

5. Reikwijdte accountantscontrole rechtmatigheidtoetsing

De accountantscontrole op rechtmatigheid voor het kalenderjaar 2020 is limitatief gericht op:

  • 1.

    de naleving van wettelijke kaders, zoals die in de kolom “Wetgeving extern” van de “Inventarisatie wet- en regelgeving in het kader van de rechtmatigheidscontrole” is opgenomen (bijlage 2 van dit protocol). Dit uitsluitend voor zover deze directe financiële beheershandelingen betreffen of kunnen betreffen;

  • 2.

    de naleving van de volgende kaders:

    • a.

      de begroting;

    • b.

      de overige kaders binnen de raadsbesluiten (voorzover deze besluiten betrekking hebben op financiële beheershandelingen en transacties) en gemeentelijke verordeningen zoals opgenomen in de bijlage 2 van dit protocol;

    • c.

      de wettelijk verplichte kaderstellende collegebesluiten waarbij is voorgeschreven dat een rechtmatigheidstoets moet worden uitgevoerd;

    • d.

      de kaderstellende collegebesluiten inzake financiële en/of niet-financiële beheershandelingen die de raden (aanvullend) opneemt in het normenkader.

 

Indien en voor zover bij de accountantscontrole materiële financiële onrechtmatige handelingen worden geconstateerd, worden deze in de rapportage en oordeelsweging uitsluitend betrokken indien en voor zover het door de raden of hogere overheden vastgestelde regels betreft. Met andere woorden: interne regels van college naar ambtelijke organisatie c.q. collegebesluiten vallen daar buiten (m.u.v. van de mandateringen). Deze interne regels kunnen overigens wel relevant zijn voor de nadere vaststelling van de invulling van “hogere” besluiten, maar zijn op zich geen object van onderzoek. Voorts kan een afwijking van deze lagere regelgeving passend zijn binnen de uitvoering van hogere besluiten. Het is (over het algemeen) aan het college om een oordeel te vellen over de geconstateerde afwijkingen van lagere interne regels.

6. Rapportering accountant

Tijdens en na afronding van de controlewerkzaamheden rapporteert de accountant als volgt.

 

Interim- controle

Als onderdeel van de controle wordt door de accountant een zogenaamde interimcontrole uitgevoerd. Over de uitkomsten van die tussentijdse controle wordt aan het college van burgemeester en wethouders een verslag uitgebracht.

 

Verslag van bevindingen

Overeenkomstig de Gemeentewet wordt omtrent de controle van de jaarrekening een verslag van bevindingen uitgebracht aan de raad en een afschrift aan het college van burgemeester en wethouders. In het verslag van bevindingen wordt gerapporteerd over de opzet en uitvoering van het financiële beheer en/ of de beheersorganisatie een getrouw en rechtmatig financieel beheer en een rechtmatige verantwoording daarover waarborgen.

 

Controleverklaring

In de controleverklaring wordt op een gestandaardiseerde wijze, zoals wettelijk voorgeschreven, de uitkomst van de accountantscontrole weergegeven, zowel ten aanzien van de getrouwheid als de rechtmatigheid. Deze controleverklaring is bestemd voor de gemeenteraad, zodat deze de door het college van burgemeester en wethouders opgestelde jaarrekening kan vaststellen.

7. Hardheidsclausule

De raad kan voor bepaalde gevallen de in de bijlagen opgenomen verordeningen vallende binnen het kader van de controle voor de rechtmatigheid buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing, gelet op het belang dat deze verordening beoogt te beschermen, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.

8. Inwerkingtreding

Dit protocol treedt in werking met ingang van 1 januari 2020 en is voor het eerst van toepassing op de jaarrekeningcontrole 2020.

9. Citeertitel

Dit protocol kan worden aangehaald als “Controleprotocol jaarrekening”.

