Organisatie | Waterland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening van de gemeenteraad van de gemeente Waterland houdende regels omtrent de heffing en invordering van markt- en standplaatsgelden (Verordening markt- en standplaatsgelden gemeente Waterland 2021) |
Citeertitel | Verordening markt- en standplaatsgelden gemeente Waterland 2021 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling vervangt de Verordening markt- en standplaatsgelden 2020.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2021.
artikel 229, eerste lid, van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-12-2020 | nieuwe regeling | 17-12-2020 | 146-30 |
De raad van de gemeente Waterland,
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 17 november 2020;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet,
vast te stellen de navolgende Verordening op de heffing en invordering van markt- en standplaatsgelden gemeente Waterland 2021
Overeenkomstig de bepalingen van deze verordening worden rechten geheven onder de naam van:
standplaatsgeld voor het op voor de openbare dienst bestemde gemeentegrond hebben van een standplaats, waarvoor door het college van burgemeester en wethouders een vergunning is verleend, voor wagens, tenten, kramen en dergelijke inrichtingen, dienende tot het verkopen of het ten verkoop uitstallen van goederen en waren van elke aard.
Het marktgeld en standplaatsgeld wordt geheven van degene die van een standplaats als bedoeld in artikel 1 gebruik maakt of het genot daarvan heeft.
Het marktgeld en het standplaatsgeld wordt geheven naar de frontbreedte van de ingenomen standplaats in meters.
De marktgelden en standplaatsgelden worden geheven bij wege van een mondeling danwel een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld.
De marktgelden en standplaatsgelden worden niet geheven ten aanzien van instellingen c.q. organisaties, welke ten behoeve van een ideëel doel een standplaats innemen van maximaal vier meter.