Organisatie | Apeldoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Parkeerverordening |
Citeertitel | Parkeerverordening |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Parkeerverordening 2010.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2021 | nieuwe regeling | 26-11-2020 | 98-2020 |
In deze verordening wordt verstaan onder:
aanvrager: de natuurlijke persoon of rechtspersoon die houder is van het betreffende motorvoertuig en een verzoek richt aan het college tot het verlenen van een vergunning;
adres: een in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) opgenomen adres;
autodate: het herhaald en opeenvolgend gezamenlijk gebruik van motorvoertuigen (autodelen), op grond van een overeenkomst tussen natuurlijke personen en een (commerciële) autodateaanbieder;
belanghebbendenplaats: een parkeerplaats die:
college: het college van burgemeester en wethouders van Apeldoorn;
eigen parkeergelegenheid: door het college bij nadere regels gedefinieerde parkeerplaats(en) die ter beschikking staan ten behoeve van een adres voor het parkeren van motorvoertuigen;
groot voertuig: een voertuig dat, met inbegrip van de lading, een lengte heeft van meer dan 6 meter of een hoogte van meer dan 2,4 meter;
houder: degene op wiens naam het voor het motorvoertuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aangehouden register van opgegeven kentekens was ingeschreven, met dien verstande dat tevens als houder wordt aangemerkt:
kampeerwagen: een motorvoertuig dat:
motorvoertuig: hetgeen daaronder wordt verstaan in het RVV 1990, met inbegrip van brommobielen (zoals bedoeld in artikel 1 onder ia van het RVV 1990) die bestemd zijn voor mindervaliden;
overloopgebied: vergunninggebied of een deel van een vergunninggebied dat als zodanig is aangewezen voor aanvragers van een vergunning die voor hun eigen vergunninggebied op de wachtlijst staan;
parkeerapparatuur: parkeermeters, parkeerautomaten met inbegrip van verzamelparkeermeters, voor het (digitaal) betalen van parkeerbelasting ingerichte mobiele telefoons, tablets, laptops, pc’s, centrale computers en hetgeen naar maatschappelijk opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan;
parkeerapparatuurplaats: een parkeerplaats waarvoor parkeerbelasting wordt geheven door middel van parkeerapparatuur;
parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
RVV 1990: het Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990;
vergunning: een door het college verleende parkeervergunning, krachtens welke het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen belanghebbendenplaatsen of op mede door vergunninghouders te gebruiken parkeerapparatuurplaatsen;
vergunninggebied: een gebied waar met een vergunning op een belanghebbendenplaats of op mede door vergunninghouders te gebruiken parkeerapparatuurplaatsen mag worden geparkeerd, zoals vastgesteld bij besluit van het college;
vergunninghouder: de natuurlijke persoon of rechtspersoon aan wie een vergunning is verleend als bedoeld in deze verordening;
vergunningplafond: een door het college bij nadere regels vastgesteld maximum aantal vergunningen dat per vergunninggebied wordt uitgegeven;
woonadres: een adres dat volgens de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG) een woonfunctie heeft.
Artikel 3 Bevoegdheid college tot het stellen van nadere regels
In het belang van een goede verdeling van de beschikbare parkeergelegenheid per vergunninggebied, kan het college nadere regels stellen ten aanzien van:
Artikel 4 Vergunningaanvraag en -verlening
Aan een autodatevergunning als bedoeld in artikel 5, sub c, kan het college ook voorschriften en beperkingen verbinden die strekken tot bescherming van het belang van het voorkomen of beperken van door het verkeer veroorzaakte overlast, hinder of schade alsmede de gevolgen voor het milieu, bedoeld in de Wet milieubeheer, waaronder mede wordt begrepen het stimuleren van selectief autogebruik.
Artikel 7 Intrekken en wijzigen vergunning
Het college kan een vergunning intrekken of wijzigen:
Het college kan één of meerdere artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken voor zover toepassing gelet op het belang van de te dienen doelen van de bepalingen, leidt tot een onbillijkheid van overwegende aard.
Overtreding van het bepaalde in artikel 10 wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste een maand of een geldboete van de eerste categorie.
Artikel 12 Toezicht op naleving
Met het toezicht op de naleving van het bepaalde bij of krachtens deze verordening zijn de door het college daartoe aangewezen personen of categorieën van personen belast.
De Parkeerverordening 2010, vastgesteld bij raadsbesluit van 22 april 2010 en gepubliceerd op 5 mei 2010, wordt ingetrokken met ingang van het moment dat de onderhavige verordening in werking treedt, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de feiten en omstandigheden die zich voordien hebben voorgedaan.
Artikel 14 Overgangsbepalingen
Vergunningen die zijn verleend krachtens de Parkeerverordening 2010 worden geacht te zijn verleend krachtens deze verordening en worden – indien zij voor onbeperkte tijd zijn verleend – middels een wijzigingsbesluit en met inachtneming van een redelijke overgangstermijn omgezet naar een vergunning met een vergunningsduur als bedoeld in artikel 6, eerste lid.
Indien vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening een aanvraag om een vergunning op grond van de Parkeerverordening 2010 is ingediend en vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze verordening nog niet op die aanvraag is beslist, worden daarop de overeenkomstige bepaling(en) van de onderhavige verordening toegepast.