 

 

Proces/activiteit

Interne regelgeving (financieel)

Externe regelgeving (financiële regelgeving)

NORMENKADER INTERN EN EXTERNE REGELGEVING PER PROCES (UITGAVEN)

 

 

Salarissen (ambtenaren)

Bezoldigingsregeling DFM

Fiscale wetgeving

 

Cafetariaregeling DFM

Pensioenwetgeving

 

Overgangsregeling DFM

Arbeidsvoorwaarden regeling sector gemeenten (CAR/UWO)

 

Regeling studiefaciliteiten

Coördinatiewet Sociale Verzekeringen

 

Regeling werktijden en verlof DFM (13-03-17)

Algemenne verordening gegevensbescherming (AVG)

 

Verordening commissie bezwaarschriften personele aangelegenheden (19-03-14)

Gemeentewet

 

Ambtelijke bijstand verordening (06-01-14)

Ambtenarenwet

 

Recht van onderzoek (06-01-14)

Wet normering topinkomens

 

Verordening Auditcommissie DFM (06-01-14)

 

 

Verordening fractievergoeding DFM (06-01-14)

 

 

Verordening vertrouwenscommissie (20-05-15)

 

 

Verordening rekenkamercommissie (19-02-14)

 

 

Verordening rechtspositie raads- en commissieleden 2020 (20-06-10)

 

Inkopen

Financiele verordening (DFM)

Europese regelgeving inzake aanbesteding

 

Mandaatregeling DFM

Europese regelgeving inzake staatssteun

 

 

Uniform aanbestedingsreglement (ARW 2005)

 

 

Besluit Aanbesteding van Overheidsopdrachten (BAO)

 

 

Btw Compensatiefonds

 

 

Wet markt en overheid (02-03-15)

 

 

Aanbestedingswet 2012 gewijzigd per 01-06-2016

 

 

Gids Proportionaliteit

Leges burgerzaken

Verordening Basis Registratie Personen (BRP) (06-01-14)

Wet rechten burgelijke stand

Onderwijs salarissen en specifieke doeluitkeringen

Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs DFM (25-11-15)

Wet Primair onderwijs

 

 

Specifieke uitkeringen

 

 

Basiseducatie

 

 

Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid (GOA)

 

 

Opleidingen Allochtone Levende Talen (OALT)

Onderwijs (leerlingenvervoer)

Verordening leerlingenvervoer (DFM)

 

Treasury

Financiele verordening (20-12-17)

Wet Financiële decentrale overheden (Fido)

Subsidieverstrekking

Algemene Subsidieverordening (31-05-17)

Welzijnswet

 

 

Wet op specifiek Cultuurbeleid

 

 

Algemene wet bestuursrecht

 

 

 

 

 

 

Afschrijvingen

 

Wet Financiële decentrale overheden (Fido)

Bijdragen

 

Wet gemeenschappelijke regelingen

Wet Voorziening Gehandicapten

 

Wet Voorziening gehandicapten

 

 

Besluit rijksvergoeding Wvg-woonvoorzieningen

 

 

Wet Collectieve preventie Volksgezondheid (WCPV)

Overige

Verordening antidiscriminatie voorziening (12-10-15)

 

Reserves en voorzieningen

 

Wet Financiële decentrale overheden (Fido)

Sociale uitkeringen

 

 

 

De Toeslagenverordening WWB DFM (19-03-14)

Wet Buig

 

De Maatregelverordening WWB DFM (19-03-14)

Sociale en fiscale wetgeving

 

De Verordening Langdurigheidstoeslag DFM (19-03-14)

Wet op het kredietbeheer

 

De Maatregelverordening IOAW/IOAZ DFM (19-03-14)

Wet Participatiebudget

 

De Handhavingsverordening WWB DFM (19-03-14)

 

 

Verordening minima De Fryske Marren 2017 (28-06-17)

 

 

Verordening re-intergratie WWB, IOAW en IOAZ DFM (19-03-14)

 

 

Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen (19-02-14)

 

 

Wmo individuele voorzieningen DFM (19-03-14)

 

 

Nadere regels maatschappelijke ondersteuning De Friese Meren 2015 (02-12-14)

 

 

Verordening loonkosten subsidie (28-01-15)

 

 

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive DFM 23-04-14

 

 

Verordening maatschappelijke ondersteuning DFM (18-09-19)

 

 

WMO beleidsplan 2013-2016 (DFM)

WMO

 

Verordening maatschappelijke ondersteuning DFM (20-02-26)

 

Sociaal Domein

Afstemmingsverordening Participatiewet BBZ IOAW en IOAZ DFM (28-06-17)

 

 

Verordening individuele studietoeslag (19-11-14)

 

 

Verordening Adviesraad Sociaal Domein (30-03-16)

 

 

Re-integratieverordening Participatiewet DFM (19-11-14)

 

 

Verordening handhaving Participatiewet IOAW en IOAZ DFM (19-11-14)

 

 

Verordening individuele inkomenstoeslag Participatiewet DFM (19-11-14)

 

 

Verordening Tegenprestatie Participatiewet DFM (19-11-14)

 

 

Verordening verrekening bestuurlijke boete bij recidive Participatiewet DFM (19-11-14)

 

 

Cebeon rapport (31-10-2018)

 

Diverse kleinere externe stromen met een aparte accountantsverklaring

 

 

Kinderopvang

Toezicht en handhaving kwaliteit kinderopvang en

Wet kinderopvang

 

peuterspeelzalen gemeente De Friese Meren i.o.

Wet uibtreiding kinderopvang (RUK)

Wet inburgering nieuwkomers

 

Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN)

Vangnet

 

Vangnetregeling

 

wegsleepverordening (19-03-14)

 

NORMENKADER INTERN EN EXTERNE REGELGEVING PER PROCES (INKOMSTEN)

 

 

Algemene Uitkering

 

 

Grondexploitatie

Nota Grondbeleid 2020-2024 (19-11-27)

Wet op de ruimtelijke ordening

 

Bouwverordening en brandbeveiligingsverordening (17-12-14)

Besluit op de ruimtelijke ordening

 

Beheersverordening “Buitengebied Zuid West 2017” (26-09-18)

Onteigeningswet

 

Telecommunicatieverordening (19-03-14)

Pachtwet

 

Woonvisie De Fryske Marren 2019-2023 (27-03-19)

Wet Stads- en dorpsvernieuwing

 

Nota vastgoedbeleid (29-05-19)

Wet Bodembescherming

Onderwijs

 

Wet Primair onderwijs

 

 

Specifieke uitkeringen

 

 

Basiseducatie

 

 

Gemeentelijk Onderwijs Achterstandenbeleid (GOA)

 

 

Opleidingen Allochtone Levende Talen (OALT)

Onderwijs (leerlingenvervoer)

Verordening leerlingenvervoer DFM (23-09-14)

 

Onroerendzaakbelastingen

Verordening op de heffing en invordering van onroerende-zaakbelasting (DFM)

Gemeentewet

 

Belastingverordeningen 2020 (19-11-13)

Wet Waardering Onroerende zaken

 

 

 

Afvalstoffenheffing

Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten (DFM)

Gemeentewet

 

 

Wet milieubeheer

 

 

Wet op belasting op milieugrondslag

 

 

 

Rioolrechten

Verordening op de heffing en invordering van rioolrechten (DFM)

Gemeentewet

 

 

Wet Milieubeheer

Reserves en voorzieningen

Nota reserves en voorzieningen

Wet Financiële decentrale overheden (Fido)

Jeugdzorg

Verordening jeugdhulp (20-12-17)

Regeling Specifieke Uitkering Jeugdgezondheidszorg

Treasury

 

Wet Financiële decentrale overheden (Fido)

Processen ter uitvoering van de legesverordening

 

 

Bouwleges

Verordening op de heffing en invordering van leges (DFM) (19-02-14)

Wet rechten burgelijke stand

Burgerzaken

Algemene Plaatselijke Verordening De Friese Meren

 

 

 

 

 

 

 

Overige belastingen en leges

 

 

Brug en sluisgelden

Verordening op de heffing en invordering van bruggelden en sluisgelden

Gemeentewet

Toeristenbelasting

Verordening op de heffing en invordering van toeristenbelasting

 

 

Verordening op de heffing en invordering van watertoeristenbelasting

 

Begraafrechten

Lijkbezorgingsrechten 2017 (07-11-16)

 

 

beheersverordening begraafplaatsen (19-03-14)

 

 

Verordening leges 2017 (07-11-16)

 

Brandweer

 

 

Forensenbelasting

Verordening op de heffing en invordering van een forensenbelasting

 

Havengelden

 

 

Woonschepenopbrengsten

 

 

Veergelden

 

 

Marktgelden

Verordening op de heffing en invordering van marktgelden

 

 

Marktverordening (30-09-15)

 

liggelden

Ligplaatsenverordening (28-10-15)

 

 

 

 

Precariobelasting

Verordening op de heffing en invordering van precariobelasting

 

Drank-en horeca

Preventie - en handhavingsplan Drank & Horecawet (24-02-16)

 

Roerende zaken

 

 

Huren en pachten

Erfgoedverordening De Fryske Marren 2018 (27-06-18)

Pachtwet

Overige vergoedingen

Verordening bedrijveninvesteringszone kernwinkelgebied Joure (29-11-17)

 

Gemeentelijke belastingen

Verordening kwijtschelding gemeentelijke belastingen (20-01-08)

 

Evenementen

Vrijwaren van hogere leges vanuit de legesverordening voor evenementen in 2020 (20-09-02)

 

Diverse kleinere externe stromen met een aparte accountantsverklaring

 

 

Kinderopvang

 

Wet kinderopvang

 

 

Regeling uitbreiding kinderopvang (RUK)

Wet inburgering nieuwkomers

 

Wet Inburgering Nieuwkomers (WIN)

Vangnet

 

Vangnetregeling

 

 

 

 

 

 

 

 

 

NORMENKADER INTERN EN EXTERNE REGELGEVING PER PROCES (Diverse incidentele stromen en algemeen kader)

 

 

Alle balans en exploitatieposten

 

Besluit Begroting en Verantwoording

 

 

Invorderingswet

 

 

Uitvoeringsbesluit invorderingswet 1990

 

 

Kostenwet

 

 

Wijzigingswet Kostenwet

 

 

SISA (single information Singel audit)

Investeringen

 

Europese regelgeving inzake aanbesteding

 

 

Europese regelgeving inzake staatssteun

 

 

Uniform aanbestedingsreglement (ARW 2005)

 

 

Btw Compensatiefonds

 

 

Uitvoeringsregeling Btw compensatiefonds

Incidenteel voorkomende posten

DFM verordening commissie bezwaarschriften (06-01-14)

Kieswet

 

Archiefverordening De Fryske Marren 2017 (31-10-17)

Gemeentewet

 

Inspraakverordening De Friese Meren

Wet rampen en zware ongevallen

 

Verordening naamgeving en nummering De Fryske Marren (19-12-18)

Wet ambulancevervoer

 

Verordening Elektronische Bekendmaking en Kennisgeving De Friese Meren (17-12-14)

Wegenwet

 

Verordening gegevensverstrekking BRP DFM 2018 (19-12-18)

Archiefwet

 

 

Besluit Luchtkwaliteit

 

 

Wet Geluidhinder

 

 

Wegenverkeerswet

 

 

Monumentenwet

 

 

Gemeentelijke Bevolkingsadministartie (GBA)

 

 

Wet Openluchtrecreatie

 

 

Destructiewet

 

 

Besluit rijkssubsidiëring restauratie monumenten 1997

 

 

Brandweerwet

 

 

Wet op de lijkbezorging

 

Burgemeester en wethouders van De Fryske Marren,

de secretaris, de burgemeester,

D.J. Cazemier F. Veenstra